Genetische manipulatie & insuline

Insuline zorgt ervoor dat het lichaam de suiker die binnenkomt bij een maaltijd kan verwerken en opslaan als reserve energie. De Alvleesklier maakt bij diabetes wel insuline aan maar dit is niet genoeg om al het suiker te kunnen verwerken en op te slaan. Eerst werd er om dat insulinepeil hoog genoeg te houden insuline uit de alvleesklieren van varkens en runderen gehaald. Deze insulinen werkten wel goed maar ze waren niet van de goede kwaliteit die het menselijk lichaam eigenlijk nodig heeft. Daarom hebben onderzoekers in laboratoria m.b.v. genetische manipulatie de genetische code van de insulinen van varkens en runderen zo veranderd door oa menselijk dna toe te voegen en sommige deeltjes eruit te halen dat de ontstane insuline overeenkwam met de insuline die het menselijk lichaam aanmaakt. Verder hebben ze in die laboratoria manieren bedacht om deze insuline op grote schaal te maken en nu wordt dan ook door pharmaceutische bedrijven deze insuline geproduceerd. Verder zijn er nog twee verschillende soorten insuline. Snel- en traagwerkende insuline. De snelwerkende werkt al na 20 minuten na het inspuiten en heeft een maximale werking na ongeveer 2 uur. Daarna daalt de kwaliteit en moet je na ongeveer totaal 5 a 6 uur weer een nieuwe dosis inspuiten. De traagwerkende insuline werkt pas later omdat het weefselvocht ervoor moet zorgen dat het bindmiddel van de insuline afgebroken moet worden. Daarna werkt het als snelwerkende insuline. Het inspuiten moet een half uur a drie kwartier voor de maaltijd gebeuren. Dan is er namelijk voldoende werkende insuline in het lichaam aanwezig om de suiker te verwerken en op te slaan. Het inbrengen in het lichaam gebeurt niet door het slikken van een pil wat veel handiger zou zijn, omdat het een eiwit is en dus afgebroken wordt in de maag. Het kan dan dus niet in het bloed worden opgenomen en dus ook niet werken. Het Bewaren van de insuline moet je in de koelkast doen op een temperatuur van 2 tot 8 graden. Maar dit mag niet langer gebeuren dan 4 tot 6 weken. Anders is de kans op bederven te groot.