De gebroeders Leeuwenhart door Astrid Lindgren

Schrijver informatie:
Astrid Lindgren is geboren in 1907 in het land Zweden ze is getrouwd en heeft twee kinderen ze wilden vroeger geen schrijver worden en was eerder secretaresse.

Ze schreef ook deze boeken:
Pippi Langkous
Ronja de Roversdochter
Karlsson van het dak
Liesbet en het erwtje in haar neus
Lotta uit de Kabaalstraat
Madieke van het rode huis
De kinderen uit de Kabaalstraat
Mio, mijn Mio
Michiel van de Hazelhoeve
De bende van de Witte Roos

De kinderen van Bolderburen
Samen op ’t eiland Zeekraai
Madieke en Liesbet
Rasmus en de landloper

Hoofdpersonen:

Karel Leeuw:
Is een jongetje van 8 jaar hij is klein heeft scheve benen en is lelijk wordt ook wel Kruimel genoemd, is ook altijd bang.
Hij is altijd ziek en kan niks meer; hij gaat bijna dood en is daar heel erg bang voor.

Jonathan Leeuw:
Is een jongen van ongeveer 13 jaar oud, hij is moedig, knap, heeft rechte benen, het tegenovergestelde van Karel dus. Hij is heel populair in zijn dorp hij helpt graag.

Samenvatting

Jonathan en Karel hebben een hele goede band; Jonathan vertelt Kruimel altijd over Nangijala, dat is de plek waar je heen gaat als je dood gaat volgens hem. Op een dag hoort Karel dat hij dood gaat, hij is er stuk van. Als op een dag Jonathan Karel redt van een brand gaat hij zelf dood.

Karel weet niet of Nangijala echt bestaat. Als hij een weer eens op zijn bed ligt te piekeren zit er een duif op zijn raam hij begint tegen hem te praten dat Nangijala echt bestaat.
Als Karel een dag later sterft komt hij in Nangijala. Hij komt bij het kersendal terecht en wordt door Jonathan hartelijk ontvangen. Ze hebben het heel erg gezellig.
Karel en Jonathan heten nu de gebroeders Leeuwenhart. Als Karel ontdekt dat in het bramendal (aan de andere kant van Nangijala) Tengil, een machtige gevaarlijke man, heerst en dat Jonathan mee gaat vechten tegen hem is hij weer alleen; uiteindelijk volgt hij Jonathan.
Omdat hij niet zo lang alleen thuis kan zitten en dan moet hij weer Jonathan missen. Hij stapt op zijn paard en komt twee bewakers tegen; die brengen hem naar het bramendal door een stom verhaaltje dat zijn opa daar woont en dat hij naar hem toe gaat, maar nu gaan de bewakers mee dus moet hij een oud mannetje vinden die met hem mee wil spelen. Maar wonder boven wonder: hij pikt precies een huisje uit met een oude man die in het verzet tegen Tengil zit en Jonathan zit bij hem. Ze maken een groot plan met het hele bramendal om te zorgen dat het bramendal weer vrij land wordt. Maar weer zo’n probleempje: er is een reusachtige draak en Tengil heeft hem in zijn macht. Dat kwam door een hoorn, degene die er op blaast krijgt hem in zijn macht.
Op de dag van het gevecht blijkt het te lukken maar dan komt Tengil eraan met zijn draak. Karel (het bange mannetje) pakte de hoorn uit zijn handen en gaf hem aan Jonathan; hij blies erop en hij had toen de draak in zijn macht.
Later, toen ze het gevecht hadden gewonnen, moesten ze nog 1 ding doen: de draak doden.
Er was een legende dat de grote vis in de grote waterval zal vechten met de grote draak. Ze zullen de draak naar zijn grot brengen en daar vastbinden, maar Jonathan liet de hoorn vallen in de lava en de draak begon hen aan te vallen. Ze gingen achter een rots staan voor de vlammen, Jonathan werd geraakt maar Karel niet. Toen kwam er een hele grote vis naar boven. De draak en de vis begonnen te vechten, maar allebei overleefden ze het niet.
Jonathan was maar een klein beetje op zijn arm geraakt. Maar een kleine verbranding was genoeg om het lichaam te vernietigen en Jonathan ging dood.
Hij ging naar Nangilima, Karel wilden er ook naartoe.
Hij sprong van een berg af en ging dood, en zei: "Ik kom er aan Jonathan".

Conclusie
Ik vond het een leuk boek, ik vond het begin een beetje saai, maar toch werd ik erin mee gesleept. Dat heb ik nog nooit gehad, misschien kwam het door de vakantie in Frankrijk maar dat denk ik niet.