Opdracht 1:
1 Onderwerp:
Het onderwerp van het verhaal spreekt mij wel heel erg aan, omdat het van deze tijd is het iedereen kan overkomen.
Het verhaal heeft mij geen nieuwe kanten laten zien, maar ik ben er wel door aan het denken gezet. Ik heb er bijvoorbeeld over nagedacht dat dit bij mijzelf ook zou kunnen gebeuren dat iemand waar van je houd plotseling overlijd.
Ik ben het wel eens met de mening over het verhaal, want ik zou het ook zo gedaan hebben als de hoofdpersoon.
Ik ben niet anders gaan denken over het onderwerp, maar ben er wel over nagaan denken.
Het onderwerp zelf word wel goed uitgewerkt, maar het zijn meestal dingen die iedereen wel al weet over dat onderwerp.
Ik vind dat de ene kant van het onderwerp liefde wat gaat over dingen die zij zelf meemaken en wat zij denken en voelen meer voorkomt dan hoe dingen echt gebeuren in de liefde.
Bij het onderwerp de dood word er niet zo heel veel over gepraat, maar het blijkt wel uit het verhaal hoe moeilijk het voor iemand is als er iemand dood gaat waar ze van houden.
Ik heb wel is verhalen gelezen over liefde of dood, maar die waren lang niet zo goed als deze.
2 Gebeurtenissen:
Ik vind dat het verhaal veel gebeurtenissen bevat die leuk zijn om te lezen en het word nooit saai.
Het gaat in dit verhaal vooral om de gedachtes en gevoelens van mensen, maar er gebeuren ook wel veel dingen. Ik vind de nadruk daarop wel goed, want het past ook wel bij de gebeurtenissen dat er in het boek word verteld hoe de personen daar over denken of voelen.
Sommige gebeurtenissen hebben wel veel indruk op mij gemaakt, vooral het moment dat het vriendje van de hoofdpersoon dood ging. Dat komt denk ik, omdat ik mij dan heel goed kan inleven in de hoofdpersoon.
De gebeurtenissen zijn ook wel geloofwaardig en ze zouden in deze tijd gebeurd kunnen zijn dus zijn ze ook wel herkenbaar.
Ik vind sommige gebeurtenissen wel verrassend, omdat ik dat echt niet had verwacht maar sommige vond ik ook wel voorspelbaar.
Zelf heb ik nog nooit zoiets meegemaakt als in het boek, maar ik denk dat ik het mij wel voor kan stellen hoe dat zou zijn dus daarom gaat het wel meer voor mij leven.
In het boek zitten geen gebeurtenissen die ik zou willen meemaken, omdat het allemaal niet echt heel vrolijke gebeurtenissen zijn.
3 Personages:
De hoofdpersoon is wel iemand waar ik mij in kan leven, omdat het ook een meisje is van mijn leeftijd. De andere personages zijn minder levendig, omdat je daar minder van te weten komt.
Bij sommige personages kan ik mij wel goed verplaatsen in de gedachtewereld van de personen, maar bij sommige niet echt want daar over word in het verhaal niet zoveel over verteld.
Sommige ideeën van personen vind ik wel leuk, maar sommige ook niet. Het gedrag van de personen is wel normaal zoals mensen zich in deze tijd ook gedragen.
Een van de gedachtes van de hoofdpersoon waarin ze denkt dat ze dat en dat nog tegen diegene die is overleden heeft moeten zeggen heeft mij wel aan het denken gezet.
Bij de meeste personen uit het verhaal kom je wel genoeg te weten om het gedrag te kunnen begrijpen en vaak ook door de gebeurtenis.
Ik begrijp de personen wel goed, want ze missen allemaal Tim die is overleden en daarom doen ze soms misschien anders dan andere.
De personages veranderen ontzettend door wat zij meemaken, maar dat is wel erg begrijpelijk.
De beslissing dat ze Eline de vriendin van Tim pas na het klassenuitje van drie dagen hadden verteld dat Tim was overleden vond ik vreemd en onbegrijpelijk.
4 Bouw:
De gebeurtenissen volgen allemaal logisch elkaar op, maar het is niet echt heel spannend opgebouwd. Het is niet echt een spannend boek dus het is ook niet spannend opgebouwd.
Er is maar een verhaallijn en soms bevat het wel terugblikken die het verhaal wel meer aanvullen.
Het slot van het verhaal past goed bij de gebeurtenissen en het is een goed afloop van alle dingen die zijn gebeurd in het verhaal.
5 Taalgebruik:
Het verhaal is makkelijk om te lezen, want het is wel makkelijk geschreven tekst met weinig moeilijke woorden.
Veel beschrijvingen komen er niet in voor, maar dialogen wel en dat maakt het boek plezierig en leuk om te lezen.
Opdracht 2:
Het verhaal is niet echt heel erg spannend, want het is meer een zielig verhaal. Op het begin overlijd Eline haar vriendje Tim en dat is erg zielig voor haar, maar ook voor Tim zijn broer Frank en de vrienden van Tim.
Het spannendste moment uit het boek was het moment waarop te horen kreeg dat haar vriendje Tim was overleden, omdat wij als lezer als wisten dat hij was overleden maar Eline wist dat nog niet dus je wilde doorlezen om te kijken wanneer ze het te horen kreeg.
De zielige momenten waren vooral dat Eline thuis alleen op haar kamer zat en dacht aan Tim en wat ze samen allemaal hadden gedaan.
Het voorspelbare moment was dat Eline later iets kreeg met Tim zijn broer Frank, want ze gingen veel met elkaar om na Tim zijn dood en zochten steun bij elkaar.
Opdracht 3:
Situatie 1:
Eline en Frank zoeken veel troost bij elkaar na de dood van Tim. Ze praten veel over Tim, over hoe die was en over wat ze met hem hebben meegemaakt. Eline vind Tim veel op Frank lijken en daarom wordt ze verliefd op hem. Op een dag zoenen ze met elkaar en krijgen ze verkering.
Ik denk dat ik nooit met Frank gezoend hebben alleen maar, omdat hij mij zoveel aan Tim zou laten denken. Ik denk dat ik dat eerlijk tegen Frank had gezegd en daarna gewoon geprobeerd hebben om vrienden te worden.
Situatie 2:
Als Tim een brommerongeluk krijgt komt hij in coma te liggen. Frank zijn broer en zijn ouders zitten stilletjes naast zijn bed en zeggen niks. De lijn op de monitor gaat op en neer en af en toe komt er een verpleegster kijken.
Opeens is de lijn één rechte streep, Frank schrikt en denkt: Tim is dood. Hij is heel erg boos en kan het niet geloven.
Ik denk dat ik in deze situatie heel erg was gaan huilen en van alles aan de verpleegsters had gevraagd over Tim en hoe groot de kans is dat hij het zou gaan halen.
Opdracht 4:
Eerste recensie:
Ik vind het een ongelofelijk mooi boek!
Zelf lees ik vooral thrillers, maar dit is totaal iets anders.
Ik vind het zo’n aangrijpend verhaal, het is iets wat jezelf zou kunnen overkomen.
Het boek is dus ook realistisch geschreven, alles is mogelijk. Zelf vind ik dit ook wel belangrijk want als het niet echt zou kunnen gebeuren kan ik me niet echt inleven.
Dus ik vind dat dit echt de moeite waard is om te lezen!
Ik ben het helemaal mee eens met deze recent, want ik vind ook dat ik mijzelf echt moet kunnen inleven in een boek. Als je dat kan en je word echt emotioneel door een boek dan pas vind ik een boek echt heel erg goed geschreven.
Opdracht 5:
Bron: http://home.hetnet.nl/~caja.cazemier/
Caja Cazemier werd op 5 september 1958 in Spijkenisse geboren, maar ze groeide op in Groningen. Na de middelbare school stak ze eerst een jaartje de handen uit de mouwen, samen met een aantal andere jongeren die zich nuttig wilden maken in de maatschappij.
Caja ging dat jaar in de gezinsverzorging werken. Daarna studeerde ze in Groningen Nederlandse taal- en letterkunde. Ze werd lerares, maar tegenwoordig besteedt ze al haar tijd aan het schrijven van boeken.
Ze woont met haar drie zoons en konijn Pluis in Leeuwarden. Haar vriend woont twee straten verderop.
Caja heeft vroeger wel eens gezegd dat ze later schrijfster wilde worden. Maar naast lezen en schrijven was ze vaak aan het schooltje spelen. Dus juf worden was ook een mogelijkheid. Dat is ze ook geworden, maar dan op de middelbare school omdat Caja geïnteresseerd is in jongeren. Haar keus voor de studie Nederlandse taal- en letterkunde heeft natuurlijk weer alles te maken met haar liefde voor boeken en taal. Op de middelbare school was ze niet eens goed in Nederlands. Ze haalde vaak zesjes, ook voor opstellen. Tijdens haar studie besteedde ze zoveel mogelijk aandacht aan jeugdboeken.
Caja schreef een afstudeerscriptie met als titel: "Gemengde gevoelens. Jeugdliteratuur voor meisjes in de puberteit." Ze had onderzocht wat meiden bezig hield op die leeftijd en keek of de boeken die zij lazen hun wat te bieden hadden. Tijdens het werken aan die scriptie dacht ze al: "Dat zou ik ook wel willen, een boek schrijven. En dat moet dan gaan over een meisje en alles wat er verandert als zij ongeveer dertien, veertien jaar oud is ". Maar ze ging er pas mee aan de slag toen ze al een paar jaar voor de klas stond.
Nog steeds zoekt Caja onderwerpen uit waarmee jongeren te maken kunnen krijgen als zij tussen elf en zestien jaar oud zijn: school, ouders, vriendjes, eenzaamheid, verliefd zijn, seksualiteit, onzeker zijn, angst, je anders voelen. De meeste hoofdpersonen zitten niet lekker in hun vel en zijn op zoek naar wie ze zijn. Ze hebben dan ook allemaal last van "groeipijn".
Lezers die in vergelijkbare omstandigheden zitten, kunnen haar boeken troost bieden. Daarom vindt ze herkenbaarheid in haar verhalen belangrijk. Je krijgt het gevoel dat Caja haar boeken over jou en jouw wereld gaan.
Bron: http://home.wanadoo.nl/richard.thiel/auteurs/ccazemie.htm
Caja Cazemier werkte na de middelbare school een jaar in de gezinsverzorging. Vervolgens ging ze Nederlandse taal- en letterkunde studeren. Ze werkte ruim tien jaar als docente Nederlands, in Spijkenisse en Leeuwarden. In 1996 stopte ze met lesgeven om meer tijd te kunnen besteden aan schrijven. Caja Cazemier heeft drie kinderen. Caja Cazemier beschrijft in haar boeken personen en problemen die heel herkenbaar zijn voor jongeren en met name voor meisjes. Ze schrijft over dingen als homoseksualiteit, de relatie met ouders, zussen en broers, seksueel misbruik, eenzaamheid, hoogbegaafdheid, vriendschap, verliefdheid en dood. Haar hoofdpersonen worstelen met problemen, proberen er soms weg van te vluchten, maar komen uiteindelijk op een punt waarop ze hun problemen onder ogen gaan zien en er iets aan gaan doen, waardoor ze sterker worden. Ook schreef ze een paar informatieve survivalgidsen voor kinderen van een jaar of 12. Kenmerken van haar boeken: Volgens deze twee bronnen hierboven schrijft zij vooral boeken waar iets herkenbaars in zit voor de lezers. Dat vind ze erg belangrijk, omdat lezers daar soms troost in kunnen vinden en ze het gevoel krijgen dat die boeken over hun gaan. Haar boeken gaan vooral over onderwerpen zoals: homoseksualiteit, zussen/broers, seksueel misbruik, vriendschap, verliefdheid en dood. De hoofdpersonen hebben vaak problemen in haar boeken en proberen die op te lossen. Ze schrijft vooral boeken voor kinderen vanaf 12 jaar. Het boek te snel gaat vooral over dood, liefde en vriendschap. Dat zijn onderwerpen waar Caja Cazemier altijd over schrijft. In het begin van het boek gaat Tim dood veel mensen in zijn omgeving hebben het daar moeilijk mee, maar samen lukt het hun om het te verwerken. Lezers die ook hebben meegemaakt kunnen hier herkenbaarheid in vinden en misschien ook troost. Caja schrijft vooral boeken waar herkenbaarheid in voorkomt, omdat ze het erg belangrijk vind dat de lezers hier misschien troost in kunnen vinden. Het boek gaat ook over vriendschappen, want na de relatie tussen Tim zijn broer Frank en Eline die stukloopt worden ze hele goeie vrienden en hebben ze veel steun aan elkaar.
Caja Cazemier werkte na de middelbare school een jaar in de gezinsverzorging. Vervolgens ging ze Nederlandse taal- en letterkunde studeren. Ze werkte ruim tien jaar als docente Nederlands, in Spijkenisse en Leeuwarden. In 1996 stopte ze met lesgeven om meer tijd te kunnen besteden aan schrijven. Caja Cazemier heeft drie kinderen. Caja Cazemier beschrijft in haar boeken personen en problemen die heel herkenbaar zijn voor jongeren en met name voor meisjes. Ze schrijft over dingen als homoseksualiteit, de relatie met ouders, zussen en broers, seksueel misbruik, eenzaamheid, hoogbegaafdheid, vriendschap, verliefdheid en dood. Haar hoofdpersonen worstelen met problemen, proberen er soms weg van te vluchten, maar komen uiteindelijk op een punt waarop ze hun problemen onder ogen gaan zien en er iets aan gaan doen, waardoor ze sterker worden. Ook schreef ze een paar informatieve survivalgidsen voor kinderen van een jaar of 12. Kenmerken van haar boeken: Volgens deze twee bronnen hierboven schrijft zij vooral boeken waar iets herkenbaars in zit voor de lezers. Dat vind ze erg belangrijk, omdat lezers daar soms troost in kunnen vinden en ze het gevoel krijgen dat die boeken over hun gaan. Haar boeken gaan vooral over onderwerpen zoals: homoseksualiteit, zussen/broers, seksueel misbruik, vriendschap, verliefdheid en dood. De hoofdpersonen hebben vaak problemen in haar boeken en proberen die op te lossen. Ze schrijft vooral boeken voor kinderen vanaf 12 jaar. Het boek te snel gaat vooral over dood, liefde en vriendschap. Dat zijn onderwerpen waar Caja Cazemier altijd over schrijft. In het begin van het boek gaat Tim dood veel mensen in zijn omgeving hebben het daar moeilijk mee, maar samen lukt het hun om het te verwerken. Lezers die ook hebben meegemaakt kunnen hier herkenbaarheid in vinden en misschien ook troost. Caja schrijft vooral boeken waar herkenbaarheid in voorkomt, omdat ze het erg belangrijk vind dat de lezers hier misschien troost in kunnen vinden. Het boek gaat ook over vriendschappen, want na de relatie tussen Tim zijn broer Frank en Eline die stukloopt worden ze hele goeie vrienden en hebben ze veel steun aan elkaar.
REACTIES
:name
:name
:comment
1 seconde geleden