Ben jij 16 jaar of ouder? Doe dan mee aan dit leuke testje voor het CBR. In een paar minuten moet je steeds kiezen tussen 2 personen.

Meedoen

Mijn tante Coleta door R.J. Peskens

Beoordeling 5.2
Foto van een scholier
Boekcover Mijn tante Coleta
Shadow
  • Boekverslag door een scholier
  • 5e klas vwo | 2895 woorden
  • 2 december 2006
  • 5 keer beoordeeld
Cijfer 5.2
5 keer beoordeeld

Boekcover Mijn tante Coleta
Shadow
Mijn tante Coleta door R.J. Peskens
Shadow
ADVERTENTIE
Overweeg jij om Politicologie te gaan studeren? Meld je nu aan vóór 1 mei!

Misschien is de studie Politicologie wel wat voor jou! Tijdens deze bachelor ga je aan de slag met grote en kleine vraagstukken en bestudeer je politieke machtsverhoudingen. Wil jij erachter komen of deze studie bij je past? Stel al je vragen aan student Wouter. 

Meer informatie
Titel: Mijn tante Coleta Auteur: R.J. Peskens. Uitgever: Van Oorschot Plaats van uitgave: Amsterdam. Jaar van uitgave: 1991 Druk: Elfde druk ISBN: 9028203575 Aantal bladzijden: 173 bladzijden Hoofdpersonen: Ik-figuur, tante Coleta, Vader, Moeder, Oom Piet. Eerste persoonlijke reactie en leesmotivatie: Ik heb voor dit boek gekozen naar aanleiding van een fragment dat wij klassikaal gelezen hebben. Het boek leek mij wel spannend. Die spanning bleek minder dan verwacht. De spanning was wel in dusdanige mate aanwezig dat het boek niet saai was. Vooral de erotisch getinte scènes maakten dat het boek erg leuk was om te lezen. Maar het boek gaat niet alleen over de ‘relatie’ tussen de tante van de hoofdpersoon en de hoofdpersoon zelf, maar ook over de relatie tussen hem en zijn ouders. Hij moet de hele tijd kiezen tussen zijn vader of zijn moeder, iets dat aansluit op mijn belevingswereld. Het boek brengt mij niet veel nieuws wat opbouw, taalgebruik en dergelijke betreft. Het lezen van het boek duurde daarom ook niet zo lang. Een leuk boek wat ik iedereen aan kan bevelen, en vooral jongens van mijn leeftijd. Samenvatting van de gebeurtenissen: NB 1: Dit is meteen de beschrijving van de gebeurtenissen. NB 2: De naam van de hoofdpersoon wordt in het verhaal niet genoemd. Wij zullen deze persoon in onze samenvatting en in de rest van dit verslag ‘de ikfiguur’ noemen. Het verhaal speelt zich af in een stadje aan een in zee uitmondende rivier. De hoofdpersoon zit in de examenklas van de HBS. Zijn vader is arbeider en zit in de gemeenteraad voor de sociaal-democraten. Zijn moeder is zeer radicaal in haar opvattingen en erkent geen gezag. Door haar eigenzinnigheid raakt ze in allerlei conflicten verzeild, die haar man dan weer probeert te sussen. Als Piet, de oom van de ikfiguur, drieëndertig jaar is, trouwt hij met de negentienjarige Coleta. Ze komt uit een zigeunergezin dat zich een beetje isoleert van de rest van de stad. In de familie van de ikfiguur wordt Coleta met achterdocht bekeken, omdat ze haar nogal eigenaardig vinden. De achterdochtigheid van de familie leidt op een gegeven moment tot ruzie tussen het echtpaar en de familie. De ikfiguur maakt het allemaal niet uit. Daarom nodigt Piet de ikfiguur uit bij hem en Coleta te komen voor een kopje koffie. Stomtoevallig ontmoet de ikfiguur Coleta de volgende dag bij de bakker en ze vraagt of hij meekomt. Hij raakt zeer onder de indruk van haar aantrekkelijkheid en haar uiterlijk. Wel is de ikfiguur bang dat zijn familie, en vooral zijn moeder achter zijn bezoekje aan Coleta komt. Als hij voor de tweede keer bij Coleta komt vertelt ze dat ze tot haar grote teleurstelling niet mag zwemmen van haar saaie man. Haar gewoonte was om geregeld naakt in zee te zwemmen. Hoewel het al eind oktober is, spreekt ze met de ikfiguur af dat ze op zaterdagmiddag samen in zee zullen gaan zwemmen. ‘Ik’ overwint zijn schroom en in een duinpannetje vrijt hij met Coleta. Daarna gaan ze zwemmen. 's Avonds brengt de ikfiguur een bezoek aan Coleta en Piet. Als hij thuiskomt, zegt zijn moeder dat Coleta niet deugt omdat ze achter de kerels aanzit. De vader raakt betrokken in een politieke strijd tegen wethouder Laernoes, die antirevolutionair is. De sociaal-democraten willen de krotten, die in het dorp staan en nog steeds worden verhuurd, laten afbreken en dit is tegen de zin van de wethouder. Vader schrijft een stuk in de krant tegen Laernoes die hem lik op stuk geeft door erop te wijzen dat grootvader ook twee krotten bezit. Vader en oom Piet trachten opa te over te halen zijn krotten te verkopen. Moeder en Coleta vinden dat hij er geen geld voor mag vragen. Opa weigert de krotten van de hand te doen. Vervolgens, tijdens de raadsvergadering vliegt moeder wethouder Laernoes aan en geeft hem een paar rake klappen. Een politieagent grijpt haar beet en de vergadering wordt gesloten. Coleta heeft bewondering voor het optreden van moeder in de raadszaal. Moeder moet op het politiebureau komen, maar weigert te gaan. De ikfiguur gaat nu geregeld naar tante Coleta, die laat blijken dat ze met hem het bed wil delen. De ikfiguur durft echter niet. De liefde voor Coleta trekt de ikfiguur bij moeder vandaan. Hij komt in de grootste verwarring als hij zich begint af te vragen of hij wel van moeder houdt. Coleta en de ikfiguur hebben weer afgesproken te gaan zwemmen, maar Coleta mag niet van Piet, wat leidt tot een hevige ruzie. De ikfiguur krijgt van Coleta een briefje met het verzoek maandagochtend bij haar te komen. Als hij komt, gaat Coleta met hem naar bed. Het wordt een grote teleurstelling, omdat de ikfiguur niet tot gemeenschap in staat is. Als de ikfiguur en Coleta vervolgens weer samen zijn lukt het vrijen weer niet. Ze spreken af woensdagavond langs het strand te gaan wandelen. Wegens de slechte bedprestaties van de ikfiguur heeft ze van het idee met hem naar bed te gaan afgezien. Moeder krijgt een oproep om voor de rechtbank te verschijnen. Ze gaat tussen het publiek op de tribune zitten. De ikfiguur woont de rechtszitting ook bij, evenals Coleta. Moeder wordt veroordeeld tot honderd gulden boete of tien dagen gevangenisstraf. Een aantal mensen brengen geld bijeen zodat moeder niet de gevangenis in hoeft. Coleta meent dat moeder het geld niet moet accepteren. Moeder krijgt waardering voor Coleta en ze gaat met vader bij oom Piet en Coleta op bezoek. De ikfiguur voelt zich door moeder verlaten en door Coleta verraden. De volgende dag wil Coleta iets met de ikfiguur bespreken. Ze vindt dat ze de familie niet langer moeten bedriegen. Uit woede en onbegrip slaat hij haar in het gezicht en loopt weg. Vervolgens doet de ikfiguur eindexamen en slaagt. Vader wil dat hij doorstudeert en de burgemeester wil voor een beurs zorgen. Moeder verbiedt hem geld aan te nemen; hij moet maar een baantje zoeken. Tijdens het gesprek met de burgemeester verkeert de ikfiguur in grote tweestrijd. Moet hij voor zijn moeder of zijn vader kiezen. Dan gaat de ikfiguur een poosje weg. Tijdens zijn ‘vakantie’ vindt hij in Rotterdam werk en een kosthuis. Als hij thuiskomt, is moeder ervandoor, omdat vader de boete betaald heeft. Vader huilt. Als de ikfiguur drie dagen later op de fiets naar Rotterdam vertrekt, is moeder nog altijd niet komen opdagen.
Onderwerp: Het boek heeft 2 onderwerpen. Het eerste onderwerp van de tekst is volgens mij, zoals de titel al aangeeft, de relatie tussen de ikfiguur en tante Coleta. Maar niet alleen dat was het onderwerp van het boek. Het andere onderwerp was de relatie (deze relatie is logischerwijs anders dan de relatie tussen de ikfiguur en tante Coleta) tussen de ikfiguur en zijn ouders, en dan voornamelijk die met zijn moeder. De onderwerpen lopen door elkaar heen. Het sluit gedeeltelijk aan bij mijn belevingswereld. Ik heb natuurlijk geen seksuele relatie met mijn tante. Maar ik heb wel een ouders-zoon relatie met mijn ouders. Dat sluit dus wel aan op mijn belevingswereld. De ikfiguur moet voortdurend kiezen tussen zijn ouders. Zijn vaders mening staat vaak lijnrecht tegenover zijn moeders mening. De ikfiguur worstelt met die keuzes. Zijn vaders keuzes zijn verstandiger maar is dat wel wat hij zelf zou doen? De schrijver kan het onderwerp goed beschrijven. Ik heb daar geen verder commentaar op. Ik vond het onderwerp van het verhaal verder erg goed. Een dergelijke relatie tussen de ikfiguur en tante Coleta komt natuurlijk niet erg vaak voor. Het boek is in dat opzicht vernieuwend voor mij. Personages: De ikfiguur heeft niet echt veel duidelijke karaktereigenschappen. Het boek beschrijft meer wat hij doet, niet wat hij denkt. Ik zal nu een citaat geven wat dat goed aangeeft: ‘Ik haalde het papier tevoorschijn. Ik las: Kom maandag voor je naar school gaat naar me toe. C.’ Op het moment dat je dat leest gaat er van alles door je heen. Lijkt me. Het verhaal gaat echter zó verder: ‘Toen frommelde ik het in elkaar, streek het daarna weer glad, borg het in mijn zak, haalde het er weer uit, frommelde het opnieuw in elkaar, wierp het weg, raapte het weer op, streek het opnieuw glad, las nog eens wat ze geschreven had, scheurde het tenslotte in snippers, die ik on me heen strooide, had onmiddellijk spijt het verscheurd te hebben, raapte een paar snippers op, paste er een paar aan elkaar, gooide ze opnieuw weg en drukte ze met mijn voet, waar ik ze liggen zag diep weg in het gras.’ In dit stukje worden niet echt de gevoelens beschreven. En dat is in het hele boek zo. Soms komen er wel eens wat gedachten in voor, maar niet in grote mate. Ik vind de ikfiguur dan ook een flat-character. Wat wel leuk is aan de niet beschreven gevoelens is, dat je ze dan zelf kunt maken. Dat is ook een vorm van actief lezen; het kan het lezen dus ook erg leuk maken. Ik kan me het best vinden in het personage van de ikfiguur. Alleen een beslissing is me onduidelijk. Aan het einde van het verhaal, krijgt de ikfiguur de kans om naar de universiteit te gaan. Hij maakt daar echter geen gebruik van. Die keuze kan ik dus echt niet doorgronden. Ik had voor de studie gekozen. Met een paar jaartjes extra studeren kun je zo veel meer. Andere keuzes echter sta ik volledig achter. Bijvoorbeeld de situatie waarin Coleta hun bestaande relatie degradeert tot een tante-neef relatie. In de toch al moeilijke periode voor de ikfiguur komt dat hard aan. Hij slaat haar. Ik denk dat ik dat ook gedaan zou hebben. Opbouw: De opbouw van het verhaal is eenvoudig en toegankelijk. Er is niet veel op aan te merken. Het boek heeft geen genummerde hoofdstukken. Ik vind dat het boek beschreven is zoals het beschreven had moeten worden. Het verhaal wordt vanuit de ogen van de ikfiguur verteld. Ik blijf aan het slot alleen met een vraag zitten. Dat is een zogenoemde ‘niet ingevulde open plek’. Aan het einde van het verhaal is moeder namelijk weggelopen. Dit heeft zij wel vaker gedaan, om tot rust te komen. Maar die keer duurt het wel erg lang. Het boek eindigt met de zin: ‘Drie dagen na die avond reed ik weer op de fiets naar Rotterdam. Moeder was nog altijd niet komen opdagen’. Dan vraag je je natuurlijk af waar ze is gebleven. Dat vind ik jammer, want ik houd ervan als alle vragen aan het einde van het verhaal ingevuld zijn. Verder geen commentaar op de opbouw. Taalgebruik: Het taalgebruik is goed. Begrijpelijk, en het leest lekker gemakkelijk. Af en toe kwam ik een woordje tegen dat is aangepast in de loop der jaren. Bijvoorbeeld de woorden: bizonder, goejedag en perfekt. Dat vond ik wel grappig. Er was ook een woord dat ik eerst niet snapte. Onaneren. Na wat verder gelezen te hebben kon ik uit de context opmaken dat het een veredeld woord was voor masturberen. Verder is er niet zoveel op het taalgebruik aan te merken. Beschrijf het verschil tussen fabel en sujet in het boek dat je gelezen hebt. Er is in het boek dat ik gelezen heb geen verschil tussen de fabel en het sujet. De fabel is het verhaal in de logisch chronologische volgorde. Het sujet het verhaal zoals het in het boek verteld wordt. Het verhaal wordt verteld op precies dezelfde volgorde als waarin ze zijn gebeurd.
Is er een opvallende verstoring in de volgorde waarin de gebeurtenissen worden verteld? Zo ja, wat is de functie van die verstoring denk je? Nee, die is er niet. Bevat de tekst belangrijke flashbacks, terugverwijzingen en vooruitwijzingen? Zo ja, noteer ze en geef aan wat de functie ervan kan zijn. Het boek bevat geen flashbacks, terugverwijzingen of vooruitwijzingen. Hoe is de verhouding tussen de verteltijd en de vertelde tijd? De verteltijd is de tijd die je nodig hebt om het verhaal te vertellen. Ofwel de tijd die je nodig hebt het verhaal te lezen. De vertelde tijd is de tijd die in het boek verstrijkt. Het boek heb ik in een avond uitgelezen. De drijfveer om spannende stukken tegen te komen werkte daar deels aan mee. De vertelde tijd beslaat ongeveer een paar maanden. Het boek eindigt ermee, dat het schooljaar voor de ikfiguur is afgelopen en hij een baan krijgt. Maar waar het begint ten opzichte van het einde is mij onduidelijk. Wat ik wel weet is dat het ongeveer enkele maanden duurt, vandaar mijn vaststelling. In welke historische tijd speelt het verhaal? Noteer passages uit de tekst waaruit dat blijkt. Het verhaal speelt in de tijd na de 2e wereldoorlog. Ik denk ongeveer in de jaren ’50. Dit is niet meer dan een gok. Er zijn geen duidelijke tekstelementen waaruit dit blijkt. Ik zal hoe dan ook proberen aan te geven hoe ik aan mijn antwoord kom. Ik zie het bijvoorbeeld aan de manier waarop men met elkaar omgaat. En moeder moet op een gegeven moment 100 gulden betalen. In die tijd was dat veel, maar men kon het wel bij elkaar krijgen. Iedereen, arbeider of niet, kon studeren. Maar als je het geld niet had kon je ook niks beginnen. Die dingen passen allemaal in de door mij aangegeven tijd. Geef een karakterisering van de belangrijkste personages: De belangrijkste personages zijn de ikfiguur, tante Coleta, Vader, Moeder en Oom Piet. De ikfiguur is een beetje onzeker. In sommige situaties weet hij niet wat hij moet doen. Ik vind hem wel erg volwassen voor zijn leeftijd (16). Verder is hij intelligent genoeg om naar de universiteit te gaan. Een slimme jongen dus. Tante Coleta is een beetje een losbol. Ze doet, net als moeder trouwens, waar ze zin in heeft en het maakt haar verder niets uit wat anderen daar van vinden. Ook is ze een beetje een mannenverslindster. Ze weet wel wat ze moet doen om een man helemaal, om het zo maar te zeggen, helemaal geil moet krijgen. Vader is, net als oom Piet, een rustige man. Ze zijn verstandig en doen goed hun best. Alleen ze zijn een beetje burgerlijk. Je zou ze ook saai kunnen noemen. Moeder is een pittige tante. Ze doet wat ze wil, maar vervult haar taken ook. Moeder is erg tegendraads. Dat is haar belangrijkste eigenschap.
Geef beargumenteerd aan of de belangrijkste personages karakters of typen zijn. De belangrijkste personages zijn de ikfiguur, tante Coleta, Vader, Moeder en Oom Piet. Eerder in dit verslag heb ik al toegelicht waarom ik de ikfiguur een flat-character vind. Zo denk ik ook over moeder. Je komt door haar gedrag wel veel over haar te weten, maar niet genoeg om haar een uitgewerkt karakter te noemen. Vader en Oom Piet vind ik types. Hun overdreven eigenschap is hun goedheid. Ze willen doen wat goed is. Wat verstandig is. Het zijn echt goedzakken. Coleta vind ik een flat-character. De reden is hetzelfde als de reden die ik bij moeder heb opgeschreven. Je komt wel veel over haar te weten, maar niet genoeg om haar een uitgewerkt karakter te kunnen noemen. Beschrijf het wereldbeeld van de belangrijkste personages. Het wereldje van de personen die voorkomen in dit verhaal is gewoon hun eigen stadse wereldje. Over hun echte wereldbeeld wordt niet veel gerept. Daar kan ik dus niet veel over zeggen. Beschrijf in hoeverre de personages herkenbaar zijn en jij je met iemand kunt identificeren. Dit heb ik in de voorgaande stukken al uitgelegd. Ik kan me wel identificeren met de ikfiguur. Hij maakt in de meeste gevallen keuzes die ik ook zou maken. En moeder. Die vind ik ook erg stoer. Die heeft een houding tegenover bepaalde dingen die mij wel aanstaat. Die houding heb ik zelf soms ook. Een beetje ongeïnteresseerd en hard met het oordeel. Zo kan een boek je nog eens confronteren met jezelf. Evaluatie: Ik vind dit boek een goed boek. Ik las anders altijd boeken met uitgewerkte karakters. Dit boek gaat minder diep op situaties in. Dat zet je in sommige gevallen aan het denken. Dat vind ik wel boeiend. Ik heb ook veel plezier beleefd aan het lezen van het boek. Vooral dankzij de erotische scènes. Dat was ook mijn drijfveer het boek uit te lezen. Nu het boek uit is vind ik toch dat het boek niet alleen om die reden sterk was. Ook de keuzes die persoon maakt waren interessant. Vooral de keuzes tussen zijn ouders. Zoals gezegd sluit dat wel aan op mijn belevingswereld, dat maakt het extra interessant. Informatie over de auteur: R.J. Peskens (1909-1987) werd geboren in Vlissingen. Peskens was het pseudoniem van de uitgever Geert A. van Oorschot. In de jaren ’30 verschenen enkele onopgemerkte dichtbundels van Van Oorschot. Van Oorschot richtte in 1946 de uitgeverij G.A. van Oorschot in Amsterdam op. Naast Menno ter Braak, Multatuli en Couperus omvat het fonds de omvangrijke Russische bibliotheek. Hij publiceerde onder diverse namen (Karel Blomkwist, M. Cohen, Kees Milot) in zijn eigen tijdschrift Tirade. Tot 1977 was hij de enige redacteur van dit literaire tijdschrift. De naam R.J. Peskens is afgeleid van de anarchist Peskens en de voorletters zijn ontleend aan zijn vrienden Richard Minne en Jan van Nijlen. R.J. Peskens debuteerde in 1964 met "Uitgestelde vragen". In "Twee vorstinnen en een vorst" (1975) staan zijn jeugdherinneringen, die later verfilmd werden.
Andere belangrijke werken van R.J Peskens zijn: "Mijn tante Coletta" (1976) "Mijn moeder was eigenlijk een Italiaanse" (1977) "De man met de urn" (1981).

REACTIES

Log in om een reactie te plaatsen of maak een profiel aan.

Andere verslagen van "Mijn tante Coleta door R.J. Peskens"