Tunnelkoorts
Uitgever; André boesberg
Uitgegeven; 2008
Pagina’s; 197+1
Samenvatting
Het boek tunnelkoorts speelt zich af in West-Vlaanderen tussen Diksmuide en Ieper. Willem is 13 jaar wanneer een granaat hun boerderij aan flarden blaast. De ouders van Willem overlijden. Omdat Willem nu geen ouders meer heeft, komt zijn grootmoeder op de boerderij bij Willem wonen om voor hem te zorgen. Zijn buurman eykens zorgt voor het afscheid van zijn ouders. Hij geeft Willem en zijn grootmoeder ook iedere maand wat geld om van te leven…
Op een dag komt een oude vriend Karel, Willem opzoeken. Karel is twee en een half jaar ouder dan Willem. Karel vraagt willen of hij voor de nacht mag blijven slapen. Willem laat Karel bij hem overnachten. Die avond vraagt Karel om met hem mee te gaan naar het front. Willem zal wat munitie moeten sjouwen en de kok helpen. Er is maar één reden waarom Willem niet zou gaan. Dat is Marieke, zijn vriendin. Gelukkig vindt Marieke het goed. Over twee maanden zouden Karel en Willem wel terug komen. Het werk in de loopgraven is zwaar en hard. Gelukkig was Karel er al geweest en wist hoe alles moest. Willem en Marieke hadden een afspraak gemaakt: Willem zou nooit een geweer aanraken. Want Willem en Karel wilden niet doorzeefd worden met lood zoals al die andere soldaten. Na twee maanden verlangen naar huis, is het eindelijk zover. Willem en Karel gaan te voet naar huis. Het is een lange tocht. Na ongeveer 5 uur wandelen, komt hun dorp in zicht. Karel en Willem worden liefdevol ontvangen door Willem zijn grootmoeder en de ouders van Marieke. Terwijl Willem en Karel weg waren, gingen er heel wat roddels over hun buurman Eykens door het dorp.
Uit bezorgdheid vraagt Willem nu en dan aan zijn grootmoeder als Eykens haar wel het geld geeft dat hij haar beloofd heeft. Ze antwoordt altijd zeer onvriendelijk “ja”. Willem is er niet gerust in. Samen met Marieke en Karel gaan ze op onderzoek. Ze gaan naar de boerderij van hun buurman Eykens. Daar is niemand thuis, maar de deur is toch open. Ze gaan naar binnen. Daar is niets speciaals te zien, tot ze naar boven gaan… Ze horen het gezoem van vliegen. Wanneer ze de deur van de kamer opendoen, staan ze voor een grote verrassing. Ze zien daar het levenloze lichaam van Lute, de hond van Eykens. Lute was altijd bij hun buurman. Lute was zijn beste vriend. Er komen heel wat vragen op bij Willem, Marieke en Karel. Wanneer ze ongeveer twee weken thuis zijn, vraagt Karel opnieuw aan Willem, om te gaan werken bij de Engelsen aan het front. Nu gaat het om gevaarlijker werk! Karel heeft daar ook al gewerkt. Het werk verdient goed, maar het is minder leuk. Ze gaan in Mesen tunnels graven. Op de heuvels van Mesen zitten de Duitsers. Ze willen tunnels graven onder de Duitse loopgraven en ze dan opblazen. De Duitsers graven ook, daarom moeten ze heel stil te werk gaan. Wanneer ze ontdekt zouden worden, wordt de gang van de Duitsers volgestopt met springstof. Dan word je onwetend opgeblazen. Willem besluit mee te gaan met Karel. Opnieuw moet hij zijn Marieke achterlaten. De volgende dag vertrekken ze op weg naar het front. Na ongeveer 5 lange uren lopen komen ze eindelijk aan. Meteen gaan ze samen naar de man die Karel de vorige keer aan het werk hielp. Na een tijdje nadenken mag ook Willem mee tunnels graven in Mesen. Ze doen sokken rond hun schoenen om ze weinig mogelijk geluid te maken. Elk krijgen ze een slok rum. Dalen af in een schacht en gaan graven. Per dag gaan ze maar één meter vooruit, omdat ze geen geluid mogen maken. Gedurende 2 weken graven hebben ze nog geen Duitsers gehoord. Gelukkig! Tot vandaag. Ze hoorde de Duitsers praten en zei waren ook aan het graven. Het vervelendste van alles is dat je de vijand weet zitten en toch moet verder graven. Nu moeten ze uiterst stil zijn, want als de Duitsers hen horen zijn ze er geweest. Terwijl ze aan het graven zijn horen ze de Duitsers lachen, zelfs hardop praten. Als je dat doet wil je gewoon dood! Willem en Karel vinden dat ook zeer vreemd maar gaan gewoon door. Op het einde van de dag besluiten ze de tunnel op te blazen omdat ze nu dichter dan 2 meter van de Duitsers zitten. Bijna alles gaat vlekkeloos. Iedereen komt er zonder kleerscheuren van af. Maar de volgende dag gebeurt het onmogelijke. Terwijl ze het puin van de ontploffing opruimen, ontploft plots hun gang.
Ze hadden toch de gang van de Duitsers opgeblazen, of niet?
vervolg
De aanslag van de Duitsers was niet zo succesvol er raakte nauwelijks iemand gewond.
Tot ze erachter kwamen dat het eigenlijk geen aanslag van de Duitsers was maar een nieuweling
Van het front had een kleine granaat laten vallen en deze is toen ontploft. Iedereen kon er wel om lachen. Tot er plotseling 2 Duitse soldaten met een witte vlag aan kwamen zetten
Ze zeiden dat ze zich wilden overgeven en dat ze allen naar huis wilden.
Doordat iedereen in een goede stemming was van de succesvolle aanval op het Duitse front
Geloofden ze de twee hulpeloos uitziende Duitsers door ze bij hun te laten intrekken
Maar toen ging het helemaal mis de twee zo hulpeloos uitziende soldaten hadden kilo’s
Springstof onder hun jas verstopt. En al voordat ze hun jas zouden uitrekken ‘’boom’’
Alles vloog de lucht in. Iedereen was dood althans dat dachten ze maar nee de twee jongens
Hadden zich net even afgezonderd van dat helse kabaal en zaten in een ander loopgraaf
Toen zij de ontploffing hoorden waren ze zwaar in schok ze stonden verbijsterd en opkijken stil
Het boekverslag gaat verder na deze boodschap.
Verder lezen
REACTIES
:name
:name
:comment
1 seconde geleden
I.
I.
je moet wel heeeeeel dom zijn, en het boek niet hebben gelezen om de onzin van het vervolg te geloven!!!!
10 jaar geleden
AntwoordenM.
M.
ik geef dit boek een 7 omdat het kei spannend is, je kan je er echt inleven, het is net alsof je zelf hebt meegemaakt!!!!!!!!;)
9 jaar geleden
AntwoordenG.
G.
Wat hier staat is dikke onzin ik heb het boek zelf gelezen en hier klopt helemaal niks van
9 jaar geleden
AntwoordenN.
N.
leeft andre nog ? ik kan dat niet vinden
8 jaar geleden
AntwoordenH.
H.
slaat nergens op
8 jaar geleden
Antwoorden