Dichtheid bepalen via de opwaartse kracht

Praktische opdracht 4: dichtheid bepalen via de opwaartse kracht Doel van de proef: onderzoeken van welke stoffen de 4 cilinders zijn gemaakt door middel van de dichtheid te bepalen met behulp van de opwaartse kracht. Benodigdheden: • Meetinstrument • Unster van 1 N • 4 cilinders • statief • bekerglas • haak • water Uitvoering van de proef: Je moet eerst de unster aan het statief hangen. Hang daarna de cilinder aan de unster. Lees nu het gewicht van de cilinder af. Hang daarna de cilinder in het water, je leest dan het gewicht opnieuw af, dat is dan het schijnbaar gewicht. Om aan Fopw te komen moet je de formule Fopw = Fg – schijnbaar gewicht gebruiken. (vul de onderstaande tabel in) Fopw heb je nodig voor de volgende formule. Je vult daarna zo ver als je kunt de volgende formule in: V verplaatste vloeistof = Fopw : (ρ verplaatste vloeistof × g) Fopw kun je weten door de vorige formule uit te rekenen. Vverplaatste vloeistof weet je niet en moet je doormiddel van de formule berekenen ρ verplaatste v loeistof: je weet de dichtheid van water dit is 1,0 g/cm3 dat is gelijk aan 1000,0 kg/m3. G weet je al omdat dat op aarde standaard 9,81 N/kg is
Je hebt nu Vverplaatste vloeistof dat is het zelfde als volume van de cilinder.
Vul nu de nieuwe formule in: ρ = m:V
m = ρ × V
V = volume van de cilinder (dat heb je net berekend) Nu heb je de dichtheid van de cilinder berekend en kun je in het hoofdboek in de stoffen en hun eigenschappenlijst kijken wat het voor een stof is. Waarnemingen en resultaten: Vul de volgende metingen in bij de formule: Fopw = Fg – schijnbaar gewicht
Fg (N) Schijnbaar gewicht (N) Fopw = Fg -schijnbaar gewicht (N) Cilinder 1 (doorzichtig) 0,15 0,03 0,12
Cilinder 2 (geel) 1,01 0,89
0,12
Cilinder 3 (grijs) 0,33 0,21 0,12
Cilinder 4 (bruin) 0,92 0,79 0,13
g (N/kg) ρ verplaatste vloeistof kg/m2 Vverplaatste vloeistof cm3
Cilinder 1 (doorzichtig) 9,81 1000 12,2
Cilinder 2 (geel) 9,81 1000 12,2
Cilinder 3 (grijs) 9,81 1000 12,2
Cilinder 4 (bruin) 9,81 1000 13,2
m  F = 9,81 kg  g = × 1000 V ρ = m : V (g/cm3) Stof: Cilinder 1 (doorzichtig) 12,2 1,2 Cilinder 1: perspex
Cilinder 2 (geel) 12,2 8,5 Cilinder 2: messing
Cilinder 3 (grijs) 12,2 2,7 Cilinder 3: aluminium

Cilinder 4 (bruin) 13,2 7,9 Cilinder 4: ijzer