Primaire gegevens
Auteur: Kees van Kooten
Titel: Veertig
Ondertitel: - Jaar van de eerste publicatie: 1982
Aantal bladzijden: 102 (het boek is voor slechtzienden) Analyse
1. Tijd a. Is het boek chronologisch of niet-chronologisch? Het boek is chronologisch, maar word soms onderbroken door herinneringen van vroeger. b. Zijn er flashbacks? Ja, die komen voor in het deel L’ecrivan en het deel Prostatitis. Bij die twee delen beschrijft hij een gebeurtenis die al heeft plaats gevonden en verleden tijd is vergeleken met de tijd waarin het verhaal zich afspeelt. c. Wat is de vertelde tijd? Is niet te zeggen, want er is geen sprake van een vast verhaal. Het eerste gedeelte duurt vier dagen en het tweede ongeveer vijf dagen. Het laatste deel is een beschrijving van dertien jaar tijd. d. In welke tijd spelen de gebeurtenissen zich af? L’ecrivan duurt van 28 augustus 1981 tot en met 1 september 1981. Prostatitis speelt in een paar weken in het voorjaar van 1980, voor namelijk op 29 en 30 april en 1 mei 1980. Willem heeft geen tijdsaanduiding, maar bestrijkt een periode van ongeveer 13 jaar. e. Hoe begint het boek? Met zijn reis naar Frankrijk die hij van zijn vrouw had gekregen. f. Hoe eindigt het boek? Met de dood van zijn hond Willem. g. Is er een open of een gesloten einde? Een gesloten einde. Het verhaallijn is afgerond, het ligt vast hoe het zal aflopen. Dus er is geen sprake van een onbeeindigd verhaallijn. 2. Opbouw a. Uit hoeveel delen bestaat het boek? Drie
b. Noem de namen van de delen. Leg uit wat de betekenis van de namen zijn.
L’ecrivan - Ik denk dat dat Frans is voor ‘de schrijver’. Dat is toepasselijk want hij gaat naar Frankrijk om te beginnen aan een nieuw boek.
Prostatitis - Is een soort woord voor prostaat. Het is genomen omdat hij last krijgt van een ontstoken prostaat. Daar gaat hij ook mee naar de dokter en dat wordt dan natuurlijk in geuren en kleuren beschreven.
Willem - Is de naam van de hond van zijn familie, waar ze heel veel van hielden. Helaas overlijdt hij aan een ziekte.
c. Hoeveel hoofdstukken heeft het boek?
N.V.T.
d. Noem de titels van de hoofdstukken.
N.V.T.
e. Heeft het boek een voorwoord?
N.V.T., wel heeft het een klein gedichtje voor het verhaal, wat hij heeft opgedragen aan ene Barbara.
f. Heeft het boek een nawoord?
Nee.
3. Ruimte
a. Wat zijn de topografische plaatsen in het boek?
Het eerste verhaal speelt zich af in het dorp Gerardmer in de Franse Vogezen. Franeker is de verzonnen (blz. 68/69) plaats in het eerste gedeelte van het tweede verhaal, dat zich afspeelt in de schouwburg in Leeuwarden en later in een ziekenhuis. Het derde verhaal tenslotte speelt zich af in het huis van de verteller in Noord-Holland.
b. Wat zijn de klimatologische omstandigheden in het boek?
Nooit beschreven, neem aan dat het gewoon Nederlands weer zou zijn (N.B. behalve bij L’ecrivan).
4. Personages
a. Beschrijf het uiterlijk en het innerlijk van de hoofdpersonen.
K. Van Koten beschrijft zichzelf niet in het boek. Dus weet de lezer niet hoe hij er uit ziet. Van Kooten is de enige hoofdpersoon. Het innerlijk van Kees is moeilijk te beschrijven, hij is niet echt iets. Wat wel opvallend is, is dat hij altijd kijkt naar de vrouwen en soms zelfs met ze flirt, ook al heeft hij een vrouw.
Verder worden er nog veel vrouwenlichamen beschreven, maar die komen nooit verder terug in het verhaal.
b. Typeer de bijpersonen.
Patience:
Patience is rustig, nuchter en relativeert goed. Ze wordt beschreven als een goede moeder en echtgenote. Zij is een vlak karakter.
Boogschutter:
Boogschutter is erg emotioneel en is een vlak karakter.
Waterlelie:
Waterlelie is ook wel emotioneel, maar heeft qua karakter ook iets van de nuchtere trekken van haar moeder. Ze is een vlak karakter.
Toch is er niet echt sprake van bij personen en ook al zouden die er zijn worden ze te weinig beschreven om er een volledig typerend beeld van te kunnen schetsen.
5. Wijze van vertellen
a. Is er sprake van een ik-verteller?
Ja, want meneer van Kooten vertelt de lezer allerlei dingen. Hij schrijft direct tot de lezer door vaak ‘ik’ te gebruiken en de lezers dingen te vragen.
b. -
c. -
6. Titel, ondertitel en motto
a. Geef een uitleg van de titel.
De titel is veertig want door het boek heen wordt hij veertig en blikt hij terug op zijn leven.
b. Leg de ondertitel uit.
N.V.T.
c. Geef een uitleg van het motto.
When I see anyone I know coming
on the same side of the street I start
giggling nervously, and as they come into
the picture beat them to it with some
such remark as: `It´s white!´ `What´s white they say, not being
in on the secret `My suit, `I say. `I thought I´d put
on a white suit.`
(Robert Benchley: my ten years in a Quandary)
Het motto gaat over de paniek van een man die een bekende op straat tegenkomt en dan irrelevante opmerkingen begint te maken. Het gedichtje is opgedragen aan ene Barbara.
7. Thema en motieven.
a. Wat is het thema?
De omstandigheden rond het schrijversschap is een thema in de eerste twee verhalen. Met name in het eerste verhaal wil Van Kooten aangeven welke rol hij speelt (Hij heet niet voor niets Ecrivain = schrijver). In de eerste regels deelt hij mee dat het over hemzelf gaat. Hij wil zicht krijgen op zichzelf, zijn leven en het ouder worden (zie blz. 22: "ik sta nog niet genoeg voor lul"). Zijn mening over het schrijven zelf geeft Van Kooten in het verhaal voor het blad "HUMO". In het tweede verhaal maakt Van Kooten nog eens duidelijk dat het deze keer gaat om de schrijver Kees van Kooten en niet de cabaretier Koot (blz. 77/78).
Het ouder worden en in het bijzonder het bereiken van de veertigjarige leeftijd, is een ander thema in het boek.
In het laatste verhaal beschrijft Van Kooten subtiel het ouder worden en de dood. Via zijn verdriet over de dood van zijn hond verduidelijkt hij zijn werkelijke gevoelens over het ouder worden. Het huisdier is als het ware een symbool voor de mens in het geheel.
b. Welke motieven komen in het boek voor?
In het boek stond dat een motief een verhaalelement is wat steeds terug keert. Daarbij denk ik toch meteen aan de seksuele drang van Kees om met vrouwen te flirten. Ook schemert door het boek heen het terug kijken op zijn leven wat natuurlijk is uitgewerkt in de drie de delen.
8. Genre.
a. Tot welk genre / tekstsoort behoort het boek?
Het bestaat denk ik uit twee genres, humor en een autobiografie. Humor omdat er leuke stukken instaan die bedoelt zijn om mensen te laten lachen n autobiografie omdat hij zijn leven beschrijft. Weet niet zeker of je het ook een autobiografie mag noemen als het niet zijn hele leven beschrijft in chronologische volgorde.
b. Welke kenmerken van dat genre komen in het boek voor?
Bij humor zijn het natuurlijk de grappen, bijvoorbeeld hij gaat op een avond optreden maar wil geen namen noemen dus geeft hij ze allemaal komische namen. Autobiografie omdat hij stukken van zijn leven beschrijft.
9. Literatuur geschiedenis.
a. Tot welke literair-historische periode of stroming behoort het boek?
Het boek behoort tot de Epiek. Kees van Kooten hoort bij de schrijvers uit de jaren zeventig
b. Welke kenmerken van die periode of stroming vind je in het boek? Omdat epiek-schrijvers niet in de eerste plaats een verhaal willen vertellen, maar eerder zijn eigen bepaalde ordening aan te brengen in de realiteit. c. Wat staat er over het in literatuur zonder grenzen? Niks, ik heb gezocht op titel en auteur. Verwerkingsopdracht. De recensies Ik vind "Veertig" een erg humoristisch boek, vooral omdat er veel herkenbare situaties uit het dagelijks leven in voorkomen.De kritiek komt van Willem Kuipers in "De Volkskrant" van 23 maart 1982. Ondanks dat hij vindt dat "L'ecrivain" een oninteressante structuur heeft en hij van mening is dat "Prostatitis" het moet hebben van de satirische beschrijving van de dames die de beroemde televisiekomiek als schrijver willen horen, is hij wel positief over het derde verhaal, "Willem": "Onvergetelijk mooi is het derde verhaal. "Willem" is de necrologie van een huisdier, secuur en teder geschreven. "Mensen die niet van honden houden, durven niet helemaal van zich te laten houden" (p. 110). Misschien is dat zo. Van Kootens verhaal maakt van de grootste hondenhater een dierenvriend." Door Gerald ten Have is de site gemaakt. http://members.easyspace.com/g-t/veertig.htm
De moeite waard? Zoals ik hiervoor al beschreef vind ik 'Willem' het mooiste en beste verhaal uit de bundel. Het was nu de derde keer dat ik dit verhaal las en weer sprongen de tranen in mijn ogen. Van Kooten weet door perspectief-wisseling (vanuit hem gezien en vanuit Willem gezien) "Er is iets niet in orde met me, vanmor- gen. Zeker te veel poep gegeten, gisteren. Dat is ook niks meer, die poep van die jonge poesjes van tegenwoordig." (blz 118). Het thema van het boek sprak me aan, denken over het leven, en ook ben ik het eens met zijn visie die door het boek heen schemert: genieten van het leven en de dood op de koop toenemen. De eerste twee verhalen vond ik minder mooi dan het laatste, maar de opzet van de eerste twee zijn dan natuurlijk ook grappig bedoeld. Het grappige van die verhalen zat hem naar mijn mening in het creeren van stereotype mensen "mevrouw van der Campari" en "mevrouw Vrijetijdsliefstintrui" (blz 74). Ondanks deze stereotypen vind ik wel dat er goed in is ge- slaagd de kijk van de buitenwereld op zijn beroemdheid weer te geven. (Het is hierdoor geen onrealistisch verhaal geworden.) Het enige dat ik nog even kwijt wil, is dat ik me gestoord heb aan zijn typische taalgebruik, bijvoorbeeld "erotiese" en "fantastiese". Dit wekte af en toe irritatie bij me op, maar niet zo erg dat ik het boek maar niet verder heb gelezen. Integendeel, het boek is zowel grappig als ontroerend, zodat het vele mensen aan zal spreken, vooral mensen die van een kort boek houden, waar toch een leuke inhoud inzit. Sascha van der Aa, V5_
http://home.westbrabant.net/~suyk56/boekver/veertig.txt
Mijn mening
Ik heb geen elementen geselecteerd, want ik vond dat het weg laten niet nuttig zou zijn.
Het opvallendste van de meningen is dat ze eigenlijk beide ongeveer gelijk zijn aan mijn mening. Beide schrijvers vinden het laatste verhaal ook duidelijk het mooist.
Waar ik me dan ook aan ergerde is het taalgebruik, soms schreef hij zelfs zo vreemd dat je het nog een keer na moest lezen om nou te weten wat er stond. Zoals woorden ‘kentrum’ en alle woorden met ‘isch’ uitgangen zijn vervormd naar ‘ies’. Dit soort ‘grappen’ zijn nogal verwarrend.
Een overeenkomst tussen beide recensies is dat ze beide niet overtuigd van de eerste twee delen zijn, maar daarentegen wel het laatste deel heel goed vinden.
Bij het tweede verhaal beschrijft hij op zo’n bepaalde manier dat het bij beide recensies word beschreven. Leuk dat zo’n relatief makkelijke grap, toch zo succesvol is.
Ik ben het niet met Willem Kuiper eens dat het een erg komisch boek is, want er zitten wel leuke passages maar dat zou ik niet erg komisch willen noemen.
Persoonlijke leeservaring.
1. Beschrijving.
a. Geef een persoonlijke reactie op het boek.
Ik had van verschillende mensen vernomen dat het een grappig boek was, dus daar was eigenlijk de keuze voor dit boek op gebaseerd. Het grappige van het boek vond ik vies tegen vallen, alleen het deel prostatitis had wel geinige stukken.
Verder vond ik het boek een beetje een zeurderige ondertoon hebben. Door het boek heen gebeurt er eigenlijk vrij weinig, daarom word het na verloop van tijd ook saaier en saaier. Vooral bij het laatste deel Willem ga je uitzien naar het einde, hoewel het laatste stuk daarvan toch nog wel mooi geschreven was.
Van Kooten is, vind ik, teveel bezig geweest met denken hoe hij nog een goed boek kan schrijven na zijn succes met ‘Koot graaft zich autobio’. Door al dat diepe gedenk van hem is hij eigenlijk het doel van het boek kwijt geraakt, want dat doel is een leuk en vlot boek schrijven, maar wat er uit is gekomen is een, in mijn ogen, flauw en op sommigen stuk vervelend saai boek.
Het is een aanrader wanneer je: Een boekje snel uit wil lezen, want het leest vlot door
Een dun boekje wil lezen
Geen behoefte hebt aan een verhaallijn in een boek
Houd van meneer van Kootens humor
Het is een afrader wanneer je: Het programma van Koot en de Bie niet leuk vind. Behoefte hebt aan een doorsnee verhaal
b. Motiveer de keuze van het boek. Dat is puur gebaseerd op aanbevelingen van anderen uit mijn klas, die het boek blijkbaar wel geslaagd vonden. En we moesten natuurlijk ook een boek lezen van de sectie Nederlands. Eindoordeel a. Geef je eindoordeel over het boek. Ik vond het totaal gezien wel een aardig boek en als ik een cijfer zou moeten geven zou het zo rond de zes liggen. b. Geef je eindoordeel over je leeservaring met dit boek. Het lezen ging gemakkelijk, wat kwam door de vlotte manier van schrijven. Wel werden er soms wat moeilijke woorden gebruikt, maar er was er geen een die ik niet begreep. Het lezen ging behoorlijk snel, ik was denk ik na anderhalf uur al klaar. c. Wat vond je moeilijk, verwarrend of onduidelijk? Eigenlijk heb ik geen een moment gehad dat ik iets niet snapte. Zijn taalgebruik is wel erg verwarrend, omdat hij zoals eerder beschreven de woorden om een of andere reden worden verbuigd. Bronnen of secundaire literatuur. Ik heb twee internet adressen geraadpleegd die ik via Altavista heb gevonden, met trefwoorden ‘Recensie, Kooten en Veertig’. Verder had ik geen secundaire literatuur nodig. http://ho http://members.easyspace.com/g-t/veertig.htm,
http://home.westbrabant.net/~suyk56/boekver/veertig.txt
Titel: Veertig
Ondertitel: - Jaar van de eerste publicatie: 1982
Aantal bladzijden: 102 (het boek is voor slechtzienden) Analyse
1. Tijd a. Is het boek chronologisch of niet-chronologisch? Het boek is chronologisch, maar word soms onderbroken door herinneringen van vroeger. b. Zijn er flashbacks? Ja, die komen voor in het deel L’ecrivan en het deel Prostatitis. Bij die twee delen beschrijft hij een gebeurtenis die al heeft plaats gevonden en verleden tijd is vergeleken met de tijd waarin het verhaal zich afspeelt. c. Wat is de vertelde tijd? Is niet te zeggen, want er is geen sprake van een vast verhaal. Het eerste gedeelte duurt vier dagen en het tweede ongeveer vijf dagen. Het laatste deel is een beschrijving van dertien jaar tijd. d. In welke tijd spelen de gebeurtenissen zich af? L’ecrivan duurt van 28 augustus 1981 tot en met 1 september 1981. Prostatitis speelt in een paar weken in het voorjaar van 1980, voor namelijk op 29 en 30 april en 1 mei 1980. Willem heeft geen tijdsaanduiding, maar bestrijkt een periode van ongeveer 13 jaar. e. Hoe begint het boek? Met zijn reis naar Frankrijk die hij van zijn vrouw had gekregen. f. Hoe eindigt het boek? Met de dood van zijn hond Willem. g. Is er een open of een gesloten einde? Een gesloten einde. Het verhaallijn is afgerond, het ligt vast hoe het zal aflopen. Dus er is geen sprake van een onbeeindigd verhaallijn. 2. Opbouw a. Uit hoeveel delen bestaat het boek? Drie
on the same side of the street I start
giggling nervously, and as they come into
the picture beat them to it with some
such remark as: `It´s white!´ `What´s white they say, not being
in on the secret `My suit, `I say. `I thought I´d put
b. Welke kenmerken van die periode of stroming vind je in het boek? Omdat epiek-schrijvers niet in de eerste plaats een verhaal willen vertellen, maar eerder zijn eigen bepaalde ordening aan te brengen in de realiteit. c. Wat staat er over het in literatuur zonder grenzen? Niks, ik heb gezocht op titel en auteur. Verwerkingsopdracht. De recensies Ik vind "Veertig" een erg humoristisch boek, vooral omdat er veel herkenbare situaties uit het dagelijks leven in voorkomen.De kritiek komt van Willem Kuipers in "De Volkskrant" van 23 maart 1982. Ondanks dat hij vindt dat "L'ecrivain" een oninteressante structuur heeft en hij van mening is dat "Prostatitis" het moet hebben van de satirische beschrijving van de dames die de beroemde televisiekomiek als schrijver willen horen, is hij wel positief over het derde verhaal, "Willem": "Onvergetelijk mooi is het derde verhaal. "Willem" is de necrologie van een huisdier, secuur en teder geschreven. "Mensen die niet van honden houden, durven niet helemaal van zich te laten houden" (p. 110). Misschien is dat zo. Van Kootens verhaal maakt van de grootste hondenhater een dierenvriend." Door Gerald ten Have is de site gemaakt. http://members.easyspace.com/g-t/veertig.htm
De moeite waard? Zoals ik hiervoor al beschreef vind ik 'Willem' het mooiste en beste verhaal uit de bundel. Het was nu de derde keer dat ik dit verhaal las en weer sprongen de tranen in mijn ogen. Van Kooten weet door perspectief-wisseling (vanuit hem gezien en vanuit Willem gezien) "Er is iets niet in orde met me, vanmor- gen. Zeker te veel poep gegeten, gisteren. Dat is ook niks meer, die poep van die jonge poesjes van tegenwoordig." (blz 118). Het thema van het boek sprak me aan, denken over het leven, en ook ben ik het eens met zijn visie die door het boek heen schemert: genieten van het leven en de dood op de koop toenemen. De eerste twee verhalen vond ik minder mooi dan het laatste, maar de opzet van de eerste twee zijn dan natuurlijk ook grappig bedoeld. Het grappige van die verhalen zat hem naar mijn mening in het creeren van stereotype mensen "mevrouw van der Campari" en "mevrouw Vrijetijdsliefstintrui" (blz 74). Ondanks deze stereotypen vind ik wel dat er goed in is ge- slaagd de kijk van de buitenwereld op zijn beroemdheid weer te geven. (Het is hierdoor geen onrealistisch verhaal geworden.) Het enige dat ik nog even kwijt wil, is dat ik me gestoord heb aan zijn typische taalgebruik, bijvoorbeeld "erotiese" en "fantastiese". Dit wekte af en toe irritatie bij me op, maar niet zo erg dat ik het boek maar niet verder heb gelezen. Integendeel, het boek is zowel grappig als ontroerend, zodat het vele mensen aan zal spreken, vooral mensen die van een kort boek houden, waar toch een leuke inhoud inzit. Sascha van der Aa, V5_
Het is een afrader wanneer je: Het programma van Koot en de Bie niet leuk vind. Behoefte hebt aan een doorsnee verhaal
b. Motiveer de keuze van het boek. Dat is puur gebaseerd op aanbevelingen van anderen uit mijn klas, die het boek blijkbaar wel geslaagd vonden. En we moesten natuurlijk ook een boek lezen van de sectie Nederlands. Eindoordeel a. Geef je eindoordeel over het boek. Ik vond het totaal gezien wel een aardig boek en als ik een cijfer zou moeten geven zou het zo rond de zes liggen. b. Geef je eindoordeel over je leeservaring met dit boek. Het lezen ging gemakkelijk, wat kwam door de vlotte manier van schrijven. Wel werden er soms wat moeilijke woorden gebruikt, maar er was er geen een die ik niet begreep. Het lezen ging behoorlijk snel, ik was denk ik na anderhalf uur al klaar. c. Wat vond je moeilijk, verwarrend of onduidelijk? Eigenlijk heb ik geen een moment gehad dat ik iets niet snapte. Zijn taalgebruik is wel erg verwarrend, omdat hij zoals eerder beschreven de woorden om een of andere reden worden verbuigd. Bronnen of secundaire literatuur. Ik heb twee internet adressen geraadpleegd die ik via Altavista heb gevonden, met trefwoorden ‘Recensie, Kooten en Veertig’. Verder had ik geen secundaire literatuur nodig. http://ho http://members.easyspace.com/g-t/veertig.htm,
REACTIES
:name
:name
:comment
1 seconde geleden