1. De tijd van jagers en boeren
?? ca.3000 v.Chr.
Prehistorie Oudheid
Schrift
Ca 8000 ca 5000 ca. 3000 v.Chr.
De tijd van jagers en verzamelaars (Egypte) De tijd van Grieken en Romeinen
Landbouw Schrift
A. Samenlevingstypen:
De jagers en boeren leefden van het verzamelen en jagen.
B. Personen:
Geen personen bekend.
C. Jaartallen:
ca.8000 v.Chr.: Vanaf ongeveer 8000 v. Chr. geeft de mens de jacht, visvangst en vruchtenpluk op en gaat leven van de landbouw. De mens wordt dus landbouwer. Dit komt doordat het klimaat verandert. Het is het einde van de ijstijd en er komen nieuwe diersoorten. Hierdoor is er eten genoeg op een plaats. De mensen hoeven dus niet meer rond te trekken.
ca 3000 v.Chr.: Vanaf ongeveer 3000 voor Christus gingen de mensen ook andere
dingen doen dan jagen en eten zoeken. Ze gingen nadenken over belangrijke zaken en
bouwden mooie huizen en gebouwen. Ze bedachten een manier om verhalen en ideeën te
onthouden: het schrift. Dat waren de Egyptenaren, Grieken en Romeinen zij waren de
eerste beschaafde volken.
D. Begrippen:
1. Jagers en verzamelaars: Mensen die leven van de jacht en het verzamelen van voedsel
zijn jagers en verzamelaars. Ze trokken rond op zoek naar eten en leefden van de natuur.
2. Landbouw: Landbouw ontstond toen mensen zich gingen vestigen op een plaats.
Ze vonden manieren uit om voedsel te verbouwen. Ook gingen ze dieren houden, zoals
varkens en kippen. Dit werd een gedomesticeerd dier genoemd, dat betekend dat het snel
opgroeit, zich voortplant in gevangenschap, een aangenaam karakter heeft, niet snel in
paniek raakt, en de mens als zijn baas herkent. Hierdoor hoefde men niet meer rond te
trekken
3. Nijverheid: nijverheid is een Oudnederlands woord voor werkzaamheid of industrie.
De stam van het woord ijver of vlijt houdt in, dat er werk aan te pas komt. In een moeilijk
woord arbeidzaamheid, alle bedrijf waarbij grondstoffen worden gebruikt.
4. Middelen van bestaan: Alle spullen die je gebruikt om te leven, alles waar je van leeft en wat je helpt te leven zoals, voedsel enz. Een middel van bestaan is de manier waarop mensen in hun onderhoud voorzien. Dus datgene waarvan je leeft.
E. Vragen
1.: Leg uit hoe de jagers en verzamelaars leefden: De jagers en verzamelaars leefden van het verzamelen van voedsel en het jagen op de dieren. Ze trokken naar een andere plaats als het voedsel opraakte en de dieren wegtrokken.
2.: Hoe is de landbouw ontstaan?: Landbouw ontstond toen mensen zich gingen
vestigen op een plaats. Ze vonden manieren uit om voedsel te verbouwen. Ook gingen ze
dieren houden, zoals varkens en kippen. Hierdoor hoefde men niet meer rond te
trekken.(zie D2)
3.: Hoe zijn de eerste steden ontstaan?: Ongeveer rond de 8e eeuw voor Christus
ontstonden de eerste steden. Waarschijnlijk rondom forten. De forten waren ter
bescherming van mensen die rondom het fort voedsel verbouwende. Er kwamen
overschotten in de landbouw, dus hoefde niet meer iedereen op het platteland te werken.
Zo konden ze andere beroepen gaan uitoefenen. Ze werden bijvoorbeeld handwerkslieden
en ruilden hun producten voor voedsel. De eerste steden waren dus bedoeld als
ruilhandelcentra. De beste plaats voor een vestiging was in de buurt van water.
Bijvoorbeeld bij een rivier of een bron.
F. Afbeeldingen:
-
REACTIES
1 seconde geleden
N.
N.
....tuurlijk
13 jaar geleden
Antwoorden