Pieter äventyraren door Hans Peterson

Samenvating van pieter de avonturier Het boek gaat over Pieter, een jongen die op het platteland woont. Zijn ouders zijn allebei gestorven hij heeft alleen zijn broer Thomas nog, waar hij niet zo goed mee kon op schieten. Pieter had een jaar lang in het klooster gezeten, daar had hij leren lezen en schrijven van monnik Ludovicus. Pieter vluchtte naar de grote handelsstad Brugge; hij had alleen 7 zilvermunten en een zwaard bij. Onderweg werd hij overvallen door een doofstom jongetje dat Jacob heette ze werden vrienden en gingen samen op weg. Het bleek dat Jacob in een circus had gewerkt. Toen ze onderweg in een herberg wilden overnachten was daar een jongen die precies op Pieter leek hij heette François de More; hij was rijk en kwam uit Brugge hij was goed gekleed maar hij wilde ruilen met kleren van Pieter. Pieter vond dit goed want hij had vuile kapotte kleren en dacht dat dit een grap was maar dat was het niet, ze ruilden van kleren en Pieter ging naar bed. De volgende ochtend was François verdwenen en vervolgde Pieter zijn reis naar Brugge in de kleren van François. Na afscheid genomen te hebben van Jacob want die had hij achter gelaten in de herberg daar kon hij zijn circus trucjes opvoeren. Toen hij in Brugge aan kwam stond hij versteld van de grote stad hij was het platteland gewend. Pieter liep in de stad rond toen hij zag dat er een meisje in de gracht viel. Hij dook haar achterna om haar te redden. Toen hij weer aan wal was stonden daar drie wachters ze namen hem mee naar een heel groot herenhuis. Ze dachten dat hij François was. Daar werd hij bekeken door de huis meester en hij zij dat Pieter François was en hij werd opgesloten in de kerker. Na een dag kreeg hij bezoek van het meisje dat hij gered had die Simone heette. Ze legde uit dat François zijn rijke broer had neergestoken die Michiel heette, alleen hij zou het verschil tussen Pieter en François kunnen zien. Maar Michiel lag op sterven als hij dood ging kreeg Pieter de galg. Een paar dagen later kwam ze terug me het goede nieuws dat het beter ging met Michiel. Pieter mocht naar hem toe en Michiel zag meteen dat hij François niet was. Omdat Michiel het zo erg vond mocht Pieter bij hem komen werken, hij had een hele grote handels onderneming. Pieter mocht brieven schrijven aan alle handelsposten. Maar Michiel leidde de handels onderneming niet in zijn eentje; samen met zijn vader Jan en neef Matthias. Het Jan was gevangen genomen door Michiel moeder en broer François en met Matthias was het kontact verbroken. Pieter moest naar Engeland om haar Jan te bevrijden en contact te zoeken met Matthias. Hij kreeg veel geld mee. Hij kreeg hulp van Toni, een handige zeeman. Toen ze heer Jan bevrijdt hadden moest hij terug naar Brugge maar onderweg werd hij vermoord. En toen ze het bericht kregen dat ook Michiel vermoord was door een van de handlangers van zijn eigen moeder was de grote handels onderneming nog maar in een hand: die van Matthias. Als hij vermoord werd dan kreeg François de handels onderneming. Dat mocht niet gebeuren. Ze gingen op weg naar Matthias die in het puntje van Wales woonde dat was een paar weken reizen maar omdat het hartje winter was hebben ze er meer als een maand over gedaan. Maar ze werden achtervolgd door 2 mannen die Matthias wilden vermoorden. Pieter en Toni hadden ongeveer een dagreis voorsprong. Maar ze weren ingehaald toen ze in een herberg overnachten en werden opgesloten. Ze wisten wel te ontsnappen, toch hadden ze een behoorlijke achterstand opgelopen. Ze vervolgden de weg die ging langs steile bergen met dunne plaatsjes langs vol met sneeuw. Daar troffen ze een van hun achtervolgers aan, totaal onderkoeld. De ander was in het ravijn gevallen. Ze namen de onderkoelde man mee naar een huis, daar kon hij beter worden en konden ze zelf uitrusten. Naar een paar dagen vervolgden Toni en Pieter hun reis naar Matthias. Als snel waren ze er aangekomen bij Matthias; hij woonde in een groot kasteel aan de zee. Ze hadden hem het verhaal verteld dat hij moest vluchten. De volgende dag zouden ze vertrekken maar 's nachts werden ze aangevallen. Ze zijn met een touw afgedaald en over zee ontsnapten. Ze zijn naar York gegaan en van uit daar met een schip naar Hamburg. Matthias ging praatte met zijn tante om het probleem op te lossen. Toni bleef in Hamburg om daar weer zeeman te worden en Pieter ging verder met zijn avonturen die naar Italië leidden.