Ben jij 16 jaar of ouder? Doe dan mee aan dit leuke testje voor het CBR. In een paar minuten moet je steeds kiezen tussen 2 personen.

Meedoen

Wie scheep gaat door Rascha Peper

Beoordeling 7.3
Foto van een scholier
Boekcover Wie scheep gaat
Shadow
  • Boekverslag door een scholier
  • 3e klas vwo | 3891 woorden
  • 12 augustus 2004
  • 26 keer beoordeeld
Cijfer 7.3
26 keer beoordeeld

Boekcover Wie scheep gaat
Shadow
Wie scheep gaat door Rascha Peper
Shadow
ADVERTENTIE
Overweeg jij om Politicologie te gaan studeren? Meld je nu aan vóór 1 mei!

Misschien is de studie Politicologie wel wat voor jou! Tijdens deze bachelor ga je aan de slag met grote en kleine vraagstukken en bestudeer je politieke machtsverhoudingen. Wil jij erachter komen of deze studie bij je past? Stel al je vragen aan student Wouter. 

Meer informatie
Zakelijke gegevens Titel : Wie Scheep Gaat
Auteur : Rascha Peper
Uitgeverij : L.J. Veen Amsterdam/Antwerpen
Jaar van verschijning : 2003 Waarom ik het boek gekozen heb Mijn Nederlandse lerares gaf mij de tip dit boek eens te lezen. Ik heb toen thuis op internet een paar recensies over het boek gelezen (o.a. van De leesclub en Radio Nederland). Ook heb ik op Bruna.nl een omschrijving van het boek gelezen. Dat sprak mij aan en na lang zoeken had ik een exemplaar gevonden dat nog niet was uitgeleend. De voorkant was niet zo veelzeggend (vooral als je het boek nog niet had gelezen), dus daar heb ik niet zo op gelet bij het maken van mijn keuze. ,b>Eerste persoonlijke reactie
Ik vond het boek spannend, af en toe droevig, origineel en nieuwsgierig makend. Je zat heel snel in het verhaal en het bleef tot het einde spannend. Ook was het iets diepzinniger dan dat het op het eerste moment lijkt… Er zijn meerdere verhaallijnen en naarmate het verhaal vordert merk je dat ze allemaal iets met elkaar te maken hebben.
Samenvatting van de inhoud Het verhaal speelt zich rond deze tijd af. Het duurt ongeveer een jaar en er zijn meerdere locaties waar het verhaal zich afspeelt. Het grootste gedeelte speelt zich in Den Haag en New York af. Het laatste deel speelt zich in Tiznit (Marokko) af. De hoofdpersonen zijn Emma de Wilde, Gerard Sikkema, Alphons LeCoultre, Robin Quaadvlieg en Ernst van Waardenburg. Gerard Sikkema en Robin Quaadvlieg zijn sinds de middelbare school al bevriend. Ze lijken absoluut niet op elkaar, niet qua karakter noch qua uiterlijk, maar toch zijn ze elkaars beste vrienden. Tijdens een avondje uit ontmoet Gerard Hanna LeCoultre, de dochter van Alphons LeCoultre. Zij is zijn eerste echte liefde. Maar ondertussen bloeit er ook iets op tussen Hanna en Robin. Uiteindelijk verlaat Hanna Gerard voor Robin en de vriendschap tussen Robin en Gerard is verbroken. Ze hebben een fijne tijd samen en Hanna wordt zwanger van Robin. Hij weet daar niets van en na een tijdje gaan ze uit elkaar. Hanna schrijft hem nog een afscheidsbrief waarin ze hem het nieuws vertelt en gaat vervolgens met haar nieuwe Kaapverdische vriend op weg naar de Kaapverden. Ze komt daar echter nooit aan. Tijdens hun reis over de Atlantische Oceaan wordt hun schip namelijk geramd en zinkt het naar de zeebodem. De Kaapverdiër overleeft het, maar Hanna, die op dat moment binnen ligt te slapen, verdrinkt. Inmiddels zijn we twee jaar verder (dit is ook het punt waarop het boek begint). Gerard woont inmiddels in New York en probeert daar een nieuw bestaan op te bouwen. Hij denkt nog vaak aan Hanna en Robin. Zelf heeft hij in New York problemen met zijn verhuurder en op zijn werk voelt hij zich ook niet op zijn gemak. Robin heeft zijn duikbrevet gehaald en wil het lijk van Hanna graag terug naar Den Haag brengen. Deels omdat hij het idee dat Hanna ergens op de zeebodem ligt en wordt aangevreten door allerlei beesten onprettig vindt, maar ook omdat hij zich schuldig voelt tegenover Gerard. Hij heeft voor deze expeditie wel geld nodig. De broer, zus en zwager van Hanna weigeren echter hieraan mee te werken en zeggen dat hij het moet laten rusten. Hanna’s vader, Alphons, mag er absoluut niets over te horen krijgen, dat zou alleen maar tot een grote teleurstelling leiden. Emma de Wilde, het 15-jarige nichtje van Hanna, hoort toevallig wat er aan de hand is en gaat naar Robin om hem wat geld te geven. Zij vindt het namelijk wel een goed idee. Vervolgens wordt ze hartstikke verliefd op de dertien jaar oudere man. Alphons LeCoultre is een oude Haagse kleermaker en heeft het erg moeilijk met de dood van zijn dochter. Hij maakt nog een laatste pak voor ene meneer Van Waardenburg, om afscheid te nemen van zijn (ex-) beroep. Hij merkt dat hij er te oud voor wordt. Halverwege het verhaal overlijdt hij. Die Ernst van Waardenburg lijkt een hele aardige man, maar hij heeft een vreemde obsessie. Hij sluipt de huizen binnen van vrouwen die hij weleens heeft gezien, maar die hij verder niet persoonlijk kent. Eenmaal binnen rommelt hij wat door hun ondergoed en bevredigt zich tenslotte met zo’n kledingstuk. Uiteindelijk wordt hij wel betrapt. Eindelijk is het ogenblik aangebroken; Robin en een stel andere duikers duiken naar het wrak. Hanna’s lichaam wordt echter niet gevonden. Het enige wat hij mee naar boven neemt is een tas met oude kleding, schoenen en een pop die ze al sinds haar jeugd had. Fictie en werkelijkheid Wie scheep gaat is een realistisch verhaal. De hoofdpersonen zijn net echte mensen, met gevoelens en problemen en het verhaal zou echt gebeurd kunnen zijn. Spanning en open plekken
In het boek komen geregeld open plekken voor. Vooral op het begin vraag je je af wat de personen met elkaar te maken hebben en hoe komt het dat ze bv. ruzie hebben. Als je verder leest worden deze vragen beetje bij beetje beantwoord, maar steeds als je nieuwe antwoorden krijgt, komen er ook weer nieuwe vragen in je op. Rascha Peper springt ook geregeld over naar andere verhaallijnen, waar ze uitgebreid de tijd voor neemt, waardoor je langer op antwoorden moet wachten. Vaak wordt een verhaallijn ook onderbroken door een bepaalde herinnering. Dit zorgt ervoor dat het boek tot het einde spannend blijft. Als lezer wordt je ook geregeld op het verkeerde been gezet. Je leert bepaalde personen namelijk door de ogen van anderen kennen. Voorbeeld: Aan het begin van het boek praat Emma over haar moeder. Je krijgt de indruk dat het een hele saaie, brave, burgerlijke vrouw is. Maar als Ernst van Waardenburg haar later beschrijft lijkt het juist een hele sportieve, leuke vrouw te zijn. Hetzelfde gebeurt bij Robin. Hij wordt aan de lezer voorgesteld als een hele sportieve, stoere en nobele man, maar later kom je erachter dat hij de vriendin van zijn beste vriend heeft ingepikt. Daarnaast geeft Rascha Peper de lezer op het einde een kleine hint, die gemakkelijk overzien kan worden, maar die de het hele verhaal beïnvloedt. Hanna LeCoultre blijkt namelijk helemaal niet dood te zijn, maar de hoofdpersonen weten dat niet. Alleen de lezer weet dat. Kortom; Je moet als lezer heel goed opletten, omdat je voortdurend op een dwaalspoor gezet wordt. Korte beschrijving van de hoofdpersonen Emma de Wilde: Emma is het 15-jarige nichtje van Hanna en lijkt qua gedrag en uiterlijk ontzettend veel op haar tante. Ze heeft donkerblauwe ogen en hoogblond haar (In het eerste deel van het verhaal heeft ze het zwart geverfd). Ze is nieuwsgierig, spontaan, eigenwijs en eerlijk. Daarnaast is ze helemaal gek op de 38-jarige Robin, de ex van haar tante. Ze is echter bang dat hij nooit iets met haar wil omdat ze te jong is. Gerard Sikkema: Gerard is de eerste ex-vriend van Hanna en probeert in New York een nieuw leven op te bouwen. Hij is verlegen, rustig, ongelukkig en laat anderen over zich heen lopen. Op zijn werk neemt men hem niet echt serieus. Hij is een oceanograaf en heeft duizende badeendjes in de oceaan gegooid om te kijken waar ze terecht zouden komen. Zijn collega’s (tenminste, de meeste daarvan) verklaren hem voor gek. Daarnaast heeft hij problemen met zijn verhuurders, de familie Babiradsky. Zij duiken steeds onverwachts op en blijven dan een tijdje in de zogenaamde opslagkamer van het appartement. Naast dit alles heeft hij ook veel problemen met de dood van Hanna en de gedachte aan Robin. Hij voelt zich gekwetst, verraden en ellendig en probeert ieder contact met Robin te vermijden. Uiteindelijk zet hij zich over zijn gevoelens heen en belt Robin, maar die is niet thuis. Robin Quaadvlieg: Robin is de tweede ex-vriend van Hanna. Hij is een duiker en een grappige, eigenwijze, vriendelijke en sportieve man. Hij voelt zich ontzettend schuldig tegenover Gerard en hoopt eigenlijk dat ze ooit weer vrienden kunnen zijn. Emma herinnert hem aan Hanna en hij vindt haar een leuke, knappe meid, maar is kwaad op zichzelf als hij merkt dat hij opgewonden van haar wordt. Hij zou wel me haar naar bed willen, maar weerhoudt zich daarvan omdat ze te jong is en omdat ze het nichtje van zijn ex is. Hij is teneergeslagen als hij Hanna uiteindelijk toch niet vindt. Ernst van Waardenburg: Ernst is een gesloten, rustige man en voelt zich schuldig tegenover zijn gezin vanwege zijn obsessie. Hij besluit in therapie te gaan. Ondanks die therapie komt hij nog wel in een aantal benauwde situaties terecht en net als hij besluit zijn leven voor altijd te beteren wordt hij betrapt door Eva de Wilde, de moeder van Emma. Ernst lijkt heel weinig met het verhaal te maken te hebben. Hij is de enige van de vier hoofdpersonen die geen directe relatie met Hanna had, maar toch is hij de sleutel naar het plot. Net voordat hij betrapt wordt vindt hij namelijk een brief aan Alphons LeCoultre, door de PTT hergeadresseerd aan Eva de Wilde (Omdat Alphons tegen die tijd al dood was). De postzegels komen uit Zuid-Afrika en in bij de brief zit een foto van een ongeveer twee jaar oud meisje. Hij beseft dat hij er niets mee te maken heeft en legt de brief weg. Het lijkt heel onbelangrijk, maar het tegenovergestelde is waar. Als je er over nadenkt kom je tot de conclusie dat er maar een oplossing mogelijk is. De brief is van Hanna en op die foto staat het dochtertje van Hanna! Twee jaar geleden zonk de boot met de zwangere Hanna voor de Afrikaanse kust. Twee jaar later krijgt haar vader een brief uit Zuid-Afrika, met een foto van een twee jarig meisje erin. De leeftijd die het kindje nu zou hebben! Bovendien hebben ze geen lijk gevonden in de boot. Toeval? Dacht het niet… Alphons LeCoultre: Alphons is een vriendelijke, oude man en de vader van Hanna. Hij kan eigenlijk niet geloven dat zijn dochter dood is. In zijn hoofd is ze niet dood. Hij heeft nooit afscheid van haar kunnen nemen en voor zijn gevoel is ze verloren geraakt, ongrijpbaar, maar niet in het dodenrijk. Halverwege het boek overlijdt hij, dus die brief van Hanna komt te laat. Tijd Het verhaal heeft een niet chronologische-volgorde en heeft dus een in medias res- verhaalbegin. Er is al het nodig gebeurd. Er worden ook veel spanningbogen in het verhaal gebruikt. Maar het laatste climaxmoment is niet helemaal gesloten, want op het einde zijn nog niet alle vragen beantwoord, waardoor je graag door zou willen lezen. Het verhaal wordt niet-continu verteld. Er wordt gebruik gemaakt van terugblikken, tijdsprongen en tijdverdichting. Als de zomervakantie aanbreekt wordt er bijvoorbeeld gebruik gemaakt van tijdverdichting. In een paar korte zinnen wordt de hele vakantie samengevat. Thema en motieven Het thema van het verhaal is liefde en het verlies van een dierbare. Alle hoofdpersonen hebben daar op een bepaalde manier wel wat mee wat maken. Iets wat steeds terugkomt in het verhaal is water. Hanna’s lijk ligt in het water (tenminste, dat denkt iedereen), Robin is een duiker en Gerard is een oceanograaf en is erg geïnteresseerd in watertanks. Gerard had in het boek ook een nachtmerrie. De watertank op het dak begaf het waardoor de hele verdieping onderliep. Toen hij door het water waadde, op weg naar een uitgang kwam hij Hanna tegen. Hij pakte haar hand, maar ze werden door het water gescheiden. Toen hij wakker werd besefte hij dat Hanna voorgoed weg was. Water is dus een belangrijk motief. Een ander motief is badeendjes! In het verhaal komen best veel badeendjes voor. Gerard’s badeendjes zijn de hele wereld omgegaan en komen in het boek steeds terug. Als Robin Hanna’s lijk wil opduiken drijven er badeendjes rond en in een droom van Gerard dobbert er ook een hele groep badeendjes om een verdronken vrouw. Als laatste is ook Liefemeneer, een pop uit Hanna’s jeugd, een motief. Hij wordt in het boek verscheidene malen genoemd en Robin vindt Liefemeneer uiteindelijk in de gezonken boot.
Vertelsituatie Het verhaal heeft een personale vertelsituatie, maar dan afwisselend door de ogen van meerdere personages. Vandaar dat je alle hoofdpersonen redelijk goed leert kennen. Daarnaast heeft een badeendje ook nog even het woord (In de proloog, Epiloog en in het midden). Dit badeendje vertelt dan over zijn avonturen en waar hij nu is. Ruimte Het verhaal speelt zich rond deze tijd af, vandaar dat de ruimte niet zo heel uitvoerig wordt beschreven. Af en toe wordt er wel een kamer beschreven, maar dat wordt in een paar korte zinnen gedaan. Als Robin en een paar andere duikers het lijk willen gaan opduiken wordt de omgeving wel heel nauwkeurig beschreven, maar dat komt omdat daar duidelijk gemaakt moet worden hoe het eruit ziet. Dat andere weet je namelijk zelf ook wel. Over het onderwerp Het onderwerp, het verliezen van een dierbare, spreekt mij wel aan. Het is interessant om te lezen hoe totaal verschillende mensen met zoiets omgaan. Natuurlijk heb ik er al wel eens over nagedacht en is het mij ook al eens overkomen, maar dit boek heeft me geen andere kanten van het onderwerp laten zien. Ik vond het niet echt een boek met een ‘wijze les’. Het was een ontzettend spannend boek, het verhaal werd leuk verteld en het was leuk om te lezen, maar het onderwerp was verder niet zo filosofisch dat je er nog lang over na kon denken. Ik ben dus niet anders gaan denken, of heb mijn mening ergens over veranderd. Waar ik later trouwens wel nog aan gedacht heb, was het hele verhaal met Gerard. Je weet niet hoe het met hem afloopt. Of er nog meer badeendjes worden gevonden, of de Babiradsky’s nog terug komen en zo ja, waarom? Die verhaallijn heeft op het einde gewoon te weinig aandacht gekregen. Het einde vond ik wel erg verrassend! Toen het lijk niet gevonden werd was ik erg verbaasd. De hele tijd werd er naar dit moment toegeleefd en dan vinden ze niks! Toen Ernst die brief vond, dacht ik er niet lang over na, bedacht een simpele verklaring voor die brief (hij had vast een vriend in Zuid-Afrika) en las verder. Ik was dus behoorlijk teleurgesteld toen het boek uit was. Ze hebben het lijk niet gevonden, je weet niet hoe de anderen reageren; Kortom, voor mijn gevoel was het verhaal nog lang niet af. Toen ik bezig was met dit verslag, las ik sommige stukken van het boek nog even door zodat ik me alles weer herinnerde en toen kwam ik weer bij dat stuk dat Ernst die brief oppakte. Ik vroeg me af wie dat kindje was en ging er wat verder over nadenken. Toen kwam het idee pas in mij op dat Hanna misschien nog wel leefde! Ik had daar helemaal niet aan gedacht, dus ja, ik geef het toe.. Ik had het de eerste keer niet in de gaten en ik denk dat ik niet de enige ben. Over de gebeurtenissen Ik vond dat het verhaal genoeg gebeurtenissen bevatte om te blijven boeien. Vooral de herinneringen en de stukken waar Emma en Robin in voorkwamen boeiden mij het meest. Wel vond ik het verhaal af en toe aan de saaie kant als Gerard lange tijd achter elkaar aan de beurt was. Gelukkig werd er dan na een tijdje overgesprongen naar een andere verhaallijn waardoor het toch spannend bleef. De gebeurtenissen volgden elkaar logisch op, alhoewel ik af en toe wel even in de war was als de schrijfster een grote tijdsprong maakte. Dan bleek dat we alweer een paar weken verder waren. De gebeurtenissen vond ik spannend, boeiend, verrassend en herkenbaar. Het verhaal was heel realistisch (op die denkende eendjes na natuurlijk :) ) en dat maakte de gebeurtenissen boeiend en herkenbaar. Verrassend slaat op het einde van het boek. Bij mijn eerste reactie gebruikte ik een paar beoordelingswoorden (spannend, droevig, origineel en nieuwsgierig makend). De gebeurtenissen en situaties waarin sommige personen zich bevonden vond ik origineel, het hele verhaal vond ik spannend. Ik vond het wel erg droevig dat Alphons LeCoultre doodging, zonder te weten dat zijn dochter nog leefde. Eigenlijk was het sowieso wel droevig, omdat alle hoofdpersonen wel een probleem hadden en bij geen van allen liep het zo af als dat ze gehoopt hadden. Ik ben door dit verhaal naar verschillende dingen nieuwsgierig geworden. Als eerste uiteraard hoe de levens van de hoofdpersonen verdergaan na het einde, sommige vragen zijn namelijk nooit opgehelderd. Daarnaast vond ik dat Rascha Peper dit boek heel goed geschreven heeft en dat ze heel goed kan vertellen, dus ik ben nu ook nieuwsgierig naar andere boeken van deze auteur. Ik ben van plan die ook te gaan lezen, want Wie scheep gaat staat wel in mijn top vijf van de leukste boeken die ik ooit gelezen heb. Het hoofdstuk waarin Alphons LeCoultre een beroerte krijgt heeft het meeste indruk op mij gemaakt. Je las het stuk vanuit zijn standpunt en dat vond ik wel knap gedaan. Het was wel indrukwekkend hoe ze dat beschreef. Daarnaast vond ik de gesprekken tussen Robin en Emma ook erg leuk om te lezen. Over de personages Geen van de hoofdpersonen is een held. Het zijn echte mensen. Ze hebben fouten gemaakt, hebben problemen en hebben gevoelens. Ik zou ook op geen van allen willen lijken. Emma is wel heel spontaan en leuk, maar ik zou niet van plaats willen ruilen. Geen enkele eigenschap van een van de hoofdpersonen verafschuw ik. Je leert de personages kennen en leeft met ze mee. Zelf ben je anders, maar je begrijp hun gevoelens. Geen van de personen is echt gemeen, of een slecht persoon. Ze hebben allemaal wel goede en minder goede eigenschappen, maar ze hebben geen speciale eigenschap die ik vreselijk bewonder of juist vreselijk verafschuw. Mede door deze eigenschappen lijken al deze personen echt, ‘leven’ ze. De hoofdpersonen reageren onvoorspelbaar op gebeurtenissen in het verhaal. Ook reageren ze anders dan elkaar, net zoals in het echt. Dan reageert ook niet iedereen hetzelfde op iets. Dit zorgde voor meer afwisseling, dus dat was positief. Je komt van alle personen veel te weten en je begrijpt van alle personages hun gedrag. Tenminste, het gedrag van Ernst van Waardenburg is voor mij niet echt logisch, maar als je kijkt naar zijn verleden en de informatie die je over hem hebt is het begrijpelijk dat hij toch steeds doorgaat, terwijl hij wil stoppen. Het is een kick voor hem. Wat ik niet helemaal snap is de beslissing van Hanna. Waarom ze met haar nieuwe vriend weggaat zonder hem eerst voor te stellen aan haar familie. Waarom ze weggaat terwijl ze weet dat ze zwanger is van Robin. Bovendien vraag ik me ook dingen af over het verloop van de reis. Was het echt een ongeluk, of was alles in scène gezet? Waarom liet ze zo lang niets van zich horen? Is ze nu eindelijk gelukkig? Deze vragen spoken nog steeds door mijn hoofd als ik aan het boek denk.
Over de opbouw Ik vind dat alles goed met elkaar samenhangt. De verschillende verhaallijnen kruisen elkaar af en toe, beïnvloeden elkaar en het wordt duidelijk verteld. Het verhaal is spannend en boeiend. De bouw vind ik niet zo ingewikkeld. Er wordt gewoon vaak overgesprongen naar een andere verhaallijn, maar dat zie je meteen omdat dan een nieuw hoofdstuk begint. Daarnaast komen er geregeld terugblikken voor, maar dat is heel duidelijk geschreven waardoor het allemaal heel logisch en niet zo ingewikkeld overkomt. Die terugblikken zijn ook heel boeiend geschreven en het is juist leuk om te lezen wat er vroeger is gebeurd, zodat je sommige dingen die nu gebeuren kunt verklaren. Het einde is goed. Er blijft nog een klein deel onduidelijk, daar zou nog wel wat verder op ingegaan kunnen zijn (Gerard’s verhaallijn en meer geschiedenis over Hanna), maar verder is het einde perfect. Eigenlijk vind ik het ook juist leuk dat er niet heel duidelijk, zwart op wit, wordt gezegd dat Hanna leeft. Het is een kleine hint en alleen de lezer weet het. Als lezer weet je dus meer dan de personages zelf en dat is wel leuk. Over het taalgebruik Het verhaal was niet lastig om te lezen. Wat ik wel grappig vond is dat er af en toe ook een paar zinnen Duits of Engels werd gesproken. Maar dat wel op een manier zodat het duidelijk was wat er werd gezegd. Er kwamen verder geen supermoeilijke woorden in voor en als dat gebeurde kon je uit het zinsverband afleiden wat het moest betekenen. De verhouding tussen beschrijving, gesprekken en weergave van gedachten was heel overzichtelijk. Als lezer merkte je meteen het verschil tussen de drie, dus dat was geen probleem of negatief punt. Je merkte dat de auteur andere taal gebruikte als ze Emma of een leeftijdsgenoot van haar liet spreken. Dan gebruikte ze hele andere woorden (Dzjiezus, fuck, klote etc.). Het paste erbij in het verhaal, maar af en toe was het net ietsje overdreven. Alhoewel ik wel moet toegeven dat het bij Emma past. Ik vond het boek ontzettend spannend en leuk. Toen ik het aan het lezen was riepen sommige mensen ‘Wat een dik boek! Ga je dat echt lezen?’ Nou, ik heb er absoluut geen spijt van en van mij had het nog wel dikker mogen zijn. Zolang een boek boeiend en spannend blijft, vind ik het juist goed als een boek lekker dik is. Voor mijn vorige boekverslag las ik Buitenstaanders. Een veel minder dik boek, maar vergeleken met dit ook veel saaier en oninteressanter. Ik heb Wie scheep gaat in drie dagen uitgelezen, want ik kon gewoon niet stoppen met lezen. Zodra ik mijn huiswerk afhad pakte ik het boek en was voor de rest van de dag nergens meer te bekennen. Kortom, een echte aanrader! Informatie over de auteur Rascha Peper is het pseudoniem van Jenneke Strijdland. Ze is geboren op 1 januari 1949 in Driebergen. Ze studeerde Nederlands in Amsterdam en werkte vervolgens een tijdje als lerares Nederlands. In 1983 kreeg haar partner werk in Wenen en verhuisde ze daarheen. In Wenen begon ze met schrijven. In 1990 kwam haar debuutroman De Waterdame uit. Maar echt bekend werd ze pas in 1991 met haar roman Oesters. In 1992 kwam Oefeningen in Manhaftigheid uit en de roman Rico’s Vleugels (1993) werd genomineerd voor de Ako-Literatuurprijs. De persreacties op het werk van Rascha Peper zijn positief. Recensenten spreken van ‘prachtige verhalen’, ‘ontroerend en goed geschreven’’ (Inez van Eijk over De waterdame) of ‘een prachtige roman, zo waardig en innig verteld dat die zeldzame vonk op de lezer overspringt. De vonk van talent’ (Rob Vooren over Oesters). Voor de roman Russisch blauw uit 1995 ontving Rascha Peper de Multatuliprijs. In 1997 kwam de bundel Alle Verhalen uit, waar De Waterdame en Oefeningen in Manhaftigheid in opgenomen waren, samen met een paar andere, nooit eerder gepubliceerde verhalen. In 1998 verscheen haar roman Een Spaans Hondje en in 1999 Dooi. In het najaar van 1999 verhuisde ze naar New York, waar ze Wie scheep gaat schreef. In 2002 kwam ze weer terug naar Amsterdam. Rascha Peper schrijft voornamelijk (psychologische) romans. Ze gaan vaak over de dood en over liefde. Sommige verhalen schrijft ze n.a.v. een krantenartikel. Andere werken van Rascha Peper De Waterdame (1990) Oesters (1991) Oefeningen in manhaftigheid (1992) Rico's vleugels (1993) Russisch blauw (1995) Alle verhalen (1997) Een Spaans hondje (1998) Dooi (1999) Wie scheep gaat (2003)

REACTIES

Log in om een reactie te plaatsen of maak een profiel aan.

Andere verslagen van "Wie scheep gaat door Rascha Peper"