Inhoud:
Tessa Danneels bezoekt het concentratiekamp Dachau, dat verbonden is met een zusterorde, een karmelietessenorde. Ze bid om bevrijding van haarzelf.
Vanaf hier wordt haar leven in een grote flashback verteld. Later gaat het over in de toekomst, maar het begin is een flashback.
Maartje Danneels gaat een paar keer uit met Simon Daalman. Ze gaan een keer met elkaar naar bed en Maartje blijkt zwanger van hem te zijn. Ze heeft dat nooit aan Simon verteld, die ze overigens ook niet weer gezien heeft.
Ze wil abortus plegen, maar uiteindelijk besluit ze om het kind te houden, omdat ze van mening is dat God gewild had dat zij een kind kreeg, dus moest het zo zijn. Maartje stuit op veel onbegrip van haar omgeving, want een kind zonder getrouwd te zijn, dat kon echt nog niet.
Na de geboorte van het kind, wat Tessa genoemd wordt, gaat Maartje bij haar tante wonen. Ze helpt mee in een naaiwinkel en begint daarna zelf zo'n winkel als ze op haarzelf gaat wonen met Tessa. Maartje is heel afstandelijk tegenover Tessa, ze zal haar nooit omhelzen of lieve dingen toezeggen.
Tessa wordt altijd wijsgemaakt dat haar vader dood was. Tessa is vanaf haar geboorte altijd heel eenzaam geweest. Ze gaat later als journaliste werken.
Ze is altijd al erg geïntereseerd geweest in godsdienst, maar als ze een paar jaar als journaliste gewerkt heeft, is ze er steeds meer mee bezig. Ze heeft nooit liefde gekend en ze heeft altijd veel steun gehad aan het bestaan van God, de enige die echt van haar hield.
Ze besluit in een karmelietessenklooster te gaan. De Karmel is de berg waar de Israëlische stad Haifa tegenaan gebouwd is. Op die berg liet de profeet Elia acht eeuwen voor Christus de Baälpriesters doden, omdat het hun niet gelukt was een stier te offeren zonder vuur. Het vuur laaide op door een vlam die uit de hemel kwam.
Het is een hele strenge kloosterorde. Er is een plicht tot eenzaamheid, vasten en voortdurend bidden. Ze hoopt hier de liefde te vinden waar ze al zo lang naar op zoek was. Ze begint als postulaat, zo heet iemand die net in het klooster is getreden. Na zeven maanden krijg je je Inkleding, waarna je een jaar noviciaat bent. Daarna wordt bekenen of je geschikt bent om in het klooster te blijven.
De communiteit beslist of je de eeuwige professie mag afleggen. Als dat mag dan ben je voor de rest van leven aan de orde gebonden. In het klooster is alles gemeenschappelijk goed en worden de kerkelijke regels streng toegepast.
In het begin probeert Tessa, die nu Michael genoemd wordt, zo goed mogelijk te voldoen aan alle eisen. Ze is te ambitieus, want ze wil alles meteen goed doen. Ze wordt overspannen en gaat naar een psychiater.
Ze komt sinds lange tijd weer buiten het klooster. Door met de psychiater te praten komt ze erachter dat het kloosterleven niet geschikt is voor haar. In het klooster wordt het gevoel weggecijferd en dat kan Michael niet. Bovendien heeft ze veel problemen, omdat ze zo eenzaam is geweest in haar jeugd.
Ze besluit om uit het klooster te treden na twaalf jaar erin gezeten te hebben.
Ze moet ontzettend wennen aan het gewone leven en ze heeft het er ook erg moeilijk mee. Ze neemt haar baan als journaliste weer op. Daarvoor moet ze een keer naar Dachau en vanaf hier is het verhaal dus ook geen flashback meer.
Ze ontmoet Geert van Berkum, waar ze verliefd op wordt. Ze heeft het in het begin erg moeilijk mee om met iemand samen te leven, omdat ze altijd alleen is geweest. Ze gaat met hem samenwonen. Maartje heeft een man, Jelle van Dijk. Hij heeft Maartje wat minder kil gemaakt, ze lijkt eindelijk open te worden.
Bij een auto-ongeluk komt Maartje om het leven. Jelle verwijt zichzelf de schuldige te zijn en vanaf dan is hij de oude niet meer. Geert heeft in een concentratiekamp gezeten, waar hij het nog steeds moeilijk mee heeft. Hij begint te drinken. Tessa bezoekt een psycholoog, Carina Frankwin. Zij zorgt ervoor dat Tessa opnieuw haar jeugd beleeft, maar dan met liefde. Carina is de emotionele moeder van Tessa. Tessa gedraagt zich als een kind bij haar en op een gegeven moment is ze er zelfs rijp voor om opnieuw geboren te worden. Dat doen ze dan ook na. Ze is voorvechter van emancipatie geworden en ze heeft een eigen geloof. Haar grootste liefde is God, maar het is een individuele relatie, waardoor ze niet meer in het massale katholieke geloof gelooft.
Aan het einde van het boek, voelt ze zich eindelijk bevrijd.
Thema:
Het thema van het boek is zelfontwikkeling. Daar draait alles in het boek om.
Het kan op verschillende manieren gebeuren, o.a. door religie, emancipatie of therapie.
Vertelwijze:
Het boek bestaat voornamelijk uit bescrhijvingen, met name beschrijvingen van de gevoelens die Tessa heeft. Ook bevat het boek veel briefwisselingen.
Het boek is geschreven in de verleden tijd. Het boek is een flashback tot de tijd dat Tessa in Dachau komt. Het verhaal bevat verder nog flashbacks naar eerdere tijden.
Titel:
De titel wodt uitgelegd op bladzijde 165. Eelco, een studievriend van Tessa en Geert, zou worden ingewijd als monnik in de kerk. Ze las het volgende tijdens die inwijding in een boek:
'En hij ging naar buiten en bleef staan aan de ingang van de grot.
En opeens ging Jahweh voorbij. Voor hem uit ging een hevige storm, die bergen kraakte en rotsen verbrijzelde; maar in de storm was Jahweh niet.
Op de storm volgde een aardbeving; ook in de aardbeving was Jahweh niet.
Op de aardbeving volgde de bliksem; ook in de bliksem was Jahweh niet.
Maar na het bliksemen suisde er een zachte bries. Zodra Elia dit hoorde, bedekte hij zijn gelaat met een mantel. En er klonk een stem hem tegen die sprak: Wat komt ge hier doen, Elia?'
Tessa werd heet van binnen. 'Dit is niet waar' dacht ze. Het kookte in haar. 'Dit is niet waar: God was bij mij in de storm, God was bij mij in de aardbeving.
En ook in de bliksem. Hij was er altijd. Mijn Geert leeft nooit in de zachte bries. Hij leeft in de storm, hij voelt de aarde schuiven, iedere nacht.
Tessa en Geert leven nooit in de zachte bries. Altijd is hun leven woelig en voornamelijk hun gevoelens. Tessa hoopt ooit in de zachte bries te kunnen leven, samen met God.
Aan het einde van het boek lijkt ze eindelijk haar eigen bevrijding te hebben gevonden. Het citaat hierboven komt uit de bijbel en het is ook het motto van het boek. (En hij ging ... Wat komt ge hier doen, Elia?)
Opbouw:
Er is een proloog, waarin Tessa in Dachau is. Ze voelt zich getroffen door de ellende die daar heeft plaatsgevonden en ze voelt zich opgesloten. Het boek bestaat uit drie delen:
Deel 1: Omhoog
Deel 2: Op de berg Karmel
Deel 3: In de vlakte
De verschillende hoofdstukjes in die delen zijn met een * gescheiden.
In het eerste deel wordt het leven van Maartje en het eerste deel van dat van Tessa beschreven. In het tweede deel zit ze in het karmelietessenklooster en het derde deel beschrijft haar leven erna. Ze moet dan haar eigen berg bouwen in de vlakte, volgens een psychologe.
Personages:
Tessa Danneels: ze is de hoofdpersoon, rond karakter, journaliste, haar groei wordt beschreven in het boek
Geert van Berkum: vriend van Tessa, heeft problemen met zijn concentratiekamp-verleden, vlak karakter, ongeveer 10 jaar ouder dan Tessa
Maartje Danneels: moeder van Tessa, rond karakter, gesloten en stug persoon, toont weinig liefde
Historische tijd:
Het verhaal begint in de jaren zeventig. Vanaf daar is het verhaal een grote flashback naar de jaren twintig, voor de oorlog. Het eindigt in de jaren tachtig. Tessa heeft als kind de tweede wereldoorlog meegemaakt en dat heeft een grote invloed op haar leven gehad en vooral op dat van Geert.
Het boek is gebaseerd op autobiografische feiten, wat automatisch een bepaalde tijd met zich meebrengt.
Plaats:
Het verhaal speelt zich af in Den-Haag, In de Loudonstraat, de Ribesstraat en de Vlierboomstraat. Later speelt het verhaal zich twaalf jaar lang af in het karmelietessenklooster op de berg Karmel. Nadat ze uit het klooster komt, gaat ze in Tilburg wonen. Met Geert betrekt ze een oud boederijtje vlakbij de zee.
Voor de plaats geldt ook dat het, omdat het boek autobiografische elementen bevat, niet willekeurig is. De plaatsen zijn waarschijnlijk in het leven van Emmy van Overeem hetzelfde geweest.
Perspectief:
Het verhaal wordt in de hij/zijvorm verteld, behalve de brieven en de dialogen.
Het perspectief is personaal, omdat de verteller alles ziet door de ogen van Tessa. In het begin, Als Tessa nog niet is geboren is het perspectief ook personaal, maar dan wordt het verhaal verteld door de ogen van Maartje.
Tijdsduur:
Het verhaal duurt ongeveer vijftig jaar. Het eerste deel is een flashback, met daarin ook weer korte flashbacks, het tweede deel is geen flashback, maar bevat wel korte flashbacks naar het verleden.
Er zitten versnellingen en vertragingen in. Delen van Maartjes en Tessa's leven worden overgeslagen. Vertragingen zijn er veel in de gesprekken van Tessa.
Idee:
De schrijfster wilde een autobiografische roman schrijven. Ze pleit niet direct voor een bepaalde zaak, maar haar ideeëen over emancipatie en godsdienst komen wel naar voren. Het is echter niet zo dat ze de roman geschreven heeft met de bedoeling andere mensen over te halen dezelfde ideeën aan te handgen.
Literaire theorie:
Dit boek is een ontwikkelingsroman. De geestelijke ontwikkeling van Tessa staat centraal.
REACTIES
1 seconde geleden
".
".
Ik vind het verslag heel knap. uitstekend !
18 jaar geleden
Antwoorden