Cellen ordenen onder een microscoop
Inleiding
Ik heb dit onderwerp gekozen omdat ik het een leuk en interessant onderwerp vindt, en ik er veel over kan vertellen. Dit is niet het enigste waarom ik dit onderwerp heb gekozen, ik zie mezelf later wel werken in een laboratorium met een microscoop, om dan allerlei onderzoeken uit te voeren. Dat vindt ik echt super interessant. daarom vindt ik dit zo’n geweldig onderwerp.
Dit onderwerp kan ik veel over vertellen omdat ik dit allemaal heb moeten leren.
Zoals; hoe een vertakkingsschema in elkaar zit en alle kenmerken van de cellen (Schimmels, bacteriën, plantaardige en dierlijke cellen) die heb ik ook moeten leren.
De microscoop (hoofdstuk 1)
Een microscoop is een makkelijk instrument die veel gebruikt wordt in biologische, medische en wetenschappelijke onderzoeken.
Het woord microscoop lijd naar microscopisch, dit betekend heel klein.
Met een microscoop kun je vele dingen zien die je met het blote oog niet zou kunnen zien zoals: DNA cellen, bloedcellen en spermacellen.
Hiervoor gebruik je een preparaat. Een preparaat bestaat uit twee glaasjes: het grotere voorwerpglas en het kleine dekglaasje. Tussen die glaasjes ligt het voorwerp of de stof die je wilt bekijken.
De microscoop is uitgevonden door de man Antoni van Leeuwenhoek. Antoni van Leeuwenhoek is geboren in het jaar 1632 in Delft.
Zo werk je met een microscoop (hoofdstuk 2)
Als je wilt weten hoe je met een microscoop moet omgaan. moet je eerst alle onderdelen kennen en weten wat de functie ervan is. De onderdelen van een microscoop zijn: Oculair, Tubus, Statief, Grote schroef, Kleine schroef, Revolver, Objectieven, Klemmen, Tafel, Diafragma en de Lamp.
(In mijn presentatie leg ik uit welk onderdeel waar zit).
Nu weet je de onderdelen maar nog niet de functie van alle onderdelen.
onderdelen
functie
Oculair:
De bovenste lens. Je kijkt door deze lens.
Tubus:
Buis tussen oculair en revolver.
Statief:
Hieraan pak je de microscoop vast.
Grote schroef:
Hiermee kun je ongeveer scherp stellen.
Kleine schroef:
Hiermee kun je precies scherp stellen.
Revolver:
Hiermee kun je een ander objectief kiezen.
Objectieven:
De onderste lenzen.
Klemmen:
Hiermee klem je het preparaat vast.
Tafel:
Hier leg je het preparaat op.
Diafragma:
Hiermee regel je de hoeveelheid licht.
Lamp:
Zorg voor het licht.
Nu moet je alleen nog de regels weten over hoe je moet omgaan met een microscoop.
De presentatie gaat verder na deze boodschap.
Verder lezen
REACTIES
:name
:name
:comment
1 seconde geleden