Zwarte sneeuw door Simone van der Vlugt

Beoordeling 7.5
Foto van een scholier
Boekcover Zwarte sneeuw
Shadow
  • Boekverslag door een scholier
  • 2e klas vwo | 2594 woorden
  • 5 december 2006
  • 222 keer beoordeeld
Cijfer 7.5
222 keer beoordeeld

Boekcover Zwarte sneeuw
Shadow
Zwarte sneeuw door Simone van der Vlugt
Shadow
ADVERTENTIE
Overweeg jij om Politicologie te gaan studeren? Meld je nu aan vóór 1 mei!

Misschien is de studie Politicologie wel wat voor jou! Tijdens deze bachelor ga je aan de slag met grote en kleine vraagstukken en bestudeer je politieke machtsverhoudingen. Wil jij erachter komen of deze studie bij je past? Stel al je vragen aan student Wouter. 

Meer informatie
Titel: Zwarte sneeuw
Auteur: Simone van der Vlugt

Samenvatting:
Het verhaal gaat over een veertienjarig meisje; Emma Mullenders. Ze heeft twee zusjes, Sofie van acht Mayke en drie broers Tom van tien, Volkert van ongeveer zestien en nog een broertje van een paar maanden. Haar vader Sjeng is boer in Slenaken, na een mislukte oogst kunnen ze de pacht niet meer betalen, en moeten ze verhuizen. De pastoor raadt de familie Mullenders aan om naar Kerkrade te gaan en daar in de mijn te gaan werken. Na een lange en vermoeiende voettocht van twee dagen, waarbij ze van hun laatste geld beroofd zijn komen ze eindelijk in Kerkrade. De volgende ochtend wordt Emma al om 4 uur gewekt door haar vader, om te werken in de mijn. Tom, Volkert, Emma en Sjeng lopen naar de mijn toe waar ze hun eerste dag zullen beginnen. Emma is erg bang dat de mijn instort of dat er een explosie ontstaat. Terwijl Sjeng en Volkert steenkool uit de muur hakken moet Emma een grote mand vol steenkool schouwen. De kleine Tom moet ook in de mijn werken. Hij moet door hele kleine gangetjes de zware mand trekken en door geven aan Emma die op een afgesproken plaats op hem staat te wachten Omdat ze met z’n alle te weinig geld verdienen moet Sofie van acht ook in de mijn gaan werken. Sofie vind het heel erg.
Als er op een dag de mijn inspectie komt moeten de kinderen nog dieper gaan werken. De zoon van een van hen Rudolf Brandenburg komt ook mee. Emma wil hem laten zien hoe het werkelijk in de mijn is als de mijn plotseling instort. Emma trek Rudolf een zijgang in. Door het hevige geschud vallen er alle maal stenen en houten palen voor de uitgang. Ze doen een poging om de stenen weg te duwen, maar het lukt niet; de stenen zijn te zwaar. Ze zoeken naar een andere uitgang maar die is nergens te vinden. Als ze de hoop willen opgeven ruiken ze ook nog eens mijngas. Doordat ze dit inademen zakken ze steeds weg, en er is nog steeds geen hulp… Als Emma wakker word ligt ze –tot haar grote verbazing – in haar eigen bed. Ze hebben haar gered! Maar wat Emma niet weet is dat haar vader naar haar heeft gezocht en dat er toen nóg twee instortingen zijn geweest. Hierbij is het been van vader Sjeng gebroken. Hij kan en mag niet meer werken. Nu moet de moeder van Emma Anne-Kartien ook in de mijn gaan werken. Als de moeder van Emma een zoontje krijgt (de naam is onbekend) moet deze ook mee in de mijn. Nu moet Mayke van drie jaar ook gaan werken omdat vrouwen minder verdienen dan mannen. Op een begeven moment stop Volkert met werken hij wil niet ook sterven aan vervuilde longen met als Keube. Dit is een goede vriend van Emma. Door dat Rudolf en Emma bevriend zijn geraakt geeft Rudolf de Familie Mullenders steeds een beetje eten en kleding soms zelfs kolen.

Vlak daarna er komt water in de mijn te staan en het aller ergste is nog dat bijna niemand kan zwemmen. Als Emma naar boven wilt denkt ze er plots aan dat Tom nog in de mijn zit. Ze roept en schreeuwt maar nergens hoort ze een reactie van Tom. Jef, een goede vriend van Emma trekt Emma naar de ladder, maar ze schreeuwt dat Tom er nog steeds niet is. Jef schreeuwt naar Emma dat hij Tom ziet en springt ernaar toe. Emma word door alle mensen naar boven geduwd. Als ze boven komt ziet ze haar zusjes boertjes en ouders, ze ziet alleen Tom en Jef niet. Ze raakt in paniek. Pas ’s avonds kan het water worden weggepompt en vrijwilligers laten zich naar beneden zakken om mensen te gaan halen. Dan komt Tom boven. Hij is verdronken… Vlak erna komt Jef ook boven en evenals Tom verdronken. Haske, de zus van Jef geeft Emma de schuld van het overlijden van haar broer.
Als alles weer is vergeten komt Rudolf met een voorstel. Zijn oom en tante uit Maastricht zoeken een dienstmeisje en of Emma dat wil. Ze zegt meteen ja , maar thuis krijgt ze er problemen mee. Haar ouders willen het niet. De volgende dag laten ze haar toch gaan. Ze heeft beloofd dat ze het geld, dat ze verdient, opstuurt.
In Maastricht heeft ze het fijn. Ze komt haar broer Volkert tegen en ze komt in contact met een eigenaar van een krant. Er verschijnt elke week een stukje van haar levensverhaal in de krant. Haar werkgevers komen er achter en ze wordt er uitgegooid als ze de keuze maakt om verder te gaan met haar verhaal. Ze leert van de eigenaar lezen en schrijven, terwijl zij hem helpt met kranten. Ook wordt ze door hem uitbetaald. Ondertussen duikt Volkert ook weer af en toe op.
Ook ziet ze Rudolf regelmatig. Hij houdt zich bezig met fotografie.
Als ze door hem wordt uitgenodigd voor zijn tentoonstelling over kinderarbeid waar hij een hekel aan heeft ziet ze een foto waar de hoge toren van Kerkrade op staat. Op die foto staat Sofie. Emma kijkt stil naar de lege blik in Sofies ogen. Ogen die zichtbaar zijn voor heel Maastricht.

De personen:
De hoofdpersoon is Emma Mullenders ze is veertien jaar en heeft lange blonde haren. Ze is een rustig, vriendelijk en leergierig meisje. Ze heeft een hekel aan het werken in de mijn Ze ziet er erg slordig uit, dit komt omdat ze in de mijn werkt. Ze is erg behulpzaam en helpt veel mee in het gezin. Ze is –over het algemeen- erg aardig, maar soms kan ze erg uitvallen naar mensen die haar niet aardig vinden.

Andere belangrijke personen en hun relatie met Emma:
Jef:
Een jongen uit de mijn waar Emma samen mee werkt. Relatie tussen Emma en Jef, ze zijn goede vrienden van elkaar. Jef wil meer dan vrienden zijn. Emma niet.

Rudolf Brandenburg:
Hij zit met Emma opgesloten in de mijn. Daarna worden ze goede vrienden, maar Rudolf wordt verliefd op Emma. Later wordt Rudolf fotograaf. Relatie tussen Emma en Rudolf, 2 goede vrienden.

Sjeng Mullenders:
De vader van Emma. Een man die hard voor zijn geld wil werken en heel erg eerlijk is. Relatie tussen Emma en Sjeng: Gewoon goed, als vader en dochter.


Anne-Katrien Mullenders:
De moeder van Emma. Een eerlijke en aardige vrouw die goed met alle mensen kan opschieten. Relatie tussen Emma en Anne-Katrien: Een echte Moeder-dochter vriendschap.

Volkert:
De broer van Emma. Hij is 17 jaar oud. Een jongen die, erg koppig is en niet wil werken in de mijn. Hij vertrekt al snel en zoekt ander werk. Relatie tussen Emma en Volkert: Broer en zus die goed met elkaar op kunnen schieten en beiden een eigen wil hebben.

Tom:
Het jongste broertje van Emma. Hij overlijdt al als hij 10 jaar oud is. Relatie tussen Emma en Tom: broer en zus. Emma is altijd bezorgd om Tom tijdens het werken in de mijn.

Sophie:
Zij is 6jaar oud Relatie tussen Emma en Sophie: gewoon twee zussen.

Mayke:
Van 3 jaar Relatie tussen Emma en Mayke: een beetje een moeder-dochter relatie, Emma zorgt veel voor haar kleine zusje

Elmer:
De paar maanden oude Elmer.

Andere personen:
Meneer en mevrouw Van Merckelbach:
De oom en tante van Rudolf. Emma werkt bij hen als dienstmeisje. Relatie tussen Emma en meneer en mevrouw Van Merckelbach: werkgever en werknemer, verder kunnen ze goed met elkaar opschieten. Maar hebben niet echt een speciale band samen.

Jean Pustjens:
De journalist die Emma’s verhaal in de krant plaatst en waar ze later ook gaat werken.

Relatie tussen Emma en Jean Pustjens: Ze kunnen het erg goed met elkaar vinden en worden ook een soort vrienden. Later werkgever en werknemer.

Keube:
Een oudere man die lampen uitdeelt aan de mensen die de mijn in gaan. Hij raakt redelijk goed bevriend met Emma en hij sterft waar Emma bij is. Relatie tussen Emma en Keube: Goede vriend van Emma met wie ze erg goed kan praten over het werk in de mijn en leert van hem wat het kolenstof doet met je longen.

Eigenlijk kan iedereen het wel goed met mekaar vinden. Emma zorgt goed voor haar familie en help haar moeder bij huishoudelijke klusjes, past op haar kleinere broertjes en zusjes. Rudolf en Jef kunnen het alleen niet zo goed met mekaar vinden. Ze zijn eigenlijk allebei een beetje verliefd op Emma, maar dit word niet erg uitvoerig in het boek besproken.

Wat voor soort mensen zijn het in jou ogen?
Jef is een hard werkende jongen die vind dat hij Emma moet beschermen voor mogelijk gevaar –voor eigen leven-.

Rudolf is een rijkeluiskind, die nooit heeft gezien hoe de ‘arme’ wereld er uit heeft gezien. Hij is erg onder de indruk van Emma en schenkt haar veel cadeaus zelfs een baantje.

De familie Mullenders is een arme familie. Ze blijven niet bij de pakken neer zitten, maar gaan gewoon werken en hebben het zo goed als kan met hun kinderen voor.

Meneer en Mevrouw Van Merckelbach is een zeer rijke familie die wel goed voor het personeel zorgt en ze gelukkig ook niet uitbuit. Een ongelukje hier en daar is helemaal niet erg. Het zijn rustige, eerlijke en oprechte mensen.

Jean Pustjens leek op het begin een erg sluwe valse man, die dat als Emma met zijn plan zou instemmen haar baan zou verliezen, maar uiteindelijk heeft hij haar een nog betere toekomst gegeven.

Keube is een erg lieve man. Zelfs als het heel erg slecht met hem gaat blijf hij heel veel steun aan Emma geven.


Zijn de personen levensecht?
Ik vind dat de personen erg levensecht zijn omdat ze allemaal een andere gevoel hebben en allemaal een bepaald karakter. Het verhaal is zo geschreven dat je je er ook echt in kunt inleven en dat je denk van : ‘Ja zo had ik het ook gezegd of gedaan ’. Het verhaal wordt dan wel door Emma’s ogen beleefd, maar je voelt niet alleen wat Emma meemaakt.

Hoe ervaar je hun probleem, wat ze bezig houdt en hoe ze ermee omgaan?
Het probleem van Emma is dat ze in de mijn moet werken. Maar zij is niet de enige met dat probleem. Het is hartstikke zwaar werk, vooral voor een meisje. Het grootste probleem is eigenlijk dat ze uit de mijn wil, maar niet weg kan. Ze wil graag leren lezen en schrijven, ze wil naar school… Gelukkig komt Rudolf met een oplossing.

Herken je er iets van jezelf in?
Gelukkig herken ik dit probleem niet het lijkt me zó verschrikkelijk om in een mijn de hele dag dat loodzware, ongezonde en vermoeide werk te moeten doen. Ik vind het ook heel erg dat kinderen dit afschuwelijke werk hebben moeten doen!

Wie vind je het meest sympathiek?
Jef en Rudolf, want Jef helpt Emma in de mijn heel erg met het werk. En Rudolf helpt Emma met eerste levensbehoefte. Rudolf vind zelfs een geschikte baan voor Emma.

Wie vindt je onsympathiek?
Haske de zus van Jef, omdat ze Emma de schuld geeft als haar broertje dood uit de mijn wordt gehaald. En omdat ze steeds het drinken van Emma leeg giet of meestal zelf opdrinkt.

Beschrijf het conflict van de hoofdpersonage, wordt het ook opgelost?
Er is geen conflict in het verhaal af en toe een paar kleine ruzies maar dat was het dan ook verder wel.


Verandert er iets aan het karakter op het einde van het verhaal?
Nee, Emma blijf het bescheiden meisje dat ze in het begin van het verhaal ook al was.

Wie van de personen zou je het liefst willen zijn?
Ik zou helemaal niemand willen zijn. Zelfs Rudolf niet ook al heeft hij het lang niet zo slecht als alle andere mensen in het boek. Het lijkt me zo erg om in de mijn te moeten werken, maar het lijkt me ook heel erg om mee te maken hoe het is. Terwijl jij er iets heel anders van denkt.

Waar ter wereld speelt het zich af? Wanneer?
Zuid-Limburg, om precies te zijn in Slenaken en in Kerkrade.
Rond het jaar 1845.

Is dat belangrijk aan het verhaal?
Ja, dit is een erg belangrijke plaats want alleen in Zuid-Limburg waren er steenkoolmijnen.

Geef in het kort aan of je iets van die bepaalde plaats weet.
Ik heb een paar foto’s van de steenkool mijn in Kerkrade gevonden want ik weet er eigenlijk niet zo heel veel over

Geeft de plaats van handeling het verhaal een extra betekenis?
Ja en nee, het had zich ook in een andere mijn kunnen afspelen, maar het verhalen moet wel in een steenkolenmijn zijn anders klopt het verhaal niet meer. Je kunt nu ook echt wel bedenken hoe erg het toen op die plaats is geweest en dat is dan wel weer iets extra’s.

Waar is de hoofdpersonage het liefst?
Emma loopt graag langs de school in het dorp en stelt zich dan voor dat ze in de bankjes zit en dat ze leert lezen en schrijven, zodat ze later een goede baan kan vinden en dat haar kinderen later niet in de mijn hoeven te werken.


Zijn er plaatsen waar de hoofdpersoon niet graag is?
In de mijn is Emma helemaal niet graag. Helaas moet ze er elke dag –behalve zondag- zijn. De mijn is een gevaar want je moet er erg gevaarlijk werken doen dat niet voor mensen gedaan zou moeten worden en al helemaal niet door kinderen. De mensen in de mijn moeten zwaar, lang, gevaarlijk en ook nog eens slecht betaald werk doen.
Het verhaal speelt zich een heel jaar af. Van de zomer tot de winter, van de herfst tot de lente. De familie had het in de winter erg slecht, ze hadden weinig geld, er was weinig eten en slechte kleding.

Eigen mening:
De bedoeling van de schrijfster is de mensen ervan bewust maken hoe het er vroeger in de mijn aan toe ging. Ik vind dat ze dit heel goed gedaan heeft, het heeft mij ook erg aangesproken. Ik dacht dat het veel minder erg was, maar het blijkt dus veel erger te zijn.

Ik heb dit boek gekozen omdat graag geschiedenis boeken lees. Ik had nog nooit van dit boek gehoord maar toen ik hem uit had vond ik het een heel mooi boek, mooi genoeg om mijn verslag dus over te doen. Ik vond het boek heel spannend, vooral toen Emma en Rudolf vastzaten in de mijn. Het boek was soms wel moeilijk te lezen, op sommige plekken kon je er moeilijk doorheen komen. Het boek was ook net echt, het was zo goed verteld dat het net leek of het echt was gebeurt. En je ernaast stond en het allemaal zag gebeuren. Het boek was wel heel verdrietig, en het zette me echt aan het denken. Ik kan me het echt niet voorstellen hoe het is om in een mijn te werken, zo erg lijkt me dat. Kortom: een heel mooi boek om te lezen, maar wel heel zielig. Wat ik ook erg leuk vind is dat er ook woorden worden gebruikt die je niet altijd tegen komt zoals ‘Gülck auf’ dit is een mijnwerkersgroet : heb geluk om weer boven te komen.

Ik raad het boek zeker aan andere mensen aan omdat het een spannend en aangrijpend verhaal is. Je leert echt hoe mensen het toen hadden en hoe ze toen leefden. Dat kinderen zelfs graag naar school wilden, terwijl wij toch liever thuis blijven. Als je van geschiedenisboek houdt is het ook zeker een aanrader!

REACTIES

L.

L.

er zit een foutje in want nergens in het boek staat dat Haske, Emmas drinken op drinkt.

x xx
verder een mooi verslag

13 jaar geleden

I.

I.

dit gebeurd wel! in de pauze bij de mijn

10 jaar geleden

D.

D.

De naam van het zoontje is Elmer

13 jaar geleden

R.

R.

Er zit een fout in dit verslag, de naam van de baby is namelijk niet onbekend. De naam is Elmer.

9 jaar geleden

Log in om een reactie te plaatsen of maak een profiel aan.

Andere verslagen van "Zwarte sneeuw door Simone van der Vlugt"