Hoofdstuk 2

Beoordeling 5.9
Foto van een scholier
  • Samenvatting door een scholier
  • 3e klas vwo | 1471 woorden
  • 5 februari 2009
  • 12 keer beoordeeld
Cijfer 5.9
12 keer beoordeeld

Taal
Nederlands
Vak
Methode
ADVERTENTIE
Stap in jouw toekomst

Kom naar de Open Avond van Inholland op woensdagavond 29 maart van 17:00 - 20:00 uur. Proef de sfeer en ontdek onze opleidingen.

Meld je aan!

§1

Rampen kunnen overal ontstaan in de diepe ondergrond: aardbevingen en vulkanen, aan het aardoppervlak: aardverschuivingen en lawines en in de atmosfeer: orkanen.

Soorten rampen:
• Natuurramp: een ramp door natuurkrachten waarbij veel slachtoffers vallen of veel schade is
• Cultuurramp: een ramp waarbij veel slachtoffers vallen door wat mensen elkaar aandoen
• Humanitaire ramp: een ramp waarbij er een groot aantal slachtoffers vallen door wat mensen elkaar aandoen. Een grotere vorm van een cultuurramp
• Milieuramp: een ramp waarbij door invloeden van mensen aan de natuur grote schade wordt toegebracht. (bijv. kernramp)

Als de bossen op de hellingen langs een rivier worden gekapt, houden de bomen het water (in de grond) niet langer vast en overstroomt de rivier. Een gevolg van menselijk handelen.
Rampen krijgen veel aandacht in de media als de ramp zich plotseling voltrekt (en later in de rijke landen), het lijden massaal is en de nieuwswaarde groot is, dus spectaculaire beelden oplevert.
Rampen krijgen nauwelijks aandacht als het een sluipende ramp is, de rampzalige toestand lang duurt en de ramp zich voltrekt in de arme landen.
Stille rampen: rampen waar weinig aandacht aan wordt besteed. In rijke landen wel meer als in de arme landen.

§2

Platentektoniek: de delen van de aardkorst (platen) bewegen t.o.v. elkaar.
De zeebodem drijft vanaf de oceanische ruggen uiteen en neemt de continenten als delen van grote platen mee.

De 11 grote en 5 kleinere platen worden op drie manieren begrensd:
• convergent, ondiep: één plaat, meestal de oceanische, glijdt onder de andere. Hierdoor ontstaat een trog: langwerpige, diepe kuil in de zeebodem (subductiezone). De rand van de bovenste plaat wordt geplooid of gebroken. Het resultaat is een eilandboog (Japan) of een bergketen (Andes)
• divergent, diep: de platen bewegen uit elkaar. Er vormt zich een oceanische rug waar een nieuwe oceaankorst ontstaat. De oceanische ruggen liggen als grote bergketens op de bodem van de oceanen. Bijv. de Mid-Atlantische Rug, de Oost-Pacifische Rug en de ruggen in de Indische Oceaan
• horizontaal verschuivend (transformbreuken), diep: de onderwater liggende platen glijden langs elkaar. Ze verbinden delen van de oceaanruggen tot een rechthoekig patroon. Hierdoor lijkt de zeebodem op de rug van een krokodil. Soms reikt een transformbreuk tot in het vasteland. Bijv. de San Andreasbreuk (Californië)

Hypocentrum: plaats in of onder de aardkorst waar de aardbeving begint.
Epicentrum: plaats waar de trillingen van een aardbeving het oppervlak bereiken.
Vloedgolf: zeer hoge golf, die ontstaat bij een zeebeving of storm
Gebergtevorming, aardbevingen en vulkanisme zijn een direct gevolg van het bewegen van de platen, daarom komen ze aan de randen voor.

§3

Eruptie: vulkaanuitbarsting. Gesmolten gesteente komt uit de aarde naar het aard- oppervlak. Magma vloeit uit en wordt lava. Bij een hoge druk worden ook as en stenen de lucht in geblazen.
4 verschillende vulkaantypen:
• Stratovulkaan (kegelvulkaan): vrij spitse vulkaan, opgebouwd uit verschillende lagen vulkanisch gesteente. Bijv. Fuji, Vesuvius, Etna
• Schildvulkaan: vlakke, platte vulkaan. Bijv. Hawaï
• Caldera: zeer grote krater, die is ontstaan door een extreem zware vulkanische uitbarsting of door instorting na een explosie. Bijv. Vesuvius 79 n.Chr, Krakatau 1883
• Spleetvulkaan: vulkaan waarbij de lava omhoogkomt uit spleten die kilometers lang kunnen zijn. Bijv. IJsland

Als een vulkaan een tijd niet gewerkt heeft, kan in de krater een meer ontstaan. Bij een eruptie wordt het water in 1x uit het kratermeer gestuwd. Er ontstaat een lahar: een plotselinge, heftige en vaak vernielende overstroming van rivieren. Deze modderstroom met vulkanisch as en water is vaak gevaarlijker dan de uitbarsting zelf.
Geiser: bron die heet water spuit. Deze bevinden zich in vulkanische gebieden waar de ondergrond zo heet is, dat het dieptewater gaat koken. Door de hoge druk worden water en stoom met kracht omhoog gespoten. Hierdoor neemt de druk in de diepte af, als die weer is toegenomen, spuit de geiser opnieuw.
Lava op vulkaanhellingen levert vruchtbare bodems op door de rijke mineralen. Ondanks het eruptiegevaar wonen er veel mensen.
Hotspot: plek aan het aardoppervlak waaronder een stijgende convectiestroming de aardkorst binnendringt. Deze vulkanen komen in de zee én aan het aardoppervlak voor.

§4

Door de ongelijke verwarming van de aarde ontstaan luchtdrukverschillen. Lucht gaat van een hogedrukgebied naar het lagedrukgebied. Er ontstaat wind. De draaiing van de aarde zorgt op het noordelijk halfrond voor een afbuiging naar rechts (met de klok mee) en op het zuidelijk halfrond voor een afbuiging naar links (tegen de klok in). De windkracht wordt gemeten op de schaal van Beaufort.
Door de sterke verwarming van de atmosfeer bij de evenaar en de afkoeling in de poolgebieden, zijn er op aarde vrij stabiele drukzones met de daarbij behorende luchtstromen.
Rond de 50e en 60e breedtegraad wisselen koude en warme luchtsoorten met de daarbij behorende hoge- en lagedrukgebieden elkaar snel af. Die snelle opeenvolging van koude en warme luchtsoorten veroorzaakt onstabiel weer rond dat gebied.
Moessons: halfjaarlijks van richting wisselende winden, veelal voorkomend in de tropen.
Orkaan (cycloon): zeer krachtige storm met windkracht 12, veelal voorkomend in de tropen. Dus rond de 5e en 10e N.Br. En Z.Br.
Tornado: een zeer krachtig ontwikkelde wervelstorm. Deze behoort tot de gevaarlijkste weersverschijnselen. Ze ontstaan in gebieden waar grote vochtig-warme luchtsoorten en koud-droge luchtsoorten elkaar treffen. Tussen een wolk en het aardoppervlak ontstaat een trechtervormige slurf, doordat lucht- en waterdeeltjes snel om een verticale as roteren. De luchtdruk in de trechter is erg laag. De drukverschillen tussen de binnen- en buitenzijde van de tornado kunnen gebouwen openbreken.
Hoos: een cycloon op kleine schaal, zichtbaar in de vorm van een zuil of omgekeerde kegel. In ons land ontstaan deze boven de Noordzee en het IJsselmeer.

§5

Schaalvergroting is belangrijk voor onze welvaart. Hoe groter de bedrijven, hoe meer winst en hoe groter de fabrieken en schepen. Maar het heeft ook nadelen, waarvan de gevolgen ook grootschaliger zijn. Als een groot schip zinkt, komt er meer olie in de zee dan bij een kleine tanker. De techniek wordt ook ingewikkelder. Elektriciteit wordt niet meer opgewekt in kolen-, maar in kerncentrales. Wel is een lek in een kern- erger dan een defecte kolencentrale. Hierdoor is de kans op ongelukken, de risicofactor, toegenomen.
Hoe meer aandacht voor gevaarlijke situaties, des te groter de inspanningen voor het verkleinen van de risicofactor. Zo is de kans op een breuk in de Ooster-Scheldedam bijna nul, maar de ontploffing van een chemische fabriek in Rotterdam, is erg groot.

§6

Verschillende redenen voor het veroorzaken van een ramp:
• Politiek: wat de ene partij ziet als een heldhaftige vrijheidsstrijd, wordt door de andere partij als terrorisme beschouwd. Aanhangers van onafhankelijkheidsbewegingen (het leger) gebruiken soms gewelddadige middelen om hun doel te bereiken (oorlog).
• Godsdienstig of etnisch: Het Balkanschiereiland is het grensgebied tussen Oost en West. In dit gebied zijn grote tegenstellingen tussen bevolkingsgroepen en godsdiensten. Al honderden jaren worden grenzen verschoven. Zo is Groot-Joegoslavië uiteengevallen in: Slovenië, Kroatië, Bosnië-Herzegovina, Macedonië en Servië en Montenegro.
• Economisch: 1. verwoestijning: uitbreiding van woestijn, meestal door overbeweiding. Bij overbeweiding, komt in droge streken voor, grazen er te veel dieren op te weinig weidegrond. Het steppegras kan zich onvoldoende herstellen en de grond veranderd in een woestijn. 2. In tropische streken worden delen van het regenwoud woud gekapt, omdat het hardhout veel geld opbrengt of er landbouwgrond nodig is. Als het bladerdek de bodem niet meer beschermt en de boomwortels de bodem niet meer vasthouden, kan bodemerosie ontstaan. 3. Roofbouw: het te snel opnieuw gebruiken van een stuk grond, waardoor de grond weer snel uitgeput raakt en voor lange tijd beschadigt wordt. Ook op andere natuurlijke rijkdommen zoals ertsen, energiebronnen of de visstand kan roofbouw plaatsvinden.

Macht, geld en aanzien. Soms moeten bedrijven zich aan de regels houden van een hoogontwikkelde samenleving. Als ze zich niet aan de regels houden, kan dat financieel aftrekbaar zijn. Ook regeerders nemen soms verkeerde beslissingen in hun streven naar macht en aanzien en tasten daarbij de natuur voorgoed aan.

§7

Preventie: het nemen van maatregelen om rampen te voorkomen. Veiligheid staat voorop en dus beschermen wij onszelf tegen de natuur bijv. het Deltaplan (Grote Rivieren). Met GIS en remote sensing worden aardbevingen en vulkaanuitbarstingen in de gaten gehouden.
Bij natuurbescherming wordt de natuur tegen de mens beschermt.
Bij een ramp zijn er hulpverleningsdiensten en de rampenbestrijding om ons te helpen, want niet alle rampen kunnen voorkomen worden. Vooral in arme landen is de risicofactor hoog. Er is geen geld voor het aanleggen of onderhouden van dammen en dijken, geen natuurbescherming en hulpverleningsdiensten zijn beperkt. Er is sprake van ruimtelijke ongelijkheid: een achterstandssituatie van het ene gebied t.o.v. het andere.
De techniek helpt ons om niet te voorkomen rampen te verminderen. Zo zijn GPS-ontvangers opgesteld op vulkanen, maar de nieuwste techniek is de satelliet-interferometrie: digitale radarbeelden van de topografie, op verschillende tijdstippen genomen, worden daarbij van elkaar afgetrokken. Opheffing of inzakking van het vulkaanoppervlak verschijnen als verschilbeelden (interferentieringen: strepen in iriserende kleuren), waardoor vervormingen van het oppervlak te zien zijn. Nu weten we dat de flanken van de Kilauea en de Mauna Loa een paar centimeter per jaar zuidoostwaarts bewegen.

REACTIES

Log in om een reactie te plaatsen of maak een profiel aan.