Maan en Grote Beer

Beoordeling 5.3
Foto van een scholier
  • Praktische opdracht door een scholier
  • 4e klas havo | 749 woorden
  • 26 mei 2006
  • 18 keer beoordeeld
Cijfer 5.3
18 keer beoordeeld

ADVERTENTIE
Overweeg jij om Politicologie te gaan studeren? Meld je nu aan vóór 1 mei!

Misschien is de studie Politicologie wel wat voor jou! Tijdens deze bachelor ga je aan de slag met grote en kleine vraagstukken en bestudeer je politieke machtsverhoudingen. Wil jij erachter komen of deze studie bij je past? Stel al je vragen aan student Wouter. 

Meer informatie
Vragenlijst PO2 (waarnemingen aan hemellichamen) 1: Wij hebben met onze geodriehoek en met het touwtje (die wij overigens in het midden van de driehoek hebben gedaan) onze metingen gedaan. Daarna hebben wij met de punt van de geo, naar de maan gewezen, Waarna wij de hoek van de maan tegen over die van de aarde konden aflezen, dit op drie vaste punten tussen 18:00 en 20:00. 2: Door van het kompas af te lezen hoeveel graden de maan staat ten opzichte van het zuiden. (Als de maan bijvoorbeeld 56 graden ten oosten van het zuiden staat, dan is het antwoord (+) 23 graden) 3:- Uit onze waarnemingen kun je afleiden dat de maan zich van het oosten naar het westen door de heelal draait. - De zon komt op in het oosten en gaat in het westen neer. - Niet van toepassing - De maan draait nat zoals de zon van het oosten naar het westen. - Dit getal hebben wij niet kunnen vaststellen met onze waarnemingen, maar het zal zo ongeveer bij de 30 graden richting het westen zijn. - De grote beer draait rechtsom om de poolster heen - Dat hoe verder ze van elkaar af liggen, des te langer ze over hun rondtocht doen. Dit zou kunnen betekenen dat alle planeten in het heelal gelijke snel zijn. 4: De stand van de maan verandert ten opzichte van de sterren, omdat de maan om de aarde heen draait, de sterren draaien niet mee, ook al draait de aarde zelf, dit heeft geen invloed op het feit of de sterren en de maan in het aanzicht op de zelfde hoogte blijven. 5: Dit is waar te maken door dat wij zien dat de poolster (waar ons zonnestelsel om draait) níet met de maan mee draait, dat betekent dat de maan moet draaien om de aarde, en de aarde (en daarbij ons zonnestelsel) draaien om de poolster, het feit dat de poolster een beetje beweegt is te verklaren door het feit dat de aarde zélf ook nog draait. 6: Nee, want dan zien wij steeds een ander stukje maan, en verandert de dag/nacht cyclus helemaal, dan kan je midden overdag de maan zien staan. Dus deze stelling klopt niet. 7: Nee, als de maan ook nog om zijn eigen as zou draaien, dan zag je steeds een andere kant van de maan. Het zou echter niets uitmaken met betrekking tot het feit dat de maan er staat, en dat hij draait op zijn wezenlijke locatie, dat doet niets af aan de plek waar hij staat. 8: Op de maan ligt de hoogst piek op zo’n 9 km. hoogte en de laagst punt ligt op zo’n 12 km. diepte. Op aarde is de hoogste punt 8800 meter , de laagste 15 km. diep. Dus de aarde en de maan verschillen daarin helemaal niet zoveel. (bron: http://www.astronomy.nl/inhoud/publiek/vraagantwoord/24_02_2003.html) 9: Dit heb ik gelezen op internet: “Er was eens een meisje, Callisto, dat heel erg van jagen hield. Ze beloofde de godin van de jacht, Diana, dat ze nooit zou trouwen. Dat deed ze toch.Diana veranderde Callisto in een beer. Jaren later kwam Callisto haar zoon weer tegen, maar haar zoon dacht dat de beer hem aanviel. Hij zou de beer gedood hebben als niet de oppergod Zeus de beer ineens van de aarde weghaalde en aan de hemel zette”. (bron:
http://www.sterrenkunde.nl/index/encyclopedie/uma.html) 10: Dit is gewoon een feit dat in het dagelijks leven zichtbaar word als je om de 4 jaar een schrikkeljaar hebt, 29 februari word om de vier jaar ingevoerd, zo worden die dagelijks terugkerende 4 minuten gecompenseerd. 11: De aarde die draait kantelend, dat wil zeggen, dat zij niet rechtop draait, dat maakt ook de poolnacht bijvoorbeeld mogelijk. Dit is zo, terwijl je wel steeds de zelfde kant van de maan blijft zien. Dus de conclusie is dat de aarde per dag een stukje meer kantelt, waarna de sterrenhemel schijnbaar mee verandert. 12: de afstand tussen de dichtstbijzijnde ster (proxima centauri) en de aarde bedraagt zo’n 43 biljoen km., dat is zo’n 270.000 AE. Dat ligt dus een heel eind weg. (bron: http://www.sterrenkunde.nl/index/encyclopedie/afstands.html). Metingen van de maan
De tijdstip van onze metingen was 14 januari. Tijd Aantal graden t.o.v. horizon Richting maan t.o.v zuiden
18:00 180-107= 73˚ O-Z-O
19:00 180-113=67˚ Z-O
20:00 180-124=56˚ W-Z-O
Dit was de vorm van de maan op het tijdstip van onze waarnemingen: E: de vorm en het oppervlak zijn niet veranderd, niet zodanig dat het goed zichtbaar is met de blote oog. Grote Beer

REACTIES

Log in om een reactie te plaatsen of maak een profiel aan.