Inleiding
In 1970 haalde men veel gastarbeiders uit onder andere Marokko en Turkije, dit omdat er een groot tekort aan werkkrachten was op dat moment. Al snel verdween deze behoefte en waren ze niet echt meer nodig. Hier ontstond het begin van het integratiebeleid. Deze gastarbeiders waren namelijk niet echt ingeburgerd, ze moesten zo snel mogelijk aan het werk. Ook was er van sommigen al een vorm van racisme tegenover de gastarbeiders ontstaan.
Na dertig jaar was het hoog tijd om te kijken hoe de overheid dit nou heeft aangepakt. Zo werd er een commissie opgericht die dit moest gaan onderzoeken. Hoe ze dit aanpakken, hoe dit verliep en hoe de politieke partijen hierop reageerden hebben we in dit werkstuk beschreven.
Commissie-Blok (Tijdelijke Commissie Onderzoek Integratiebeleid)
De Tijdelijke Commissie Onderzoek Integratiebeleid, beter bekend als de commissie-Blok, heeft in opdracht van de Tweede Kamer onderzoek gedaan naar het Nederlandse integratiebeleid.
De leden van de commisie
- Stef Blok, voorzitter (VVD)
Blok is sinds 1998 lid van de Tweede Kamer. Daarvoor bekleedde hij verschillende functies bij ABN Amro en was hij lid van de gemeenteraad van Nieuwkoop.
- Karin Adelmund
Adelmund is sinds 1994 lid van de Tweede Kamer. Ze was in het tweede kabinet-Kok (1998-2002) staatssecretaris van Onderwijs. Daarvoor was ze voorzitter van de PvdA.
- Ineke van Gent (GroenLinks)
Van Gent is sinds 1998 lid van de Tweede Kamer. Daarvoor was ze onder meer districtshoofd en bestuurder bij FNV Noord (Groningen, Friesland en Drenthe) en lid van de Groningse gemeenteraad.
- Irmala Rambocus (CDA)
Rambocus is sinds 2002 lid van de Tweede Kamer. Daarvoor was ze onder meer lid van de Provinciale Staten in Utrecht, gaf ze les in commerciële vorming en werkte ze voor de politie.
- Joao Varela (LPF)
Varela is sinds 2002 lid van de Tweede Kamer. Daarvoor werkte hij bij het cosmeticaconcern l'Oréal als bedrijfseconoom en was hij lid van het management.
- Fenna Vergeer (SP)
Vergeer is sinds 2002 lid van de Tweede Kamer. Daarvoor was ze onder meer lid van de Provinciale Staten van Zuid-Holland en doceerde ze Nederlands aan migranten.
Onderzoeksvragen
De commissie heeft geprobeerd uit te zoeken of het integratiebeleid geslaagd is, door de volgende onderzoeksvragen te stellen:
· Welk integratiebeleid kende Nederland in de afgelopen 30 jaar?
· Wat waren de doelstellingen en resultaten van dit beleid op belangrijke deelterreinen, zoals wonen en recreëren, inkomen en werk en onderwijs?
· Is er sprake van een samenhangend en consistent integratiebeleid?
· In hoeverre is dit beleid, gegeven de doelstelling, als succesvol te kwalificeren?
· Zijn er buitenlandse stedelijke ervaringen met het integratiebeleid, waarmee ons land zijn voordeel kan doen?
Op 19 januari kwam de commissie met haar conclusies. Die conclusies zijn van invloed op het toekomstige integratiebeleid. De conclusies en aanbevelingen zijn gezet in het rapport “Bruggen bouwen” wat 2500 pagina’s telt en waarvoor 89 gesprekken zijn gevoerd met betrokkenen.
Wat is integratie?
Om naar het rapport te kijken, is het belangrijk om te kijken naar wat integratie precies is. De defintie van integratie is volgens de commissie Blok: “Een persoon of groep is geïntegreerd in de Nederlandse samenleving wanneer sprake is van een gelijke juridische positie, gelijkwaardige deelname op sociaal economisch terrein, kennis van de Nederlandse taal en wanneer gangbare waarden, normen en gedragspatronen worden gerespecteerd. Integratie is een tweezijdig proces: enerzijds wordt van nieuwkomers verwacht dat zij bereid zijn te integreren, anderzijds moet de Nederlandse samenleving die integratie mogelijk maken.”
De conclusies van de commissie Blok
- Algemeen
• De integratie van veel allochtonen is geheel of gedeeltelijk geslaagd en dat is een prestatie van
formaat.
• Ondanks de matige coördinatie door de regering zijn resultaten geboekt op de terreinen van
wonen, werken, onderwijs en emancipatie. De vraag is of dat te danken is aan het
integratiebeleid.
• De noodzaak van het leren van Nederlands is lange tijd miskend. Het rendement van
inburgeringscursussen is te laag en ook met een andere opzet zal dat zo blijven. De commissie
bepleit een realistisch verwachtingspatroon ten aanzien van het te bereiken taalniveau.
• De door het kabinet aangekondigde bezuinigingen op gesubsidieerde arbeid zullen vooral
allochtonen treffen.
- Onderwijs
• Allochtone leerlingen maken hoopgevende vorderingen.
• Jongens en meisjes moeten op school gelijk worden behandeld.
• De vrijheid van onderwijs belemmert de decentralisatie van het onderwijsbeleid.
• Zwarte scholen ontstaan door een combinatie van de samenstelling van woonwijken, de
keuzevrijheid van ouders en het beleid van scholen dat zijn oorsprong vindt in artikel 23 van de
Grondwet (dat de vrijheid van onderwijs garandeert). Hierdoor worden in bepaalde gevallen de
keuzemogelijkheden van ouders beperkt.
• Het ontstaan van zwarte scholen wordt bestreden door de keuzemogelijkheden te vergroten.
Gemeenten maken hierover verplichtende afspraken met bijzondere scholen.
- Wonen
• De stijging van de huren en de lagere individuele huursubsidie leiden tot een kleiner aanbod
van betaalbare woningen.
• Spreiding van Surinamers en asielzoekers heeft geen langdurig effect; na verloop van tijd
trekken ze weer naar de grote steden.
• Randgemeenten met relatief weinig allochtonen moeten meer betaalbare huur- en
koopwoningen bouwen, onder meer op Vinex-locaties.
- Emancipatie
• Een goede regeling van het zelfstandig verblijfsrecht voor mishandelde allochtone vrouwen is
van belang om huiselijk geweld te bestrijden.
• Er komt specifiek beleid om problemen die eventueel voortvloeien uit huwelijksmigratie aan te
pakken.
• Het dragen van een hoofddoek is een eigen keuze en verantwoordelijkheid. Dit basisprincipe
kan alleen op functionele gronden worden ingeperkt.
Aanbevelingen van de commissie Blok
1. Het bestrijden van discriminatie en vooroordelen moet zowel bij autochtonen als allochtonen actief ter hand worden genomen. Nederland heeft geen reden voor zelfgenoegzaamheid op dit gebied. 2. De voorwaarden voor succesvolle integratie zijn: o Een zodanige kennis van de taal dat participatie in de samenleving mogelijk is; o Een ieder neemt de waarden en normen in acht zoals die in de wet zijn verankerd; o In het private domein is er ruimte voor differentiatie en eigen interpretatie binnen de kaders van de wet; o Ongeschreven regels die het functioneren in de samenleving makkelijker maken worden onder de aandacht van nieuwkomers gebracht; o Van nieuwkomers mag verwacht worden dat zij bereid zijn te integreren en de Nederlandse samenleving moet die integratie mogelijk maken. 3. De Commissie adviseert het kabinet een Onderraad integratiebeleid in te stellen en de Tweede Kamer een commissie voor het integratiebeleid in het leven te roepen. Hierbij wordt als uitgangspunt gehanteerd dat vooruitgang op de kernterreinen werken, wonen, onderwijs, emancipatie en kwaliteit van de woonomgeving moet worden bereikt. 4. Integratiebeleid moet gebaseerd zijn op een realistische onderkenning van het continue karakter van internationale migratiestromen
Reacties op de Commissie Blok
De conclusies van 30 jaar integratiebeleid waar de commissie Blok op uitkwam werd door de tweede kamer niet bepaald goed ontvangen. Men vond het vooral te vaag, kon er niks mee of was het er gewoon niet mee eens. Het rapport was te weinig concreet, te vrijblijvend en te naïef volgens velen. De kritiek kwam vooral van de kant van CDA, VVD, SP en LPF, die gewoon wilden horen dat de integratie van immigranten mislukt was. De commissie Blok kwam er echter op uit dat het met veel immigranten goed gaat, en dat enkel het integratiebeleid mislukt was. Stef Blok, de voorzitter van de commissie is verbaasd dat er zo’n hevige kritiek is geuit door de politieke partijen op het rapport 'Bruggen Bouwen' van de commissie-Blok. De politieke partijen vinden de conclusies te voorspelbaar en de aanbevelingen te vaag. Verder zou het een gematigd rapport zijn, omdat de commissie uit leden van verschillende partijen bestaat en daarom niet op de tenen van de ene, noch de andere partij wil staan. Blok vindt het juist bijzonder dat het rapport er gekomen is, omdat veel mensen hadden voorspelt dat het rapport er nooit zou komen en het er toch maar van gekomen is. Ieder lid van de commissie vond iets anders en daardoor is er
wel veel discussie geweest tussen de leden, maar dat hoort bij het onderwerp integratie, volgens Blok. Blok vindt het vervelend dat er zo’n felle kritiek is geuit door zijn politieke collega's, omdat er helemaal niet verteld wordt hoe het wel zou moeten. Het is volgens Blok wel erg makkelijk om te zeggen dat het rapport niet goed is, zonder er iets tegenover te zetten. Blok zegt de commissie een fascinerende ervaring te vinden. "Het onderwerp integratie vormt het middelpunt van de maatschappelijke discussie, het gaat iedereen aan. Wat me vooral is bijgebleven zijn de hoorzittingen in de grote steden, daar kwamen spontaan massa's mensen op af omdat ze hun steentje wilden bijdragen. Ik zou het zo weer doen als ik werd gevraagd." De politieke partijen
Intussen hebben de partijen hun eigen rapporten opgesteld. Alle partijen hebben hierbij gemeen dat ze zoeken naar een manier om de integratie te bevorderen en de verzorgingsstaat in stand te houden. Wat dat betreft komen ze dicht in het spoor van Blok. Zij vinden echter nog steeds dat hij er met zijn commissie niet in is geslaagd om een goed beeld van het integratiebeleid te geven, daarom proberen ze daar zelf een fundamentele visie op te geven. Duidelijk is dat vooral de LPF er uit schiet wat betreft de rapporten, zij houden nog steeds stug vol dat de integratie in Nederland mislukt is en dat er van een samenleving al geen sprake meer is, aangezien er geen gedeelde taal meer is. Hoofdpunten van partijen PvdA De PvdA vindt dat de migrant zelf verantwoordelijk is voor een goede inburgering. Aan het eind van deze inburgering moet hij een test afleggen. De overheid wordt verantwoordelijk gesteld voor de kwaliteit van de cursussen. Wat huwelijksmigratie betreft legt de PvdA de verantwoordelijkheid meer bij de binnenkomende migrant dan bij de reeds in Nederland verblijvende partner, wat nu het geval is. De PvdA behoeft geen verandering aan de minimum leeftijd van de migrant van 18 jaar, en het bedrag van het inkomen dat de partner in Nederland dient te verdienen om zijn echtgenote te kunnen onderhouden blijft wat de PvdA betreft ook op 70 procent van het minimumloon staan. Verder streeft de PvdA naar een selectief toelatingsbeleid van de migranten, waarbij de hoger opgeleide arbeidsmigranten meer kans maken tot toelating. Hiermee zijn ze dus terughoudend tegenover arbeidsmigranten met een lage opleiding. Aangezien Nederland een verzorgingsstaat is moet de migrant zich inzetten om de toegang hiertoe te verdienen. Als hij eenmaal is toegelaten krijgen de kinderen die hij verder krijgt automatisch ook de Nederlandse nationaliteit. Om een beetje goede spreiding te maken van de sociale woningbouw, waar deze migranten meestal in terecht komen, wil de PvdA de gemeenten aanzetten tot het laten bouwen van deze sociale woningbouw op bepaalde plekken. Zo zien ze graag dat 30 procent van de nieuwbouw door dit soort woningen vervuld wordt, ook de randgemeenten moeten toegankelijker worden voor dit doel. De PvdA zit de mensen met een andere godsdienst verder niet in de weg. Hoofddoekjes zijn dan ook gewoon toegelaten, behalve bij situaties waar het de veiligheid of functie belemmert. Verder helpen ze moslims die streven naar vrouwenemancipatie. Tenslotte is de PvdA niet tegen Islamitische scholen. Het heeft er wel moeite mee aangezien het de integratie niet bevordert, daarom houdt de PvdA hier graag een debat over.
CDA
Het CDA wenst dat de inburgering al in het land van herkomst plaats vindt. Als hij eenmaal in Nederland is, moet hij binnen vijf jaar een cursus hebben afgelegd. Anders volgen er sancties, of kan de betreffende persoon zelfs naar zijn verblijfsvergunning fluiten. Als je niet genoeg opgeleid bent, dan moet je zelf initiatief nemen om je te scholen, anders kan er mindering van je uitkering plaatsvinden.
Ook de huwelijksmigranten moeten in het land van herkomst beginnen met inburgering. Dit dient geheel zelfstandig en op eigen kosten te gebeuren. Verder wordt de minimumleeftijd van 18 naar 21 jaar opgeschord en moet de ontvangende migrant een inkomen hebben van 120 procent van het minimumloon, in plaats van 70 procent.
Wat het CDA betreft zal Nederland nog voor een aanzienlijk deel blijven bestaan uit migranten en hun kinderen. Het CDA wil dat er toetredingseisen zullen komen, wil een migrant of een huwelijksmigrant een beroep kunnen doen op uitkering en sociale voorzieningen.
Het CDA is aardig streng wat betreft huisvesting. Ze zijn wel voor gedifferentieerd woningaanbod om segregatie tegen te gaan. Hiervoor willen ze desnoods de huisvestigingswet aanpassen om de vestiging van nieuwkomers selectief te beperken. Door het verbeurd verklaren van panden probeert ze illegale activiteiten tegen te gaan.
Het CDA mag dan wel het Christelijk geloof voorop stellen, toch zijn ze erg tolerant tegenover andere godsdiensten. Uitingen van religie behoren volgens hen namelijk tot de identiteit van mensen. In gemeenschappen moet ruimte zijn voor de expressie van het persoonlijke geloof. Hoofddoeken zijn dan natuurlijk ook toegestaan, tenzij je werk in de weg staat.
Het CDA zegt niets over soorten scholen, en of islamitische scholen wel goed zijn. Ze heeft het er vooral over dat de ouders veel meer betrokken moeten worden bij de scholen. Zo zien ze graag dat de school en ouders afspraken maken over de participatie van deze ouders. Hiervoor leert men in de lerarenopleiding om meer met ouders van migranten te praten.
VVD
De VVD vindt dat de migrant zich zowel in het land van herkomst als in Nederland inzetten voor de inburgering. Ze moeten vooral kennismaken met de maatstaven die in dit land gelden, en zich daarnaar ook gedragen. Hier onder valt bijvoorbeeld ook dat ze zich aan het zelfbeschikkingsrecht moeten houden.
Net als het CDA vinden ze bij de VVD dat huwelijksmigranten minstens 21 jaar moet zijn en dat er minstens 120 % van het minimuminkomen verdiend moet worden. Verder moet ook in het land van herkomst ingeburgerd worden en moet de bruidegom zijn bruid 10 jaar kunnen onderhouden.
De VVD laat graag alleen mensen toe die moeilijke functies kunnen bekleden. Dat je in Nederland mag blijven betekent nog niet dat je ook recht krijgt op faciliteiten van de verzorgingsstaat, je krijgt pas na 10 een geldig Nederlanderschap, en niet na 5 jaar.
De VVD is voor de verscheidenheid van huizen in probleemwijken, randgemeenten moeten zorgen voor goedkope huizen zodat ook daar immigranten kunnen wonen. De grote 4 steden moeten vestigingseisen stellen aan het wonen in probleemwijken.
Wat religie betreft is de VVD voor het cultureel universalisme. Het zelfbeschikkingsrecht, waar ze al duidelijk van lieten blijken dat ze dat belangrijk vinden, werkt voor hun ook door in de religie. Je mag best je eigen geloof hebben, maar als dit in strijd is met het zelfbeschikkingsrecht dan is dat voor hun absoluut niet goed.
Van scholen vinden ze dat ze minder moeten uitgeven aan achterstandsleerlingen, en dat ze zich moeten houden aan integratiecriteria.
Groenlinks
Groenlinks is het meest in het voordeel van de migrant.
Ze vinden dat de inburgeringscursussen verbeterd moeten worden en dat de allochtonen die al een tijdje in Nederland wonen maar nog nooit een inburgeringscursus hebben gedaan, het alsnog moeten doen. Ook zijn ze voor een imamopleiding in Nederland, zodat die niet meer automatisch van buitenaf komen.
De leeftijdsgrens voor huwelijksmigranten blijft voor de Groenlinks intact. Hierbij hoeft de partner niet in het thuisland een cursus afgelegd te hebben. Ook hoeft diegene geen opleiding gedaan te hebben. Is dat opleidingsniveau echter te laag of niet van toepassing, dat geld de leerplicht in Nederland. Groenlinks is tegen verplichte huwelijken.
Groenlinks wil graag dat immigranten zo snel mogelijk alle rechten en plichten van een Nederlander krijgt, zoals stemrecht, verplicht paspoort, enz. Ze vinden het idee van Mirjam Sterk voor een ceremonie bij de ontvangst van de nationaliteit mooi. Hierbij maakt het ze niet uit als de persoon in kwestie 2 nationaliteiten bezit.
Wat huisvesting wijkt de Groenlinks niet veel af van de andere partijen, ook zij zijn voor gemengde wijken, en meer sociale woningen in de randgemeenten.
Natuurlijk is Groenlinks voor vrijheid van religie. Verder vinden ze dat de imams uit Nederland moeten komen, en dat de religieuze leiders niet het wij-zij denken moeten aanwakkeren.
Groenlinks wil tenslotte graag veel investeren in het inhalen van achterstanden op school, en het VMBO en beroepsonderwijs verbeteren. Ouders moeten verder nog zelf kunnen kiezen voor de school.
LPF
Voor de LPF moeten migranten al hun oude waarden vergeten en zich volledig aan de westerse waarden houden. Hiervoor moeten ze ook een contract tekenen. Verder moeten ze een staatsexamen inburgering maken.
Wat huwelijken betreft heeft de LPF graag een wachttijd van 3 jaar tussen aanvraag en inwilliging, waardoor de huwelijksmigrant pas op 24-jarige leeftijd kan komen. Huwelijken tussen neven en nichten zijn voor de LPF uitgesloten.
Nederland heeft volgen de LPF geen arbeidskrachten van buiten de EU nodig, behalve als ze hoogbegaafd zijn. In principe verblijven die dan maar tijdelijk, pas als iemand 10 jaar hard gewerkt heeft en goed burgerschap heeft vertoond kan hij het Nederlanderschap verkrijgen.
Over huisvesting weet de LPF niks te zeggen.
De LPF streeft een staat na die neutraliteit uitstraalt. Daarom dienen ambtenaren of andere mensen die de staat vertegenwoordigen geen kledingstukken te dragen die met de religie te maken hebben. Verder dienen kerk en staat gescheiden te worden.
Op de school wil de LPF graag de Nederlandse geschiedenis als vak nadrukkelijk naar voren schrijven, zodat het besef hiervan bij zowel autochtone als allochtone jongeren ontstaat.
D66
De migrant moet voor de komst al een basiscursus hebben afgelegd over de Nederlandse taal en maatschappij. Bij aankomst moet nog een inburgeringscursus worden afgelegd.
Ook bij D66 geld: de huwelijksmigrant moet minstens 21 jaar zijn en er moet minstens 120 % van het minimumloon verdiend worden. Verder moet de huwelijksmigrant op een basisniveau zitten, dat wil zeggen dat hij niet alleen moet kunnen lezen en schrijven, maar ook een beroepskwalificatie moet hebben, zodat er een goede aansluiting op de arbeidsmarkt is.
Voor D66 moet men eerst 7 jaar gewerkt hebben voordat hij recht heeft op sociale voorzieningen.
Ook bij D66 moeten weer meer sociale woningen komen in de randgemeenten.
Verder zijn ze voor vrijheid van religie, maar daarbij mag niet worden gediscrimineerd naar andere groepen zoals met homo’s wordt gedaan. Kledingvoorschriften hangen van maatschappelijke instellingen, zoals scholen, af.
Wat scholen betreft zijn ze voor participatie van de ouders, verder moet ook nadrukkelijk de Nederlandse en Europese geschiedenis voorgelegd worden.
Feestelijk integreren
Kamerlid van het CDA heeft een opmerkelijk voorstel gedaan dat waarschijnlijk ingewilligd zal worden aangezien veel partijen het er mee eens zijn. Ze is onlangs in Canada, een klassiek immigratieland, geweest als lid van een Rotterdamse delegatie. Ze wilde weten hoe men hier omging met inburgering en integratie en woonde een burgerschapsceremonie bij. Deze vond ze zeer indrukwekkend. Het gaat over het nieuwe staatsburgerschap en het betekend toch wel wat als je een nieuwe nationaliteit verkrijgt. Daarom heeft ze voorgesteld om voortaan als iemand zijn paspoort uitgereikt, dit via een feestelijke ceremonie te doen. Nu dient iemand bij naturalisatie tot Nederlander gewoon zijn paspoort op te halen. In deze feestelijke ceremonie zingen de ‘nieuwe Nederlanders’ het wilhelmus, en leggen ze een eed af op het respecteren van rechten en plichten.
In een paar gemeentes, zoals in Rotterdam, wordt er al wat bijzonders van gemaakt. In Rotterdam wordt bijvoorbeeld al een praatje met de wethouder gemaakt, waarin hij ze aanraadt ook kennis te maken met buren, en zich als actieve burger van de stad in te zetten. Ook krijgen ze een roos, een plattegrond van de stad en informatie over de stad.
Opinie
De partijen zijn dus duidelijk strenger geworden tegenover immigranten. Sommigen vinden dat Pim Fortuyn ze wakker heeft geschud. Ikzelf geloof daar niet zo in, hoewel het wel deels waar zou kunnen zijn. Wat vooral opvalt is dat de PvdA ietwat strenger is geworden, en natuurlijk heeft de LPF duidelijke punten op het gebied waar ze om bekend staan.
Wat op het gebied van inburgering opvalt, is dat de meeste partijen nu vooral de immigrant meer vertrouwd wil maken met de westerse cultuur in het algemeen en de Nederlandse in het bijzonder. Ook vindt men het nu belangrijk dat de immigrant de Nederlandse taal vroegtijdig verstaat. Veel partijen eisen hierbij dat de immigrant al bij land van herkomst veel te weten komt en inburgert. Dit is waarschijnlijk omdat ze graag hebben dat ze al een beetje weten wat hun ‘te wachten’ staat, en zodat ze al een beetje in de bevolking kunnen mengen als ze net in Nederland zijn. Veel partijen willen ook dat er in Nederland zelf nog intensief aan inburgeringscursussen wordt gedaan. Duidelijk is dat men wil dat immigranten niet in hun eigen wereldje blijven zonder te weten hoe dingen in Nederland gaat. Zelf vind ik dit wel goed, Nederland verleent je toegang, en dan dien je er wel wat voor terug te doen, door je als een goede ‘Nederlander’ te gedragen. Ik acht het echter niet nodig om al in het land van herkomst plaats te vinden.
Verder worden de eisen voor huwelijksmigratie hoger. Zo wordt de minimumleeftijd vaak opgeschort tot 21 jaar, en het minimumloon van de ontvangende bruidegom naar 120 % van het minimumloon. Alleen de PvdA en Groenlinks doen hier niet aan mee. Verder willen veel partijen ook dat de bruid ook al in het land van herkomst inburgert, en in ieder geval aardig ‘intelligent’ is. Verder wil de LPF nog dat neven en nichten huwelijken uitgesloten worden. Afgezien van deze laatste regel (Nederlanders doen daar toch zeker ook aan) ben ik het wel eens met de eisen. Alleen de leeftijd mag wat mij betreft nog wel achttien blijven. Van huwelijksmigratie in het algemeen vind ik dat het niet echt goed is, aangezien veel meisjes vaak niet willen. Maar ja, dan vind ik ook weer dat je niet zo maar met een westerse bril naar deze cultuursgewoonte moet kijken.
Verder zien veel partijen af van arbeidsmigranten, aangezien Nederland er geen behoefte meer aan heeft. Alleen als deze arbeidsmigrant echt wat toe te voegen heeft door een hoog opleidingsniveau, kan hij wel toegelaten worden. Wat het verkrijgen van een nieuwe nationaliteit betreft vind ik het wel mooi dat er ideeën zijn om hier een hele ceremonie van te maken, het is immers niet niks. En van arbeidsmigranten vind ik het wel terecht dat er niet meer gewoon mensen naar Nederland mogen komen voor werk, meestal zijn deze mensen niet in levensgevaar, en heeft Nederland er niet echt behoefte aan.
Wat huisvesting betreft zegt iedereen dat er meer sociale woningen in randgemeenten komen, zodat daar meer immigranten komen wonen. Dit is wel terecht, het is niet goed als ze allemaal op elkaar in een achterstandswijk in een grote stad worden gezet. Dit is het ideale milieu om de misdaad in te gaan, terwijl ze waarschijnlijk ook heel goede burgers kunnen zijn. Ik vind dus ook dat ze meer verspreid tussen de Nederlanders moeten gaan wonen.
Verder kijken alle partijen wat religie betreft natuurlijk naar de grondwet, waarin onder andere staat dat er vrijheid van godsdienst betreft. Daar hebben ze dus niks tegen in te brengen. Wel kunnen ze bepaalde bijbehorende kledingstukken, zoals hoofddoeken bij de islam, verbieden op grond van dingen. De meeste partijen vinden het alleen erg als het niet bij het werk past, de LPF vindt ook dat ze niet gedragen mogen worden bij nationaal werk. Hier ben ik het niet echt mee eens. Voor de rest vind ik het wel tamelijk terecht.
Bij onderwijs zijn de meningen wel verdeeld. De een wil aparte, bijvoorbeeld moslimse scholen, afschaffen, de ander wil vooral dat de ouders meer bij het onderwijs betrokken.
Ook wordt veel gezegd dat achterstandsleerlingen veel geholpen moeten worden. Met dat laatste ben ik het vooral eens. De school is voor zulke kinderen extra moeilijk omdat ook les wordt gegeven in een andere dan de moedertaal, daarom moet daar ook wel meer aandacht aan besteed worden.
Over het algemeen zijn de partijen dus wat strenger geworden tegenover migranten. Alleen Groenlinks is nog erg tolerant, hoewel daar ook wel wat voor te zeggen valt. Er is wel een aardig stereotype over de allochtoon ontstaan, dat hij erg crimineel is, of gewoon van de Nederlandse uitkering leeft. Natuurlijk zijn er mensen die hieraan antwoorden, maar er is ook een overgroot deel die gewoon een ‘nette burger’ is. In de eerste plaats vind ik eigenlijk ook dat we ze niet als allochtoon moeten zien maar als mens. Dit hebben vooral de linkse partijen dan ook aangesneden in het ‘Wij-Zij debat’. Daarom vind ik dit nogal een moeilijke kwestie. In ieder geval mag het wel iets strenger want Nederland begint al aardig vol te geraken.
1. Het bestrijden van discriminatie en vooroordelen moet zowel bij autochtonen als allochtonen actief ter hand worden genomen. Nederland heeft geen reden voor zelfgenoegzaamheid op dit gebied. 2. De voorwaarden voor succesvolle integratie zijn: o Een zodanige kennis van de taal dat participatie in de samenleving mogelijk is; o Een ieder neemt de waarden en normen in acht zoals die in de wet zijn verankerd; o In het private domein is er ruimte voor differentiatie en eigen interpretatie binnen de kaders van de wet; o Ongeschreven regels die het functioneren in de samenleving makkelijker maken worden onder de aandacht van nieuwkomers gebracht; o Van nieuwkomers mag verwacht worden dat zij bereid zijn te integreren en de Nederlandse samenleving moet die integratie mogelijk maken. 3. De Commissie adviseert het kabinet een Onderraad integratiebeleid in te stellen en de Tweede Kamer een commissie voor het integratiebeleid in het leven te roepen. Hierbij wordt als uitgangspunt gehanteerd dat vooruitgang op de kernterreinen werken, wonen, onderwijs, emancipatie en kwaliteit van de woonomgeving moet worden bereikt. 4. Integratiebeleid moet gebaseerd zijn op een realistische onderkenning van het continue karakter van internationale migratiestromen
Reacties op de Commissie Blok
De conclusies van 30 jaar integratiebeleid waar de commissie Blok op uitkwam werd door de tweede kamer niet bepaald goed ontvangen. Men vond het vooral te vaag, kon er niks mee of was het er gewoon niet mee eens. Het rapport was te weinig concreet, te vrijblijvend en te naïef volgens velen. De kritiek kwam vooral van de kant van CDA, VVD, SP en LPF, die gewoon wilden horen dat de integratie van immigranten mislukt was. De commissie Blok kwam er echter op uit dat het met veel immigranten goed gaat, en dat enkel het integratiebeleid mislukt was. Stef Blok, de voorzitter van de commissie is verbaasd dat er zo’n hevige kritiek is geuit door de politieke partijen op het rapport 'Bruggen Bouwen' van de commissie-Blok. De politieke partijen vinden de conclusies te voorspelbaar en de aanbevelingen te vaag. Verder zou het een gematigd rapport zijn, omdat de commissie uit leden van verschillende partijen bestaat en daarom niet op de tenen van de ene, noch de andere partij wil staan. Blok vindt het juist bijzonder dat het rapport er gekomen is, omdat veel mensen hadden voorspelt dat het rapport er nooit zou komen en het er toch maar van gekomen is. Ieder lid van de commissie vond iets anders en daardoor is er
wel veel discussie geweest tussen de leden, maar dat hoort bij het onderwerp integratie, volgens Blok. Blok vindt het vervelend dat er zo’n felle kritiek is geuit door zijn politieke collega's, omdat er helemaal niet verteld wordt hoe het wel zou moeten. Het is volgens Blok wel erg makkelijk om te zeggen dat het rapport niet goed is, zonder er iets tegenover te zetten. Blok zegt de commissie een fascinerende ervaring te vinden. "Het onderwerp integratie vormt het middelpunt van de maatschappelijke discussie, het gaat iedereen aan. Wat me vooral is bijgebleven zijn de hoorzittingen in de grote steden, daar kwamen spontaan massa's mensen op af omdat ze hun steentje wilden bijdragen. Ik zou het zo weer doen als ik werd gevraagd." De politieke partijen
Intussen hebben de partijen hun eigen rapporten opgesteld. Alle partijen hebben hierbij gemeen dat ze zoeken naar een manier om de integratie te bevorderen en de verzorgingsstaat in stand te houden. Wat dat betreft komen ze dicht in het spoor van Blok. Zij vinden echter nog steeds dat hij er met zijn commissie niet in is geslaagd om een goed beeld van het integratiebeleid te geven, daarom proberen ze daar zelf een fundamentele visie op te geven. Duidelijk is dat vooral de LPF er uit schiet wat betreft de rapporten, zij houden nog steeds stug vol dat de integratie in Nederland mislukt is en dat er van een samenleving al geen sprake meer is, aangezien er geen gedeelde taal meer is. Hoofdpunten van partijen PvdA De PvdA vindt dat de migrant zelf verantwoordelijk is voor een goede inburgering. Aan het eind van deze inburgering moet hij een test afleggen. De overheid wordt verantwoordelijk gesteld voor de kwaliteit van de cursussen. Wat huwelijksmigratie betreft legt de PvdA de verantwoordelijkheid meer bij de binnenkomende migrant dan bij de reeds in Nederland verblijvende partner, wat nu het geval is. De PvdA behoeft geen verandering aan de minimum leeftijd van de migrant van 18 jaar, en het bedrag van het inkomen dat de partner in Nederland dient te verdienen om zijn echtgenote te kunnen onderhouden blijft wat de PvdA betreft ook op 70 procent van het minimumloon staan. Verder streeft de PvdA naar een selectief toelatingsbeleid van de migranten, waarbij de hoger opgeleide arbeidsmigranten meer kans maken tot toelating. Hiermee zijn ze dus terughoudend tegenover arbeidsmigranten met een lage opleiding. Aangezien Nederland een verzorgingsstaat is moet de migrant zich inzetten om de toegang hiertoe te verdienen. Als hij eenmaal is toegelaten krijgen de kinderen die hij verder krijgt automatisch ook de Nederlandse nationaliteit. Om een beetje goede spreiding te maken van de sociale woningbouw, waar deze migranten meestal in terecht komen, wil de PvdA de gemeenten aanzetten tot het laten bouwen van deze sociale woningbouw op bepaalde plekken. Zo zien ze graag dat 30 procent van de nieuwbouw door dit soort woningen vervuld wordt, ook de randgemeenten moeten toegankelijker worden voor dit doel. De PvdA zit de mensen met een andere godsdienst verder niet in de weg. Hoofddoekjes zijn dan ook gewoon toegelaten, behalve bij situaties waar het de veiligheid of functie belemmert. Verder helpen ze moslims die streven naar vrouwenemancipatie. Tenslotte is de PvdA niet tegen Islamitische scholen. Het heeft er wel moeite mee aangezien het de integratie niet bevordert, daarom houdt de PvdA hier graag een debat over.
REACTIES
:name
:name
:comment
1 seconde geleden