Minoes door Annie M.G. Schmidt

Hoofdstuk 4

Opdracht 4:
Lees een van de boeken die in dit hoofdstuk genoemd worden. Schrijf een leesverslag. In dit leesverslag komen in ieder geval de volgende onderdelen voor: gegevens over het boek, gebeurtenissen, ruimte, tijd, hoofdpersonen, perspectief, taalgebruik (humor).

Minoes

Gegevens over het boek:
a. Titel: Minoes  
Auteur: Annie M.G. Schmidt
Uitgever: Querido Kinderboek
Uitgegeven in: 1970
b. Genre: fictie, kinderboek


Gebeurtenissen:
Tibbe werkt bij de krant maar hij is verlegen en durft niet op mensen af te stappen om ze te interviewen daarom schrijft hij alleen maar stukjes over katten en dat vind zijn baas niet goed hij heeft nog een kans als hij nu een goed stukje schrijft mag hij blijven anders wordt hij ontslagen dan komt hij Minoes tegen. Ze vertelt hem allemaal nieuws en zo begint de kattenpersdienst dat Minoes alle nieuwtjes aan Tibbe vertelt en dat zo alles in de krant komt.
En zo gaat het een tijd goed tot dat de haringkar omgereden wordt. Toen zeiden de katten dat meneer Ellemeet dat gedaan had en daar had Tibbe dus een stukje overgeschreven en toen was hij weer bijna zijn baan kwijt maar dan gaat hij ervoor zorgen dat hij getuigen vind en zo vindt hij een werknemer van meneer Ellemeet die het weet maar moest zwijgen van meneer Ellemeet maar dan later het toch vertelt. Dan krijgt Minoes bericht van haar zuster ze zei dat Minoes weer kat kon worden door een boslijster te eten. Haar zus ging een boslijster voor haar vangen en toen ze er net een te pakken had sloeg Minoes hem uit haar bek. Ze was teveel mens geworden. En ze wou nu ook mens blijven. En dus bleef ze mens en trouwde met Tibbe.

Ruimte:
a. Het verhaal speelt zich af in het plaatsje Killendoorn. Het grootste deel van het verhaal speelt zich af bij Tibbe thuis of op straat.
b. De weersomstandigheden en gegevens over klimaat of seizoenen zijn niet van belang.
c. Het doel is om spanning op te wekken, maar ook om iets over het personage duidelijk te     maken. Bijvoorbeeld bij de fabriek of bij meneer Ellemeet thuis is het om spanning op te     wekken.
Tijd:
a. Het verhaal begint dat Tibbe bij zijn baas moet komen en het eindigt dat alles uiteindelijk goed komt
b. Ja, het verhaal is chronologisch verteld.
c. Nee, er komen geen flashbacks in voor.
d. Nee, personages worden niet echt uitgebreid vertelt.
e. . Het doel is niet om iets over het personage te vertellen, maar meer om spanning op te wekken.

Hoofdpersonen:
Minoes: Minoes is een vrouw die eerst een kat was, maar door uit de afvalbak van de chemische fabriek is ze vrouw geworden. Ze wordt Tibbe’s assistent en krijgt de nieuwste nieuwtjes van de katten.
Tibbe: Tibbe is journalist bij de plaatselijke krant. Hij dreigt ontslagen te worden en Minoes helpt hem om goede artikelen te schrijven.

Perspectief:
a. Soms is het een ik-perspectief
b. Maar soms ook een hij/zij-perspectief
c. Er is een beetje een wisselend perspectief, maar het meeste is gezien vanuit Minoes haar perspectief.
d. Het is niet het doel van het perspectief om spanning op te wekken.