Hoe kies jij een studie?

Daar zijn wij benieuwd naar. Vul onze vragenlijst in en bepaal zelf wat voor beloning je daarvoor wilt krijgen! Meedoen duurt ongeveer 7 minuten.

Meedoen

Zwarte sneeuw door Simone van der Vlugt

Beoordeling 7.8
Foto van een scholier
Boekcover Zwarte sneeuw
Shadow
  • Boekverslag door een scholier
  • Klas onbekend | 5451 woorden
  • 2 augustus 2004
  • 607 keer beoordeeld
Cijfer 7.8
607 keer beoordeeld

Boekcover Zwarte sneeuw
Shadow
Zwarte sneeuw door Simone van der Vlugt
Shadow
A Zakelijke gegevens Naam van de uitgever: Lemniscaat b.v. Rotterdam
Jaar van verschijnen (eerste druk): 2000
Druk + jaar van het exemplaar dat ik heb gelezen: 1e druk 2000
Aantal bladzijden: 191, waarvan 183 beschreven voor het verhaal, 1 voor de verklarende woorden, 2 bladzijden voor het nawoord en 2 bladzijden over de druk, uitgever enz. B Korte uitleg waarom het boek gekozen is Toen ik het boek zag staan maakte de titel me al meteen nieuwsgierig. Zwarte sneeuw, waar kan dat over gaan dacht ik. Toen heb ik de achterkant van het boek gelezen en ik zag dat het over armoede en werk in de mijnen in 1845 ging en dat er verschillende problemen waren voor de hoofdpersoon. Dit leek me wel een interessant/beetje spannend boek (overleven ze het onder die omstandigheden enz.). C Eerste persoonlijke reactie Ten eerste vond ik het een heel spannend boek, want ik vroeg me af hoe de reis ging verlopen, of er werk was in Kerkrade en of hun leven ooit beter zou worden, of ze uit de mijn zou komen enz. Het verhaal op zich was niet herkenbaar, hier kennen wij die armoede niet en dagelijks van ’s morgens vroeg tot ’s avonds laat onder de grond werken. Ook vind ik dat het zeer geloofwaardig wordt verteld, veel details worden beschreven en de reacties van de personen als anderen iets over hen zeggen. Ik vond het wel een zielig verhaal, verschillende personen uit het gezin en omgeving van de hoofdpersoon overlijden (door het werken in de mijnen).
D Korte samenvatting van de inhoud - Wat zijn de belangrijkste gebeurtenissen? De belangrijkste gebeurtenissen waren toch wel het beginnen met werken in de mijn, daar ook nog eens opgesloten komen te zitten en haar broer te verliezen, de keuze om in Maastricht te gaan werken en haar familie te verlaten. En uiteindelijk te besluiten om niet meer terug te keren naar het armoedige bestaan om haar familie te helpen met overleven, maar om toch maar voor zichzelf te kiezen. - Wie is de hoofdpersoon en met welke problemen kamt hij/zij? De hoofdpersoon is Emma Mullenders, een meisje van 14 jaar oud. Ze kampt met verschillende problemen, hoofdzakelijk met de armoede die er heerst in Zuid-Nederland. Hierdoor moet ze 6 dagen in de week hard werken in de mijnen van Kerkrade zonder dat hun leven er op vooruit gaat. Op een dag komt ze in de mijn vast te zitten, samen met Rudolf Brandenburg, een zoon van een van de rijke families, dit levert weer een probleem op, de mensen denken dat ze iets met Rudolf heeft, iets wat echt niet kan. Uiteindelijk komt ze voor een moeilijke beslissing te staan, namelijk: kiezen voor haar familie door er te blijven wonen, of verhuizen naar Maastricht waar ze kan beginnen als dienstmeisje en een beter leven opbouwen. - Wat beleeft de hoofdpersoon? Op het begin wordt ze samen met haar familie het huis uit gezet omdat de familie geen pacht meer kon betalen. Hierdoor moeten ze de reis naar Kerkrade maken om daar vervolgens in de mijnen te gaan werken. De eerste dagen zijn zwaar, maar het went. In de mijn komt ze vast te zitten met Rudolf, dit overleven ze maar op het nippertje. Doordat ze met Rudolf, een jongen uit een rijke familie, vast zat kijken de mensen haar raar aan. Ze denken namelijk dat er van alles gebeurd is. Dit is niet makkelijk voor Emma. Een volgende ramp treft de mijn: een overstroming. Haar broertje Tom en goede vriend Jef komen hierbij om het leven. Een tijd later heeft Rudolf een baan als dienstmeisje kunnen regelen in Maastricht. Emma moet kiezen voor haar familie of een beter leven. Ze kiest voor Maastricht. Hier ontmoet zij meneer Pustjens een journalist die Emma’s verhaal in de krant zet om de mensen aan het denken te zetten (dit is nadelig voor meneer en mevrouw Merkelenbach bij wie zij in dienst is). Ze wordt ontslagen maar kan beginnen in de drukkerij van meneer Pustjens. Uiteindelijk ziet ze op de fototentoonstelling van Rudolf haar zusje Sofie op de foto staan aan het werk in barre omstandigheden. Ze neemt Rudolfs hand vast en kiest als het ware toch voor een beter leven. - Verandert de hoofdpersoon door de gebeurtenissen? Ja, Emma verandert. Aan het begin is het nog het meisje dat een goed leven zonder zorgen heeft en weinig hoeft te doen om het een beetje goed te hebben. Later moet ze werken in de mijn om de kost te verdienen, hierdoor wordt ze veel zelfstandiger en volwassener. Ze moet steeds meer voor zichzelf gaan kiezen. Zo zou ze eerst voor haar familie kiezen, uiteindelijk besluit ze toch het beste voor zichzelf te kiezen. - Wie zijn de belangrijkste andere personen? Sjeng Mullenders: De vader van Emma. Een man die hard voor zijn geld wil werken en heel erg eerlijk is. Annekatrien Mullenders: De moeder van Emma. Een eerlijke en aardige vrouw die goed met alle mensen kan opschieten. Volkert: De broer van Emma. Een jongen die, Die geen blad voor de mond neemt. Tom: Het jongste broertje van Emma. Overlijdt al als hij 10 jaar oud is. Jef: Een jongen uit de mijn waar Emma mij samen werkt en goede vriend. Rudolf Brandenburg: De zoon van een van de landeigenaren. Hij komt dus uit een rijke familie maar is nooit te beroerd om een hand uit te steken. Meneer en mevrouw Van Merckelbach: de oom en tante van Rudolf. Emma werkt bij hen. Jean Pustjens: De journalist die Emma’s verhaal in de krant plaatst en waar ze later ook gaat werken. Keube: Een oudere man die lampen uitdeelt aan de mensen die de mijn in gaan. Hij raakt redelijk goed bevriend met Emma. En sterft waar zij bij is.
- Hoe is de relatie tussen de hoofdpersoon en de andere personen (bijvoorbeeld: vrienden, ouders-kinderen, geliefden)? Met: Sjeng en Annekatrien: ouders-kind. Volkert: Broer en zus die goed met elkaar op kunnen schieten en beiden een eigen wil hebben. Tom: Broer en zus. Emma is altijd bezorgt om Tom tijdens het werken in de mijn. Jef: Jef en Emma zijn goede vrienden van elkaar. Jef wil meer
dan vrienden zijn, Emma echter niet. Rudolf: Hij lijkt Emma al vanaf het begin een leuke en aardige jongen. Ze kan goed met hem opschieten en het zijn dan toch wel 2 goede vrienden van elkaar, wat “de mensen” ook zeggen. Ook voorziet hij de familie Mullenders van Kolen enz. Meneer en mevrouw Van Merckelbach: werkgever – werknemer. Jean Pustjens: goed bevriend. Later toch wat meer werkgever – werknemer. Keube: Een redelijk goede vriend van Emma met wie ze goed kan praten over het werk in de mijn en leert van hem wat het kolenstof doet met je longen. - Waar spelen de gebeurtenissen zich af (land, stad)? Het verhaal begint heel kort in Slenaken en speelt zich verder af in Kerkade en in Maastricht. - Wanneer spelen de gebeurtenissen zich af (tijd)? De tijd waarin het verhaal zich afspeelt is vanaf 1845, dat is duidelijk aangegeven, in het verhaal verlopen dan ongeveer een jaar, dat is op te maken uit het verhaal doordat er zomer en winter in voorkomen. Samenvatting: Het boek begint als Emma en haar familie uit hun boerderij worden gezet, omdat ze de pacht niet kunnen betalen. Ze vertrekken naar Kerkrade om daar in de mijn te gaan werken. Als ze daar aan komen staat er een huis leeg waar ze in trekken. De volgende dag gaan Emma, haar vader en haar twee broers naar de mijn. Ze is bang dat ze haar hele leven in de mijn moet blijven werken. Later gaat haar broer Volkert naar de stad, omdat hij het zat is te werken in de mijn. Hij belooft om regelmatig geld te sturen, maar ze horen niks meer van hem. Een hele tijd later wordt de mijn geïnspecteerd door de hoge heren. Rudolf de zoon van een landeigenaar is er ook bij. Emma laat hem zien hoe het er in de mijn echt aan toe gaat en gaat met hem naar een afgelegen gang. Een stuk van de gang stort in en ze zitten opgesloten. Ze worden uiteindelijk gered. Ze blijft contact houden met Rudolf en ze krijgt soms dingen mee, zoals schoenen of kolen voor in de winter. De andere dorpelingen worden daardoor wel steeds argwaanender. Nog een tijd later is er een overstroming in de mijn waardoor Tom haar broer is verdronken. Ook Emma vertrekt net als haar broer naar de stad en werkt daar als dienstmeisje bij de oom en tante van Rudolf. Ze heeft het daar best goed en ze komt Volkert weer tegen. Hij zwerft gewoon rond in de straten en werkt dan weer hier en dan weer daar. Rudolf is fotograaf geworden in de stad. Jean Pustjens, het hoofd van de krant ‘Le courant de Maastricht’ vraagt aan Emma of ze haar verhaal wil vertellen over het werk in de mijn. Door dat artikel wordt ze ontslagen door de familie waar ze werkt en neemt Jean haar aan. Ze leert daar ook schrijven. Op het laatst nodigt Rudolf haar uit om naar de tentoonstelling van zijn foto’s te komen kijken en daar ziet ze een foto van haar zusje Sofie die met tranende ogen bij de kolenberg staat…. E Bespreking van de verhaalaspecten. Fictie en werkelijkheid. Het verhaal is fictie want de personen hebben niet echt bestaan. Wel de omgeving zoals deze beschreven wordt heeft gedeeltelijk bestaan: de mijnen van Kerkrade bijv. Het verhaal lijkt wel erg veel op de werkelijkheid, zoals de armoede wordt beschreven, het harde werken, de lage kosten van alles (maar ook de lage lonen). Over deze armoede vroeger hoor je wel meer. Maar het gaat vooral allemaal op de werkelijkheid lijken door de manier waarop alles verteld wordt, maar vooral door de vele beschrijvingen van personen, kleding en omgeving. Ook al speelt dit verhaal zich zo lang geleden af, voor het verbeelden van het verhaal heb je weinig fantasie nodig, zo duidelijk wordt alles beschreven. Ik zag kon het me zo allemaal voorstellen.
Spanning en open plekken. De spanning in het boek komt tot stand door de open plekken. Zo vroeg ik me meteen in het begin al af of ze de reis allemaal zouden overleven. Maar ook gebeurtenissen als een beroving door struikrovers wekt de spanning op. Verder in het verhaal komt ook de vraag of ze het allemaal vol gaan houden, dat zware werk in de mijn. En of Emma de instorting van de mijn overleeft. Wel had ik al zo’n idee dat ze het zou overleven, het was tenslotte de hoofdpersoon. Toch vind ik het goed dat de schrijfster niet alles een goed einde gegeven heeft, zoals Tom die overlijdt. Dit zorgt opnieuw dat het spannender wordt, de familie moet het met een gezinslid minder doen en het loon hadden ze nodig. Veel open plekken zijn er eigenlijk niet. Er wordt vooral gebruikt gemaakt van levensbedreigende gebeurtenissen en gebeurtenissen die een andere toekomst als gevolg kunnen hebben. Personages. --Het hoofdpersonage is Emma Mullenders. Haar grootste tegenstander is eigenlijk geen persoon maar de armoede (haar doel is dus een beter leven te krijgen), al kun je zeggen: deze armoede ontstaat doordat de rijken niet meer loon willen betalen. Één specifieke tegenstander is er dus niet. Helpers zijn er genoeg, ten eerste haar hele familie, die helpen haar door het harde werk en de moeilijke tijden heen, maar ook de rest van het dorp zorgt dat ze het niet moeilijker krijgt dan het is want ze hebben het zelf net zo moeilijk. Wat dat betreft is er een hechte band tussen de dorpelingen en is ze met de meeste mensen goed bevriend (behalve met de rijken, op Rudolf na). Het gevolg daarvan is dat de mensen elkaar allemaal door moeilijke tijden helpen. Eigenlijk heeft ze alleen met Meneer en Mevrouw Van Merckelbach een baas/knecht verhouding. --Eigenschappen van de personages: Emma: Het is een zeer vriendelijk meisje en aan het begin een gelukkig, later wordt dit gelukkige leven een heel stuk slechter en uiteindelijk komt het weer redelijk goed. Ze heeft wel erg veel doorzettingsvermogen, want geeft het mijnwerk niet op. Ook is ze zeer eerlijk, ook al heeft de familie zo ontzettend veel honger, als Volkert een brood steelt is ze het daar niet mee eens. Ze maakt makkelijk contact, want ze spreekt de meeste mensen gewoon aan en durft zelf Rudolf uit te dagen dieper de mijn in te gaan. Verder is het een zeer nuchter meisje, fantaseren heeft geen zin, voorlopig wordt hun leven niet beter, en dat weet ze. Haar normen en waarden zijn heel duidelijk. Stelen kan absoluut niet, iedere zondag naar de kerk is verplicht en anderen helpen als ze deze hulp nodig hebben is erg belangrijk. Ze is zeker geen egoïst maar kiest op het einde toch voor zichzelf, omdat ze weet dat zij het in Kerkrade niet beter krijgt en haar familie ook niet. Sjeng Mullenders: Een goede man, die best hard wil werken voor zijn geld en het beste voor heeft met zijn gezin. Annekatrien Mullenders: zij is een eerlijke en aardige vrouw, die goed voor haar kinderen zorgt. Jef: Een aardige jongen die ook hard werkt voor zijn geld. Hij is wat gewoontjes maar kan ontzettend werken. Wel geeft hij zich snel gewonnen, hij blijft werken in de mijn zonder commentaar te geven op de bazen. Rudolf: Ook al is hij van rijke afkomst, hij is best aardig ook al willen de dorpelingen dit niet accepteren. Hij is een jongen die weet wat hij wil (fotograaf worden) en zet door, zo wilde zijn vader niet dat hij fotograaf werd, toch ging hij ervoor. Opbouw Het verhaal wordt in logisch-chronologische volgorde en aaneengesloten verteld (zo waren er geen flashbacks en niet veel andere tijdsprongen). Het begint in medias res. De eerste zin begint al meteen met een laatste blik naar de boerderij, dus je vraagt je meteen af waarom het de laatste blik is. Al snel blijkt dat ze de pacht niet hebben kunnen betalen en in armoede leven.. De eerste spanningsboog begint al meteen met de vraag of ze de reis goed door komen. Hier worden ze overvallen door struikrovers. Het loopt redelijk goed af, ze verliezen alleen hun geld. De belangrijkste spanningsboog vind ik toch wel of het werk in de mijnen geen problemen op gaat leveren. Uiteindelijk blijkt dit wel zo te zijn en heeft deze spanningsboog eigenlijk 2 climaxmomenten: de instorting van de gangen waarbij Emma het redt en de overstroming waarbij Tom overlijdt (waar ik dacht dat hij het ook zou overleven maar dus toch niet zo bleek te zijn). Het verhaal heeft eigenlijk ook nog één grote spanningsboog, de vraag of hun leven ooit beter wordt, deze vraag wordt uiteindelijk wel beantwoordt. Het verhaal heeft maar 1 verhaallijn. Als Volkert bijvoorbeeld vertrekt wordt hij verder niet meer gevolgd, bij alle gebeurtenissen is Emma betrokken. Het verhaalverloop begint meteen bij het probleem: de armoede. De situatie verslechtert doordat het gezin Volkert moet missen en dus ook zijn inkomsten. Het dieptepunt van de armoede vindt plaats als ook nog eens Tom overlijdt en er weer een loon minder is. Voor de familie Mullenders wordt het nog slechter als ook Emma gaat vertrekken. Voor Emma verbeterd de situatie dan weer want ze heeft een baan met onderdag en voedsel. Uiteindelijk krijgt ze een nieuwe baan en heeft ze de kans op een nieuw leven. Het verhaal heeft een open einde. Of Emma haar familie ooit nog terug zal zien wordt niet meer bekend gemaakt, en ook niet hoe ze verder gaat leven, of de relatie met Rudolf groeit tot meer dan gewoon vrienden en of de armoede nog ooit overwonnen wordt door alle andere mijnwerkers. Tijd Het verhaal speelt in 1845 en begint ongeveer in de herfst. Van terugblikken en vooruit- en terugwijzingen wordt geen gebruik gemaakt. Wel zijn er tijdsprongen, zo wordt er een maand overgeslagen. Verder eigenlijk niet veel. Van tijdverdichting wordt wel gebruik gemaakt, zo wordt er verteld dat er een paar maanden gewoon gewerkt werd. Van versnellen en vertragen wordt veel gebruik gemaakt. Weken worden kort samengevat, zo wordt verteld dat na enkele weken het werk begon te wennen, dat het weer een zware week was geweest enz. en zo gaat het verhaal weer dieper in op een week. De vertelde tijd is ongeveer een jaar, dat is op te maken uit de seizoenen. De verteltijd heb ik niet bij gehouden, dus ik houd het maar op het aantal bladzijden (185). Thema en motieven Motieven: thema

Kinderarbeid
Dood
Vriendschap Werken in de mijn. Angst
Eigen keuzes maken
Leven in armoede -Kinderarbeid komt steeds terug in het verhaal, in de mijnen, maar ook weer in het verhaal dat Emma verteld aan meneer Pustjens. -De dood komt ook meerdere keren voor, zo overlijden Tom, Jef en Keube in het verhaal. -Vriendschap is een heel belangrijk onderwerp in de tekst, vooral binnen een gezin om het te redden, maar ook binnen de inwoners van een dorp. -Angst was een onderwerp dat vaak terug keerde, zo was Emma vanaf het begin bang om onder de grond te gaan. Later werd dit minder, maar na het instorten van de gang en het overlijden van Tom weer erger. Ook bij het verlaten van het gezin was ze bang ze nooit meer terug te zien. -eigen keuzes maken komt ook heel vaak terug, zoals in het begin. Volkert heeft een brood gestolen, Emma is hier fel op tegen maar besluit dan toch maar mee te eten. Maar vooral later, als de belangrijke keuzes komen. Het huis uit gaan, stoppen met dienstmeisje zijn en haar verhaal door blijven geven, en uiteindelijk te kiezen voor het betere leven. - Armoede is een heel belangrijk onderwerp, het gaat over hard werken zonder dat je er iets beters voor terug krijgt enz. ---het werk in de mijnen is ontzettend belangrijk in het boek, het grootste gedeelte speelt zich onder de grond af. De situaties worden ontzettend duidelijk beschreven enz. Ik heb getwijfeld of ik als thema leven in armoede of mijnwerk zou kiezen, maar ik heb toch gekozen voor het mijnwerk als thema omdat je hier het meeste over te weten komt Vertelsituaties Voor het vertellen van het verhaal is gebruik gemaakt van de personale vertelsituatie. Je leest niet vanuit Emma, en ook niet precies wat ze dacht enz. Wel leer je Emma het beste kennen, maar ook van de anderen kom je het een en ander te weten. Ruimte Het verhaal speelt zich helemaal af in Zuid-Limburg, Nederland en begint in Slenaken, meteen volgt een reis naar Kerkrade waar het verhaal verder gaat, vooral in de mijn, maar ook stukjes in het kale huis van de Mullenders’ en korte stukjes in de kerk en het dorp. De mijnen zijn ontzettend donker met veel en heel lage gangen. En er is maar 1 ladder om van boven naar beneden te komen en omgekeerd. Kerkrade bestaat uit een kerk, een gemeentehuis, de woningen voor de arbeiders, een winkeltje en een plein. De woningen zijn klein en in het gemeentehuis bevindt zich een gedeelte waar les wordt gegeven aan de kinderen van de mensen die zich dat kunnen veroorloven. Het verhaal eindigt in Maastricht, over Maastricht wordt weinig verteld, vooral het kamertje van Emma en het erf van haar baas worden beschreven. Haar kamertje is klein, zonder ramen, maar met een goed bed, en een bureautje. Buiten is een langer oprit voor het huis. En een kolenhuisje. Uiteindelijk eindigt het op de tentoonstelling van de foto’s die door Rudolf gemaakt zijn. Grondige beschrijving van je leeservaringen Onderwerp: Spreekt het onderwerp je aan? Is het een onderwerp waar je al eens over nagedacht hebt? Heeft het boek je nieuwe kanten van het onderwerp laten zien? Het onderwerp sprak me wel aan, over het werk in de mijnen had ik nog maar weinig gehoord, alleen dat het slecht voor je was en over het mijngas. Het boek heeft me zeker ook veel nieuwe kanten laten zien. Van alle kinderarbeid, de ontzettend lage lonen, de slechte werkomstandigheden en geen andere keus hebben dan in de mijn werken wist ik nog niets. Verder heb ik eigenlijk nooit over het onderwerp als mijnwerken nagedacht, natuurlijk wel over armoede, waar het boek toch ook grotendeels om draait.
Ben je door dit boek anders over het onderwerp gaan denken? Ja, ik dacht dat het werk normaal betaald werd, ook dat de mijnwerkers gewoon uitgebuit werden was bij mij niet bekend. Eerst was het voor mij meer van: die mensen geven anderen werk. Maar nu ben ik het daar niet meer mee eens, werk hebben ze, maar ze worden er nooit beter op. Alleen de bazen gingen er op vooruit. Verwachte je dat het onderwerp op deze manier uitgewerkt zou worden? Wat vond je verrassend of bijzonder aan de uitwerking? Nee, ik had niet verwacht dat het op deze manier werd uitgewerkt. Ik vond het verrassend dat het grotendeels toch in de mijnen afspeelde. In het begin dacht ik dat het vooral over het leven in armoede ging maar het boek ging steeds dieper in op het werk in de mijnen, de mijnen zelf en de verdere omstandigheden die bij het werk hoorden. Ben jij het eens met de mening die uit het boek over het onderwerp blijkt? Ja, de mening die ik uit het boek haal is toch wel dat het gewoon ontzettend slecht werk was onder zeer slechte omstandigheden en dat dit niet moest kunnen. Hier ben ik het helemaal mee eens. Kinderen van onder de 10 de hele dag in de mijnen werken dat kan gewoon niet. Welke kanten van het onderwerp hebben volgens jou te veel/te weinig aandacht gekregen? Ik vind dat het mijnwerk ontzettend veel aandacht heeft gekregen, maar niet echt van één kant te veel of te weinig. Misschien zou het goed zijn geweest om ook wat mee te krijgen van de omstandigheden van de rijken (waarom zij gewoon niet net dat beetje meer wilden betalen) en hoe het kan dat er niets gebeurde tegen de kinderarbeid. Gebeurtenissen: Bevat het verhaal voldoende gebeurtenissen om te blijven boeien? Ja, dat vond ik zeker, want als ik aan het lezen was kon ik bijna niet meer ophouden. De gebeurtenissen waren afwisselend en ook erg onvoorspelbaar, zoals de plotselinge dood van Tom, het instorten van de mijn en aan het begin een overval door struikrovers. Komen de gebeurtenissen logisch uit elkaar voort of is het verband moeilijk te verklaren? Het verband is heel gemakkelijk te verklaren. Struikrovers heb je altijd wel in zo’n moeilijke tijden, daar hoeft niet echt iets aan vooraf te gaan. De overstroming en instorting van de gangen is heel logisch te verklaren. Het wordt zelfs uitgelegd. Stutten bijv. was onbetaald werk en gebeurde dus alleen op het laatste moment als de balken dreigden het te begeven.
Ik vind de gebeurtenissen: Spannend, zo weet je nooit zeker of ze het allemaal overleven. Boeiend, je komt heel veel te weten over hoe het er aan toe ging daar en je wilt blijven lezen of de gebeurtenis goed afloopt, het zijn dus zeker geen saaie, langdradige gebeurtenissen. Geloofwaardig, alleen al de manier waar op het verteld wordt maakt het zeer geloofwaardig, je weet meteen dat je niet met een fantasieverhaal als bijv. Harry Potter te maken hebt. Verrassend, de plotselinge dood van verschillende mensen verwachtte ik eigenlijk niet. Ook dat het fout zou gaan in de mijn, maar dit gebeurt toch tot twee keer toe. Hebben de gebeurtenissen je aan het denken gezet? Waarover? Ze hebben me niet echt aan het denken gezet, het mijnwerk in Nederland is gewoon een onderwerp dat afgerond is. Maar ik dacht toch wel even aan hoe het geweest zou moeten zijn, en hoe alles toch weer zo is gekomen als het nu is. Beschrijf een gebeurtenis die de meeste indruk op je gemaakt heeft en waarom. De overstroming van de mijn. Het was maar een korte gebeurtenis maar wel indrukwekkend, je ziet hier gewoon dat er ontzettend veel mensen verdronken of zwaar gewond raakten. Personages: Is de hoofdpersoon een held(in) op wie je zou willen lijken? Nee, Emma is helemaal geen heldin of zo, het is gewoon een meisje dat moet leven onder slechte omstandigheden. Om nu te zeggen of ik op haar zou willen lijken is eigenlijk niet echt reëel. Zij leefde in 1845 en ik al meer dan anderhalve eeuw later. Welke personages gingen voor je leven en welke niet?Welke lijken op echte mensen? Emma ging voor mij het meeste leven, zij wordt de hele tijd gevolgd, maar ook Rudolf ging aardig voor me leven, zijn achtergrond wordt verteld, maar ook wat hij voor Emma doet. Volkert ging ook goed voor me leven in het begin, hij was iemand die zelf zijn gang wilde gaan en uiteindelijk dit ook deed. Sjeng, Annekatrien en de andere mijnwerkers bleven wat meer op de achtergrond waardoor zij ook niet echt tot leven kwamen. Ze leken wel allemaal op echte mensen zoals ik denk dat ze zouden handelen onder die omstandigheden, alleen Rudolf is een aparter geval. Reageren de personages voorspelbaar of juist helemaal niet? Wat vind je daar van? Ik vond Emma redelijk voorspelbaar reageren, je voelt gewoon aan dat ze het huis gaat verlaten. De reacties van Rudolf daarentegen waren wel onvoorspelbaar, zo verwachtte ik niet dat hij zou zeggen, laat de mensen maar denken, en dat hij gewoon voor Emma op zou blijven komen. De afwisseling tussen reacties die voorspelbaar zijn en die dat niet zijn vind ik best wel goed, bij bijna alle verhalen heb je wel reacties die voorspelbaar zijn. Maar dat Rudolf een personage is die bijna altijd onvoorspelbare reacties heeft is wel leuk.
Van welke Personages kom je het meest te weten? Genoeg om hun gedrag te begrijpen? Van Emma kom je het meeste te weten, maar je hoeft in dit verhaal niet veel te weten van een persoon om hun gedrag te begrijpen, ze moesten gewoon hard werken voor weinig geld en leefden in slechte omstandigheden. Dit was voor bijna iedereen zo. Van Rudolf kom je eigenlijk te weinig te weten om zijn gedrag te begrijpen, zo help hij Emma, maar vooral in het laatste stukje waarin de mensen verwachten dat op zijn tentoonstelling portretfoto’s staan. Hier showt hij echter alleen foto’s van de slechte werkomstandigheden. Dat alles terwijl zijn familie bij de rijkelui hoort. Wat vind je van de manier waarop de hoofdpersoon zijn/haar probleem probeert op te lossen? Zou jij het anders doen? De manier waarop Emma haar problemen oplost vind ik heel begrijpelijk, ze wil dat ze het in ieder geval zelf beter krijgt. Maar zelfs met haar baantje als dienstmeisje krijgt ze een probleem. Ze moet stoppen met haar verhalen voor de krant of met haar werk als dienstmeisje. Hier kiest zij er toch voor haar baantje op te zeggen. Hier ziet ze toch nog een kans het ook de anderen beter te laten krijgen. Een beslissing waar ik op zo’n moment niet zomaar voor zou gaan denk ik. Opbouw: Hang alles goed met elkaar samen of vind je dat juist niet? Ik vind het goed met elkaar samen hangt en ik vind het zeker geen bijeengeraapte onderwerpen. Ze sluiten allemaal goed op elkaar aan. Is het verhaal boeiend? Ja, vind ik wel. Het was is een onderwerp waar ik vrijwel niets vanaf wist. De manier van vertellen en ook de opbouw maakten het dat het makkelijk te lezen was en de afwisselende gebeurtenissen hielden het verhaal boeiend. Wat vind je van de bouw van het verhaal? Is die ingewikkeld of juist niet? Leg uit. Welk effect heeft die bouw op jou: is het boek daardoor interessanter om te lezen of juist niet? De bouw van het verhaal was heel simpel. Het is een verhaal dat zo weg leest, zonder dat je er teveel bij hoeft na te denken om de situatie te begrijpen. Dit maakt het boek niet interessanter of zo, maar zorgt er wel voor dat het zeker niet gaar vervelen.
Zitten er veel terugblikken of herinneringen in het verhaal? Wat vind je daarvan? Het verhaal bevat bijna geen terugblikken. Dit is wel weer iets wat het voor mij nog makkelijker maakt om te lezen. Wat vind je van het eind? Blijft er te veel onduidelijk? Het einde was wel open, maar ik vind niet dat er te veel onduidelijk was, je weet dat Emma het niet slechter gaat krijgen en dat de anderen weer een kans hebben, zeker nu ze de steun heeft van Rudolf, iemand die toch veel connecties heeft. Taalgebruik: Vind je het verhaal lastig om te lezen? Hoe komt dat? Nee het verhaal is heel gemakkelijk te lezen, dit komt doordat het continue vertelt wordt en er maar één verhaallijn is. Hoe vind je de verhouding tussen beschrijving, gesprekken en weergaven van gedachten of gevoelens? De verhouding tussen beschrijving en gesprekken vind ik heel goed, weergaven van gedachten kwamen ook genoeg aan bod, maar de gevoelens daar lees je wat weinig over. Vind je dat de taal past bij de personages en het onderwerp? Ja, de taal past er zeker bij. Er is zelfs een lijst achteraan in het boek waarin enkele woorden met hun betekenis staan die in het verhaal gebruikt zijn. Aan het taalgebruik is dus goed gedacht. G Een verwerkingsopdracht naar keuze Past dit werkt goed bij het andere werk van de schrijfster? Gaat het over een onderwerp waar ze vaker over schrijft? Boeken die door Simone van der Vlugt geschreven zijn zijn: De Amulet, Bloedgeld, de guillotine, Jehanne, Schijndood, de slavenring, Victorie! en Zwarte sneeuw. Al deze boeken zijn historische romans. Ze schrijft dus aan de ene kant allemaal dezelfde soort verhalen, maar aan de andere kant gaan deze verhalen over heel uiteenlopende onderwerpen. Zo gaat Zwarte sneeuw dus over armoede en werken in de mijnen, de guillotine over de Franse revolutie, de amulet over hekserij en alles wat daarmee te maken heeft, Jehanne over de in het boek moesten ze het zelfs zonder Honderdjarige oorlog, schijndood over angstdromen de wagonnetjes doen

En lepra en slavenring over Pompeï, Victorie! (samen met Theo Hoogstraaten) over de geschiedenis van Alkmaar en Bloedgeld over de VOC. Over het onderwerp dat in Zwarte sneeuw aan de orde komt heeft ze niet meer geschreven, dat is bij elk boek zo. Elk door haar geschreven boek gaat over een eigen onderwerp. Wel gaan ze allemaal ver terug in de tijd. H Informatie over de auteur Biografie Simone van de Vlugt werd geboren op 15 december 1966 in Hoorn. Al heel jong begon ze met schrijven. Op haar achtste scheef ze al verhaaltjes en maakte daar een omslag omheen zodat het net een echt boek leek. De moeder van een vriendinnetje had een typemachine die ze mocht gebruiken en vanaf dat moment leek het alsof ze daar woonde. Totdat ze van haar ouders een eigen typemachine kreeg. Dat was haar grootste wens. Vanaf zat moment zat ze altijd op haar kamer verhalen te typen. En op haar dertiende stuurde ze een zelfgeschreven boekje naar een uitgever. Die moedigde haar aan om vooral zo door te gaan. Voor Simone was het toen wel duidelijk, zijn wilde schrijver worden. Het leek haar onmogelijk. Maar ze bleef verhalen verzinnen die ze opschreef. Ze las veel, leerde veel, en werd steeds beter. Door school en haar studie, een lerarenopleiding voor lerares Frans en Nederlands kwam er een tijdje niet zoveel van schrijven. Maar toen ze de studie had afgerond besloot ze een poging te doen tot het schrijven van een historische jeugdroman. En het lukte. Vanaf dat moment beschouwde ze zichzelf als schrijfster, en ging ze door met schrijven (van historische romans die over zeer uiteenlopende onderwerpen gaan, ver terug in de tijd). Voor de klas staan om les te geven is er nog nooit van gekomen, maar zo zegt ze: “ik houd wel elke week lezingen over mijn boeken voor allemaal verschillende klassen”. Simone woont met haar echtgenoot, Wim van der Vlugt, haar dochter Esmee Sophie en haar zoontje Friso in Alkmaar. En haar plannen voor de toekomst? Gewoon lekker doorgaan met haar leven zoals het nu is. Andere boeken van Simone van der Vlugt: De Amulet, ---------------- Bloedgeld, De guillotine, Jehanne, Historische romans
Schijndood, De slavenring, Victorie!---------------------- Noodlanding in het oerwoud---------- Mijn zusje wordt vermist
Verdwaald onder de grond boeken voor de kleintjes Hester de witte heks Bastiaan komt eraan! Potverdrie, Sophie!----------------------- Uit de reacties die ik over het boek heb gelezen kan ik wel uit halen dat de onderwerpen de boekbesprekers (in dit geval journalisten) wel aanspreken, zo zijn er in 2000 verschillende stukjes in de krant verschenen over zwarte sneeuw. En 2 jaar later over Schijndood, de boeken bevallen de lezers (dat maak ik tenminste op uit de reacties die ik gelezen heb).

REACTIES

Y.

Y.

ik heb een foutje ontdenkt het woord argwaanender dat klopt niet dat is arg wanend/argwaan

18 jaar geleden

Y.

Y.

ik heb ook een fout gezien, uw kop

8 jaar geleden

Log in om een reactie te plaatsen of maak een profiel aan.

Andere verslagen van "Zwarte sneeuw door Simone van der Vlugt"