Hoe kies jij een studie?

Daar zijn wij benieuwd naar. Vul onze vragenlijst in en bepaal zelf wat voor beloning je daarvoor wilt krijgen! Meedoen duurt ongeveer 7 minuten.

Meedoen

Criminaliteit in de media

Beoordeling 6.3
Foto van een scholier
  • Praktische opdracht door een scholier
  • 6e klas vwo | 3328 woorden
  • 20 februari 2006
  • 61 keer beoordeeld
Cijfer 6.3
61 keer beoordeeld

Inleiding Het is u vast niet ontgaan. De ene na de andere crimineel wordt geliquideerd, relletjes breken uit en misdrijven begaan. Het lijkt alsof de criminaliteit toeneemt. Maar is dat ook echt zo, of wordt er alleen meer over gesproken in de media? Wat zijn de feiten over criminaliteit eigenlijk? En hebben Nederlanders het gevoel dat de criminaliteit toeneemt, of valt dat heel erg meer? Kortom, wat is de rol van de media bij de beeldvorming van criminaliteit in Nederland? In dit werkstuk probeer ik antwoord te geven op die vraag. Wat verstaan we onder criminaliteit? Volgens de Encarta encyclopedie is criminaliteit de verzameling van uiteenlopende menselijke gedragingen die door de overheid strafbaar zijn gesteld. Veel mensen denken bij criminaliteit aan een moord, vernielingen of iets wat je een ander aandoet. Maar kleine dingen als niet handsfree bellen in de auto is ook criminaliteit. Er zijn 5 verschillende soorten criminaliteit. Ten eerste is er agressieve criminaliteit. Daaronder vallen mishandelingen, vernieling, moord en agressie tegenover gezag. Ten tweede is er seksuele criminaliteit. Daaronder vallen aanrandingen, verkrachtingen, incest en pedofilie. Ten derde is er vermogenscriminaliteit. Daarbij hoort fraude, helingen en belastingontduiking. Ten vierde is er verkeerscriminaliteit. Daarbij hoort doorrijden na een ongeval, door rood rijden en rijden onder invloed. Als laatste is er overige criminaliteit. Daaronder valt alles wat niet onder de andere categorieën valt, zoals drugshandel en milieudelicten. In dit werkstuk richt ik mij voornamelijk op de ernstigere misdrijven zoals moord, ernstige vernielingen en iets wat tegen een persoon is aangedaan, zoals mishandeling en ontvoeringen.
Wat verstaan we onder media? Volgens de Encarta encyclopedie zijn media hulpmiddelen in een communicatieproces die informatie waarneembaar kunnen maken met de bedoeling deze aan een publiek over te dragen. In dit werkstuk zal het echter niet om alle media gaan, maar voornamelijk over massamedia zoals televisie, dagbladen, internet en radio. Dit zijn de media die mensen het meest gebruiken om dingen te weten te komen. Wat zijn de feiten over criminaliteit van 2000 tot 2004? In de media is steeds meer te lezen over criminaliteit. Maar is dat omdat er ook echt meer criminaliteit is, of omdat er gewoon meer over geschreven wordt? In dit hoofdstuk zet ik de feiten op een rijtje. Daarbij heb ik gekeken naar de cijfers van het CBS van 2000 tot en met 2004. de cijfers van 2005 zijn pas in 2006 bekend, en dus helaas nog niet in dit verslag verwerkt. In de volgende tabel en grafiek ga ik kijken naar het totaal aantal misdrijven. Onder misdrijven verstaan we ernstige strafbare feiten
Jaar Geregistreerd Opgehelderd
2000 1 305 635 191 242
2001 1 357 617 215 424
2002 1 422 863 253 916
2003 1 383 875 276 358
2004 1 324 608 279 258
Uit deze tabel is af te leiden dat ten opzichte van 2000, de criminaliteit in 2004 gestegen is. Maar in de tabel is ook te zien dat de criminaliteit in 2004 ten opzichte van 2001, 2002 en 2003 gedaald is. Ook zijn er in 2004 meer misdrijven opgehelderd. Dat wil zeggen dat tenminste 1 verdachte bekend is bij de politie. Als we deze gegevens in de grafiek bekijken, is duidelijk te zien dat over deze spreiding van 5 jaar, de meeste misdrijven gepleegd werden in 2002, en de meeste misdrijven opgehelderd in 2004. In de volgende tabel en grafiek ga ik kijken naar het totaal aantal geweldsmisdrijven. Daaronder vallen verkrachting, feitelijke aanranding der eerbaarheid, overige seksuele misdrijven, bedreiging, misdrijven tegen het leven, mishandeling, dood en lichamelijk letsel door schuld, diefstal met geweld en afpersing. Jaar Geregistreerd Opgehelderd
2000 90 944 39 368

2001 101 143 45 099
2002 109 247 52 715
2003 111 452 58 622
2004 114 901 65 326
In deze tabel en grafiek is af te lezen dat het aantal geweldsmisdrijven de afgelopen jaren sterk is toegenomen. In 2000 werden 90 944 misdrijven gepleegd. In 2004 waren dat er al 114 901. dat is een vrij grote stijging. Ook is te zien dat er veel meer geweldsmisdrijven zijn opgehelderd. In 2000 werden er 39 368 geweldsmisdrijven opgehelderd, in 2004 65 326. over de jaren zijn er dus ook meer geweldsmisdrijven gepleegd, maar ook meer opgehelderd. Als je dat in verhouding ziet, werd in 2000 43,28% van de geweldsmisdrijven opgelost. In 2004 was dat 56,85%. Dat is dus meer dan 10% meer. In de volgende tabel en grafiek worden de feiten over moorden weergegeven. Deze gegevens zijn ook verwerkt in de bovenstaande grafiek en tabel, maar vanwege het feit dat het de laatste weken zoveel in het nieuws is vanwege de liquidaties, heb ik besloten het ook apart te vermelden. Jaar Geregistreerd Opgehelderd
2000 20 154 9 683
2001 23 499 11 812
2002 27 690 14 747
2003 29 720 17 229
2004 33 833 20 709
In deze tabel en grafiek is te zien dat er sinds 2000 elk jaar meer moorden worden gepleegd. Ook is te zien dat er steeds meer moorden worden opgehelderd. Ten opzichte van 2000 zijn er in 2004 ongeveer 13 000 meer moorden gepleegd. Dat is zeer veel. Als je kijkt naar het aantal moorden dat is opgehelderd, zie je dat er in 2000 48% werd opgehelderd, en in 2004 61%. De vraag bij al deze dingen is of de media hierbij een rol speelt. Qua cijfers zou het zomaar een rol kunnen spelen. Door veel reclames en dergelijke zullen er meer mensen zijn die aangifte hebben gedaan van iets. Het gaat hier immers alleen om de geregistreerde criminaliteit, wat maar een deel is van de totale hoeveelheid criminaliteit. In dat opzicht zal de media zeker hebben bijgedragen aan de getallen. Of de media ook echt meehelpt aan de hoeveelheid criminaliteit, of aan het aantal opgehelderde misdrijven is sterk de vraag. Je zou kunnen zeggen dat omdat mensen zien wat er met criminelen gebeurd, wat nu makkelijker is dan jaren geleden, ze minder snel de wet willen overtreden. Maar als je dan kijkt naar het aantal misdrijven dat is gepleegd, dan gaat dat weer niet op. Wat ook van belang is als je kijkt naar de cijfers, is het aantal inwoners van Nederland. Dat aantal is namelijk ook gegroeid. In 2000 had Nederland 15 863 950 inwoners. In 2004 waren dat er 16 258 032. In 2000 was het dus 8.23% dat een misdrijf pleegde. In 2004 was dat 8,15%. Hieraan is te zien dat er in verhouding minder misdrijven werden gepleegd. Het kan dus zijn dat er in de media meer over gesproken werd omdat er absoluut meer misdrijven waren gepleegd, maar dat dat beeld niet juist is omdat er in verhouding minder misdrijven zijn gepleegd. Als we naar de absolute cijfers kijken is het aantal misdrijven de afgelopen jaren sterk toegenomen. Als we echter naar de procenten van de bevolking kijken, is het aantal relatieve misdrijven afgenomen. In het volgende hoofdstuk ga ik kijken hoe de media over criminaliteit bericht, en wat de invloed is op Nederlanders. Alle cijfers in dit hoofdstuk komen van de website van het Centraal Bureau voor de Statistiek , waar ook van elke soort misdrijf apart tabellen op te vragen zijn. Hoe bericht de media over criminaliteit? De media kan een grote invloed hebben op dat wat de mensen denken en geloven. Of dat in het geval van de beeldvorming bij criminaliteit ook zo is, ga ik in dit hoofdstuk bekijken. De beeldvorming van het nieuws hangt af van waar dat nieuws vandaan komt. Verschillende nieuwsbronnen kunnen het nieuws namelijk iets verschillend brengen. De manier waarop dat gebeurd hangt af van verschillende factoren. Ten eerste de identiteit. Deze identiteit kan gebaseerd zijn op de politieke of religieuze achtergrond of een specifiek interessegebied. De identiteit is te herkennen aan de presentatie, het woordgebruik, de keuze van de onderwerpen het commentaar. De tweede factor is objectiviteit. De meeste media streven naar een zo groot mogelijke objectiviteit. Volledige objectiviteit is onmogelijk. Hoe objectiever het bericht, hoe betrouwbaarder het bericht is. De derde factor is manipulatie. De media kan bepaalde dingen weglaten of feiten verdraaien waardoor een ander beeld van iets ontstaat. Hoe mensen over iets denken hangt dus sterk af van de bron waar ze iets gehoord of gelezen hebben. Vervolgens is ook van belang hoeveel er in de media over een bepaald onderwerp gesproken wordt. Criminaliteit is de laatste tijd veel in het nieuws. Maar is dat ook meer dan voorheen? Dit is vrij moeilijk om nu nog na te gaan. Op de krantensites zijn veel artikelen terug te vinden, maar lang niet allemaal. Bij de televisiejournaals is het al helemaal moeilijk om na te gaan. Wat ik wel gedaan heb, is op zoek gaan naar al bestaande onderzoeken op dit gebied. In het archief van NRC Handelsblad vond ik de volgende artikelen.
Vertekende rol media over criminaliteit en geweld Maurice Vergeer, Docent Radboud Universiteit Nijmegen
In NRC Handelsblad van 21 november staat een artikel over de misleidende rol van media inzake de vermeende toename van het aantal moorden in Nederland. De teneur in de tweede helft van het stuk is dat de toename van het aantal moorden zou resulteren in toegenomen aandacht van de media voor deze moorden. Deze vermeende toename in berichtgeving zou er bij kijkers toe leiden dat zij van mening zijn dat er meer moorden worden gepleegd en daar angstiger van worden. Bovenstaande redenatie is in grote lijnen afgeleid van de in de bijdrage genoemde cultivatietheorie. Twee studies, gericht op de Nederlandse situatie, hebben deze theorie getest op de thema's geweld, criminaliteit en angst. De eerste studie is van dr. H. Bouwman uit 1987. Zijn studie wijst uit dat tv-programma's worden gedomineerd door geweld: de tv-werkelijkeid is beduidend gewelddadiger en crimineler dan de echte wereld. Echter, de studie wijst tevens uit dat veelkijkers, vergeleken met weinigkijkers, de echte wereld niet méér gewelddadig en crimineel vinden. Bouwmans conclusie is dan ook dat er geen empirisch bewijs is voor het verband tussen een gewelddadige televisiewereld en hoe mensen hun leefwereld inschatten. De tweede studie uit 2000, van mijzelf, toont aan dat er geen verband is tussen het kijken naar specifieke tv-programma's en de inschatting van criminaliteit in de samenleving en gevoelens van onveiligheid. Als er al een relatie zou zijn, dan is die er met het kijken naar fictie, zoals series en speelfilms. Immers, ook fictieprogramma's presenteren een gewelddadige wereld. In tegenstelling tot nieuwsprogramma's waar geweld zelden expliciet wordt getoond, is geweld in veel fictieprogramma's een vast element. Deze programma's zijn dan ook juist bedoeld om emotionele reacties op te wekken. Het is dan ook aannemelijker dat het kijken naar geweld in fictie tot meer angstgevoelens leidt dan het kijken naar geweld in nieuwsprogramma's. Echter, vooralsnog ontbreekt ook hiervoor het empirische bewijs. Overigens blijkt dat ook het genoemde directe verband tussen blootstelling aan nieuws en angst bij 10- tot 12-jarigen, rekeninghoudend met andere verklaringen, afwezig is, blijkens de studie van Van Der Molen c.s. in het Tijdschrift voor Massacommunicatie. Onderzoek van Bouwman en mij toont wel aan dat het vooral lager opgeleiden en jongeren zijn die de samenleving als crimineel beschouwen. De rol van de media inzake criminaliteit en geweld is vertekend, maar of er sprake is van misleiding is vooralsnog zeer de vraag. Nog afgezien van de intentie die het woord ‘misleidend' impliciet in zich draagt. Uit dit artikel is het volgende af te leiden: in de eerste studie van dr. H. Bouwman uit 1987 wordt gezegd dat de hoeveelheid die men tv kijkt, niks te maken heeft met hoe je de echte wereld ziet. In de tweede studie van Maurice Vergeer staat dat ook. Beide zeggen dat er geen verband bestaat naar het kijken van bepaalde tv-programma’s en het beeld van de criminaliteit. Ook zeggen ze beide dat vooral jongeren en lager opgeleiden de samenleving als crimineel beschouwen, maar dat hoeft niks met de media te maken te hebben. In feite zegt dit artikel dus dat er geen verband bestaat tussen de media en het beeld dat mensen van criminaliteit hebben. Media misleidend over moorden Door een onzer redacteuren
ROTTERDAM, 21 NOV. Weer drie doden door een schietpartij. Wie afgaat op de media, denkt dat er steeds meer wordt gemoord in Nederland. De werkelijkheid is anders. Het aantal moorden in Nederland neemt de laatste tien jaar niet toe. Sinds midden jaren negentig vallen er jaarlijks circa 250 slachtoffers van moord of doodslag. Zo'n tweehonderd hiervan zijn Nederlandse ingezetenen, de overigen zijn toeristen of illegalen. Dit blijkt uit cijfers van het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS) en het Nederlands Studiecentrum Criminaliteit en Rechtshandhaving (NSCR). Cijfers over 2005 zijn pas in juli 2006 beschikbaar, meldt het CBS. De recente liquidaties in Amsterdam en de schietpartij in Rotterdam zorgen niet per se voor een trendbreuk, zegt Paul Nieuwbeerta, onderzoeker bij het NSCR. ,,Misschien gebeurt er de komende weken niets, en komen we op jaarbasis weer uit op hetzelfde aantal.'' Nieuwbeerta analyseerde alle moordzaken in Nederland sinds 1992. Sinds dat jaar zijn er geen duidelijke trends aan te wijzen in de aard van de moorden. Het aantal slachtoffers van bijvoorbeeld criminele afrekeningen of huiselijk geweld is door de jaren heen stabiel. Tussen 1992 en 2001 was elf procent van de slachtoffers afkomstig uit het criminele milieu. Over een lange periode is er wel sprake van een sterke toename van het aantal moorden. Tussen 1911 en 1930 waren er gemiddeld bijna twintig slachtoffers van moord of doodslag, tussen 1940 en 1970 waren dat er veertig. De stijging vond vooral plaats tussen 1965 en 1990, naar het huidige relatieve aantal slachtoffers van 1,2 per 100.000 inwoners. Ondanks de gelijkblijvende cijfers, denken veel burgers dat het aantal moorden toeneemt. Die discrepantie wordt volgens communicatiewetenschapper Juliette Walma van der Molen, verbonden aan de Universiteit van Amsterdam, veroorzaakt door de berichtgeving in de media. ,,De aandacht voor criminaliteit is onevenredig groot. De omvang neemt toe en de toon wordt emotioneler, met meer aandacht voor slachtoffers. Hoe meer nieuws afwijkt van de norm, hoe groter de nieuwswaarde. Wie geen tegenvoorbeelden krijgt, gaat denken dat de afwijking de norm is. Bij de consument speelt ook selectieve waarneming: gruwelverhalen maken meer indruk.'' Volgens Walma van der Molen is er met name in de VS veel `cultivatie-onderzoek' gedaan, onderzoek naar het cultiveren van een beeld van de werkelijkheid door de media. ,,Burgers geven zelf aan aan dat ze twee sentimenten overhouden aan de onevenredige aandacht voor criminaliteit. Ze beschouwen de wereld, met name grote steden, als een enge plek en ze achten de kans groot dat ze zelf slachoffer worden.'' Uit recent onderzoek van Walma van der Molen naar nieuwsconsumptie van acht- tot tienjarigen, blijkt een forse toename van hun `angstreacties'. ,,Vijf jaar geleden werd 35 procent van deze groep bang door het kijken naar Jeugdjournaal of volwassenennieuws. Nu is dat 65 procent. Ze zijn bang voor oorlog of terrorisme, minder voor interpersoonlijk geweld. Dat ze zich zorgen maken is niet per se slecht, maar de toename is opmerkelijk.'' Uit dit artikel is het volgende af te leiden: Juliette Walma van der Molen zegt dat het beeld dat mensen hebben over criminaliteit veroorzaakt wordt door de media. Ze zegt dat de media zorgt voor een scheef beeld door de grote aandacht voor criminaliteit. Deze artikelen spreken elkaar in feite tegen. Het eerste artikel is een reactie op het tweede artikel, omdat Maurice Vergeer het niet eens was met het artikel. Uit deze artikelen wordt je dus niet heel erg veel wijzer, want wie moet je nu geloven? Dat is heel moeilijk na te gaan. Om voor jezelf echt een heel duidelijk beeld te krijgen moet je eigenlijk zoveel mogelijk onderzoeken naast elkaar leggen en vergelijken. Omdat dat voor mij heel moeilijk is wegens de beperkte toegang tot deze onderzoeken heb ik voor mezelf een klein onderzoekje gedaan waarin ik mensen op straat aansprak en om hun mening vroeg. Hoe beleven Nederlanders criminaliteit? Om een aardig beeld te krijgen van het gevoel dat Nederlanders hebben bij de hoeveelheid criminaliteit in Nederland en of de media daar een rol in speelt, ben ik de straat op gegaan om voorbijgangers een aantal vragen te stellen. Tevens heb ik op internet mensen ondervraagd. In totaal heb ik 150 mensen ondervraagd. Vraag 1: wat verstaat u onder criminaliteit? De meeste mensen gaven als antwoord: het overtreden van de wet. Tevens werden de volgende antwoorden gegeven: vechten, moord, gedrag dat andere mensen schaadt, stelen, drugs verkopen of verbruiken, geweld, beroven, verkrachten, vernielen en schieten. Veel mensen wisten echter geen goede beschrijving te geven omdat ze hun gedachten niet goed wisten te verwoorden, Vraag 2: heeft u het gevoel dat de hoeveelheid criminaliteit in Nederland is toegenomen? Ja: 74,6% Nee: 25,4% Vraag 3: hoe komt het dat u dat gevoel heeft? Deze vraag stelde ik alleen als er op vraag 2 ja was geantwoord. Ook vermeld ik hier niet de antwoorden die te maken hebben met de media. Die zijn in vraag 4 verwerkt. Het vaakst werd de omgeving en verhalen van anderen genoemd. Verder werden nog eigen ervaringen genoemd als reden. Vraag 4: speelt de media een rol in uw gevoel van de hoeveelheid criminaliteit in Nederland? Ja: 83,9% Nee: 16,1% Uit dit mini - onderzoekje is af te leiden dat de meeste mensen het gevoel hebben dat de criminaliteit is toegenomen, en dat veel mensen dat gevoel hebben door dat wat er in de media over gezegd wordt. Wat ik nog had kunnen vragen is hoe vaak deze mensen ook daadwerkelijk een krant lezen of het nieuws kijken. Het zou namelijk kunnen dat ze 3 kranten lezen op een dag. Kun je nagaan hoeveel ze dan lezen over criminaliteit, en misschien het gevoel hebben dat het meer is dan het werkelijk is. Ook zou het kunnen dat ze alleen de krant lezen als er iets groot gebeurd is, wat dan op de voorpagina staat en vaak een hoop dodelijke slachtoffers heeft. Dat zou ook invloed kunnen hebben op de beeldvorming. Aangezien ik dit allemaal niet gevraagd heb, moet ik maar gewoon erop vertrouwen dat de mensen een normale hoeveelheid nieuws tot zich nemen. Wel is het, ook na dit onderzoekje, nog steeds moeilijk te zeggen of de media ook echt zo’n grote invloed heeft. Conclusie In dit werkstuk heb ik onderzocht wat de rol van de media is bij de beeldvorming van criminaliteit in Nederland. Dit is een vrij moeilijk iets om uit te zoeken. Dat komt omdat het heel moeilijk is om te achterhalen wat er in de media wordt gezegd over criminaliteit. Dit was voor mij vrijwel niet te achterhalen, en daarom heb ik gebruik gemaakt van al bestaande onderzoeken. Daar heb ik dan weer conclusies uit getrokken. De feiten over criminaliteit zijn te achterhalen, ook al gaat het dan alleen om de geregistreerde criminaliteit. Die is sinds 2000 toegenomen, maar in vergelijking met 2001, 2002 en 2003 is de criminaliteit in 2004 afgenomen. De hoeveelheid geregistreerde criminaliteit is vrij hoog. Ook het aantal geregistreerde moorden ligt vrij hoog, met 33.833 in 2004. In verhouding met het aantal inwoners is het aantal misdrijven gedaald. In 2000 was het namelijk 8,23% en in 2004 8,15%. Aan het begin van dit onderzoek had ik verwacht dat het gevoel van de criminaliteit in Nederland was toegenomen de afgelopen jaren. Dat is inderdaad ook het geval. Ik had dat gevoel omdat ik zelf gemerkt heb dat de media meer bericht over criminaliteit dan voorheen, en ik zelf daardoor ook het gevoel had dat de criminaliteit was toegenomen. Ook het feit dat er continu mensen gearresteerd worden die ‘terrorist’ zouden zijn, draagt bij aan dat gevoel. In het hoofdstuk over hoe de media bericht over criminaliteit is te zien dat er uit verschillende onderzoeken, verschillende verklaringen komen. Blijkbaar is het dus nog best moeilijk om na te gaan of de media een rol speelt. Met behulp van mijn eigen onderzoekje ben ik tot de conclusie gekomen dat de media een grote rol speelt bij de beeldvorming van criminaliteit in Nederland. Het is vaak de bron waar mensen hun ideeën op baseren. Als er in de media veel over criminaliteit wordt gesproken, denken veel mensen dat de hoeveelheid criminaliteit is toegenomen. Veel mensen zien de media als een betrouwbare bron, waardoor ze niet gaan controleren of dat idee wel klopt.
Literatuurlijst - themakatern Massamedia, uitgeverij Essener, 2003 - Wolters’ maatschappijleer in je pocket, Wolters-Noordhoff Groningen, 2005 - www.nrc.nl - http://winklerprins.nrc.nl - www.cbs.nl - http://statline.cbs.nl/StatWeb/table.asp?STB=G1,G2&LA=nl&DM=SLNL&PA=70871ned&D1=0-1&D2=a&D3=a,!0&HDR=T - http://www.alltheweb.com/search?cat=img&cs=iso-8859-1&q=criminaliteit&rys=0&itag=crv - http://www.alltheweb.com/search?cat=img&cs=iso-8859-1&q=criminaliteit&rys=0&itag=crv - http://www.alltheweb.com/search?cat=img&cs=iso-8859-1&q=criminaliteit&rys=0&itag=crv - http://www.lombox.nl/beeldmateriaal/atjehstraat_autobrand.jpg -
http://www.northwestaerial.com/graphics/media.jpg - http://archief.nrc.nl/?modus=l&text=criminaliteit+in+de+media&hit=5&set=1 - http://archief.nrc.nl/?modus=l&text=criminaliteit+in+de+media&hit=6&set=2

REACTIES

R.

R.

het is helemaal geweldig, je kan deze site heel goed gebruiken om je informatie te gebruiken.

12 jaar geleden

Log in om een reactie te plaatsen of maak een profiel aan.