Opbouw
Het verhaal is ingedeeld in 3 delen die zich telkens chronologisch maar, op een andere locatie afspelen. Deel 1 speelt zich af en de regio van Antwerpen en is opgesplitst in 23 hoofdstukken. Deel 2 en 3 zijn beduidend korter. Deel 2 speelt zich af in Rome, het telt 4 hoofdstukken. Deel 3 ten slotte is dan weer een hoofdstuk langer en verloopt hoofdzakelijk in de verhoorkamer van de Gerechtelijke Politie van A’pen. Tijdens het verhoor halen ze natuurlijk vele gebeurtenissen uit het verloop van het boek weer boven.
Thema
De vrouw van een gereputeerde en rijke chirurg heeft zelfmoord gepleegd maar dit in vrij verdachte omstandigheden. Na wat zoek - en denkwerk komen ze tot enkele sporen die zouden kunnen leiden tot moord.Vincke en Verstuyft worden met de zaak belast. Verdachte houdingen van haar man, de chirurg, telefoongesprekken, geheime ontmoetingsplaatsen, … deze opsomming van gebeurtenissen leiden tot een heuse moord zaak, waarbij de nodige emoties en karakters van de personages een rol spelen.
Werkelijkheid
Naar Geeraerts gewoonte is waarschijnlijk alles tot in de puntjes gecontroleerd en geverifieerd. Uitspraken, frustraties van agenten, gebouwen en A’pen en Rome, wegen in het Antwerpse,… Alles heet hij bij naam en toenaam. Hij beschrijft ook alles zo perfect mogelijk: auto’s, huizen, reacties,gelaatsuitdrukkingen,…
Ook het verhaal kan zo uit een krant komen.
Heel realistisch dus.
Effect
Ook al is het zo realistisch, het heeft mij niet geschokt en nog minder geraakt. Wat niets wil zeggen over de kwaliteit van het boek. Wat mij wel opviel is dat de agenten heel losjes over de feiten lopen. Bij een zelfmoord en moord kan er al na 50 sec. alweer gelachen worden. Niemand die zich zorgen maakt om het slachtoffer en zijn familie. Behalve dan bij de zelfmoord van de secretaresse van Kremer. Maar dat was een persoonlijke kwestie…
Stijl & taal
Ik heb me wel moeten worstelen door de eerste 50 blz. waarin de tijd zodanig traag vooruit gaat dat het vervelend wordt. Maar vanaf dat er enkele sporen duidelijk worden, leest het vlotter en is het boek aangenamer. In het hele verhaal door gebruikt hij vele korte tot middellange beschrijvingen. “ kort, schuin opgeknipt blond haar met mèches; waskleurige, over de jukbeenderen gespannen huid, glad als mastiek; half geloken oogleden met blauwige randen; korte wimpers; geëpileerde wenkbrauwen.”
Ook zelfgemaakte, goedgevonden vergelijkingen zijn terug te vinden. “Hij stond op, kwam vanachter zijn bureau, gaf hen alledrie vluchtig een hand en trok ‘m telkens met een rukje los alsof hij heet ijzer aanraakte.”
Het verhaal speelt zich af in Antwerpen dus het zou ‘ongepast’ zijn om geen Antwerps dialect te gebruiken in het boek. “Da wijfke is zo verschote da’ ze nog altijd van ‘r melk is.”
REACTIES
1 seconde geleden