Hoe kies jij een studie?

Daar zijn wij benieuwd naar. Vul onze vragenlijst in en bepaal zelf wat voor beloning je daarvoor wilt krijgen! Meedoen duurt ongeveer 7 minuten.

Meedoen

Schijndood door Simone van der Vlugt

Beoordeling 4.1
Foto van een scholier
Boekcover Schijndood
Shadow
  • Boekverslag door een scholier
  • 4e klas vmbo | 2879 woorden
  • 4 juli 2007
  • 19 keer beoordeeld
Cijfer 4.1
19 keer beoordeeld

Boekcover Schijndood
Shadow
Schijndood door Simone van der Vlugt
Shadow
ADVERTENTIE
Overweeg jij om Politicologie te gaan studeren? Meld je nu aan vóór 1 mei!

Misschien is de studie Politicologie wel wat voor jou! Tijdens deze bachelor ga je aan de slag met grote en kleine vraagstukken en bestudeer je politieke machtsverhoudingen. Wil jij erachter komen of deze studie bij je past? Stel al je vragen aan student Wouter. 

Meer informatie
Gegevens: 1.Datum van het lees verslag: 23-10-2006
2.Titel: Schijndood
3.Auteur: Simone van der Vlugt
4.Genre: Historische roman Inhoud: 5. Gebeurtenissen: Het boek gaat over Kris Blanken. Kris is een vrij normale jongen van een jaar of 18 die economie studeert. Samen met wat vrienden woont hij in een studentenhuis in Amsterdam. Hij vindt het heel erg leuk om te schilderen maar hij wil er niet zijn beroep van maken omdat hij bang is dat hij niet door zal breken. Kris heeft al heel erg lang last van een bepaalde nachtmerrie. Een nachtmerrie waarin een jongen vast zit in een kamer. Hij is helemaal naakt en voelt dat hij mismaakt is. Er zijn dokters die hem onderzoeken en verder is het helemaal stil. De jongen weet dat hij weg kan maar als hij dat doet weet hij dat hem iets vreselijks staat te wachten. Als Kris het er met Dominique over heeft, zegt ze dat ze een tante heeft die mensen onder hypnose kan brengen. Haar tante kan mensen in een vorig leven laten kijken of in het verleden dat nog niet verwerkt is. Kris gelooft er eigenlijk niet in maar stiekem zou hij wel is willen weten hoe het is. Dominque vraagt Kris een keer om een portret van haar te maken en als het af is het een heel andere vrouw geworden. Hij snapt er niks van en vraagt zich dagen af wie het zou kunnen zijn. Als de dromen maar niet weg gaan besluit hij toch maar naar Heleen Walraven te gaan. Dominique haar tante. Als hij het telefoon nummer heeft belt hij op en maakt een afspraak. Een paar dagen later spijbelt hij van school en gaat naar Heleen. Hij is ontzettend zenuwachtig en weet niet zo goed wat hij er allemaal van moet denken. Als Heleen hem binnen roept stelt hij zich voor en gaat zitten. Heleen stelt hem een paar vragen over zijn jeugd en als ze genoeg weet moet Kris op een soort bank gaan liggen waar de hypnose plaats vind. Langzaam voelt hij zich slaperig worden door de zachte stem van Heleen en dan vallen zijn ogen dicht. Hij hoort nog alles, het geruis van het cassettebandje dat alles op neemt en het verkeer op straat. Hij moet van Heleen verder terug in de tijd gaan. Hij denkt aan vroeger. Hij loopt over de Kermis met zijn vader en hij is bang voor het spookhuis. Hij vertelt er even over maar dan moet hij nog verder terug in zijn geheugen. Kris denkt goed na en dan plotseling gebeurd het, hij gaat terug in de tijd en beland in het Alkmaar van 1655. Kris voelt zich anders maar toch voelt het allemaal heel erg vertrouwd. Alsof hij daar al eerder is geweest. Heleen vraagt hem hoe hij heet en Kris antwoord: Olivier Moeriaans. Heleen wil dat hij haar mee neemt naar die tijd en dan begint het allemaal echt. De beelden worden zo helder en zijn droom komt terug. Olivier zit in het Sint-Jakobskapel van de leprozerie van Haarlem. Hij wordt onderzocht net zo als in zijn droom. Chirurgen trekken haren uit zijn hoofd en onderzoeken zijn urine. De doktoren mompelen onverstaanbare dingen en bestuderen de vage vlekken op Olivier zijn huid. Olivier vraagt zich af wat ze al hebben ontdekt en hij vraagt er naar. De chirurg verteld dat het lijkt op Lazarus maar hij weet het niet zeker. Lazarus was een ziekte waarbij al je ledematen langzaam afstierven en langzaam werden weg gevreten. Olivier vind het een heel eng idee en houd dagen vol dat de chirurgen een fout hebben gemaakt. Maar dan krijgt hij een Foutbrief. In deze brief staat dat Olivier Melaatsheid heeft. De ziekte waarbij alles afsterft. Olivier vind het vreselijk en moet naar het Klaphuis. Een huis waar ze zulke mensen opvangen. Zijn vader en moeder, broertje en zusje zijn er kapot van. Als Olivier wordt weggebracht wordt hem verteld dat zijn familie en vrienden hem altijd mogen opzoeken maar dat hij verder dood is voor de rest van de wereld. Hij mag geen enkele stad meer in en als hij naar buiten gaat moet hij een mantel dragen en een klepper. Met die klepper zien mensen dat hij Melaatsheid heeft en dat ze hem niet moeten aanraken. In het Klaphuis ontmoet hij mensen die geen armen of benen meer hebben en zelf mensen waarvan hun halve gezicht is weg gevreten. Hij is niet in de stemming om met mensen te praten dus sluit hij zich op in zijn kamer. Hij mist zijn familie en hij is bang voor zijn toekomst. Het is nou eenmaal een kwestie van tijd voordat de erge verschijnselen bij hem voor gaan komen. Hij wil er niet aan denken en wil graag gaan schilderen. Hij vraagt aan de zuster of dat kan en ze regelt het voor hem. Als hij schildert vergeet hij de echte wereld even en denkt hij aan de leuke dingen die hij had voor hij in het Klaphuis kwam. Op een ochtend kijkt hij uit het raam en ziet hij Hester. Hester is zijn zusje en ze zwaait naar hem. Hij wil naar haar toe maar hij weet dat, dat geen zin heeft. Ze zou bang zijn om besmet te raken en hij gaat toch maar niet. Ze zwaait nog een keer en gaat dan weg. Olivier’s vader en zijn broertje Jan komen nooit op bezoek en dat doet hem pijn. Hij herinnert zich dat de zuster hem heeft gezegd dat het niet verplicht is om in het Klaphuis te blijven. Hij krijgt weer een greintje hoop, doet zijn mantel om en met zijn klepper in zijn hand verlaat hij het Klaphuis. Hij loopt richting de muren van Alkmaar en voor een boerenhuis blijft hij staan. Als een boer hem ziet gooit hij wat munten naar Olivier toe en wuift met zijn hand dat hij weg moet gaan. Maar Olivier gaat niet weg. Hij vraagt van een afstand of hij een mantel en een pet mag hebben. De boer roept zijn vrouw en de vrouw komt even later terug met een mantel en een pet. Olivier verkleed zich en gooit zijn oude spullen onder een struik. Hij loopt naar de poort van Alkmaar en komt gelukkig zonder trammelant binnen. Hij loopt door de vertrouwde straten van Alkmaar en dan ziet hij Lidewij. Zijn vriendinnetje van die tijd. Hij kan haar bijna aanraken maar hij doet het niet. Hij loopt snel de andere kant op en komt op de markt terecht. Hij ziet een man die een wonder middel aan het verkopen is en nogal veel reclame voor zichzelf aan het maken is. Olivier vindt het wel plezierig en besluit om even te kijken. Na een tijdje komt er een vrouw aangerend en roept tegen het volk dat haar kindje blind is. Ze krijgt een drankje van de dokter en ze loopt weg. Niet veel later komt ze blij en schreeuwend terug. Ze houdt het kindje omhoog en laat de menigte zien dat het drankje gewerkt heeft en dat haar kindje weer kan zien. Plotseling staat iedereen in de rij en Olivier overweegt ook om een drankje te kopen maar ook dat doet hij niet. Als hij verder loopt ziet hij zijn vertrouwde huis. De apotheek met het witte uithangbord met de witte roos er op. Het is er nogal stil maar dat begrijpt Olivier wel. Er is daar Melaatsheid geconstateerd dus iedereen is bang dat ze besmet raken. Dan ziet Olivier zijn vader. Hij loopt op hem af en als zijn vader hem ziet, kijkt hij nogal verbaast en hij ziet er niet goed uit. Olivier vertelt dat hij zijn familie perse nog een keer wilde zien. Zijn vader vind het geen goed idee dat Olivier zijn moeder gaat opzoeken. Het zou te moeilijk voor zijn. Olivier legt zich erbij neer en als zijn vader zegt dat hij moet gaan, gaat hij gauw. Hij gaat terug naar het Klaphuis, pakt zijn schilder spullen en gaat buiten in de berm van de weg schilderen. Na een tijdje hoort hij een paard met wagen aan komen en gaat voor het paard staan. Op de wagen staat: Dokter Couttenier. Het was de man uit het dorp met de vrouw met de blinde baby. Als Olivier goed kijkt ziet hij dat het een tweeling is en een er van is blind. De dokter vertelt Olivier dat hij een heelmeester is voor alle kwalen. Als Olivier zijn vlekken laat zien, zegt de dokter dat het een soort Psora(Psoriasis) is, een soort huid uitslag. Opnieuw krijgt Olivier hoop dat het geen Melaatsheid is en besluit mee te reizen met meneer Couttenier en de vrouw. Hij laat zijn mantel en klepper achter en dat zal ook het enige zijn wat ze van hem terug vinden. Terwijl ze weg rijden hoort Olivier een stem van heel ver weg. Kris opent zijn ogen en weet even niet zo goed waar hij is. Dan komt hij weer bij zijn positieve en beseft hij dat hij weer Kris is. Het is een hele opluchting voor hem en samen met Heleen bespreekt hij zijn ervaring. Plotseling bedenkt Kris zich iets. In al zijn schilderijen schildert hij een bepaald huis, zijn ouderlijk huis, de apotheek. Als ze klaar zijn maken ze een nieuwe afspraak. Daarna gaat hij naar huis en denkt hij aan alles wat hij heeft gehoord en gezien. Hij bespreekt het met Dominique en ook zij is er helemaal van onder de indruk. Kris vraagt zich af of het echt is wat hij allemaal gezien heeft en besluit om samen met Dominique naar Alkmaar te gaan om daar in het regionale archief te kijken. Ze zoeken de geboorte datum van Olivier op en al snel hebben ze hem gevonden. Olivier Moeriaans staat er geboren in 1637. Kris kan zijn ogen niet geloven. Ze maken er een kopie van en lopen nog even door Alkmaar. Kris ziet dingen die hij uit die tijd herkent en het voelt heel erg vertrouwd. Een week later is de volgende sessie voor Kris. Hij vertelt het verhaal aan Heleen en ze vindt het heel erg interessant. Zodra kris weer onder hypnose is gebracht gaat hij meteen weer terug naar het Alkmaar van 1655. Hij loopt samen met de Dokter genaamd Jeroom en de vrouw genaamd Isa mee naar de muren van Haarlem. Voor de poort wordt hun gezegd dat ze niet verder mogen lopen. Ze vragen zich af waarom niet en dat word al snel duidelijk. De pest is uitgebroken in Leiden. Gelukkig kwamen ze van de andere kant en mochten ze toch Haarlem binnen. Jeroom verkoopt zijn wonder middeltjes en geeft er ook een aan Olivier. Hij smeert het op zijn vlekken en het lijkt te werken. De jeuk wordt minder en Olivier hoopt dat het over gaat. Na een tijdje moeten ze snel de stad uit omdat Jeroom zijn wonder middeltjes niet zo goed bleken te werken en iedereen zijn of haar geld terug wou. Als ze weer verder lopen voelt Olivier iets geks. Hij schrok en zonderde zich even af. Als hij zijn shirt uit doet ziet hij het al. De plekken zijn erger geworden en ze zijn ook vermeerderd. Als ze een stuk verder lopen, horen ze uit een huis een hulpkreet. Jeroom en Olivier gingen er snel naar toe en troffen daar een heel ziek meisje aan. Als ze haar en tijdje hebben verzorgt gaan ze weer verder. Die zelfde avond komen ze bij een ander dorpje aan. De pest is er hevig te keer gegaan en overal liggen lijken, helemaal weg gevreten en totaal aan het rotten. Dan kan Olivier er niet meer tegen en besluit hij naar huis te gaan. Hij moet naar huis, hij moet zijn familie nog een keer zien voor dat de pest daar ook voor komt. Hij neemt afscheid van Jeroom en Isa en gaat op weg naar huis. Als hij vlak bij Alkmaar is hoort hij klokken. De doodsklokken. Een man verteld hem dat de pest nu ook in Alkmaar is uitgebroken en dat het vrij ernstig is. Olivier snelt zich naar de stad en kan gewoon naar binnen omdat er niemand meer de wacht houdt. Hij ziet overal waarschuwende bossen met stro liggen. Dat wilde zeggen dat die mensen al waren over leden aan de pest. Voor Lidewij en haar familie was het helaas ook te laat. Hij vindt het zielig en loopt snel door. Als hij bij de apotheek aan komt gaat hij snel naar binnen. Er is niemand en Olivier hoopt dat ze zijn gevlucht. Dan hoort hij een zacht geklop uit een klein kamertje beneden in het huis. Hij gaat kijken en treft daar zijn dood zieke vader aan. Hij heeft overal vage wonden op zijn lichaam en het stinkt er naar urine, braaksel en zweet. Olivier gelooft zijn ogen niet. Hij vraagt zijn vader wat er met de rest van het gezin is gebeurd en zijn vader vertelt dat ze allemaal dood zijn. Zijn familie was al snel slachtoffer geworden van de pest. Olivier is verdrietig en hij kan er niet tegen. Hij neemt afscheid van zijn familie door hun lievelings spullen nog eens te gebruiken. Een paar dagen verzorgt hij zijn vader. Hij geeft hem drinken en zorgt voor natte doeken. Maar dan is het niet meer te doen. Zijn vader heeft steeds krampen, neusbloedingen en bloedspuwingen. Dan is het afgelopen, het wordt stil in de kamer en zijn vader is overleden. Olivier rouwt even en dan wordt zijn vader weg gebracht naar de grote kerk. Het stinkt er naar pestdampen en Olivier ziet overal graven. Als de pestdragers zijn vader in de grond laten zakken, neemt Olivier nog een keer afscheid van zijn familie. Ze liggen allemaal bij elkaar: Boudewijn, Kathelijne, Hester en Jan. Daarna gaat hij terug naar de apotheek. Hij voelt over zijn lichaam en voelt de pijnlijke en etterende wonden. De ziekte wordt erger. Het is nu nog maar een kwestie van tijd voor Olivier voor zijn lichaamsdelen zouden afsterven. Hij hoopt dat de pest hem ook te pakken krijgt maar dat is helaas niet zo. Hij bid nog een keer tot God voor hulp en wordt dan weer wakker uit zijn hypnose. Eenmaal wakker praat hij weer na met Heleen maar hij kan het niet los laten. Hij zondert zich een paar dagen af en droomt over Olivier. Alleen dit keer is het anders. Hij droomt niet meer die ene vreselijke nachtmerrie maar over zijn familie uit 1655. Weer wil Kris terug naar Alkmaar en hij dat doet hij ook. Hij gaat naar het museum van Alkmaar en hoopt daar iets vertrouwds te vinden. Hij geeft na een tijdje bijna de moed op en dan ziet hij het. Een schilderij met de apotheek met het witte uithangbord en de kaasmarkt. Eronder staat dat het is geschreven door een onbekende schilder rond 1660. Kris weet dat hij het heeft geschilderd. Hij herkent het precies, hij heeft het gemaakt in 1656 toen hij in het Klaphuis zat. Toen hij weer buiten kwam zag hij de grote kerk. Hij liep naar binnen en zocht naar een steen waar zijn vader zijn naam op stond. Toen hij even met iemand stond te praten zag hij het onder zijn voeten. Daar lag de steen met de namen van zijn vader, moeder, zusje en broertje. Kris werd even niet goed en viel op een kerk bankje in slaap. Kris droomt en de droom gaat verder waar de hypnose was gestopt. Weer staat Kris als Olivier in Alkmaar. Hij ligt op het bed van zijn vader en slaapt. Als Olivier wakker wordt herkent hij de gordijnen. Hij ligt in het pesthuis. Zijn lichaam zit vol met zweren en alles doet hem pijn. Hij hoest bloed op en hij heeft vreselijke koorts. Olivier heeft dorst maar niemand komt hem wat brengen. Plotseling hoort hij en stem en voelt hij een warme hand op de zijne. Hij kijkt op en ziet zijn vader en moeder. De twee schimmen dansen om hem heen en dan laat Olivier zijn lichaam los. Het is makkelijk voor hem om alles los te laten en met zijn vader en moeder mee te gaan naar dat mooie licht zonder pijn, want dat voelt hij niet meer. Als Kris weer wakker wordt staan er allemaal mensen om hem heen. Kris zegt dat het wel weer gaat en na wat gedronken te hebben staat hij op en loopt hij de kerk uit. De frisse lucht doet hem goed en alle herinneringen van toen kan hij achter zich laten. De mensen uit die tijd, Olivier, het pesthuis en de nachtmerries. Hij voelt zich een stuk lichter. Nu beseft hij pas dat hij Olivier al die tijd heeft mee gedragen en Oliviers zorgen en pijn steeds heeft gevoelt. Opgelucht gaat hij naar huis. Als hij thuis is pakt hij snel zijn schilder spullen en legt zijn familie en al de indrukken van 1656 nog een keer vast. Hij weet nu ook wie de vrouw is die eigenlijk Dominique moest voor stellen. Het was zijn moeder, Kathelijne Moeriaans uit 1656. Kris weet nu ook zeker dat hij schilder wil worden. Hij heeft nog steeds het zelfde gevoel in zijn hand en het zelfde talent als Olivier in die tijd. Kris wil er helemaal voor gaan ook al weet hij dat hij nog een lange weg te gaan heeft.

REACTIES

Log in om een reactie te plaatsen of maak een profiel aan.

Andere verslagen van "Schijndood door Simone van der Vlugt"