Slee, C. , paniek. Amsterdam 2001 (eerste druk) Ik doe mijn boekverslag over het boek ‘Paniek’ van Carry Slee. Ik heb voor dat boek gekozen omdat de tekst op de achterkant van het boek me aansprak en omdat ik goede vaker boeken van Carry Slee heb gelezen, en ik vind het altijd wel goede boeken. Het boek heet ‘Paniek’ omdat er op een gegeven moment in het boek paniek over alles is; over dat Ruben homo is, over een werkstuk, over liefde en nog een aantal dingen. Het boek begint in Sasja’s huis. Sasja woont in een nieuw huis met de vriend van haar moeder en de zoon daarvan. De zoon van de vriend van haar moeder(Felix) misbruikt Sasja, maar Sasja durft er niks tegen te doen. Sasja is stiekem verliefd op Jorrit en als ze een keer bij elkaar thuis zijn geweest lijkt het de goede kant op te gaan. Jorrit komt er bij toeval achter dat Ruben, zijn beste vriend, homo is. Al snel gaat het de hele school rond en Ruben is daar doodsongelukkig mee. De drie grootste pestkoppen van de klas van Sasja, Jorrit en Ruben pesten Ruben omdat hij homo is. Op een gegeven moment gaat het zelfs zo ver dat Ruben maar net aan de dood ontsnapt. De drie pestkoppen worden van school afgetrapt. Ruben wil van school af gaan, maar in het einde van het boek haalt Sasja hem nog net over om op de school te blijven. Tussen Sasja en Jorrit komt het ook goed, Jorrit was al die tijd ook verliefd op Sasja; Ze krijgen verkering. Ik vind het een heel mooi, interessant, spannend en reëel boek. Het zou zo in het echt kunnen gebeuren. Ik denk/vind dat de schrijfster ook iets duidelijk probeert te maken; je moet de seksuele voorkeur van iedereen accepteren(in het boek: de pesterij van Ruben) en als je seksueel of op elke andere manier misbruikt wordt, het niet voor jezelf houden en hulp zoeken(in het boek: de misbruik van Sasja) De tekst en het verhaal sprak mij erg aan omdat het zo realistisch lijkt, de gebeurtenissen in het boek herken je ook; Je hebt ze wel eens op de tv, radio of in de krant gezien en sommige mensen zullen het herkennen van vrienden, familie of kennissen. Tijd: Ik denk dat het boek zich in deze tijd afspeelt, omdat er in het verhaal mobieltjes worden gebruikt.
Chronologisch: Het varhaal wordt in een chronologische volgorde verteld. Continu/Flashbacks: Het varhaal wordt continu verteld; Er worden geen stukken overgeslagen of sprongen gemaakt in de tijd. Er worden ook geen Flashbacks toegepast. Tijdsverdichting: Er wordt ook geen Tijdsverdichting toegepast Anticipatie/Retroversie: Er wordt geen anticipatie gebruikt, soms wordt er retroversie gebruikt bv. wanneer Sasja verteld wat Felix had gedaan, ze verteld dan wat er in het verleden is gebeurt. Vertelde tijd: De vertelde tijd is ongeveer een half jaar. Verteltijd: De verteltijd is: 160 bladzijdes.