Zusje (1995)

Opdracht bij ‘Zusje’ 1. maak een korte samenvatting (max 10 regels) van het verhaal. Martijn, de broer van Daantje komt bij Daantje langs in Amsterdam. Hij wil een film maken over haar. Hij wil Daantje een video over haar verjaardag laten zien, maar dat wil ze niet. Martijn filmt haar bijna dag en nacht. Er is iets gebeurd toen Daantje en Martijn jong waren, maar je weet niet wat. Martijn beïnvloed zelfs Daantje’s liefdesleven. Daantje is het zat. Dan, in de laatste scene kom je erachter wat er vroeger is gebeurt. Daantje is de baas, zij beslist wat er gebeurt. Er heeft incest plaatsgevonden tussen Daantje en Martijn toen ze jong waren. 2. in het verhaal worden vanaf het begin veel vragen opgeroepen. De belangrijkste vragen zijn: Waarom filmt Martijn Daantje? Waarom houdt Daantje hem niet tegen? Wat is er gebeurt tussen Daantje en Martijn? Geef antwoord op deze vragen. Waarom filmt Martijn Daantje? Martijn wil een documentaire maken over Daantje’s leven. Daantje wil dit niet maar houdt hem ook niet tegen. Waarom houdt Daantje hem niet tegen? Ze vindt het in de eerste instantie niet erg, maar als Martijn later ook gaat bemoeien met haar liefdesleven, wordt het te erg. Zelf heeft Daantje ook een schuldgevoel over vroeger wat er toen gebeurt is. Wat is er gebeurt tussen Daantje en Martijn? Op Daantje’s 9e verjaardag hebben ze incest gehad. 3. de belangrijkste open plek (wat is er gebeurt tussen Daantje en Martijn en wie was er verantwoordelijk voor) wordt in de laatste scene ingevuld. Beschrijf hoe dat wordt gedaan. Vroeger is er incest geweest tussen hun 2. Daantje was altijd de baas en Daantje wou dat omdat haar broer Martijn een vriendin had die tijd en Daantje wou weten wat ze dan doen. Nu doet Martijn of hij de baas is en nu wil Martijn (eigenlijk op een kinderachtige manier) hetzelfde doen als Daantje doet met haar vriend, er gebeurt dus hetzelfde als eerder gebeurde maar dan zijn de rollen omgedraaid. 4. in de gehele film zitten veel vooruitwijzingen naar de ontknoping of uitspraken die je aan het denken zetten. Beschrijf hiervan 2 voorbeelden. - je ziet telkens een filmpje over hoe Daantje’s moeder de taart voorbereid voor Daantje’s verjaardag. De moeder brengt het dan ’s morgens vroeg naar haar kamer en dan vindt ze Martijn bij Daantje in bed. - Martijn zegt telkens: “Daantje is de baas hè Daantje?” 5. vertel iets over het perspectief in de film. Verwerk in je verhaaltje de volgende vragen: - bij wie ligt het perspectief voornamelijk? - wat is het effect daarvan op de kijker? - Beschrijf 2 voorbeelden waar het perspectief wisselt. - Waarom wisselt het perspectief daar en wat is het effect op de kijker? Het perspectief ligt het meeste bij Martijn die haar filmt. Het effect op de kijker is dus dat je het grootste gedeelte ziet door de ogen van een videocamera. Het beeld is soms een beetje bibberig daardoor. Het perspectief wisselt soms. Een keer op het moment dat het feestje bij Daantje is en dat Martijn zoveel drinkt dat hij dronken word en ziek op de grond valt. Daantje zet dan de camera op een kastje en filmt wel wat er gebeurt. Je ziet dan wel dat Daantje Martijn wakker probeert te maken. Het perspectief verandert daar omdat de filmer (Martijn) niet meer in staat is om te filmen. Het effect op de kijker is dan ook dat je de film ziet door de ogen van de camera, maar de camera staat dan stil en je ziet de filmer. Een ander moment is dat Martijn ruzie krijgt met de vriend van Daantje. 6. wat is het thema in de film? Het thema in de film is incest. 7. geef je oordeel over de film. Gebruik eventueel de beoordelingswoorden op bladzijde 22 van het informatieboek van Laagland. Ik vond de film niet echt supermooi. Sommige dingen in de film vind ik echt kinderachtig. Martijn praat dan zo stom. Dat vond ik wel stomme stukken. Als deze film nu in de bioscoop zou draaien, en ik zou elk weekend naar de bioscoop gaan, dan zou ik deze film niet uitkiezen om te gaan kijken. Het thema spreekt me ook niet aan.