1. Auteur: Wim Gijsen
2. Titel: Merisse, tweede deel : Het Groene Eiland
3. Plaats en datum van uitgave: Meulenhoff Nederland 1990
4. Aantal bladzijden: 240 blz. 5. Genre: Magisch - realistische roman
6. Tijd: • Historische tijd: Na het verval van Poseidia (er is geen exact tijdstip gegeven) • Verteltijd: blz. 5-240 • Vertelde tijd: ongeveer anderhalf jaar • Epische tijd: Chronologisch 7. Geografische ruimte: Op het Groene Eiland (Gwanlach) 8. Personages: • Hoofdpersonages: Merisse • Nevenpersonages: Mahavir, Myrlene, Corvech, de Maarschalk
9. Intrige: Merisse is samen, met een handvol andere, de ramp in Poseidia kunnen ontvluchten. Ze zitten nu allen in een Virana (een soort van vliegtuig/schip)- die de Maarschalk nog voor de ramp had gekocht – op zoek naar een leefbare plaats, waar ze hun cultuur terug kunnen opbouwen. Op het schip ontmoet ze Mahavir terug (die ze, toen ze nog in Poseidia was, heeft kunnen vrijkopen in de Arena) en raakt ook bevriend met Myrlene, een Arena vechtster. Na een paar weken komen ze boven een stuk land terecht en ze besluiten om ver van de oorspronkelijke bevolking te landen, zodat ze geen onmiddellijk confrontatie met hen zullen hebben. De mensen uit Poseidia hebben het moeilijk om aan de temperatuurverschillen te wennen, in Poseidia was het immers altijd warm. Alles verloop tamelijk vlot, totdat in het hartje van de winter een groep krijgers hun “dorpje” aanvalt. De Maarschalk sneuvelt tijdens het redden van Merisse. Brendan, de aanvoerder (en tevens dé belangrijkste man van Gwanlach) neemt de mensen uit Poseidia mee naar zijn stad, omdat hij denkt dat ze veel wijsheden bezitten (hij was onder de indruk van de Virana, dit kende deze bijna primitieve volkstam niet). Alle Poseidianen worden “verloot” en onder de bevolking verspreid. Zo leer Merisse Corvech kennen, die ze later trouwt. 10. Karakters: • Merisse Ze is een redelijk egoïstisch meisje in het begin van het verhaal, hunkerend naar gemak en luxe en die graag op haar wenken bedient wordt. Ze probeert dan ook alles om dit te verkrijgen. Later in het verhaal evolueert ze meer naar een zelfstandige jonge vrouw. 11. Verhaal technisch aspect: Wim Gijsen legt vooral de nadruk op de evolutie van Merisse ’s karakter. Van een ontwetend klein meisje , groeit ze uit tot een verstandige vrouw. Ik vind dat in dit tweede deel dit duidelijker is dan in de andere delen. 12. Citaten: • Blz.5 Haar geest voelde leeg een verdooft aan, een schervenveld van losse ver uiteen liggende gedachten waaruit met tussenpozen telkens één overbelicht beeld naar voren sprong: dat van Yandrapura, het eiland van haar jeugd, waar de K’tauri en de Hinnaraut nu stierven in hun geliefde wouden, waar de mensen die ze had gekend en die waren achtergebleven omdat ze in een dergelijke ramp niet hadden kunnen geloven en nu verdronken waren, bedolven onder zee en aarde, onder het puin van hun instortende huizen. • blz. 79 Gaandeweg begon hij andere vormen te vinden, minder lieflijk, minder natuurgetrouw en aanvankelijk nog maar heel aarzelend. Maar er begon een kracht uit te spreken die voor zijn gevoel beter paste bij de weerbarstige schoonheid van hun nieuwe vaderland en zijn geliefde. Het Groene Eiland leek nu lang zo groen niet meer nu de zomer plaats had gemaakt voor een kouder seizoen waarin de meeste loofbomen hun naakte takken vragend naar de hemel hieven en waarin het elke dag langer en langer duurde voor de zon de wereld enigszins opwarmde. Vaak was er geen zon te zien en trokken er langs de hemel eindeloze wolkengevaarten voorbij waaruit het langdurig regenen kon… 13. Mening: Het hele epos van Merisse is een fantastisch in elkaar gestoken verhaal. Het is tevens ook het laatste dat Wim Gijsen geschreven heeft. Het derde deel heeft hij niet kunnen afmaken, dus heeft hij aan Peter Schaap de eer overgelaten om er een slot aan te rijgen. Ik heb het tweede deel gekozen voor mijn leesfische, omdat ik dit het mooiste deel vind. Zoals eerder vermeld kun je de evolutie van Merisse bijna zelf voelen, naarmate je verder leest.
2. Titel: Merisse, tweede deel : Het Groene Eiland
3. Plaats en datum van uitgave: Meulenhoff Nederland 1990
4. Aantal bladzijden: 240 blz. 5. Genre: Magisch - realistische roman
6. Tijd: • Historische tijd: Na het verval van Poseidia (er is geen exact tijdstip gegeven) • Verteltijd: blz. 5-240 • Vertelde tijd: ongeveer anderhalf jaar • Epische tijd: Chronologisch 7. Geografische ruimte: Op het Groene Eiland (Gwanlach) 8. Personages: • Hoofdpersonages: Merisse • Nevenpersonages: Mahavir, Myrlene, Corvech, de Maarschalk
9. Intrige: Merisse is samen, met een handvol andere, de ramp in Poseidia kunnen ontvluchten. Ze zitten nu allen in een Virana (een soort van vliegtuig/schip)- die de Maarschalk nog voor de ramp had gekocht – op zoek naar een leefbare plaats, waar ze hun cultuur terug kunnen opbouwen. Op het schip ontmoet ze Mahavir terug (die ze, toen ze nog in Poseidia was, heeft kunnen vrijkopen in de Arena) en raakt ook bevriend met Myrlene, een Arena vechtster. Na een paar weken komen ze boven een stuk land terecht en ze besluiten om ver van de oorspronkelijke bevolking te landen, zodat ze geen onmiddellijk confrontatie met hen zullen hebben. De mensen uit Poseidia hebben het moeilijk om aan de temperatuurverschillen te wennen, in Poseidia was het immers altijd warm. Alles verloop tamelijk vlot, totdat in het hartje van de winter een groep krijgers hun “dorpje” aanvalt. De Maarschalk sneuvelt tijdens het redden van Merisse. Brendan, de aanvoerder (en tevens dé belangrijkste man van Gwanlach) neemt de mensen uit Poseidia mee naar zijn stad, omdat hij denkt dat ze veel wijsheden bezitten (hij was onder de indruk van de Virana, dit kende deze bijna primitieve volkstam niet). Alle Poseidianen worden “verloot” en onder de bevolking verspreid. Zo leer Merisse Corvech kennen, die ze later trouwt. 10. Karakters: • Merisse Ze is een redelijk egoïstisch meisje in het begin van het verhaal, hunkerend naar gemak en luxe en die graag op haar wenken bedient wordt. Ze probeert dan ook alles om dit te verkrijgen. Later in het verhaal evolueert ze meer naar een zelfstandige jonge vrouw. 11. Verhaal technisch aspect: Wim Gijsen legt vooral de nadruk op de evolutie van Merisse ’s karakter. Van een ontwetend klein meisje , groeit ze uit tot een verstandige vrouw. Ik vind dat in dit tweede deel dit duidelijker is dan in de andere delen. 12. Citaten: • Blz.5 Haar geest voelde leeg een verdooft aan, een schervenveld van losse ver uiteen liggende gedachten waaruit met tussenpozen telkens één overbelicht beeld naar voren sprong: dat van Yandrapura, het eiland van haar jeugd, waar de K’tauri en de Hinnaraut nu stierven in hun geliefde wouden, waar de mensen die ze had gekend en die waren achtergebleven omdat ze in een dergelijke ramp niet hadden kunnen geloven en nu verdronken waren, bedolven onder zee en aarde, onder het puin van hun instortende huizen. • blz. 79 Gaandeweg begon hij andere vormen te vinden, minder lieflijk, minder natuurgetrouw en aanvankelijk nog maar heel aarzelend. Maar er begon een kracht uit te spreken die voor zijn gevoel beter paste bij de weerbarstige schoonheid van hun nieuwe vaderland en zijn geliefde. Het Groene Eiland leek nu lang zo groen niet meer nu de zomer plaats had gemaakt voor een kouder seizoen waarin de meeste loofbomen hun naakte takken vragend naar de hemel hieven en waarin het elke dag langer en langer duurde voor de zon de wereld enigszins opwarmde. Vaak was er geen zon te zien en trokken er langs de hemel eindeloze wolkengevaarten voorbij waaruit het langdurig regenen kon… 13. Mening: Het hele epos van Merisse is een fantastisch in elkaar gestoken verhaal. Het is tevens ook het laatste dat Wim Gijsen geschreven heeft. Het derde deel heeft hij niet kunnen afmaken, dus heeft hij aan Peter Schaap de eer overgelaten om er een slot aan te rijgen. Ik heb het tweede deel gekozen voor mijn leesfische, omdat ik dit het mooiste deel vind. Zoals eerder vermeld kun je de evolutie van Merisse bijna zelf voelen, naarmate je verder leest.
REACTIES
:name
:name
:comment
1 seconde geleden