Hoe kies jij een studie?

Daar zijn wij benieuwd naar. Vul onze vragenlijst in en bepaal zelf wat voor beloning je daarvoor wilt krijgen! Meedoen duurt ongeveer 7 minuten.

Meedoen

Opwaaiende zomerjurken door Oek de Jong

Beoordeling 8
Foto van een scholier
Boekcover Opwaaiende zomerjurken
Shadow
  • Boekverslag door een scholier
  • 4e klas vwo | 3484 woorden
  • 2 januari 2003
  • 50 keer beoordeeld
Cijfer 8
50 keer beoordeeld

Boekcover Opwaaiende zomerjurken
Shadow
In Opwaaiende zomerjurken wordt in drie episoden de groei naar volwassenheid van Edo Mesch beschreven. Het kind met zijn moeder, in de eeuwigdurende zomer op het platteland van de jaren vijftig. De puber, op een van de Zeeuwse eilanden, in een wurgende driehoek met een tante en een oom, zich vastklampend aan het beeld van een filosofisch systeem dat de werel…
In Opwaaiende zomerjurken wordt in drie episoden de groei naar volwassenheid van Edo Mesch beschreven. Het kind met zijn moeder, in de eeuwigdurende zomer op het plattela…
In Opwaaiende zomerjurken wordt in drie episoden de groei naar volwassenheid van Edo Mesch beschreven. Het kind met zijn moeder, in de eeuwigdurende zomer op het platteland van de jaren vijftig. De puber, op een van de Zeeuwse eilanden, in een wurgende driehoek met een tante en een oom, zich vastklampend aan het beeld van een filosofisch systeem dat de wereld doorgrondelijke met maken. De adolescent in een web van erotische verhoudingen, in Rome en Amsterdam en op het water van de Friese meren. 
Opwaaiende zomerjurken door Oek de Jong
Shadow
ADVERTENTIE
Overweeg jij om Politicologie te gaan studeren? Meld je nu aan vóór 1 mei!

Misschien is de studie Politicologie wel wat voor jou! Tijdens deze bachelor ga je aan de slag met grote en kleine vraagstukken en bestudeer je politieke machtsverhoudingen. Wil jij erachter komen of deze studie bij je past? Stel al je vragen aan student Wouter. 

Meer informatie
1 SAMENVATTING Deel 1 begint op de eerste dag van de zomervakantie. De vader van Edo Mesch vertrekt voor een herhalingsoefening, en zijn broer en zus gaan naar hun tante en oom. Edo blijft alleen thuis met zijn moeder. Hij heeft problemen met omgaan met andere personen, wat hem angstig en beschaamd maakt. Om zijn luie oog te activeren moet hij een pleister over zijn goede oog, waarop hij door zijn omgangsprobleem dan ook heel dwars en agressief op reageert. Als hij van zijn buurvrouw een klep en een zonnebril krijgt, durft hij zich weer in de tuin te vertonen. Als de wereld hem weer eens te veel wordt, trekt hij zich terug in zijn labyrint of gebruikt zijn schuilnaam Oskar Vanille. Hij kijkt erg op tegen de zoon van de buurvrouw, die later debiel blijkt te zijn. Als hij deze jongen weer eens gade slaat vanaf het dak, ervaart hij voor het eerst het gevoel van onbeweeglijkheid (een gevoel van rust en zelfs geluk). Dit gevoel maakt het hem mogelijk zich ook buiten de beslotenheid van zijn ouderlijk huis te wagen. Zo gaat hij op een dag eropuit met zijn moeder, de buurvrouw en haar zoon. Tijdens het fietstochtje ervaart hij een gelukzalig gevoel van lichtheid en luchtigheid, waarin hij bij alles hoort. Dit gevoel wordt veroorzaakt door de opwaaiende zomerjurken van zijn moeder en de buurvrouw, maar blijft niet lang. Een van de laatste dagen van de vakantie heeft hij eindelijk genoeg moed om er alleen op uit te trekken. Op het strand kost het hem grote moeite om zich bij zijn vrienden aan te sluiten. Midden in een gezellige waterstoeipartij gaat hij ervandoor, omdat zijn oude angst hem weer overvalt. Thuis aangekomen blijkt zijn moeder er niet te zijn, waarna hij in paniek naar de buurvrouw vlucht. Die vertelt hem dat zijn moeder haar eigen zoon naar het gesticht brengt en heus wel terugkomt. Dat laatste gelooft Edo niet echt, en hij ‘bombardeert’ haar tot zijn nieuwe moeder. In Deel 2 is Edo aangekomen in de puberteit. Hij maakt zijn moeder gek met dwars en treiterig gedrag, omdat hij met zichzelf in toenemende mate geen raad weet. Hij neemt zich voor om een ‘allesomvattend systeem’ op te zetten om zijn onrust te bedwingen. In de zomervakantie is hij aan de beurt om bij tante Simone en oom Herman te logeren. Thuis zijn ze opgelucht dat hij gaat. Met oom Herman wil het vanaf het eerste moment al niet zo klikken, Edo vindt hem veel te zelfingenomen. Voor zijn tante vat hij wel warme gevoelens op, die al gauw omslaan in een hevige verliefdheid. Om zijn onrust te bedaren trekt hij eropuit om het eiland te verkennen, nu eens systematisch dan weer chaotisch. Op een van deze wandelingen ontmoet hij een vage bekende van een vroegere vakantie. Met deze Kramer maakt hij enkele zweefvluchten, die een zeer kalmerende werking op hem hebben. Kramer stelt hem voor om een deel van zijn vrije tijd te gaan kelneren. Dit aanbod aanvaart Edo gretig, omdat er systeem in zit, en hem daardoor kan afleiden van zijn tante. Ondertussen blijkt steeds duidelijker hoe slecht de verhouding tussen Simone en Herman is. Edo ontdekt dat Simone een minnaar heeft, waardoor hij zich meer ontspannen voelt in haar gezelschap. Zodra Simone haar minnaar heeft gedumpt, zoekt ze haar heil bij Edo. Simone houdt hem erg op afstand, waardoor hij gek wordt van onzekerheid. Door misverstanden tussen de twee komt er uiteindelijk niets van een relatie. Op een morgen kan hij er niet meer tegen, vertelt zijn oom over Simones overspeligheid en slaat hem de bril van het hoofd. Even later rent hij naar het strand om Simone te straffen, maar hij laat zich wederom inpalmen door haar. Als ze naakt in zee zwemmen probeert Edo bij haar binnen te gaan. Hierop duwt zij hem gruwend van zich af en gaat ervandoor, hem verscheurd achterlatend. Bij het huis teruggekeerd verwondt hij zichzelf, pakt zijn koffers en verdwijnt zonder iets van de gebeurtenissen te begrijpen. Deel drie begint op een cruiseschip dat van Egypte richting Italië vaart. Edo is aan boord samen met zijn vriendin Nina, met wie hij al zes jaar een relatie heeft. Een purser biedt hen een tweepersoonshut aan, maar Edo weigert zeer beslist. Nina is hierdoor erg verontwaardigd, en ook teleurgesteld. Edo wil zich verzoenen met Nina, maar er blijft een koele sfeer hangen tussen de twee. Tijdens een dansavond ontmoet Edo Marta, een alleenstaande moeder met twee kinderen. In gezelschap van elkaar ervaren zij een gevoel van volledige overeenstemming en al gauw ontstaat er erotisch contact. Edo voelt zich hoe langer hoe meer verwijderd van Nina en ontloopt haar zoveel mogelijk. Hij wordt gekweld door herinneringen en zijn schuldgevoelens ten opzichte van Nina. Hij besluit de tweepersoonshut alsnog te huren, maar het blijkt al te laat. Op het station in Milaan barst uiteindelijk de bom; Edo voegt Nina toe dat hij niet meer verder wil in de relatie. Nina verlaat hem zwaar verontwaardigd en wijt de breuk aan zijn omgang met Marta. Edo reist naar Rome om te genieten van de vrijheid en cultuur. Hij wordt echter al snel overvallen door eenzaamheid, waaraan hij probeert te ontsnappen door te schrijven. Tijdens een theatervoorstelling ontmoet hij Mario. Deze heeft ook een innige band met zijn moeder en heeft grootse plannen om een ‘encyclopedie van het geluk’ te gaan schrijven. Niet lang na deze eerste ontmoeting met Mario neemt Edo contact op met Nina, en tijdens dat telefoongesprek realiseert hij zich dat hij haar echt kwijt is. De volgende dag krijgt hij darmkrampen van de schaamte, die verdwijnen nadat hij zijn schaamte heeft uitgeschreeuwd. In de weken na zijn terugkomst in Amsterdam ziet hij alleen Marta sporadisch, maar het gevoel van overeenstemming vervaagt bij elke ontmoeting meer. Hij slijt zijn dagen wederom met bespiegelingen over onder andere de tegenstelling tussen verstand en gevoel. Een dag heeft hij afgesproken met zijn moeder, voor een soort emotioneel afscheid en afrekening. Bij Marta voelt hij zich die avond niet op zijn gemak, waarop hij de straat opvlucht. Hij gaat op zoek naar de wortels van zijn geestelijk ontwikkeling. Tijdens een roekeloze zeiltocht valt hij in het water, waar hij zich in eerste instantie in wil verdrinken. Tenslotte wint zijn levenswil het toch van zijn angst voor het leven. 2 TIJD A1. Het tijdsverloop in het verhaal is in grote lijnen chronologisch met hier en daar flashbacks erdoor. Het einde van het boek is niet chronologisch. Een voorbeeld van een vertraging staat op bladzijde 271. In de vertraging is Edo overboord geslagen en heeft de keus te verdrinken of terug op de boot te klimmen. Hij verkeert in een grote tweestrijd. Tweemaal heeft hij de keus weer aan boord te gaan, de eerste keer geeft hij op, maar de tweede keer hoort hij in zijn hoofd: ‘Ik wil, ik wil.’. Hierop klautert hij weer op de boot. Deze vertraging is belangrijk, omdat Edo hier een heel belangrijke beslissing moet maken; doodgaan of niet doodgaan. Een typerende versnelling staat op pagina 30: “Urenlang speelde hij met het labyrint dat mevrouw Koelman hem ook nog cadeau had gedaan. ” Een belangrijke flashback staat op blz. 261-262. Osewoudt denkt terug aan de vakantie na de miskraam van zijn moeder. Die vakantie ziet hij haar voor het eerst helemaal naakt als zij haar badpak aantrekt. Hij heeft nog nooit een vrouw naakt gezien en is totaal overdonderd. Vanaf dat moment voelt hij een soort verliefdheid voor haar, waar hij pas laat in zijn leven vanaf komt, of eigenlijk zelfs nooit. Dit is de functie van de flashback, daardoor wordt de oorsprong van de beschreven liefde voor zijn moeder verduidelijkt. A2. Het verhaal speelt zich af in het nabije verleden. Het begint in de jaren vijftig. Deel twee speelt zich zo’n acht à negen jaar later af, aangezien Edo daar acht à negen jaar ouder is. In de overgang van deel twee naar deel drie wordt er weer een sprong in de tijd gemaakt van een zelfde periode. Het boek eindigt dan ook zo rond de jaren zeventig, misschien eind jaren zestig misschien. B1. Het tijdsverloop geeft het verhaal een beetje spannend karakter. De vele flashbacks maken het verhaal wel verwarrend, maar maken het verhaal zeker niet saai. B2. Het verhaal geeft volgens mij een onbetrouwbare indruk van de periode waarin het zich afspeelt, omdat er nauwelijks aanknopingspunten zijn waaruit je kunt opmaken wanneer het gebeurt. Het zou best een paar decennia eerder of later kunnen afspelen.
3 PERSPECTIEF A1. Het perspectief ligt bij Edo Mesch, vanuit zijn gezichtspunt. Er is echter in sommige passages duidelijk een alwetende verteller aanwezig, die commentaar geeft in de sfeer van ‘een (sarcastische) held’. Ook worden er delen verteld door Edo zelf in de ikvorm. Hoe dichter naar het einde van het boek komt des te langer deze gedeelten zijn. A2. Dat perspectief noem je een wisselend perspectief. B1. De verteller is iemand die niet bij de gebeurtenissen betrokken is, maar eigenlijk boven de gebeurtenis “zweeft”. Deze toeschouwer weet net zoveel als de lezer. B2. Het perspectief heeft een zekere invloed op mijn manier van kijken naar de handeling. Bij een ik-perspectief ga je bijna denken als de ikpersoon. Met het perspectief vanuit het gezichtspunt van de hoofdpersoon leef je met hem mee. B3. Het perspectief werkt op mijn betrokkenheid bij het verhaal positief uit, vind ik. Het verhaal wordt er minder saai van, omdat je het van meerdere kanten bekijkt in plaats van een enkele. 4 PERSONAGES A1. Edo Mesch: Edo is een zeer intelligente jongen, die communicatieproblemen heeft. Deze worden onder andere veroorzaakt door zijn luie oog, waarvoor hij zich zeer schaamt. Het contact met zijn leeftijdsgenootjes verloopt stroef, waardoor hij erg naar zijn moeder toetrekt. Zij is de enige die hem uit zijn angstaanvallen kan halen, als hij weer bang is om verlaten te worden. Als de wereld hem weer eens te veel wordt, trekt hij zich terug in het labyrint of gebruikt hij zijn schuilnaam Oskar Vanille, die zijn vader hem heeft gegeven. Hij wordt regelrecht verliefd op zijn moeder als hij haar een keer naakt gezien heeft. Dit zogenaamde moedercomplex blijft hij zijn hele leven bezitten. In de puberteit krijgt hij het steeds moeilijker met zijn eigen gedrag en reageert dit op zijn moeder af door zich nog dwarser en irritanter te gedragen. Hij probeert zijn problemen op te lossen door een systeem op te stellen dat een einde moet maken aan de chaos in zijn hoofd en zijn irrationele gevoelens. Bij zijn oom en tante lukt dit niet. Deels omdat zijn oom hem uitlacht om dit systeem, maar grotendeels omdat hij weer verliefd wordt, nu op zijn onbereikbare tante. Na een tijdje gaat hij een langere relatie aan, die echter stukloopt door zijn bindingsangst. De schaamte over zichzelf heeft ondertussen steeds grotere vormen aangenomen, waardoor hij overgaat tot zelfdestructie. Na nog een aantal omzwervingen komt hij uiteindelijk in zijn absolute dieptepunt in het Friese veengebied aan. Hier vindt een strijd plaats tussen zijn wil en angst tot leven. De wil overwint en dit zal hem waarschijnlijk evenwichtiger en minder egocentrisch maken. Edo heeft een heel sterke band met zijn Moeder. Toen hij jong was, was zij de enige die zijn angstaanvallen kon bedaren. Deze speciale band gaat over in regelrechte verliefdheid van Edo. Dit zogeheten moedercomplex blijft hem zijn hele leven bij. Mevrouw Koelman is zijn buurvrouw in zijn ouderlijk huis. Zij ‘leunt’ veel op hem; ze zoekt bij hem gezelschap en warmte. Hij raakt onder de indruk van haar en wordt zelfs een beetje verliefd. De Zoon is de zoon van de buurvrouw en een tijdlang Edo’s grote idool. Hij bewondert hem om zijn afstandelijkheid en schijnbare onverschilligheid. Simone is zijn tante en wordt de nieuwe vrouw in zijn leven. Zij houdt hem op afstand, maar ziet wel veel in hem. Hij weet niet wat hij met deze situatie aanmoet, wat hem heel onzeker maakt. Uiteindelijk wordt het niets door een reeks misverstanden en volgt een afscheid. Herman is de man van Simone, met wie Edo het niet zo goed kan vinden. Hij ergert zich mateloos aan zijn ooms arrogantie en is in zijn hart erg jaloers op hem. Nina is zijn vriendin, met wie hij het acht jaar uithoudt. Zij houdt zielsveel veel van hem, maar hij beantwoordt deze liefde niet echt. Op een ‘romantische’ bootreis botst het vaak door Edo’s afstandelijk gedrag. Als Nina erachter komt dat hij een andere vrouw op de bootreis heeft ontmoet, ontstaat er een knallende ruzie, waarna Nina Edo verlaat. Marta is de vrouw door wie Nina en Edo uit elkaar gaan. Edo bereikt met haar het gevoel van complete overeenstemming, dat elke keer dat zij elkaar zien afneemt. De relatie bloedt eigenlijk een beetje dood. Mario is een charmante jongeman, die Edo ontmoet heeft in Rome. Zij voelen zich op een speciale manier verbonden door hun idealisering van de eigen moeder. Samen beginnen zij met het schrijven van een ‘encyclopedie van geluk’. A2. Jazeker, de personen maken een persoonlijke ontwikkeling door. Zo maakt de hoofdpersoon Edo onder andere aan het einde van het boek er een door. Hij zeilt met een bootje naar het Buitenst Verlaat, een plek waar hij als kind zich sterk mee verbonden voelde. Hij bezoekt enkele plaatsen waar hij sterke herinneringen aan heeft. Daarna besluit hij een einde aan zijn leven te maken door overboord te springen. Eenmaal in het koude water wordt hij echter plotseling gegrepen door een grote liefde voor het leven. Hij worstelt zich terug naar de boot, gelukkig en vol wilskracht. Uiteindelijk heeft hij zijn angsten en onzekerheden overwonnen en heeft hij de wil te leven. B1. Jazeker, de hoofdpersoon neemt een belangrijke beslissing. Aan het einde van het boek wil hij een einde aan zijn leven maken door in ijskoud water te springen. Eenmaal in het water neemt hij de beslissing toch om toch te blijven leven. Dit was een zeer belangrijke beslissing, eentje van leven of dood. B2. Ik voel me niet verwant met één of meerdere verhaalfiguren. Alle personen in het verhaal doen dingen die ik niet zou doen en omgekeerd. Ook heb ik een heel ander karakter dan de personen in het verhaal. 5 RUIMTE A1. Het verhaal vind op het platteland plaats, het tweede deel speelt zich af op een van de Zeeuwse eilanden. Het laatste gedeelte begint op een cruiseschip dat de Middellandse Zee bevaart, het verhaal verplaatst zich naar Rome en later Amsterdam, om te eindigen in het veen van de Friese meren. De auteur lijkt volgens mij niet zo heel bewust te kiezen over bepaalde ruimtes in het verhaal te kiezen. Het zou ook best op andere plaatsen gebeurd kunnen zijn. Alleen aan het einde speelt het verhaal zich af in een weidse, stille omgeving af waar hij in een grote tweestrijd met zichzelf verkeert. Dit zou bijvoorbeeld niet in een drukke winkelstraat kunnen afspelen. B1. Ik vind de ruimte niet zo heel bepalend voor de sfeer. Het had ook op andere plaatsen kunnen gebeuren. Alleen aan het einde speelt het verhaal zich af in een weidse, stille omgeving af waar hij in een grote tweestrijd met zichzelf verkeert. Dit zou bijvoorbeeld niet in een drukke winkelstraat kunnen afspelen. B2. De sfeer die de omgeving veroorzaakt spreekt mij in ieder geval niet negatief aan. De omgeving speelt in het boek een niet zo heel grote rol, dus hier kan ik verder niet op antwoorden. 6 SPANNING A1. Het boek ontleent zijn spanning aan de warrige manier van schrijven. Door de gebruikte schrijfwijze word je als lezer iets te veel de chaos van Edo’s brein ingetrokken. Dit is natuurlijk ook de bedoeling van de schrijver, en ik moet zeggen dat hij in deze doelstelling zeer goed geslaagd is. Alleen ik vind het niet zo prettig lezen. B1. Ik vind dat de schrijver er niet heel erg goed in geslaagd is om het boek spannend te maken, maar dat was waarschijnlijk ook niet de bedoeling. Het is dus niet heel erg. 7 STIJL A1. Een passage die ik wat betreft de schrijfstijl typerend voor het boek vind staat op bladzijde 128 t/m 130. Zie de kopie! A2. Enkele typerende dingen van deze stijl zijn onder andere: bovengemiddelde zinslengte, het wordt verteld in de bedrijvende vorm. Iets anders opvallends is dat de delen 1 en 3 in de verleden tijd afspelen en deel 2 in de tegenwoordige tijd. Er worden nauwelijks moeilijke woorden in het verhaal gebruikt, maar de zinsbouw is wel warrig en daardoor is het verhaal soms moeilijk te volgen. B1. Nee, ik heb niet van de stijl kunnen genieten. Dit kwam door de warrige zinsbouw waardoor het verhaal vrij moeilijk te volgens was. B2. Deze stijl wijkt duidelijk af van mijn eigen taalgebruik. Ik gebruik zelf minder lange zinnen, die ook nog eens veel minder complex zijn. Kortom het tegenovergestelde van de stijl van het verhaal.
8 GENRE A1. Ik reken dit boek tot het genre “Psychologische Roman”. Aangezien er in het begin van het boek een fragment uit een brief van de schrijver staat, meen ik ook dat het boek gedeeltelijk of misschien zelfs helemaal autobiografisch is. De stijl van die brief lijkt namelijk sterk op de chaos uit Edo’s brein. B1. Een kenmerk van het genre “Psychologische Roman is volgens mij (en Eldorado): De uitbeelding van het geestesleven van de hoofdpersoon die een belangrijke plaats inneemt. 9 THEMA EN MOTIEVEN A1. De hoofdpersoon, Edo Mesch, is een eenzelvige jongen die om zijn emoties de baas te blijven de wereld in een systeem tracht te vangen; zijn streven naar onbeweeglijkheid leidt tot zelfkwellingen waaraan hij bijna ten onder gaat. A2. Enkele motieven die ik in het verhaal herken zijn: - Orde - Chaos “ Boven op de duinen liet hij zich overspoelen door de wind, kijkend naar de zee en het verlaten strand. Even verdween het bewustzijn van zijn chaotische bestaan, was er een roes van onbekommerd zijn (blz. 89). “Hij stelde zich voor dat het systeem klaar was, oogverblindend helder, eenvoudig, elegant en symmetrisch. Hoe heerlijk zou het zijn om gewoon met anderen om te gaan terwijl dat systeem rustig in zijn hoofd lag te glanzen.” (blz. 121) - Onrust- Rust “Net zo roerloos als de zoon lag hij op het warme grint van het dak, kijkend, dromend. En het daar dat hij voor het eerst in zijn leven het onbeweeglijke in zich voelde, zonder te weten wat het was. Met een zacht plofje lande het in zijn hart.” (blz. 37) “Iedere dag had hij nu het gevoel. Het gevoel dat er iets in hem was, iets onbeweeglijks, dat hem maakte als een steen op de bodem van een kolkende beek. (…) Maar het belangrijkste was toch dat hij al geruime tijd zeker wist dat het onbeweeglijke er ook kon zijn als hij bewoog.” (blz. 38-39) “Maar de onrust, die hij als minderwaardig beschouwde, keerde terug en hij ging verder.” (blz. 89) - Schaamte
Edo is bang om zichzelf te laten zien, omdat hij zich schaamt voor zichzelf en zijn gedrag. Altijd is deze schaamte aanwezig, bij alles wat hij doet. In Rome wordt hij op een gegeven moment zelfs ziek van deze schaamte. Pas als zijn schaamte heeft uitgeschreeuwd, geneest hij. “En opeens voelde hij zich bevrijd van dat wat hem gevangen hield: schaamte.” (blz. 219) “Hoe heerlijk zou het zijn om gewoon met anderen om te gaan terwijl dat systeem rustig in zijn hoofd lag te glanzen.” (blz. 121) - Zelfdestructie
De schaamte leidt bij Edo tot zelfdestructie. Dit motief sluit dus aan op het vorige, het is er het gevolg van. “Inderdaad, zojuist heb ik mij weer tussen mijn ribben gesneden.” (blz. 219) “De huid van zijn handen was opengesprongen en bloedde. Pijn, meer pijn.” (blz. 263) “Maar er was niemand om wraak op te nemen, niemand was bovendien schuldig, behalve hijzelf. Sterker dan ooit was zijn verlangen tot zelfdestructie.” (blz. 268) B1. Dit thema heeft vrijwel geen betekenis voor mij. Ik ben (volgens mij) geen eenzelvige jongen die om zijn emoties de baas te blijven de wereld in een systeem tracht te vangen. Verder heb ik geen streven naar onbeweeglijkheid dat leidt tot zelfkwellingen waaraan ik bijna ten onder ga. B2. Mijn visie op de problematiek die aan de orde wordt gesteld is door het lezen van het boek niet (veel) verandert. 10 EINDWAARDERING Doorslaggevend uit het bovenstaande blok vond ik de warrige stijl, waardoor het boek slecht leesbaar is. Ik vind het daardoor geen aanrader. Het boek raakte me wel een beetje, vooral over de vele schokkende zelfdestructiescènes. Het idee van de auteur is dat het ene niet zonder het andere kan. Hij bedoelt dat een leven zonder extreme tegenstellingen niet mogelijk is, want er bestaat een samenhang tussen. De normen en waarden die in het verhaal voorkomen vind ik normaal. Het verhaal heeft een duidelijke realiteit. Die realiteit is zo ongeveer hetzelfde als mijn alledaagse realiteit. De strekking van het verhaal is volgens mij onvoldoende origineel. De scènes had waarschijnlijk iedereen kunnen vertellen. Al met al moet ik zeggen dat het boek mij enigszins is tegengevallen.

REACTIES

Log in om een reactie te plaatsen of maak een profiel aan.

Andere verslagen van "Opwaaiende zomerjurken door Oek de Jong"