Vertraging door Tim Krabbé

Beoordeling 5.4
Foto van een scholier
Boekcover Vertraging
Shadow
  • Boekverslag door een scholier
  • 3e klas vmbo | 2569 woorden
  • 15 juni 2003
  • 25 keer beoordeeld
Cijfer 5.4
25 keer beoordeeld

Boekcover Vertraging
Shadow

Dertig en een half jaar nadat hij op zijn bromfiets uit Amsterdam was vertrokken voor een kampeervakantie in België en Frankrijk, voelde Jacques Bekker dat de Boeing-737, die hem van Auckland naar Sydney bracht, de daling inzette.

Dertig en een half jaar nadat hij op zijn bromfiets uit Amsterdam was vertrokken voor een kampeervakantie in België en Frankrijk, voelde Jacques Bekker dat de Boeing-737, die …

Dertig en een half jaar nadat hij op zijn bromfiets uit Amsterdam was vertrokken voor een kampeervakantie in België en Frankrijk, voelde Jacques Bekker dat de Boeing-737, die hem van Auckland naar Sydney bracht, de daling inzette.

Vertraging door Tim Krabbé
Shadow

Oefenen voor je mondelingen?

Komen je mondelingen er aan en wil je oefenen? Probeer onze Boekenquiz. We stellen je open vragen over de gelezen boeken.

ADVERTENTIE
Overweeg jij om Politicologie te gaan studeren? Meld je nu aan vóór 1 mei!

Misschien is de studie Politicologie wel wat voor jou! Tijdens deze bachelor ga je aan de slag met grote en kleine vraagstukken en bestudeer je politieke machtsverhoudingen. Wil jij erachter komen of deze studie bij je past? Stel al je vragen aan student Wouter. 

Meer informatie
Titel: Vertraging
Auteur: Tim Krabbé Eerste druk: 1994 (eerder als feuilleton verschenen in de Volkskrant 1992-1993) Uitgeverij: Bert Bakker, Amsterdam Inhoud van het boek: Schrijver Jacques Bekker, 47 jaar oud, is op terugreis naar Amsterdam na twee weken in Nieuw-Zeeland te zijn geweest. Bij een tussenlanding in Sidney loopt zijn vliegtuig enkele uren vertraging op. Terwijl enkele van zijn medepassagiers Sidney in gaan, besluit Jacques Moniek Ilegems, een vriendin uit zijn jeugd en volgens zijn laatste gegevens woonachtig in Sidney, op te gaan zoeken. Hij vindt haar terwijl ze net bezig is koffers in haar auto te laden. Ze herkent hem, en vraagt of hij haar wil helpen. Hij rijdt met haar mee en ondertussen vertelt zij hem dat ze door de politie wordt gezocht, omdat zij met haar modeconcern de belasting voor 86 miljoen dollar heeft opgelicht. Ze moet dus “verdwijnen”. Terwijl ze samen door Sydney dolen begint Jacques’ tijd te dringen. Hij wil wel zijn vliegtuig halen. Uiteindelijk redt hij dat niet en Moniek geeft toe dat ze er met opzet voor gezorgd heeft dat hij zijn vlucht naar Amsterdam zou missen. Jacques stapt dan bij Moniek in de auto en samen rijden ze dagenlang door het Australische landschap. Flashback: Op zijn 16e is Jacques per brommer met een vriend op vakantie. Op een avond zijn ze in het Belgische Oostende in een dancing, “Oppy’s” genaamd. Jacques heeft het gevoel dat de ruimte is vervuld van een belofte. Wanneer hij er, later in de vakantie, nog eens terugkomt, ontmoet hij Christa. Zij is zijn vierde meisje. Na die vakantie blijven ze elkaar nog geruime tijd schrijven. Van hun plannen om elkaar terug te zien komt echter niets terecht. Ze moeten wachten tot de volgende zomer. De verdwijning van “Madame Twenty”, de naam waaronder Moniek in heel Australië bekend is, is inmiddels voorpaginanieuws. Jacques en Moniek hebben ondertussen andere namen aangenomen. Ze hebben tickets en valse paspoorten geregeld voor een vlucht naar Londen. Maar dan lezen ze in de krant dat de man met wie Moniek samen de boel heeft opgelicht, is gearresteerd en zelfmoord heeft gepleegd in zijn cel. Nu zijn hun valse paspoorten onbruikbaar, want de man had zijn paspoort via dezelfde weg verkregen. Bovendien komen ze erachter dat haar “zakenpartner” de Zwiterse bankrekening met de 86 miljoen dollar heeft geplunderd. Ze hebben dus niet meer geld dan de paar honderdduizend dollar die Moniek cash bij zich heeft. Jacques gaat het volgende jaar wederom naar Oostende, in afwachting van Christa die het uiteindelijk laat afweten. Op een avond ziet hij in “Oppy’s” het leukste meisje verschijnen dat hij ooit heeft gezien. Jongensachtig, kort blond haar en een uitdagende blik. Hij vraagt haar ten dans en ze vraagt hem dan of hij soms Jack heet. “Bijna”, zegt hij, ïk heet Jacques”. Toevallig heeft ze zijn naam bijna goed “geraden”...................... Als ze ’s middags in een cafe zitten, wordt er op TV net een reportage over hen uitgezonden. Tot hun verrassing herkennen ze Christa, die vertelt hoe Madame Twenty dertig jaar geleden haar vriendje heeft afgepakt. Ze vluchten verder, de woestijn in. Daar worden ze beroofd door twee mannen die hen in het cafe herkend hadden. Hun auto wordt onklaar gemaakt. Zo blijven ze geheel berooid midden in de woestijn achter en kunnen geen kant op. Ze heet Moniek Ilegems, is twintig jaar oud en neemt hem die avond mee naar haar hotel. Ze wijst hem haar raam, zegt hem tien minuten te wachten, om daarna via de brandtrap naar haar kamer te komen. En alles wat zijn geheugen voor hem bewaart van zijn “Eerste Keer”, zijn: de brandtrap, klapperend touw tegen een vlaggenmast, en het donkere raam waarachter zij op hem wacht. Jacques schrijft in z’n wanhoop een brief aan Sonja, zijn vriendin in Amsterdam. Hij legt haar daarin uit wie en wat hem er toe gedreven heeft in Australië te blijven. Hij steekt de brief bij zich en begint samen met Moniek aan een voettocht door de binnenlanden van Australië. De dichtsbijzijnde bewoonde plek is honderd kilometer verderop. Het lijkt onbegonnen werk en ze besluiten ’s nachts te lopen. Vóórdat de hitte de volgende morgen ondraaglijk zou zijn, hopen ze al een behoorlijke afstand te hebben afgelegd. Heel Australië zoekt hen; en zij willen niets liever dan gevonden worden. Maar de hoop daarop hebben ze opgegeven. Toch stopt plotseling een reddende auto vlak voor hun voeten. De straalbezopen bestuurder had die avond over de telefoon ruzie gekregen met zijn vriendin, die 375 kilometer verderop woonde. Hij besloot naar haar toe te rijden om het uit te praten. Hij herkent Jacques en Moniek onmiddellijk maar neemt hen toch mee naar de bewoonde wereld. Ze mogen die nacht bij zijn vriendin Eileen blijven slapen, onder die voorwaarde dat ze de volgende ochtend weer vertrekken. Op televisie hebben ze gezien dat hun auto in de woestijn is gevonden en dat de politie naarstig naar hen op zoek is. Moniek beseft dat ze hebben verloren maar verkoopt echter eerst haar interview voor vijfenveertigduizend dollar aan Fact, een weekblad uit Melbourne. Jacques bedenkt plotseling dat hij een adres in zijn notitieboekje heeft van een jongen uit Brisbane die verlaten boederijen opknapt om ze daarna te verhuren: Marcus Eboli. Moniek belt hem op en hij blijkt iets voor hen te hebben in Queensland. Ze besluiten de volgende nacht naar Queensland te vertrekken en nog maar een nacht gebruik te maken van het rommelkamertje van Eileen. Wanneer die hen daar vindt vloekt ze en zegt Moniek en Jacques onmiddellijk haar huis te verlaten. Als ze weigeren pakt Eileen een geweer en richt dat op hen. Moniek echter grijpt in haar rugtasje naar haar pistool, richt het op Eileen en schiet. Onderweg naar het vliegveld kan Jacques niet bevatten wat er is gebeurd. Zo wordt je dus een moordenaar. Ook kan hij de ijskoude blik niet vergeten waarmee Moniek hem na haar daad had aangekeken. Eigenlijk moeten ze nu naar de politie gaan, maar Moniek wil anders. En Jacques voelt zich te moe, te vies en te verloren om weerstand te bieden. De volgende ochtend kruipt ze bij hem in zijn tent. Dit is anders dan haar hotelkamer. Na een wandeling over de boulevard maken ze een afspraak voor de volgende zaterdag. Voor het Casino staat een fotograaf en ze laten een foto van hen samen maken. Ze bestelt twee afdrukken en vraagt of Jacques er één naar haar kantoor in Brussel wilt sturen. Afzonderlijk kopen ze op het vliegveld tickets naar Brisbane. In Brisbane praten ze even met elkaar. Moniek zal proberen Eboli te pakken te krijgen en een auto te kopen en zou daarna Jacques op een afgesproken plek oppikken. Een andere Moniek, in een schoon wit shirt en een nieuwe spijkerbroek, pikt hem op. Ze rijden de hele nacht door en komen de volgende ochtend aan op een plek in een stil bos, aan een oever van een rivier. Met een bootje roeien ze naar de overkant, waar een huisje staat dat Moniek van Marcus Eboli heeft gehuurd. De enige bewoonde plek binnen een straal van tien kilometer. Daar blijven ze maandenlang wonen. Jaqcues voelt zich steeds eenzamer en overweegt zelfs een keer om Moniek te vermoorden, maar hij gunt het haar niet dat zij hem zo ver zou hebben gekregen. Dan krijgen ze een brief dat hun huis ontruimd moet worden omdat er op die plek een stuwmeer komt. Moniek weigert echter te vertrekken en Jacques, die nu nog kans heeft om uit het hele avontuur te stappen, wordt door Moniek meegesleurd in haar plan. Ze zullen samen in de vallei blijven en wachten tot het water komt, waarna ze samen zullen sterven. Jacques heeft de foto’s opgehaald en kan niet tot zaterdag wachten om ze aan Moniek te geven, laat staan dat hij ze per postbode zou versturen. Met veel moeite had hij haar telefonisch op haar werk kunnen bereiken. Ze was gereserveerd en hij herkende haar bijna niet. Na enig aandringen stemde ze toe dat hij haar de foto’s zelf zou komen brengen. Ze was wat in de war; zij, een secretaresse van twintig, met een jongen van zeventien. Terwijl ze samen in een parkje zaten en hij haar de foto gaf, werd ze plotseling weer de onstuimige Moniek uit Oostende. Ze omhelsde hem en zei dat ze van hem hield. Bij het afscheid echter gaf ze hem een envelop en liet hem beloven dat hij deze pas in Oostende zou openmaken. Zelfmoord! Hoe heeft ’t zo ver met hem kunnen komen? Ze had hem als jongen misbruikt en vernederd, ze had hem ontvoerd en gechanteerd en gevangen gehouden, ze is een uitbuitster en een moordenares en ze is zijn type niet, maar het doet er niet toe. Eén vrouw in je leven kan de moeite waard zijn om voor te sterven, en hij kan haar die vrouw maken – door met haar te sterven. Wanneer hij op een avond opkijkt naar televisie, de zoals gewoonlijk zonder geluid aanstaat, ziet hij Sonja, zijn vriendin uit Amsterdam. Ze is in Sydney, ze zoekt hem. Wanhopig zoekt hij naar de afstandsbediening, maar dan is haar verhaal afgelopen, de camera zoomt uit. Dan besluit Jacques om ’s nachts toch weg te lopen. Ver komt hij niet. Moniek, die hem bij het ontwaken mist, is hem met haar auto direct gaan zoeken en vindt hem al gauw. Ze noemt hem een lafbek en houdt hem de twintig jaar gevangenisstraf voor die hij voor moord zou krijgen. Ondertussen houdt ze haar pistool op hem gericht. Dan stapt hij bij haar in de auto. Flashback (Moniek) Drie uur heen en drie uur terug had hij gereisd om haar de foto zelf te brengen. Omdat ze er zo stralend uitzag had hij haar eens “Madame Twenty” genoemd. Zaterdag zou ze haar vriendin Christa weer zien. Ze zou haar de foto laten zien. Voor haar lag de foto die zie hém had willen sturen. Christa en zij samen, lachend, vriendinnen. In één klap zou hij alles weten, dat het doorgestoken kaart was geweest. Op de achterkant van de foto schreef ze: ‘ Het was een grap. I’m sorry. Moniek.’ Later bedacht ze zich, stopte de foto in haar bureau en schreef op een los velletje: ‘Het was een grap. I’m sorry. Moniek.’ Ze deed het briefje in een envelop en stopte het in haar tas. Dit zou ze bij het afscheid aan hem geven. Jacques krijgt opeens door dat ze hem al die tijd misbruikt heeft. Ze is helemaal niet verliefd op hem. Al vanaf Oostende heeft ze een spel met hem gespeeld. Enkel en alleen om Christa, haar vriendin, jaloers te maken. Jacques probeert haar het pistool af te nemen en dan raken ze in gevecht. Als ze hijgend tegenover elkaar staan probeert ze het nog één keer: “Kom mee”, zegt ze. Wanneer hij weigert lacht ze een kort lachje, zet het pistool tegen de zijkant van haar hoofd, en schiet. Jacques dumpt haar dode lichaam ergens in een bosje. Hij wil aan een stuk doorrijden naar Sydney, maar neemt onderweg toch een motel. Daar ziet hij in de krant de oproep van Sonja. Ze roept hem op de verantwoordelijkheid voor de moord op Eileen op zich te nemen en zich aan te geven. Wat hij háár en zijn vrienden heeft aangedaan, kan hij alleen goedmaken door werkelijk te zijn wat hij hun steeds heeft laten denken dat hij was: dood. Terug gaat hij weer. Terug naar de plek waar hij het lichaam van Moniek heeft gedumpt. Wanneer hij haar heeft gevonden, doemen ineens de lampen van een auto achter hem op. ‘POLICE’ staat er op de auto. Onderweg, zo vertellen later de politiemannen aan de toegestroomde pers, herhaalt Jaqcues voortdurend dat hij een lafbek is die voor eeuwig zijn kans heeft gemist. Soort Boek: Naar mijn mening is “Vertraging” een psychlogische misdaadroman. Jacques Bekker is maar een gewoon man, maar doordat hij ‘geesten najaagt’ raakt hij in allerlei criminele zaken verwikkeld.
Fantasie of realiteit: Het verhaal is gebaseerd op realiteit. Hoewel het waarschijnlijk
verzonnen is, zou zoiets best in werkelijkheid gebeurt kunnen zijn. Vertelwijze: Er is geen duidelijke verteller aanwezig. Alles wordt beschreven vanuit het denken en doen van de hoofdpersoon Jacques Bekker. Hoofdpersonen: De hoofdpersoon is Jacques Bekker. Hij is schrijver en
presentator van een televisiequiz. Hij is in de vijftig en woont in Amsterdam samen met zijn veel jongere vriendin Sonja. Einde: Het boek heeft een open einde. Je vraagt je af hoe het Jacques
verder zal vergaan. Wordt hij vervolgd in Australië of kan hij terugkeren naar Nederland? Tijd: Het verhaal beschrijft een aantal maanden in het
leven van Jacques Bekker in een chronologisch tijdsverloop, maar tijdens het verhaal wordt d.m.v. flashbacks regelmatig teruggegaan naar de tijd dat de hoofdpersoon nog jong was. Thema: Jacques jaagt geesten uit het verleden na. Een oude liefde van

dertig jaar terug kan hij nog steeds niet uit zijn hoofd zetten, en wanneer de gelegenheid zich voordoet haar op te zoeken, maakt hij daar gebruik van. Titelverklaring: Het hele verhaal wordt stomtoevallig gestart doordat het
vliegtuig waarmee de hoofdpersoon Jacques Bekker reist, tijdens een tussenlanding in Sydney, vertraging oploopt. Als de vertraging er niet was geweest, was Jacques gewoon naar Amsterdam gevlogen, naar zijn gewone leven en zijn gewone vriendin. Info over de schrijver: Hans Maarten Timotheus Krabbé werd op 13 april 1943 in
Amsterdam geboren. Zijn vader was kunstschilder en zijn moeder schrijfster en vertaalster van filmteksten. Na de voltooiïng van zijn hbs-b-opleiding in 1960, studeerde hij enige tijd psychologie aan de Universiteit van Amsterdam. Deze keuze had te maken met het feit dat het aantal college-uren minimaal was, zodat Tim Krabbé zich kon wijden aan zijn geliefde schaaksport. Bovendien kon hij zo zijn diensttijd ontlopen. Krabbé is een verdienstelijk schaker die zich ook in de theorie van het spel verdiept. Daarnaast neemt het wielrennen, waaraan hij als amateur actief heeft deelgenomen, een belangrijke plaats in. Hij is de oudere broer van moviestar Jeroen Krabbé, met wie hij een erg slechte relatie heeft. In een interview in 1991 vertelt Tim Krabbé over deze “mislukte verhouding met een buitengewoon belangrijk iemand in zijn leven. De enige echte oorlogen zijn de oorlogen tussen broers, je kan pas echt ruzie maken als je iets intiems, iets gemeenschappelijks hebt.” Zeker in zijn vroegere werk schrijft Krabbé veel over broederrelaties. Zijn debuut als romanschrijver van “De werkelijke moord op Kitty Duisenberg” viel samen met zijn optreden als journalist bij “Vrij Nederland” in 1968. Sinds die tijd leeft hij van de pen. De roman “Vertraging” werd in 1995 bekroond met de Gouden Strop, een onderscheiding die jaarlijks wordt toegekend aan het beste Nederlandstalige spannendste boek. Van de kant van de gerenommeerde misdaadauteurs werd deze keuze fel bekritiseerd, omdat zij van mening waren dat het boek ten onrechte tot het genre werd gerekend. Krabbé, die in Amsterdam woont, was van 1987 tot 1991 gehuwd met de actrice Liz Snoijink, met wie hij een zoon heeft. Hij heeft niet veel gepubliceerd, maar wel zijn er drie van zijn boeken verfilmd. Eigen mening: Ik vond “Vertraging” een boek dat lekker wegleest. Je kunt je verplaatsen in het verhaal. Wat ik van het boek geleerd heb, is dat je oude liefdes niet teveel moet romantiseren en vooral geen ‘geesten’ na moet jagen. In werkelijkheid zijn ook zij ouder geworden en gegroeid in het leven en zullen vast niet meer diegene zijn die zij in hun jonge jaren waren of als wie zich destijd hebben voorgedaan.

REACTIES

B.

B.

wat een slecht boek verslag

19 jaar geleden

Log in om een reactie te plaatsen of maak een profiel aan.

Andere verslagen van "Vertraging door Tim Krabbé"