Verwerking gelezen boeken (7-puntenlijst)
De hieronderstaande vragen kunnen gebruikt worden als leidraad bij het samenvatten en verwerken van literaire romans. Uiteraard kan het voorkomen dat de gestelde vraag niet relevant is bij het gelezen werk, in zo’n geval vervalt de vraag.
Is bij het maken van de creatieve, evaluatieve en analytische verwerkingsopdrachten het gebruik van bronnen niet toegestaan, hier is dat wel het geval, wordt het zelfs aanbevolen.
Te zijner tijd volgt dan ook nog een lijst van te gebruiken bronnen; jullie kunnen helpen deze tot stand te brengen door brongegevens te vermelden, en/of beschikbaar te stellen.
1 Titelbeschrijving
a. het hoofdwoord: auteursnaam of woord uit de titel.
b. de boektitel (eventueel met ondertitel), beide worden onderstreept.
c. eventuele tekstbezorgers.
d. de aanduiding van de druk.
e. het impressum , d.i. de plaats van uitgave, eventueel uitgever, jaar van uitgave.
f. de collatie, d.i. de aanduiding van het aantal delen waaruit het werk bestaat.
g. de annotatie, d.i. de reeks of serie waarin het werk verschijnt met aanduiding van het (deel-)nummer.
2 Samenvatting
a. Geef in het kort de gebeurtenissen in het verhaal weer, een weergave in
chronologische volgorde is aan te bevelen. b. Geef aan de hand van de verhaalgebeurtenissen een verklaring van de titel/ondertitel. c. Indien het boek een motto (korte spreuk voor in het boek) heeft, verklaar dan ook deze. 3 Analyse van de inhoud a. Wat is het thema van het boek? Verwijst het thema van het boek naar een maatschappelijk onderwerp? Wil de schrijver een boodschap uitdragen met zijn boek? b. Wat zijn - denkend aan het thema - belangrijke gebeurtenissen? Geef minimaal twee voorbeelden; geef daarbij duidelijk aan wat ze belangrijk maakt. c. Tref je gebeurtenissen aan die ook in andere literaire werken voorkomen, bijv. klassieke thema’s? d. Kent het boek een leidmotief? Hoe is dit verweven in het boek ? e. Welke motieven kom je tegen in het boek? Licht je antwoord toe m.b.v. verhaalgegevens. 4 Structuuranalyse a. Is het boek onderverdeeld in diverse delen? Noem de titels van de verschillende delen en ga na of de titels van de delen functioneel zijn. b. Dragen de hoofdstukken titels? Valt je daaraan wat op? c. Begint het verhaal 'ab ovo' of 'in medias res' ? Licht je antwoord kort toe. d. Tijdverloop: I. Is het verhaal chronologisch? II. Is het verhaal continu? III. Hoe ligt de verhouding tussen verteltijd en vertelde tijd? IV. Kenmerkt het verhaal zich door speciale tijdverschijnselen (te denken valt aan een raamvertelling, een verhaal met door elkaar heenlopende tijdlagen, etc.)? e. In welk perspectief is het verhaal geschreven? In hoeverre is het gekozen perspectief functioneel? f. Is er sprake van een open of gesloten einde? Motiveer je antwoord. Betrek in je antwoord het thema van het verhaal. g. Kent het verhaal een climax of anticlimax? Betrek daarin het antwoord op de vraag hoe jij erover dacht dat het verhaal zou aflopen. 5 Personages a. Welk(e) personage(s) is/zijn belangrijk? Geef naam, beroep, achtergrond, relatie tot de andere personages. b. Geef een karakterisering van het/de belangrijkste personage(s). c. Is de hoofdpersoon een held of antiheld? d. Is er sprake van round characters of flat characters? Licht je antwoord kort toe. e. Voelt de lezer wel of geen sympathie voor de hoofdpersoon? Waarom wel/niet? 6 Ruimte a. Geeft de auteur informatie over de plaats/streek waar het verhaal zich
afspeelt? Zo ja, geef een korte beschrijving hiervan.
b. Is de plaats/streek van invloed op de verhaalgebeurtenissen ?
7 (Eigen) mening
Zoek twee recensies bij het gelezen boek. Besteed bij het lezen hiervan aandacht aan
de volgende zaken: a. Heeft de recensent een positief of negatief oordeel? b. Op welke grond(en) keurt de recensent het werk af/goed? Met andere woorden: van welke recensie-argumenten maakt hij gebruik? Wijs deze aan in de recensie. c. Wijkt jouw oordeel af van dat van de recensent? Motiveer je antwoord; ook hierbij kun je gebruik maken van recensie-argumenten. 1. Titelbeschrijving a. Marga Minco
b. Nagelaten dagen
c. Boekverzorging Tessa van der Waals
d. Eerste druk
e. Amsterdam: Bakker, 1997
f. – 2. Samenvatting a. Marga en haar zus zijn Joods. Marga’s zus trouwt met ene Hans. Dit gebeurt in de 2e Wereldoorlog. Wegens deze oorlog, en vanwege hun Joodse afkomst, is de familie van Hans gedwongen om hun spullen te laten bewaren door hun buren, de familie Stelerius. Jaren later is Marga op zoek naar feiten en voorwerpen over en uit het leven van haar dan overleden zus en zwager. Hiervoor publiceert zij een artikel. Een onderzoekster in Israël, Miriam, leest dit en wijst Marga op de zus van Hans, Eva, van wie Marga het bestaan niet wist. Marga neemt contact op met Eva, die haar vertelt over de familie Stelerius. Hier gaat Marga op zoek naar spullen die haar meer over het verleden kunnen vertellen. Verder gaat zij naar de Verenigde Staten, waar Eva woont, om met Eva te spreken. Het boek eindigt met Eva in het ziekenhuis, en Marga eigenlijk niet veel meer dan een babystap verder. b. Nagelaten dagen is eigenlijk de verwoording voor de dagen uit het leven van Eva, Hans en de zus van Marga, waarvan Marga erg weinig weet. Hier probeert ze achter te komen. c. Motto: “Old paint on canvas, as it ages, sometimes becomes transparent. When that happens it is, in some pictures, to see the original lines: A tree will show through a woman’s dress, a child makes way for a dog, A large boat is no longer on an open sea. That is called Pentimento because the painter ‘repented’, changed his mind. Perhaps it would be as well to say that the old conception, Replaced by a later choice, is a way of seeing and then seeing again. That is all I mean about the people in this book. The paint has aged now and I wanted to see what was there for me once,What is there for me now.” Het verhaal gaat over oude schilderijen, waarvan de bovenste laag verf transparant is geworden. Het schilderij is dan niet meer hetzelfde. Je kunt er dus iets van maken, maar je weet niet of de schilder dat ook zo bedoeld heeft. 3. Analyse van de inhoud a. Het thema van het boek is de Tweede Wereldoorlog, of specifieker, verloren familie, ten tijde van de 2e Wereldoorlog. b. Twee, namelijk: i. Het ontvangen van de brief van Miriam. Hierdoor leert Marga van het bestaan van Eva. ii. Het ontmoeten en converseren met Eva. Dit laat Marga meer over haar, of liever gezegd, haar zus’ geschiedenis weten. c. Verloren familie tijdens de Tweede Wereldoorlog. d. Nee. e. Leergierigheid; lust naar kennis en informatie over het verleden. 4. Structuuranalyse
a. Nee, het boek heeft verschillende hoofdstukken, maar geen verschillende delen.
b. Nee.
c. In medias res. We leren heel weinig over de ik-persoon. Ze begint gewoon te vertellen over wat ze gaat doen, eigenlijk zelfs nauwelijks waarom. Daarnaast heeft meer dan de helft van het boek zich al afgespeeld, en is dus in herinnering verteld.
d. Tijdsverloop
i. Nee. ii. Nee. iii. Nee, het ene moment wordt een handeling nauwkeurig beschreven, en duurt een gesprek een behoorlijk aantal pagina’s, het andere moment bevindt je je in een kwestie van 2 pagina’s een paar maanden verder. iv. Wat betreft tijd is het verhaal zeer onduidelijk. Het heeft twee tijdlijnen, die kriskras door elkaar worden geweven. Het onduidelijke is dat er geen waarschuwing o.i.d. wordt gegeven. Van regel op regel kan het verhaal ineens omspringen. e. Ik-perspectief. Het boek betreft alleen maar handelingen die te maken hebben met de ‘ik-persoon’. Functioneel? Ja. f. Open einde; aan het eind is de hoofdpersoon eigenlijk niet achter dat wat zij op het begin wou weten gekomen. Daarnaast ligt de persoon die meer helderheid kan verschaffen in het ziekenhuis, en haar toekomst is ook onzeker. g. Anti-climax. Je hoopt iets interessants te weten te komen naarmate het einde nadert. Dit gebeurt absoluut niet. 5. Personages a. Drie personen: i. Marga Minco: Je zou dus kunnen zeggen dat de hoofdpersoon Marga Minco zelf is. Ze is schrijver van joodse afkomst. Ze is samen met haar broer de enige overlevende van de familie. Ze heeft een fotoalbum gemaakt over de bruiloft van haar zus. Omdat ze nu bijna geen familie meer heeft, wil ze meer over haar familie weten. ii. Eva Ruppin: Eva is dus familie van Marga. Ze woont in Los Angeles in een roze huis. Ze houd alles precies bij en heeft een strak schema. Ze heeft ook een schema gemaakt als Marga op bezoek komt. Ze heeft een kapotte heup waardoor ze moeilijk loop en ze geeft lessen Frans aan jonge mensen. Aan het eind van het verhaal raakt ze in de war en ze weet niet meer wie Marga is. iii. Miriam Weissbach: Miriam is een stamboomzoekster uit Jeruzalem. Doordat ze toevallig een artikel had gelezen van Marga, brengt ze Marga in contact met Eva. Eva heeft een broer die getrouwd is met de zus van Marga. b. De hoofdpersoon mist haar familie. Door haar speurtocht naar het verleden weet ze haar familie weer enigszins tot leven te wekken; in haar geest. Ze heeft een stug en volhoudend karakter, wat haar zeker van toepassing komt in dit boek. c. Geen van beiden, wat mij betreft. Bij geforceerde keuze: held. Ze heeft toch erg veel moeite voor haar overleden naasten over. d. Jazeker. De personages die haar meer vertellen over haar familie hebben een ‘round’ karakter, van hen komen wij ook het meest te weten. De rest, die verder geen reële bijdrage hebben wat betreft kennisoverdracht aan Marga, zijn ‘flat’characters. e. Niet erg veel, maar, ja. Ik denk dat iedereen, zeker degenen die de oorlog hebben meegemaakt en/of iemand in de oorlog verloren hebben, met de hoofdpersoon meeleeft. 6. Ruimte a. Ja. Het verhaal speelt zich grotendeels af op twee verschillende plaatsen: i. Het huis van de familie Stelerius. Dit stamt uit de oorlogstijd. Het huis en zijn omgeving is een stuk minder prettig dan hoe Marga het zich herinnerde. Erg grauw, stijle trappen. ii. Het huis van Eva Ruppin. In Los Angeles, wordt erg rooskleurig en vrolijk beschreven. Je krijgt er een warm gevoel bij. b. Nee. De omgeving heeft geen duidelijke invloed op de personages en hun handelingen. 7. Mening a. “NBD|Biblion: De zus van de hoofdpersoon Betje is op 23-jarige leeftijd in september 1942 in Auschwitz door uitputting omgekomen. Ook haar ouders hebben de oorlog niet overleefd. Die vreselijke trauma's vullen het geheugen van de overlevenden. Ze blijven op zoek naar nagelaten spullen, die de herinnering voltooien en antwoord kunnen geven op open vragen. Vaak zijn allerlei kostbaarheden vóór de deportatie en het leeghalen van de huizen aan bekenden of buren in bewaring gegeven. Een zoektocht daarnaar mondt soms uit in een ontdekking van harteloosheid. De bewaarders ontkennen de ontvangst of zeggen dat alles hun eigendom is. Een antieke Japanse kom, het pronkstuk van de familie, duikt op. Bij Eva, een schoonzus, komt een album te voorschijn met tekeningen die Betje herinneren aan haar dode zuster. Eva krijgt op haar beurt de Japanse kom met deksel. Niets kan echter ten volle worden opgelost. Drie tijdlagen zijn door elkaar verweven: heden, de tijd vóór de oorlog en de tijd van de deportatie. Dat maakt deze indringende korte roman van de bekende schrijfster (1920) niet altijd even gemakkelijk toegankelijk. Vrij kleine druk. (Biblion recensie, Redactie)” i. Neutraal. ii. De recensist noemt het boek ‘niet gemakkelijk toegankelijk’, maar heeft geen verdere kritiek. iii. Ja. Ik vind het geen goed boek, noch de inhoud, noch de vorm kon mij boeien. Sterker nog, beiden stoorden mij. b. Geen verdere recensie kunnen vinden.
chronologische volgorde is aan te bevelen. b. Geef aan de hand van de verhaalgebeurtenissen een verklaring van de titel/ondertitel. c. Indien het boek een motto (korte spreuk voor in het boek) heeft, verklaar dan ook deze. 3 Analyse van de inhoud a. Wat is het thema van het boek? Verwijst het thema van het boek naar een maatschappelijk onderwerp? Wil de schrijver een boodschap uitdragen met zijn boek? b. Wat zijn - denkend aan het thema - belangrijke gebeurtenissen? Geef minimaal twee voorbeelden; geef daarbij duidelijk aan wat ze belangrijk maakt. c. Tref je gebeurtenissen aan die ook in andere literaire werken voorkomen, bijv. klassieke thema’s? d. Kent het boek een leidmotief? Hoe is dit verweven in het boek ? e. Welke motieven kom je tegen in het boek? Licht je antwoord toe m.b.v. verhaalgegevens. 4 Structuuranalyse a. Is het boek onderverdeeld in diverse delen? Noem de titels van de verschillende delen en ga na of de titels van de delen functioneel zijn. b. Dragen de hoofdstukken titels? Valt je daaraan wat op? c. Begint het verhaal 'ab ovo' of 'in medias res' ? Licht je antwoord kort toe. d. Tijdverloop: I. Is het verhaal chronologisch? II. Is het verhaal continu? III. Hoe ligt de verhouding tussen verteltijd en vertelde tijd? IV. Kenmerkt het verhaal zich door speciale tijdverschijnselen (te denken valt aan een raamvertelling, een verhaal met door elkaar heenlopende tijdlagen, etc.)? e. In welk perspectief is het verhaal geschreven? In hoeverre is het gekozen perspectief functioneel? f. Is er sprake van een open of gesloten einde? Motiveer je antwoord. Betrek in je antwoord het thema van het verhaal. g. Kent het verhaal een climax of anticlimax? Betrek daarin het antwoord op de vraag hoe jij erover dacht dat het verhaal zou aflopen. 5 Personages a. Welk(e) personage(s) is/zijn belangrijk? Geef naam, beroep, achtergrond, relatie tot de andere personages. b. Geef een karakterisering van het/de belangrijkste personage(s). c. Is de hoofdpersoon een held of antiheld? d. Is er sprake van round characters of flat characters? Licht je antwoord kort toe. e. Voelt de lezer wel of geen sympathie voor de hoofdpersoon? Waarom wel/niet? 6 Ruimte a. Geeft de auteur informatie over de plaats/streek waar het verhaal zich
de volgende zaken: a. Heeft de recensent een positief of negatief oordeel? b. Op welke grond(en) keurt de recensent het werk af/goed? Met andere woorden: van welke recensie-argumenten maakt hij gebruik? Wijs deze aan in de recensie. c. Wijkt jouw oordeel af van dat van de recensent? Motiveer je antwoord; ook hierbij kun je gebruik maken van recensie-argumenten. 1. Titelbeschrijving a. Marga Minco
b. Nagelaten dagen
c. Boekverzorging Tessa van der Waals
d. Eerste druk
e. Amsterdam: Bakker, 1997
f. – 2. Samenvatting a. Marga en haar zus zijn Joods. Marga’s zus trouwt met ene Hans. Dit gebeurt in de 2e Wereldoorlog. Wegens deze oorlog, en vanwege hun Joodse afkomst, is de familie van Hans gedwongen om hun spullen te laten bewaren door hun buren, de familie Stelerius. Jaren later is Marga op zoek naar feiten en voorwerpen over en uit het leven van haar dan overleden zus en zwager. Hiervoor publiceert zij een artikel. Een onderzoekster in Israël, Miriam, leest dit en wijst Marga op de zus van Hans, Eva, van wie Marga het bestaan niet wist. Marga neemt contact op met Eva, die haar vertelt over de familie Stelerius. Hier gaat Marga op zoek naar spullen die haar meer over het verleden kunnen vertellen. Verder gaat zij naar de Verenigde Staten, waar Eva woont, om met Eva te spreken. Het boek eindigt met Eva in het ziekenhuis, en Marga eigenlijk niet veel meer dan een babystap verder. b. Nagelaten dagen is eigenlijk de verwoording voor de dagen uit het leven van Eva, Hans en de zus van Marga, waarvan Marga erg weinig weet. Hier probeert ze achter te komen. c. Motto: “Old paint on canvas, as it ages, sometimes becomes transparent. When that happens it is, in some pictures, to see the original lines: A tree will show through a woman’s dress, a child makes way for a dog, A large boat is no longer on an open sea. That is called Pentimento because the painter ‘repented’, changed his mind. Perhaps it would be as well to say that the old conception, Replaced by a later choice, is a way of seeing and then seeing again. That is all I mean about the people in this book. The paint has aged now and I wanted to see what was there for me once,What is there for me now.” Het verhaal gaat over oude schilderijen, waarvan de bovenste laag verf transparant is geworden. Het schilderij is dan niet meer hetzelfde. Je kunt er dus iets van maken, maar je weet niet of de schilder dat ook zo bedoeld heeft. 3. Analyse van de inhoud a. Het thema van het boek is de Tweede Wereldoorlog, of specifieker, verloren familie, ten tijde van de 2e Wereldoorlog. b. Twee, namelijk: i. Het ontvangen van de brief van Miriam. Hierdoor leert Marga van het bestaan van Eva. ii. Het ontmoeten en converseren met Eva. Dit laat Marga meer over haar, of liever gezegd, haar zus’ geschiedenis weten. c. Verloren familie tijdens de Tweede Wereldoorlog. d. Nee. e. Leergierigheid; lust naar kennis en informatie over het verleden. 4. Structuuranalyse
i. Nee. ii. Nee. iii. Nee, het ene moment wordt een handeling nauwkeurig beschreven, en duurt een gesprek een behoorlijk aantal pagina’s, het andere moment bevindt je je in een kwestie van 2 pagina’s een paar maanden verder. iv. Wat betreft tijd is het verhaal zeer onduidelijk. Het heeft twee tijdlijnen, die kriskras door elkaar worden geweven. Het onduidelijke is dat er geen waarschuwing o.i.d. wordt gegeven. Van regel op regel kan het verhaal ineens omspringen. e. Ik-perspectief. Het boek betreft alleen maar handelingen die te maken hebben met de ‘ik-persoon’. Functioneel? Ja. f. Open einde; aan het eind is de hoofdpersoon eigenlijk niet achter dat wat zij op het begin wou weten gekomen. Daarnaast ligt de persoon die meer helderheid kan verschaffen in het ziekenhuis, en haar toekomst is ook onzeker. g. Anti-climax. Je hoopt iets interessants te weten te komen naarmate het einde nadert. Dit gebeurt absoluut niet. 5. Personages a. Drie personen: i. Marga Minco: Je zou dus kunnen zeggen dat de hoofdpersoon Marga Minco zelf is. Ze is schrijver van joodse afkomst. Ze is samen met haar broer de enige overlevende van de familie. Ze heeft een fotoalbum gemaakt over de bruiloft van haar zus. Omdat ze nu bijna geen familie meer heeft, wil ze meer over haar familie weten. ii. Eva Ruppin: Eva is dus familie van Marga. Ze woont in Los Angeles in een roze huis. Ze houd alles precies bij en heeft een strak schema. Ze heeft ook een schema gemaakt als Marga op bezoek komt. Ze heeft een kapotte heup waardoor ze moeilijk loop en ze geeft lessen Frans aan jonge mensen. Aan het eind van het verhaal raakt ze in de war en ze weet niet meer wie Marga is. iii. Miriam Weissbach: Miriam is een stamboomzoekster uit Jeruzalem. Doordat ze toevallig een artikel had gelezen van Marga, brengt ze Marga in contact met Eva. Eva heeft een broer die getrouwd is met de zus van Marga. b. De hoofdpersoon mist haar familie. Door haar speurtocht naar het verleden weet ze haar familie weer enigszins tot leven te wekken; in haar geest. Ze heeft een stug en volhoudend karakter, wat haar zeker van toepassing komt in dit boek. c. Geen van beiden, wat mij betreft. Bij geforceerde keuze: held. Ze heeft toch erg veel moeite voor haar overleden naasten over. d. Jazeker. De personages die haar meer vertellen over haar familie hebben een ‘round’ karakter, van hen komen wij ook het meest te weten. De rest, die verder geen reële bijdrage hebben wat betreft kennisoverdracht aan Marga, zijn ‘flat’characters. e. Niet erg veel, maar, ja. Ik denk dat iedereen, zeker degenen die de oorlog hebben meegemaakt en/of iemand in de oorlog verloren hebben, met de hoofdpersoon meeleeft. 6. Ruimte a. Ja. Het verhaal speelt zich grotendeels af op twee verschillende plaatsen: i. Het huis van de familie Stelerius. Dit stamt uit de oorlogstijd. Het huis en zijn omgeving is een stuk minder prettig dan hoe Marga het zich herinnerde. Erg grauw, stijle trappen. ii. Het huis van Eva Ruppin. In Los Angeles, wordt erg rooskleurig en vrolijk beschreven. Je krijgt er een warm gevoel bij. b. Nee. De omgeving heeft geen duidelijke invloed op de personages en hun handelingen. 7. Mening a. “NBD|Biblion: De zus van de hoofdpersoon Betje is op 23-jarige leeftijd in september 1942 in Auschwitz door uitputting omgekomen. Ook haar ouders hebben de oorlog niet overleefd. Die vreselijke trauma's vullen het geheugen van de overlevenden. Ze blijven op zoek naar nagelaten spullen, die de herinnering voltooien en antwoord kunnen geven op open vragen. Vaak zijn allerlei kostbaarheden vóór de deportatie en het leeghalen van de huizen aan bekenden of buren in bewaring gegeven. Een zoektocht daarnaar mondt soms uit in een ontdekking van harteloosheid. De bewaarders ontkennen de ontvangst of zeggen dat alles hun eigendom is. Een antieke Japanse kom, het pronkstuk van de familie, duikt op. Bij Eva, een schoonzus, komt een album te voorschijn met tekeningen die Betje herinneren aan haar dode zuster. Eva krijgt op haar beurt de Japanse kom met deksel. Niets kan echter ten volle worden opgelost. Drie tijdlagen zijn door elkaar verweven: heden, de tijd vóór de oorlog en de tijd van de deportatie. Dat maakt deze indringende korte roman van de bekende schrijfster (1920) niet altijd even gemakkelijk toegankelijk. Vrij kleine druk. (Biblion recensie, Redactie)” i. Neutraal. ii. De recensist noemt het boek ‘niet gemakkelijk toegankelijk’, maar heeft geen verdere kritiek. iii. Ja. Ik vind het geen goed boek, noch de inhoud, noch de vorm kon mij boeien. Sterker nog, beiden stoorden mij. b. Geen verdere recensie kunnen vinden.
REACTIES
:name
:name
:comment
1 seconde geleden