Wierook en tranen door Ward Ruyslinck

Beoordeling 7.4
Foto van een scholier
Boekcover Wierook en tranen
Shadow
  • Boekverslag door een scholier
  • 6e klas vwo | 2135 woorden
  • 20 december 2001
  • 295 keer beoordeeld
Cijfer 7.4
295 keer beoordeeld

Boekcover Wierook en tranen
Shadow

Een Antwerps gezin - moeder, vader en hun tienjarig zoontje Waldo - wordt bij het uitbreken van Wereldoorlog II meegesleurd door de chaotische stroom van burgers, die voor de Duitsers op de vlucht slaan. Bij een bombardement komen de ouders van Waldo om het leven. De weesjongen ontmoet toevallig het iets oudere buurmeisje Vera, dat in het gedrang haar moeder is kwijst…

Een Antwerps gezin - moeder, vader en hun tienjarig zoontje Waldo - wordt bij het uitbreken van Wereldoorlog II meegesleurd door de chaotische stroom van burgers, die voor de Duits…

Een Antwerps gezin - moeder, vader en hun tienjarig zoontje Waldo - wordt bij het uitbreken van Wereldoorlog II meegesleurd door de chaotische stroom van burgers, die voor de Duitsers op de vlucht slaan. Bij een bombardement komen de ouders van Waldo om het leven. De weesjongen ontmoet toevallig het iets oudere buurmeisje Vera, dat in het gedrang haar moeder is kwijstgeraakt. De Duitsers hebben ondertussen de vluchtende massa ingehaald, en de kinderen beginnen hun terugtocht naar de vaderstad...

Waldo en Vera trekken tijdens deze prachtige meimaand 1940 door de 'Vlaamse bossen waar de koekoek roept, waar er opnieuw geen oorlog meer is en de liefelijke lente zacht en zonnig als het begin van een nieuwe tijd over de aarde ligt'. Helaas, in dit verrukkelijke pastorale decor staat de kinderen het gruwelijkste te wachten...

Deze kleine episode uit het onmetelijke treurspel dat de tweede wereldoorlog is geweest, wordt door de ogen van de kleine jongen gezien en door hem verteld. Zijn relaas raakt iedere lezer diep. Wierook en tranen, voor het eerst in 1958 gepubliceerd, werd dan ook terecht één van de meest gelezen romans van de hedendaagse Vlaamse letteren. 

Wierook en tranen door Ward Ruyslinck
Shadow

Oefenen voor je mondelingen?

Komen je mondelingen er aan en wil je oefenen? Probeer onze Boekenquiz. We stellen je open vragen over de gelezen boeken.

ADVERTENTIE
Overweeg jij om Politicologie te gaan studeren? Meld je nu aan vóór 1 mei!

Misschien is de studie Politicologie wel wat voor jou! Tijdens deze bachelor ga je aan de slag met grote en kleine vraagstukken en bestudeer je politieke machtsverhoudingen. Wil jij erachter komen of deze studie bij je past? Stel al je vragen aan student Wouter. 

Meer informatie
Wierook en tranen is in 1958 door Ward Ruyslinck geschreven. Ward Ruyslinck is een pseudoniem voor Raymond de Belser. Hij werd geboren op 17 juni 1929 in Berchum, een plaatsje vlak bij Antwerpen in België. Hij groeide op in een katholiek gezin als jongste van twee kinderen. Later typeerde hij zijn ouders als lauwe Katholieken. Zijn vader was bibliothecaris bij Shell en schreef ook tweeboeken. Ruyslinck begint al vroeg met schrijven, zo heeft hij op z’n twaalfde al een manuscript af. “Vaargeulen” genaamd. In de meidagen van 1940 moet het gezin vluchten voor de oorlog. Het gezin wil naar Engeland, maar dat mislukt. Ze blijven enkele weken bij een boer in Frankrijk, waarna ze terug keren naar huis. In 1943 wordt hun huis getroffen door een bombardement. Niemand raakt gewond, maar het manuscript voor “Vaargeulen” gaat verloren. Na de oorlog gaat Ruyslinck Germaanse talen studeren, maar hij maakt zijn studie niet af. Zijn vijf jaar oudere broer overlijdt in 1948 aan een acute longziekte. Onder andere door dit voorval en de oorlog verliest Ruyslinck zijn vertrouwen in God. Hij vervult zijn dienstplicht, die in deze tijd is verlengd tot 21 maanden, maar het gaat hem zwaar af als antimilitarist en individualist. Hij weigert officier te worden. Na zijn dienstplicht heeft Ruyslinck verschillende baantjes, en in 1953 wordt hij bibliothecaris bij het prentenkabinet van het museum Plantin-Moretus in Antwerpen. Hier werkt hij tot hij in 1984 vervroegt met pensioen gaat. In datzelfde jaar (53) trouwt hij met Alice Burn, een oude schoolvriendin, ze krijgen een zoon, Chris. In de periode ’67-’73 maakt Ruyslinck veel reizen, omdat hij lid is van het Vlaams Comité van de Belgische Verdedigingen van de Vrede en ook lid van de Wereldraad voor Vrede is. In 1975 wordt hij lid van de Koninklijke Academie voor Nederlandse taal- en letterkunde. In 1990 sterft zijn vrouw. Ruyslinck verhuist dan naar Meise en gaat daar samenwonen met Monica lo Cascio. Samen met haar schrijft hij “de speeltuin” Net vertelde ik al dat Ruyslinck in conflict kwam met het geloof uit zijn jeugd door de dood van zijn broer. Voor Ruyslinck was God voortaan verantwoordelijk voor al het leed en onrecht op de wereld. Dit verliezen van het geloof komt in Wierook en Tranen terug, hoewel je verder zeker niet kunt stellen dat het een autobiografisch boek is. Om enkele verschillen te noemen: Waldo is enig kind, zijn ouders overleven de oorlog niet en is negen jaar. Ruyslinck zelf is op de vlucht twaalf jaar en zijn ouders en zijn broer overleven de oorlog wel. Ruyslinck heeft zowel gedichten als verhalen als toneelstukken als vertalingen en artikelen geschreven. Andere werken van Ruyslinck zijn o.a.: - De ontaarde slapers - Madona met de buil - Het dal van Hinnom - De uilen van Minerva - Hunkerend gevangen
Voor wierook en tranen ontving Ruyslinck in 1959et Referendum van de Vlaamse Letterkunde en in 1980 ontving hij de eerste Europaliaprijs voor zijn hele oeuvre. Wierook en tranen is in 1977 verfilmd en is ook in het Frans vertaald. Ik zal eerst over het boek vertellen en dan een samenvatting geven. De titel staat hier voor een tegenstelling, die in het boek heel mooi duidelijk wordt gemaakt. De wierook, de geur van wierook maakt Waldo, de hoofdpersoon, blij, het doet hem de vervelende dingen vergeten. Daar tegen over staan de tranen die juist naar de vervelende dingen wijzen. Ook kun je het zien als de onschuldige mooie kinderwereld en de harde vervelende grote mensen wereld. Het boek heeft een opdracht die luist: aan pa en ma. Wierook en tranen is een psychologische oorlogsroman, omdat het vooral gaat om de gevoelens van de jonge Waldo. En dus geen novelle zoals vele zeggen vanwege de lengte van het verhaal. De titel is eigenlijk ook het thema. Duidelijk tegenover elkaar staan de kinderlijke onschuldigheid en de wreedheid van de volwassenen, in dit geval de Duitsers. In het boek vind ik dat heel mooi weergegeven in het stuk dat Waldo en Vera van de lente-omgeving genieten wanneer er een paar Duitsers aankomen. Zij bieden het tweetal aan om met hen mee te rijden naar Antwerpen, waar de kinderen op in gaan. Halverwege de tocht stoppen ze echter en wordt Waldo dronken gevoerd en Vera verkracht door de Duitsers. Motieven zijn -Angst -Geloof -Vriendschap -Wreedheid

en ook de wierook neemt een belangrijke plek in. Van de geur van wierook gaat Waldo zich blij voelen en heeft die de erge dingen niet meer zo in de gaten. Deze geur is vaak in kerken, waardoor zijn vader hem ook wel eens Kerkuiltje noemt (en niet omdat hij zo goed gelooft). Het boek is geschreven uit het perspectief van ik-perspectief. Je ziet alles door de ogen van de 9-jarige Waldo. Zo zie je heel mooi hoe een kind zich de oorlog voorstelt en wat hij denkt. Het enige is dat Waldo soms wat moeilijke taal gebruikt voor een 9-jarige. De schrijver heeft dat aan het verhaal toegevoegd om de situatie te verduidelijken. Belangrijkste personen zijn Waldo en Vera. Waldo is een negenjarige jongen die met zijn ouders op de vlucht gaat voor de Duitsers die hen achterna zitten. Hij ziet de oorlog zoals een negenjarige die ziet. Hij overziet het geheel niet, hij is niet bang voor de tijd die nog komen zal, hij is bang op de angstige momenten, zoals de luchtaanval. In het verhaal zie je wel dat hij anders gaat denken over de oorlog en dat hij als het ware volwassener wordt, hij moet wel, hij raakt immers zijn ouders kwijt en later ook Vera en moet zichzelf toch redden. Vera is een buurmeisje van Waldo. Ze is een paar jaar ouder dan hij. Hij komt haar tegen in een stad waar hij op de vlucht komt. Samen vluchten ze verder, maar besluiten dan toch terug te gaan. Vera is heel gelovig en zal later het klooster in gaan. Zij neemt de beslissingen waar ze heen gaan en is een grote steun voor Waldo. Andere personen zijn zijn ouders, die omkomen bij een bombardement, vrij in het begin van het boek. Waldo had wel een goede band met hen, en juist door die gebeurtenis gaat hij twijfelen aan het goede van de God. Evarist: vrachtwagenchauffeur die hem meenam naar een kamp, waar hij nooit zou aankomen, op een stopplek ontmoet hij Vera en gaat met haar verder. Hij ziet Evarist nog een keer, als krijgsgevangenen op het station. Op de een of andere manier voelt hij zich schuldig. Het verhaal is chronologisch opgebouwd en duurt vijf dagen, die begint op dag twee van de vlucht van Waldo met zijn ouders en eindigt in de kerk bij het ziekenhuis waar hij afscheid genomen heeft van Vera, die dood is. In die vijf dagen gebeurt een hele hoop, wat het voor zo’n korte tijd aan de ene kant onwerkelijk maakt, maar aan de andere kant kan er op een vlucht een hele hoop gebeuren in korte tijd. Het boek bestaat uit negen genummerde hoofdstukken zonder titel. De eerste vijf hoofdstukken gaan over de eerste vier dagen van de vlucht. De hoofdstukken 6t/m tien gaan over de laatste dag. Het boek heeft een open einde, je weet dus niet hoe het verder gaat met Waldo nadat hij afscheid heeft genomen van Vera. Het verhaal speelt in België, ik weet niet precies waar, daar gaat het niet om. Duidelijker is de sfeer van de omgeving beschreven. Een onschuldig lente-landschap, waarin oorlog wordt gevoerd. De stijl van Ruyslinck is heel direct, wat zeker versterkt wordt door het ik-perspectief en de gedachten van de jonge Waldo. Het is vrij eenvoudig geschreven, het grootste gedeelte zijn immers gedachten van Waldo, alhoewel gebruikt hij soms woorden en zinnen die een negenjarige denk ik niet zo snel zou gebruiken. Ik vond het een heel mooi boek om te lezen, met name omdat het onderwerp en de manier hoe het geschreven is (het is anders dan de andere oorlogsboeken). Maar ook de stijl van Ruyslinck spreekt me aan, ik had nog nooit eerder wat van hem gelezen, maar dat zal ik zeker wel gaan doen nu. Het boek zelf is verder heel meeslepen, je verplaatst je in de gedachten van Waldo en je maakt stukjes van de oorlog mee, zoals ze op Waldo overkomen. Niet lees je de angst voor het geheel, wat Waldo in het begin zeker niet heeft, is meeslepend, maar de gebeurtenissen. Als lezer weet je dat de oorlog niet zo maar afgelopen is, Waldo weet dat niet, dat vind ik heel mooi. En heel knap weergegeven, want dat lijkt me enorm moeilijk om als volwassene zo te schrijven. (voorlezen blz. 58/60) Deze samenvatting heb ik van internet gehaald, ik weet wel wat ik ongeveer over het boek ga vertellen, maar deze samenvatting is goed als richtlijn te gebruiken. Samenvatting: Waldo is een jongetje van ongeveer 9 jaar dat de oorlog mee moet maken op vlucht voor de Duitsers. Samen met zijn vader en moeder vormen ze een Antwerps gezin dat de Franse grens op de fiets probeerde te bereiken. Maar bij de grens worden ze weg gestuurd omdat deze gesloten is. Als ze dan de andere vluchtelingen volgen worden ze getroffen door een bom. Bij dit bombardement verliest Waldo zijn beide ouders. Waldo wordt dan verzorgd in een hospitaal omdat hij zijn voet heeft geblesseerd. Daar wordt hij met Belgische soldaten meegenomen naar de kust. Daar is namelijk een opvangtehuis. Onderweg stoppen ze een keer en dan ontmoet Waldo met toreview zijn oude buurmeisje Vera die in het gedrang haar moeder is kwijtgeraakt en haar vader zit in het leger. Dan spreken ze af om samen naar de kust te gaan en in de duinen een huis te bouwen en dan daar te gaan wonen tot de oorlog over is. Maar onderweg worden ze ingehaald door de Duitsers die veel land winnen. Ze schrikken zich rot en verstoppen zich in een dichtstbijzijnde schuur. Maar de Duitsers ontdekken hun en ze zijn doodsbang dat ze nu zullen sterven. De Duitsers doen echter niks en laten hun gaan. Omdat de Duitsers nu toch al zo ver zijn besluiten ze om terug te keren naar huis. Het is een lange reis en onderweg stoppen ze nog bij een oom van Vera die Vera eigenlijk niet goed kent. Maar daar zien ze dronken mensen en een vrouw die met haar jack los naar boven loopt en van schrik gaan ze gauw weer weg. Het regent erg en daarom gaan ze schuilen bij een station waar nog meer vluchtelingen schuilen. Daar zien ze een trein aankomen met allemaal gevangen genomen soldaten. Ze gaan kijken of ze Vera's vader kunnen zien. Ze zien echter niet Vera haar vader, maar wel ziet Waldo de man die hem van het hospitaal naar de kust zal regen en hij roept hard maar de man hoort hem niet door het glas heen. Als het droog is gaan ze verder en komen ze vier soldaten op motoren met zijspan tegen en ze mogen meerijden naar Antwerpen. Onderweg stoppen ze echter in het bos en voeren Waldo dronken en dan nemen twee van hen Vera mee verder het bos in. Als Waldo wakker wordt en alles heeft uitgespuugd voelt hij zich verlaten want iedereen is weg. Dan denkt hij dat de Duitsers Vera ook dronken hebben gemaakt en dat ze misschien wel ergens in het bos moet liggen. Hij gaat op zoek en vind Vera kreunend van de pijn op de grond. Waldo vraagt of ze haar geslagen hebben, maar Vera zei dat de Duitsers iets hebben gedaan wat nog erger was. De Duitsers hebben gezondigd en Vera kon Waldo niet precies vertellen wat er was gebeurd, dat kon ze niet. Waldo gaat hulp halen en houd een paardenkar aan met twee mannen erin. Eén van die mannen is Juul en hij gaat mee naar Vera. Waldo hoort Juuls schelden op de Duitsers en weet nog steeds niet wat er is gebeurd met Vera, maar hij is wel erg boos. Waldo komt niet te weten wat er met Vera is gebeurt, maar als lezer weet je dat ze is verkracht. Juul en zijn vriend laten een ambulance komen om Vera mee te nemen. De ambulance rijd weg met Vera en zonder Waldo. Dan stelt Juul voor dat zij Waldo wel even in Gent afzetten. Vera ligt namelijk in het hospitaal van Gent. In Gent aangekomen gaat Waldo naar het hospitaal en dan krijgt hij te horen dat Vera is overleden. Hij gaat dan samen met de zuster naar een kapel, waar ze kunnen bidden. Waldo bid echter niet, want hij gelooft niet meer in God en merkt alleen maar dat het er naar wierook ruikt en daar is hij gek op. Dan bedenkt hij dat hij wel heel erg zondigde tegen God en toen vouwde hij zijn handen en deed net alsof de wierook de adem was van God die zijn kwade gedachten weghaalde.

REACTIES

H.

H.

dankjewel daphne

22 jaar geleden

E.

E.

HEy Daphne!! een erg goede samenvatting hoor! ik haal ook altijd alle veslagen van internet! XXXXXXXXX Eduard!

22 jaar geleden

G.

G.

heel schitterend werk heb jij hier geleverd, ik wou dat ik het zelf ook zo kon , naar me dunkt heb jij wel genoten van het boek omdat het zeer emotioneel gericht was en dat spreekt me wel aan om het zelf ook te lezen , bedankt , met vriendelijke groeten van Greta

22 jaar geleden

M.

M.

hoi,
ik heb een vraagje.Voor mijn verslag moet ik een omschrijving geven van het voorkantje. Zou jij mij een beetje kunnen vertellen doe dat eruit ziet? De kleuren,letters,illustraties etc..??

Heel erg bedankt!
Groetjes Mariska

21 jaar geleden

A.

A.

dankjewel!! Ik heb best veel aan je verslag op internet gehad... alleen: waaromheeft niemand de symboliek erin staan?? die heb ik nodig....

20 jaar geleden

K.

K.

goed recensencie wel heel lang

20 jaar geleden

M.

M.

wat heb ik hier nou aan?

20 jaar geleden

H.

H.

goed gedaan meis

19 jaar geleden

A.

A.


Wat een super uitreksel (wierook en tranen)!! en wat goed dat je die op internet zet. ik heb er heel veel aan! dank je wel :)groetjes anrien

19 jaar geleden

Log in om een reactie te plaatsen of maak een profiel aan.

Andere verslagen van "Wierook en tranen door Ward Ruyslinck"