Hoe kies jij een studie?

Daar zijn wij benieuwd naar. Vul onze vragenlijst in en bepaal zelf wat voor beloning je daarvoor wilt krijgen! Meedoen duurt ongeveer 7 minuten.

Meedoen

Profielkeuzewerkstuk

Beoordeling 5.4
Foto van een scholier
  • Opdracht door een scholier
  • 3e klas vwo | 3765 woorden
  • 2 augustus 2007
  • 50 keer beoordeeld
Cijfer 5.4
50 keer beoordeeld

ADVERTENTIE
Overweeg jij om Politicologie te gaan studeren? Meld je nu aan vóór 1 mei!

Misschien is de studie Politicologie wel wat voor jou! Tijdens deze bachelor ga je aan de slag met grote en kleine vraagstukken en bestudeer je politieke machtsverhoudingen. Wil jij erachter komen of deze studie bij je past? Stel al je vragen aan student Wouter. 

Meer informatie
Hst 1. Oriëntatie op jezelf

Ik. Ik ben Kirsten. tenminste, dat is hoe anderen mij noemen. Hoe omschrijf ik mezelf? Nou, als een meisje, wat behoorlijk kan Kletsen, vaak en veel alternatieve muziek luistert, ( dat wordt eens te meer bewezen door het feit dat ik terwijl ik dit werkstuk maak, ik Naar Metallica zit te luisteren), dat heel spontaan is en die vrijwel geen geheimen heeft voor anderen. Ik ben volgens het boek Koerswijzer een C&M type, waar ik het zelf compleet mee eens ben. Ik heb niet zozeer specifiek een talenknobbel, maar absoluut geen wiskundeknobbel, dus N-Profielen vallen in ieder geval al af voor mij. En ik vind economie niets (voor mezelf om later iets mee te gaan doen) dus is mijn keus snel gemaakt; het wordt C&M.

Maar dan nog een keuze; wat wordt het vak in de vrije ruimte? Ik heb heel lang zitten twijfelen tussen Informatica en een vak als tekenen/handvaardigheid. Maar toen hoorde ik dat bij KCV ook redelijk wat tekenen etc. zit. En na de proefles informatica was ik helemaal om. Ik kies Informatica. Het lijkt me namelijk ook nog een nuttig vak, omdat het ( zeker in de toekomst) belangrijk is om goed met de computer om te kunnen gaan. Ook wat we gingen doen in de lessen sprak me heel erg aan, en ook uitdagend. Want programmeren, kan ik tot aan zekere grenzen, maar die worden in de lessen Informatica waarschijnlijk ver overschreden. Dat lijkt me heel erg leuk


Zoals ik al zei, ik vind economie voor mijzelf niks om iets mee te doen in de toekomst, teveel cijfertjes. Maar wat dan wel? Nou, het leukste lijkt het me om iets met geschiedenis/oudheidkunde te gaan doen, een beroep met archeologie of antropologie. Zulke beroepen hebben me altijd al aangesproken, en mijn hobby’s zijn ook veel lezen, veel creatieve dingen doen ( zoals tekenen, schilderen en van alles maken), toneelschool en veel dingen achter de computer. ( variërend van spelletjes spelen tot websites maken; dat verklaart ook dat ik informatica als keuzevak wil gaan kiezen).
Creatieve dingen doen, dat heeft ook te maken met mijn belangrijkste grondhoudingen; creatief en denk-en-onderzoek. Ik kan goed oplossingen bedenken voor problemen, en ik kan me uit- en inleven in personen en dingen. Doordat ik wil weten hoe de vork in de steel zit, zoek ik vaak ook dingen uit, en dat verklaart mijn grondhouding denk-en-onderzoek

Mijn top 5 van vaardigheden is een mix tussen die van mij en die van mijn ouders:
5) mondig
4) rechtvaardig
3) muziek maken
2) interesse
1) improviseren.
Waarom gemixt? Omdat ik vooral een lijstje had van wat meer oppervlakkige dingen, zoals gezellig zijn, muziek maken, improviseren, en mijn ouders hadden meer een lijstje wat iets diepzinniger was zoals rechtvaardig, interesse, mondig.
Ik vond dit wel een goede combinatie, en ik denk ook dat dit wel redelijk mijn top5 is.

Mijn keuzestijl is intuïtief. Als ik iets niet wil, ook al weet ik niet waarom, kan niemand mij daartoe zetten. Maar ik kan soms ook behoorlijk twijfelen, over de meest kleine beslissingen. ( dat blijkt maar weer eens, omdat ik er niet uit kom in welk lettertype ik dit werkstuk uit ga printen.) Misschien daarom dat mensen mij af en toe behoorlijk koppig vinden. Maarja, wie ben ik om dat te ontkennen? (wat ik dan ook graag doe).

Mijn belangrijkste waarden zijn onder andere variatie. Ik kan er helemaal niet tegen om continu met hetzelfde iets bezig te zijn. Als voorbeeld: bij BV, handvaardigheid is leuk. Maar na 4 weken wil ik ook wel weer eens wat schilderen. Of toneel. 7 lessen lang Episch theater( heel veel luisteren) is teveel van het goede. De 8e les hoor je mij niet zeggen van: Yes, weer Episch Theater. Geef mij dan maar Teksttoneel, of iets met improviseren.

- Daarmee kom ik op mijn volgende waarde, creativiteit. Ik moet iets hebben, waar ik mijn fantasie op los kan laten, waar ik nog alle kanten mee op kan, en waar ik nog van alles aan kan passen. Het is niet voor niets dat creatieve vakken mijn betere zijn. Posters, praktische opdrachten, allemaal worden het ( in mijn ogen dan) ware kunstwerken, zolang ik maar zelf mag weten hoe ik ze versier, hoe ik de tekst verdeel, hoe ik het maak.
- Spanning/avontuur. Ik ben absoluut GEEN type wat van 9 tot 5 achter een bureau koffie kan zitten drinken. Ik moet gewoon wat doen waar uitdaging in zit, anders ga ik me al snel vervelen en dan ben ik geen pretje om mee te maken. Waar de meeste mensen inmiddels wel ervaring mee hebben. Als ik lang hetzelfde ( zoals Grammatica) krijg, dan ga ik me onherroepelijk vervelen. Dan kan ik mijn aandacht er niet bij houden, en zit ik voor geen meter op te letten. Om mijn aandacht er wel bij te houden, moet er wat uitdaging in de opdracht/les zitten, waar ik ( alweer) mijn creativiteit op los kan laten.

Zoals ik al zei, ik wil graag iets met geschiedenis. Maar in de geschiedenis, kom je onder andere oude talen tegen. Nu is het misschien een (klein) probleem, dat ik niet met Grieks doorga. Maar aan de andere kant, als ik met Grieks door was gegaan, had ik Latijn niet kunnen kiezen en had ik dáár weer een probleem gehad.
Verder zie ik als problemen bij bijvoorbeeld studeren de hoeveelheid werk; ik ben absoluut geen planner. Ik werk ( meestal) het beste op het laatste moment, of als ik onder druk sta. Ik zou dit op kunnen lossen, door gewoon wat meer zelfdiscipline te krijgen.
Maarja, (zoals iemand zonder zelfdiscipline zegt) waarom zou ik dat doen? Het gaat toch prima? Maar als ik dan bij mezelf te rade ga, van of het wel helemaal goed gaat, dan kom ik soms toch op het antwoord Nee uit. Waarom dan niet? Nou, omdat ik meestal als ik dan met zo’n opdracht klaar ben, ik ontzettend uitgeput ben, dat ik de dag daarna soms heel chagrijnig ben, of dat ik me erna heel erg flauw voel, met hoofdpijn, en lichamelijke klachten. Dat is niet vaak, maar soms wel. Daarom heb ik toch het idee, dat ik wat meer moet gaan plannen ( of in ieder geval niet alles meer op het laatste moment maken).

Mijn kenmerkende studie-instelling is dat ik veel motivatie heb om te presteren. Ik wil graag een van de beteren zijn, en ik wil graag goede cijfers halen. Ik heb nog nooit een onvoldoende gestaan op mijn eindrapport, en als het aan mij ligt blijft dat zo. ik heb redelijke concentratie en aanpak bij het studeren. Het duurt even voordat ik me ertoe kan zetten, maar als ik eenmaal bezig ben met leren/huiswerk maken, dan maak ik ook alles af, en ga ik het niet (meer) voor me uitschuiven.

En dan als laatste: mijn leerstijl. Ik denk dat mijn leerstijl betekenisgericht is. Want volgens veel mensen wil ik altijd het naadje van de kous weten ( wat zij dan weer associëren met lastig.). Als ik iets vind wat me interesseert, verdiep ik me daar helemaal in en vind ik het ook heel leuk als dat behandeld wordt in de lessen. Ik zie dan ook de verbanden tussen dat onderwerp en de huidige wereld ( als die er zijn).

Hoofdstuk 2. Studies onderzoeken.

Zo. Het kiezen van de opleidingen die ik ga onderzoeken, is gebeurd. Maar hoe ik heb gekozen? Puur omdat ze me ontzettend leuk lijken. Ik ben altijd al geïnteresseerd geweest in Geschiedenis, de Engelse taal en Cultuur vind ik grappig en een mooie taal, waar je erg goed mee uit de voeten kan, en ik vind het een prachttaal Laatst hoorde ik van Culturele Antropologie, en dat leek me ook ontzettend leuk en interessant. Daarom heb ik besloten deze opleidingen te onderzoeken, en zo een beetje een beeld te krijgen van hoe het er op zo’n opleiding uitziet.

Studie geschiedenis

Ik sla het een aantal gidsen open. Het ziet er erg aantrekkelijk uit, zo met een duidelijke Inleiding, leuk plaatje en de meningen van de studenten. En dan de tekst. Ik begin te lezen. Na een aantal boeken, websites en brochures geraadgepleegd te hebben kom ik uit bij de volgende informatie.


Je wordt met alle vwo-profielen toegelaten. Je hebt geen verplichte keuzevakken nodig.
De studie geschiedenis is een intensieve studie, waar je veel dieper ingaat op de geschiedenis van de mens, van culturen, het onderzoeken van aanleidingen van oorlogen, ruzies, wereldgeschiedenis. In het begin lijkt het nog op de geschiedenis die we hier op school krijgen, beetje basiskennis opdoen, maar daarna ga je met het “echte” werk beginnen.
De studie is driejarig. Je moet per jaar 60 studiepunten verdienen om naar het volgende jaar door te gaan. In het 1e jaar heb je een bachelorfase. Die bestaat uit 2 delen:

- de Major, die ongeveer ¾ van de hele opleiding in beslag neemt. Daarin zitten de verplichte vakken en keuzevakken. In het 1e jaar ga je de verschillende aspecten van de studie geschiedenis bekijken. Je gaat van de oudheid, naar de middeleeuwen, naar de 1e en 2e wereldoorlog, en door naar het heden. Je krijgt ook een Cursus Historisch Ambacht, waarin je leert hoe je informatie in de Bibliotheek en Archieven op kan zoeken. Later moet je ook een kleine scriptie schrijven.
In het 2e en 3e jaar moet je Themacursussen volgen, waarin je bijvoorbeeld historische problemen onderzoekt en beschrijft. Je gaat erover discussiëren en je vormt je mening daarover. Je leert ook hoe je een onderzoek moet opzetten, en hoe je zelfstandig daarmee omgaat.

- Het 2e deel van de opleiding, de profileringsruimte. Daarin kan je kiezen uit cursussen die bij jou passen. De cursussen kunnen te maken hebben met je studie, of juist helemaal niet. Het kunnen ook cursussen aan andere universiteiten zijn, of aan buitenlandse universiteiten, waar beurzen voor beschikbaar zijn. je kan ook voor al een soort voorgevormd pakket cursussen kiezen, een Minor, waar een aantal cursussen geselecteerd zijn, die iets met elkaar te maken hebben.

Na de bachelorstudie, kan je een masterstudie gaan volgen. Er zijn eigenlijk 2 mogelijkheden.
Of je gaat de wetenschappelijke kant op, met meer onderzoek, of je gaat in de praktijk werken, wat bijvoorbeeld inhoud om historische voorwerpen te beschrijven, of te zoeken ( bij bijvoorbeeld kunsthandelaren).

Veel historici zijn werkzaam in het bedrijfsleven of de ICT. Dat laatste vind ik toch wel bijzonder, want dan vraag ik me af: hoe komt iemand van historische voorwerpen, naar Moderne Computers? En daarom heb ik dus ook iemand die een ICT opleiding doet geïnterviewd, want dat lijkt me toch ook wel erg interessant.

Dat was de studie geschiedenis. Het lijkt me eerlijk gezegd, een heel erg leuke studie, je kan er ontzettend veel kanten mee op.


Engelse taal en cultuur

Alweer sla ik de boeken open, ( ik schrik als ik zie dat Duits een verplicht vak is, totdat ik merk dat ik de Duitse taal en Cultuur zit te lezen…) en zoek ik de informatie op die ik eerder heb opgeslagen van andere websites van universiteiten. daarmee kwam ik tot dit:

Engels is een wereldtaal. Laat dat duidelijk zijn. Het wordt in heel veel landen gesproken, en als handelstaal beschouwd. Als student van deze studie ga je diep in op de Engelse politiek, de economie en (natuurlijk) de cultuur en taal. Dit is een heel brede studie, omdat het echt vrijwel alles van Engels bevat. Je leest engelse literatuur van nu, en oude literatuur. Je woordenschat wordt groter en je uitspraak wordt verbeterd. ( in ieder geval wordt er een poging gedaan tot.)

Je wordt met alle vwo-profielen toegelaten. Er zijn ook geen verplichte keuzevakken die je gehad moet hebben. Je moet per jaar 60 studiepunten hebben om door te gaan naar het volgende jaar.

- Deze studie bestaat ook uit 3 jaar bachelorfase. En ook voor 3/4e uit major. In het eerste jaar van de major ga je een goede spreekvaardigheid ontwikkelen. Daarna komen spreek en luistervaardigheid. Ook krijg je cursussen me fonologie en klankleer, en je gaat allerlei vormen van Engels bestuderen. Dan krijg je ook de middeleeuwse literatuur, en moderne literatuur.
In het 2e jaar krijg je veel Literatuur, in de keuzevakken en in de verplichte vakken. Daarna krijg je taalcursussen zoals Variaties of English en Academic Writing. Daarnaast kan je nog 3 vrije cursussen kiezen. In het 3e jaar mag je op stage (evt. in het buitenland), of een eindwerkstuk schrijven.

- In de profileringsruimte kan je opnieuw cursussen kiezen, of ook studeren aan een andere universiteit. Ook heb je daar weer een Minor, waar je kan kiezen uit bepaalde verbonden cursussen in een bepaald gebied.

Na de bachelorfase kan je alweer 2 richtingen kiezen; de wetenschappelijke kant en werken in de praktijk.
Als je een diploma engels hebt, kan je instromen in een 1 of 2-jarige masterprogramma’s. De 2-jarige zijn vooral voor studenten die docent willen worden, of die de wetenschappelijke richting denken te kiezen. De 1 jarige masterprogramma’s zijn meer een aanvulling op je studie, om het geheel goed af te ronden.
Veel van de mensen die Engels gestudeerd hebben werken in de PR of in de marketing. Dat vind ik een heel logische keuze, omdat je daar ontzettend veel engels voor nodig hebt, en Engels ook zeker heel handig is als je bijvoorbeeld het profiel E&M hebt gekozen.

Het lijkt me zelf wel een leuke studie. Maar of ik hem ook echt zou kiezen, ik denk dat er andere studies zijn die me meer aanspreken dan deze.

Studie Culturele Antropologie

oké. Het leukste voor het laatst bewaart. Culturele antropologie. Ik vind deze opleiding van de 3 onderzochten verreweg het leukste.

Een studie culturele antropologie. Je wordt toegelaten met alle vwo-profielen, en er zijn geen verplichte keuzevakken voor nodig.

In de studie ga je culturen en samenlevingen bestuderen. Je gaat vraagstukken onderzoeken als: hoe ga je met andere culturen om? Waarom botsten culturen met elkaar? Of wat is het verband met armoede, oorlog, trauma en wederopbouw? Je bestudeert niet alleen verre culturen, maar ook de cultuur van ons eigen land.

Ook deze studie bestaat uit 2 delen. Een 3/4e deel is de Major. In het eerste jaar daarin doe je cursussen over cultuur, politiek, multiculturalisme en dat soort zaken. Daarna moet je zogenaamde Etnografieën lezen: antropologische studies over een bepaalde cultuur of bevolkingsgroep. Je gaat leren hoe je een onderzoek moet doen binnen sociale wetenschappen. Ook moet je 2 keuzevakken kiezen.
Het 2e jaar is grotendeels keuzevakken. Dit zijn de vakken die dieper op de stof uit het 1e jaar ingaan. Bijvoorbeeld etniciteit en nationalisme, of armoede en ontwikkeling. Ook kan je je al een beetje gaan specialiseren in een bepaald cultuurgebied/cultuurgroep.
Het laatste jaar ga je vooral veldwerk doen, antropologisch onderzoek.

In de profileringsruimte kun je net zoals bij de andere 2 studies, een aantal cursussen kiezen die je wil doen. Of een samenhangend pakket van cursussen die bij een bepaald vakgebied horen.

Als je je bachelorfase hebt afgerond, kan je doorgaan naar de masterfase. Daarna heb je, net zoals bij de andere 2 studies, de mogelijkheid om de wetenschappelijke kant op te gaan, of een baan in de praktijk te zoeken. Een wetenschappelijke baan is bijvoorbeeld het evalueren van multiculturele programma’s, of werken in een museum. Een praktijkbaan is werken bij bijvoorbeeld vluchtelingenorganisaties of bij de afdeling migranten van de GGD.

In een brochure van de universiteit van Amsterdam stond een doorsnee studieweek van de studie culturele antropologie.

Die ziet er ongeveer als volgt uit:
Op maandag heb je een hoorcollege midden op de dag, over sociologie der niet-westerse samenlevingen. Op dinsdag heb je een mentorgroep en een begeleidingsgroep. Daarna heb je nog een hoorcollege over culturele antropologie. Op woensdag heb je een hoorcollege over methoden en technieken. Op donderdag een hoorcollege of een responsiecollege over de sociologie der niet-westerse samenlevingen. Op vrijdag is er geen college.

Je moet in het elk studiejaar minstens 60 studiepunten hebben, in de voltijd opleiding. Daar doe je dan 3 jaar over. Er is ook een deeltijdopleiding, waar je 6 jaar over doet, en 30 studiepunten per jaar moet halen. Een studiejaar is verdeeld in 2 semesters van elk ongeveer 20 weken. Je moet ongeveer 40 uur per week studeren in de voltijd opleiding, in de deeltijd opleiding zo’n 14 tot 16 uur.

Hst 3. beroepeninterview

Jitka en ik hebben een interview gehouden met een archeoloog aan de Universiteit Leiden. We hebben de universiteit gebeld, en om een emailadres gevraagd, waar we de vragen naartoe konden sturen. Die kregen we ingevuld terug.

Het interview:

Wat is uw naam: L.B. van der Meer
Uw leeftijd: 60

1. Wanneer besloot U dat u iets met archeologie wilde gaan doen?
In 1967 (in mijn tweede studie jaar van de opleiding Klassieke talen)

2. Waarom hebt u voor die studie gekozen? Had u nog twijfels tussen/ omtrent andere studies? Omdat ik overal in Italië als gids op opgravingen en in musea kennis maakte met de Griekse, Romeinse en Etruskische culturen. Verder omdat ik een zeer enthousiaste vr. hoogleraar archeologie had (prof. Zadoks) van wie ik al als 2de jaars student-ass. Werd. Ik koos bewust voor klassieke archeologie als hoofdvak. Enige twijfel: de hoogleraren antieke filosofie (Bakker, Delfgauw) wilden dat ik bij hen zou komen studeren. Docenten Italiaans vroegen mij om van klassieke talen over te stappen naar Italiaans. Zadoks zei mij:” je krijgt nooit een baan in de klassieke archeologie, je zult leraar moeten worden.”Het is gelukkig anders gegaan.

3. Had u in de studie al een beeld van wat u daarna wilde gaan doen? Is dat ook uitgekomen? Ik dacht dat ik leraar klassieke talen zou worden; dat ben ik 1 jaar geweest. Daarna werd ik medewerker Archeologie in Leiden (door een gelukkig toeval)


4. Hoe beviel de studie u? Zeer goed. De archeologie als onderdeel van klassieke talen studie was echter erg kunsthistorisch (nu in Leiden: archeologie is zelfstandige studie los van de Faculteit der Letteren (kunstgeschiedenis en klassieke talen)> dus puur archeologisch)

5. Heeft u problemen gehad tijdens uw studie? Nee. Ik deed er zeer veel naast.

6. Heeft u er wel eens over gedacht om te stoppen met uw studie? Nee.

7. Is het een moeilijke studie, vallen er veel mensen af? Heb je veel aan Grieks of Latijn bij de studie? Hoe lang duurt de studie? Destijds (1966-1972): moeilijk; zonder Grieks en Latijn kon je destijds geen klassieke talen studeren. Men deed er lang over (tegenwoordig: ong. 6 jaar, op papier 4 jaar).

8. Hoeveel uur studeerde u gemiddeld per week? 40 à 50 uur.

9. Hoe ziet een werkdag eruit? Nu in Leiden? 70% onderwijs, 30 % onderzoek.

10. Is het een beroep om aan te raden? Ja (fascinerend, uitdagend) en nee (wie nu afstudeert, verdient geen hoog salaris> je doet het dus uit “roeping”).

11. Moet u veel reizen voor uw beroep? Ja.

12. Is het gemakkelijk om aan werk te komen als archeoloog? Nee, maar wel voor praktische ingestelden (echte veldarcheologen (prehistorie) hebben in Ned. goede mogelijkheden).

- En als ik het goed heb werk je altijd tijdelijk, dus verdient een archeoloog genoeg in de periodes dat hij wel werk heeft om de rest van de periodes ook van te kunnen leven? Het lukt de meeste afgestudeerden heel aardig.

13. Denkt u dat er nog wel genoeg op te graven is over 10 jaar of dat dan alles al is opgegraven en er geen werk meer is? Er blijft genoeg werk. Er wordt niet alleen opgegraven, ook gesurveyed, en onderzoek naar monumenten (denk aan Parthenon, Colosseum etc.) en in musea gedaan (objectenstudie).


14. Wat zijn de leuke en minder leuke kanten van het beroep? Je zal altijd onder (tijds)druk moeten presteren. Tegenwoordig veldwerk is vaak haastwerk (noodopgravingen)

15. Is het als archeoloog ook mogelijk om voor het bedrijf waar je werkt een half jaar of jaar naar het buitenland te gaan? Als je aan Universiteiten werkt, kun je af en toe (1x in de 5 jaar) een half jaar weg (sabbatical); bij andere “bedrijven”niet.

16. Heb je een bepaald karakter nodig voor het beroep? Doorzettingsvermogen, ambitie en discipline.

17. Wat zou u voor een profiel op de middelbare school aanraden, en met welk keuzevak? Voor prehistorie: exacte vakken; voor de historische archeologieen: moderne talen.

18. Moet je veel bijscholingscursussen doen als archeoloog? Je moet niet; er zijn vele speciale archeologische bijeenkomsten waar je na je studie je kennis/inzicht etc. op peil kunt houden.

19. Kan er, als archeoloog> je baan als archeoloog? eventueel niet bevalt, ook nog worden overgestapt naar een ander beroep? Zo ja, welke? Je kunt wellicht ergens beleidsadviseur worden (net als bij andere universitaire studies is een academicus die goed spreekt, schrijft (in Ned. en Engels), analyseert, en concludeert overal inzetbaar).

20. Heeft u nog adviezen aan toekomstige Archeologen? Kies exact of kies moderne talen (zie vraag 17). Studeer keihard, probeer indruk te maken door publicaties en/of door inzet tijdens opgravingen.

Wat valt je op als je op dit interview terugkijkt:
het valt me op, dat hij heel erg snel geantwoord heeft op ons mailtje. We hadden om 10 over 11 een mailtje gestuurd, en om 10 over half 1 hadden we hem weer ingevuld terug.

Wat heb je geleerd van dit interview:
Dat het iets anders is dan wat ik in mijn hoofd had van een studie archeologie. Ik wist ook niet dat hij ongeveer 6 jaar duurde, ik dacht wat korter. Maar dat vind ik nog geeneens zo verbazend. Meer dat je er exacte vakken bij nodig hebt. Ik dacht altijd dat je vakken als geschiedenis, aardrijkskunde en dat soort vakken nodig had.

Heeft het interview je geholpen met vragen die je nog had?:
Nou, wat ik wilde weten heb ik als vraag gesteld. Maar ik ben wel gaan twijfelen of ik de studie nou wel zo leuk vind. Het is gewoon zo anders als dat ik me had voorgesteld. Veel minder praktijkgericht als ik had gedacht in de studie.

Hst 4. Toekomstoriëntatie

Ik weet vrijwel zeker dat ik Atheneum ga doen. C&M, met Latijn en Frans 2. ik wil absoluut geen Duits als examenvak in de 6e, dus de keuze van Latijn en Frans 2 blijft voor mij over. Dat vind ik niet zo erg, want Latijn wilde ik in ieder geval al mee doorgaan, en Frans vind ik opzich ook wel een leuke taal.
Als keuzevak neem ik Informatica. Ik vind werken met Computers heel erg leuk en ik wil daar ook graag wat dieper mee werken, dat ik ook (simpele) programma’s kan schrijven. Het lijkt me ook nuttig, omdat in de toekomst nou eenmaal veel met de PC wordt gedaan.
Er zijn me geen dingen onduidelijk. Ik weet nu alles wat ik wil weten, en wat ik nodig heb om 4, 5 en 6 VWO door te komen, en mijn examen te halen.
Mijn studieweg: 4,5 en 6 VWO doen, en dan examen. Ik ben er nog niet uit wat voor studie ik wil gaan doen, maar mijn voorkeur gaat op dit moment uit naar een studie geschiedenis.

REACTIES

Log in om een reactie te plaatsen of maak een profiel aan.