De Kelten

1. Een verloren beschaving

• Wat was het kernland van de Kelten waaruit ze zich verspreidden?

Het huidige Duitsland, Zwitserland en Oostenrijk

• Beschrijf kort hun expansie

Expansie = uitbreiding van een gebied. De Kelten gingen zich vestigen in Frankrijk en België en drongen ook door tot Spanje en Portugal. Ze trokken ook verder naar Engeland en Ierland en rond 400v.C. namen ze ook gebieden rond de Po-vlakte, Griekenland en Midden-Turkije in.

• Wanneer kenden de Kelten hun grootste uitbreiding?

400 – 250 v.C.

• Waar bleef de Keltische cultuur het langst bewaard?

Ierland

1. De cultuur van de Kelten

• Geef de namen van twee bloeiperioden van de Keltische cultuur en situeer ze in de tijd.

1. Hallstatt-cultuur (750-450 v.C)
2. La Tène – cultuur (450-100v.C.)

• Uit vondsten kan men afleiden dat er een verschil was tussen de activiteiten van de aristocratie en het gewone volk. Leg uit. (aristocratie= regeringsvorm waarbij de macht in handen is van de aanzienlijken)

Er werden graven ontdekt met verschillende gebruiksvoorwerpen. De afkomst van de overledene werd weerspielgeld in deze gebruiksvoorwerpen. Zo bevatten de graven van het gewone volk praktische voorwerpen als:

• zwaarden
• dolken
• speerpunten
• strijdbijlen

Graven van de aristocratie waren gevuld met luxueuzere voorwerpen geïnspireerd op uitheemse voorbeelden.

• Bronzen ketels van Grieks of Etruskisch ontwerp
• Halskettingen van Scandinavische barnsteen
• …

• De aristocratie onderhield duidelijk de handelsbetrekkingen met andere volken terwijl het gewone volk zich meer toelegde op smeedkunst.

• Wat is een torques?

Een typisch sieraad van de Kelten: een openhalsring uit brons/goud.

• Hoe versierden de Kelten hun kunstvoorwerpen?

Motieven uit de natuur, abstracte menselijke figuren, vogels en dieren.

1. De Keltische maatschappij

• Welk verband kan men leggen tussen de Keltische politieke situatie en hun militaire ‘prestaties’?

Vanaf 450v.C. leefden de Kelten in grote ‘pagi’ of verwantschapsgroepen die zich groepeerden in een stamverband. Deze stamverbanden waren niet stabiel: naargelang de politieke situatie vielen de verbonden uiteen of groeiden ze naar elkaar toe. Door hun politieke onstabiliteit en onderlinge onenigheid konden ze in tijden van nood niet samenwerken, (dus niet samen vechten) wat leidde tot hun ondergang.

• De druïden hadden niet enkel een religieuze functie. Leg uit.

De druïden hadden als leraar en rechter ook een opvoedkundige en rechterlijke functie.

• Hebben we in tekst gelezen (DBG VI, opleiding)

• Waarom offerden de Kelten bij voorkeur in de natuur.

De Kelten geloofden dat er in de natuur een direct contact te vinden was met hun goden.

• hebben we in tekst gelezen (DBG VI, offers)

1. De Keltische traditie leeft verder…

• Wat betekent ‘romanisering’. Leg uit wat het betekent i.v.m. de Kelten.

Romaniseren is het proces waarbij een volk, overwonnen door de Romeinen, geleidelijk aan zijn eigen identiteit verliest en de Romeinse taal en cultuur overneemt. Naarmate de Romeinen Gallië beetje bij beetje veroverden verdwenen ook Keltische godsdienst, cultuur, beschaving en taal en werd deze vervangen door de Romeinse.

• Welke huidige talen wijzen op een sterke aanwezigheid van de Keltische cultuur?

Welsh, Ierse Gaelic, Schotse Gaelic

• Hoe wordt die aanwezigheid nog duidelijk?

De aanwezigheid van Keltische muziek, cultuur en zelfs godsdienst.

• Welke verklaring kan men geven dat de cultuur het langst standhield in Ierland en Schotland.

De Romeinen zijn er nooit echt in geslaagd voet aan grond te krijgen in Ierland en Schotland, waardoor deze gebieden hun Keltische cultuur konden bewaren.