Hoe kies jij een studie?

Daar zijn wij benieuwd naar. Vul onze vragenlijst in en bepaal zelf wat voor beloning je daarvoor wilt krijgen! Meedoen duurt ongeveer 7 minuten.

Meedoen

Zonsverduistering

Beoordeling 5.7
Foto van een scholier
  • Praktische opdracht door een scholier
  • 5e klas vwo | 1074 woorden
  • 9 april 2004
  • 31 keer beoordeeld
Cijfer 5.7
31 keer beoordeeld

Inleiding Wij hebben voor de praktische opdracht ANW gekozen om een model te maken van het verschijnsel totale zonsverduistering. Bij dit verschijnsel schuift de maan precies tussen de zon en de aarde in, waardoor een bepaald gebied op aarde totaal verduisterd wordt. Waarom is een zonsverduistering zo zeldzaam Een zonsverduistering is een zeldzaam verschijnsel. De laatste totale zonsverduistering in Nederland vond plaats in 1715, en pas over 132 jaar zal er een nieuwe te zien zijn in ons eigen land. Dat een totale verduistering zo weinig voorkomt, heeft te maken met de ellipsbanen van de maan. Het baanvlak van de maan maakt een hoek met het baanvlak van de aarde. Bij een zonsverduistering schuift de maan precies tussen aarde en zon, zodat een deel van het aardoppervlak verduisterd wordt. De baan van de maan loopt dus niet iedere keer tussen zon en aarde, zodat deze zelden precies tussen zon en aarde in komt te staan, en een zonsverduistering dus ook zelden voorkomt. De banen van aarde en maan Omdat de maanbaan niet mooi rond is, is de afstand van de maan tot de aarde niet altijd hetzelfde. Bij een ringvormige verduistering (dus geen totale verduistering, maar eentje waarbij alleen een ring van licht te zien) staat de maan te dicht bij de zon en is de maanschijf te klein om de zon volledig te verduisteren. Er komt dan toch wat licht langs de maan, dat op de aarde schijnt. Natuurlijk is nooit voor de hele aarde een zonsverduistering. Deze vindt telkens plaats op een andere plek, maar bij een ringvorming, is dus nergens op aarde de hele zon verduisterd.
Schaalaspecten in het model [plaatje0] Om dit model te maken, hebben we gezocht naar informatie over hoe een zonsverduistering ‘in elkaar zit’. Er is echter zo’n groot verschil tussen de afstanden van aarde tot zon (gemiddeld zo’n 150 000 000 km) en van aarde tot maan (gemiddeld zo’n 384 403 km), dat dit niet op schaal na te maken was. De verhouding tussen de afstand van aarde tot maan, en aarde tot zon is dat de afstand tot de zon gemiddeld zo’n 430 keer zo groot is. Dan zouden we de maan heel dicht op de aarde moeten zetten, of het geheel heel ver uit elkaar moeten hangen. In beide gevallen zou je geen goed beeld krijgen hoe een zonsverduistering er nou uitziet, en daarom hebben we ervoor gekozen het niet precies op schaal te doen. Uiteraard hebben we de maan en de zon wel op zo’n afstand gehangen, dat je een goed beeld krijgt hoe zo’n verduistering er uitziet. Ook de grootte van de maan, zon en aarde erg verschillend. De zon is ongeveer 400 keer zo groot als de maan, en ook dit konden we dus niet op schaal maken. We hebben, volgens ons, ook hier wel de goede groottes gekozen, om een duidelijk beeld tussen de verschillen te geven. [plaatje1] Op internet hebben we veel plaatjes bekeken, en daar ongeveer de verhouding van de grootte van de aarde met het gebied waar totale zonsverduistering is, en waar gedeeltelijke verduistering. De totale verduistering hebben we met een zwart puntje aangegeven, de gedeeltelijke verduistering met een wat lichter vlak. Het is dus echt een momentopname, en het geeft de zonsverduistering op één bepaald moment weer. Wat geleerd? Helaas konden we niet vinden op welke afstand de zon en maan van de aarde afstaat op het moment van totale zonsverduistering. Deze afstand is ook niet altijd hetzelfde, maar er zijn wel bepaalde afstanden waarbij alleen een ring te zien is omdat de maan te dicht bij de zon staat. Aangezien we toch al niet precies op schaal te werk konden gaan, was deze informatie voor het model niet echt van belang. Door wel veel naar deze informatie te zoeken, zijn we veel andere dingen te weten gekomen over de zonsverduistering, en hebben we dus veel geleerd over dit verschijnsel. Ook hebben we natuurlijk meer geleerd over modellen. Hier hebben we ook wat informatie over opgezocht, en wij denken dat we redelijk snappen wat hier nou mee bedoeld wordt en wat het nut ervan is. Ons leek overzichtelijkheid het belangrijkste onderdeel van een model, vandaar dat we dus niet op schaal hebben gewerkt. Nawoord Voor deze praktische opdracht hebben we op internet, in boeken en op Encarta ’98 en 2000 heel veel informatie gezocht en gevonden. Zo zijn we erg veel te weten gekomen over het verschijnsel van de zonsverduistering. Echter, als we alles wat over zonsverduisteringen te vertellen is, in een model hadden moeten verwerken, was het erg onoverzichtelijk geworden. Daarom hebben we gekozen het betrekkelijk simpel te houden, zodat je snel en goed kunt zien hoe een zonsverduistering in elkaar zit, en wat de stand van de maan, aarde en zon is. Logboek Periode 2
Lesweek 5: We kregen eindelijk de opdracht uitgelegd. We gingen vervolgens meteen nadenken over het onderwerp, en ons leek het beide leuk om iets met de zon, aarde en maan te doen. Zon- en maansverduistering lagen dan voor de hand, en we kozen uiteindelijk voor de eerste. We hebben meteen bedacht dat we samen in de lessen naar informatie zouden gaan zoeken. Bovendien hebben we afgesproken dat Ruud de bollen zou gaan halen, en JJ thuis nog naar extra informatie zou gaan zoeken. Lesweek 6: We hebben alle twee de ANW-lessen volledig besteed aan informatie zoeken. Om zoveel mogelijk te vinden, in zo kort mogelijke tijd, hebben we beide een computer in de mediatheek genomen, en hierop wezen zoeken. We zijn uiteraard wel naast elkaar gaan zitten, zodat we over van alles konden overleggen. Lesweek 7: We hebben de bollen geschilderd, en bedacht wat we allemaal met de informatie konden. We hebben besloten het zo overzichtelijk mogelijk te houden. Lesweek 8: Deze week hebben we meer besteed aan het afmaken van keuzeopdrachten en samenvattingen. We hebben nog wel het een en ander overlegd, en we kregen te horen dat de praktische opdracht twee weken na de afrondingsweek ingeleverd moest worden. Lesweek 9: proefwerkweek
Periode 3

Lesweek 0: We hebben geen tijd gehad om aan de praktische opdracht te werken, en wel afspraken gemaakt voor de volgende week, om het dan af te ronden. Lesweek 1: We hebben de bollen nog een keer geschilderd, omdat de verf wat af had gegeven, en hebben het model bijna afgemaakt. Ook het verslag, dat we tijdens het werken aan de praktische opdracht al gedeeltelijk geschreven hadden, en dit logboek wat we bij hebben gehouden, uitgewerkt. Lesweek 2: De laatste hand aan het model gelegd, en het geheel ingeleverd.

REACTIES

Log in om een reactie te plaatsen of maak een profiel aan.