Grip
Titelbeschrijving
Stephan Enter, Grip. Uitgeverij Van Oorschot. Amsterdam 2011 (18de druk, 2017).
De auteur
Stephan Enter wordt internationaal erkend als schrijver. Zijn boeken zijn onlangs vertaald naar het Duits, Noors, Engels, Deens, Hongaars en Italiaans. De eerste twee boeken van Enter, Winterhanden en Lichtjaren werden genomineerd aan de Librisprijs en de Gerard Walschapprijs. Zijn derde boek Spel werd succesvol in Duitsland. Hij toonde hiermee dat hij bij de belangrijkste schrijvers van zijn generatie toehoorde. Het boek Grip werd door het publiek de winnaar van de Fintro literatuurprijs. De Fintro Literatuurprijs is een van de meest belangstellende prijzen die je kunt winnen voor Nederlands literatuur.
Samenvatting
Deel 1
Paul van Woerden is op weg naar de reünie van zijn vriendengroep in Wales. Hij had besloten de trein te nemen in plaats van het vliegtuig omdat Vincent ook de trein zou nemen. Ze ontmoeten elkaar op het station van Brussel, Bruxelles Midi. Paul vindt dat er aan Vincent weinig is veranderd. Hij raakt ook geïnteresseerd in het krantenartikel dat Vincent aan het lezen was. Het artikel gaat over onsterfelijkheid. Hier maken ze gesprek van tijdens de treinreis naar Wales. Paul beseft dan ook hoe ongemakkelijk hij het altijd had gevonden wanneer een trein een tunnel doorging die niet of slecht verlicht was. Wanneer ze boven komen commenteren ze beiden over hoe de natuur van Engeland anders is dan die van Nederland. Nadat ze overstappen naar de trein naar Wales blijven ze allebei stil. Vincent komt in gesprek met een paar kinderen uit Wales en Paul blijft uit het raam staren en denkt aan de herinneringen die hij had van de reis door Scandinavië toen ze studenten waren. Hij herinnert zich nog goed toen Lotte opzettelijk over een onstabiele gletsjer liep en hoe hij haar net van de dood had gered. Paul had haar beloofd om het geheim te houden en de anderen te vertellen dat het ongeluk was geweest.
Deel 2
Martin en zijn dochter zitten in de bus op weg naar het treinstation van Swansea wanneer de bus abrupt stopt. Ze hebben een schaap aangereden. Terwijl ze op een nieuwe bus wachten merkt Martin dat hij steeds zenuwachtiger wordt over de reünie. In zij hoofd gaat hij door zijn herinneringen van hun tijd als alpinisten en in Scandinavië.
Deel 3
Vincent en Paul zitten nog steeds in de trein. De kinderen waarmee Vincent had zitten praten zijn afgestapt en ze zitten weer in een akelige stilte. Vincent kan zich alleen maar ergeren aan Paul, ook aan hoe hij vroeger was. Hij herinnert zich nog goed de dagen toen zij met z’n tweetjes de weg terug van de Lofoten moesten rijden. Ze reden naar het oosten via Narvik naar Zweden en vanaf daar naar het zuiden terug naar Nederland. De reis was niet plezierig, voor geen van ze. De treinreis naar Wales komt aan zijn einde. Ze komen aan bij Swansea. Op het station staat Martin met zijn dochter te wachten. Ze moeten de bus nog verder nemen. Vincent zag Martin als eerste, ook hij zag er bijna geen dag ouder op sinds ze elkaar laatst zagen 20 jaar geleden. Omdat het zulk mooi weer is beslist Martin dat ze eerder van de bus af gaan en het laatste stuk lopen. Onderweg genieten ze van de stilte en de natuur van Swansea en haar kust. Wanneer ze een pauze nemen besluit Paul om even te gaan zwemmen in het nog vrij koude water. Martin en Fiona gaan kreeftjes zoeken en Vincent besluit om stenen over het water te laten ketsen, zijn koffer achtergelaten op een steen. Een tijdje later is het vloed. Vincents koffer is niet meer te zien. Dit maakt Vincent erg boos en wordt de laatste druppel. Tegen Martin roept hij dat hij hen had kunnen waarschuwen over het grote verschil tussen eb en vloed; schreeuwt in verwarring over hoe Lotte verliefd op hem was voordat er opeens iets was tussen haar en Martin; en vloekt over het verlies van zijn koffer waar ook zijn laptop en paspoort in zat. Wanneer hij uitgeschreeuwd is wijst Fiona naar iets dat in het water drijft. Het is zijn koffer. Zonder verder na te denken springt Vincent het water in en haalt de doorweekte koffer eruit. Hij maakt hem open en ziet dat alle inhoud drijfnat is. Nog geïrriteerd duwt hij de koffer in Martins armen sinds hij aan het begin van hun tocht aan had geboden om de koffer voor hem te tillen. Ze lopen verder in stilte, Vincent om blote voeten met zijn schoenen om zijn nek. Wanneer ze een stuk omhoog moeten besluit hij om het stukje te klimmen, maar veronderstelt de bergmuur en komt in moeilijkheden wanneer hij ook beseft dat hij niet meer terug kan. Vincent denkt terug aan Lotte. Niet de Lotte van de foto die Martin van haar en Fiona had laten zien, maar van de Lotte van 20 jaar geleden. Vincent voelt de wind en de zon op zijn rug en klimt verder.
Deel 4
Paul, Fiona en Martin hebben ondertussen een andere weg gekozen. Als ze boven aankomen kan Paul het dorpje zien. In de verte ziet hij Lotte bij een van de verste huizen lopen.
Verhaalanalyse
Ruimte
De alpinisten zijn 20 jaar geleden naar de Lofoten gegaan. Ze zouden een tocht door Scandinavië maken, maar daar werd niet veel van nadat Lotte haar arm brak. De reden van waarom Stephan Enter het plekje de Lofoten heeft gekozen is omdat hij er zelf ook een keertje is geweest. Het is een prachtige locatie en je kunt er mooi wandelen, oftewel bergklimmen.
De tegenwoordige gebeurtenissen gebeuren in de trein op weg naar Swansea in Wales; in Wales op weg met de bus naar het station; en later ook door de natuur om naar hun huis in het dorpje te komen. Tijdens lange treinreizen kan je vaak zitten wegdromen over dingen die je beleefd hebt. Het is dus een goed moment om na te denken over wat er 20 jaar geleden is gebeurd en hoe ze er nu voor staan in het geval van Martin, Vincent en Paul.
Het verhaal speelt zich af in 2011 en het ongeluk en de reis door Scandinavië in 1991, 20 jaar vroeger. Het boek werd geschreven in 2011, waaruit uitgenomen wordt dat het verhaal zich afspeelt. De vertelde tijd is een dag.
Personages
Paul van Woerden is 40 jaar en op weg naar de reünie die hij heeft met zijn medealpinisten 20 jaar geleden. Hij had besloten om de trein naar Wales te nemen in plaats van het vliegtuig omdat hij uit had gevonden dat Vincent ook de trein zou nemen. Ze ontmoeten elkaar op het station van Brussel, Bruxelles Midi. Samen nemen ze de trein de Engelse kanaal onder en stappen ze over naar de trein die naar Swansea in Wales gaat. Paul is de enige van de heren die echt weet waarom en hoe Lotte haar arm brak op de Lofoten.
Martin Beers is ook rond de 40 jaar oud. Hij zat ook in het studentengroepje en is degene die Lotte getrouwd is. Samen hebben ze een dochter, Fiona. Martin had gehoopt dat door naar Wales te verhuizen hij meer tijd zou kunnen doorbrengen met Fiona en Lotte, wie hij door zijn werk niet goed heeft leren kennen. Martin is professor aan het Universiteit van Swansea. Hij en zijn familie wonen in een dorpje iets verder weg. Na het ongeluk van Lotte was hij met haar mee terug gegaan naar Nederland sinds hij de enige was die geen rijbewijs had. In het boek heeft Martin het perspectief in deel 2. Hij en zijn dochter nemen de bus naar het station, maar ze worden opgehouden omdat de buschauffeur een schaap heeft doodgereden. Ze moeten daarom op een andere bus wachten. Qua persoonlijkheid is Martin erg afstandelijk. Hij is luid en heeft goede ‘oneliners’, maar als je ergens over doorvraagt wordt hij zeer ongemakkelijk. Dit wordt hij ook wanneer er iemand aan zijn spullen zit. Martin is katholiek.
Vincent Voogd heeft het derde deel van het boek. Hij is rond de 40 jaar en heeft net zijn baan in Japan opgezegd. Dit heeft hij aan niemand verteld heeft, zelfs niet zijn ouders bij wie hij al twee weken op bezoek is. Vincent was de eerste van het groepje die een alpinist was. Dit had hij ten eerste gekozen als hobby omdat zijn vader hem had verteld dat hij het nooit zou kunnen. De andere reden voor waarom hij bergen beklom was omdat hij van zijn hoogtevrees af wou komen, iets dat hem is gelukt. Vincents baan in Tokyo was onderzoeker. Na 15 jaar had hij uitgevonden dat hij genoeg had van Japan en keerde hij terug naar Nederland waar hij nog niet weet wat hij gaat doen. Lotte en Vincent kennen elkaar het langst, maar ze hadden 15 jaar lang geen contact met elkaar gelegd. Vincent heeft natuurkunde gestudeerd.
Lotte de Greve is de enige dame in het groepje van vier. Zij en Vincent gingen naar dezelfde middelbare school en ook later naar dezelfde universiteit. Zo hebben zij de meest hechte relatie gehad, maar ze hebben alleen niet met elkaar gesproken in de loop van de laatste 15 jaar. Lotte heeft niet haar eigen perspectief in het boek. Tijdens de tocht door Scandinavië, voornamelijk Noorwegen in Lottes geval, verklaart ze dat ze verliefd is op Vincent en brak later haar arm. Vincent wist in eerst instantie niet wat hij moest zeggen op Lottes liefdesverklaring en wees haar daarom af in bangheid om hun vriendschap te verpesten. Dit vond Lotte geen leuk antwoord, ook omdat het Vincent zo lang duurde voordat hij eindelijk het vage antwoord gaf. Toen ze op de Lofoten waren liep ze opzettelijk over een gletsjer waaronder een rivier liep. Ze viel door het ijs op een plateau. Haar arm brak ze in de val. Paul ‘redde’ haar van haar lot. Lotte zorgt ervoor dat hij het geheim hield van waarom ze over de gletsjer liep en houd hem er nog aan om het een ongeluk te noemen. Lotte is getrouwd met Martin en heeft een dochter, Fiona, met hem gekregen. Lotte heeft op de kunstacademie gezeten en Engels gestudeerd. Haar beroep is kunstenares.
Vertelwijze
Het verhaal wordt met een auctoriaal perspectief verteld met drie verschillende houders van het perspectief.
Bestaat uit 4 delen. Deel 1 is verteld van Pauls kant, deel 2 van Martins kant, deel 3 van Vincents kant en deel 4, dat maar een paar bladzijden lang is, weer van Pauls perspectief.
Het verhaal wordt chronologisch verteld, met meerdere flashbacks naar dezelfde tijd. De flashbacks zijn herinneringen van voornamelijk 20 jaar geleden van de autovakantie in Scandinavië. De resterende zijn van hun studentenleven in Nederland.
Wat opvalt is dat deel 1 en 3 in verschillende hoofdstukken zijn gedeeld, maar deel 2 niet. Deel 4 bestaat uit maar twee en een halve bladzijde, terwijl deel 2 ongeveer 30 bladzijdes lang is.
Motieven
Geluk is een van de motieven. Het is een verhaalmotief. De jongens voelen zich geen van alle gelukkig, tenminste niet de dag van de reünie. In hun herinneringen waren ze wel gelukkig. Ze hadden hun vriendschap met elkaar en hun bergbeklimming. Dat hebben ze nu niet meer, dus houden ze zich aan het wegdromen in hun herinneringen. Paul had om die reden van vriendschap en de reünie van zijn lang verloren geluk de trein genomen om zijn vrienden zo snel mogelijk te herzien, Vincent had namelijk de anderen geïnformeerd dat hij de trein zou nemen.
Een leidmotief is het horloge van Paul. Zijn horloge heeft een diepe barst, en toch draagt hij hem door de nostalgie. Het horloge kreeg zijn barst toen hij Lotte van de dood hulp op de Lofoten. Dat zij met opzet verongelukte was een geheim dat hij had gehouden. Dat geheim herinnert hij weer op de reis naar Wales. Het is de eerste keer sinds die vakantie dat hij het horloge aan heeft en al zijn herinneringen van die gebeurtenissen komen terug alsof het horloge het geheim had gehouden en niet Paul zelf. Er ontstond tegelijkertijd ook een barst in hun vriendschap toen Martin ervandoor ging met Lotte en Paul en Vincent achterbleven in Noorwegen.
Angst voor dood en onsterfelijkheid zijn motieven die om elkaar heen draaien. De dood en onsterfelijkheid zijn de twee gespreksonderwerpen van de dag. De onderwerpen komen ter sprake door een artikel in de krant van Vincent. De onderwerpen worden voor het eerst besproken in de trein in verband met religie, leeftijd en familie. Vincent en Paul bespreken het een tijdje voordat het thema aan zijn einde komt. Er wordt er weer over gesproken wanneer ze in de bus zitten met Martin op weg naar zijn huis. Tijdens hun wandeling denkt Vincent over zijn onsterfelijkheid en zijn angst voor de dood. De angst had hij al eerder overwonnen door te klimmen, want in de bergen voelde hij zich pas onsterfelijk. Dus besluit hij om het laatste stuk op te klimmen. Het is dan niet voordat hij niet meer terug kan dat hij zich realiseert dat hij niet zo onsterfelijk was zoals hij dacht, zijn doodsangst komt ook weer terug. Het is onduidelijk voor de lezer of hij de beklimming overleefde.
Thema
De thema’s in het boek zijn geluk en onsterfelijkheid. Alle drie vertelpersonages denken terug aan toen ze gelukkig waren, op hun klimtocht door Noorwegen. Het was toen hun hoogtepunt van geluk in hun vriendschap en hun leven. Hier speelt het tweede thema onsterfelijkheid ook op in. Terwijl het een breed gespreksonderwerp was, was het ook een belangrijk thema. Onsterfelijkheid hoeft namelijk niet alleen te betekenen dat je niet kunt sterven, maar ook dat je grip hebt op je leven en je lot. Lottes lot was ten eerste om op de Lofoten te verongelukken, iets wat niet ter planning ging omdat Paul haar van de afgrond redde. Onsterfelijk ben je dus ook als je je lot weet te ontlopen, iets bijna alleen maar mogelijk doordat je afhankelijk bent van iemand. Maar dat zorgt er ook weer voor dat je geen goed grip op je leven hebt, en dus ook niet onsterfelijk bent. Ergens hiertussen verzoeken de jongens te balanceren.
Titel en motto
De titel is Grip. Ze waren allemaal gegrepen door wat er op de Lofoten gebeurde; Lottes ongeluk. Hier zijn ze nog steeds van gegrepen en de gebeurtenis heeft een emotionele grip over hun genomen. Ze hebben allemaal ook een slecht grip op hun leven, ze zitten allemaal in een midlifecrisis.
Het motto is:
“Niets in het zingen der krekels
Verraadt hoe vlug ze sterven”
Bashō, (1644-1694)
Deze haiku bevat een verwijzing naar onsterfelijkheid en dood, een van de thema’s in het boek.
Schrijfstijl
Stephan Enter heeft het boek geschreven met de spelling van voor 1996. Dit deed hij omdat hij de aanpassingen van het gebruik van de tussen-N en de trema onlogisch vond. Er is veel gebruik gemaakt van de verschillende regels van de komma, puntkomma en het koppelteken. Stephan heeft namelijk veel lange zinnen geschreven. Er zijn niet zo veel beschrijvingen, maar als ze er zijn dan merk je pas dat die er zijn geweest enkele minuten later. Enter neemt de schrijfstijl in gebruik waar je ergens over verteld in plaats van het te tonen: “Vertel over hoe ze reageerde zeg niet dat ze geschokt was.” Door middel van dit gebruik je de handelingen van iemand ter beschrijving in plaats van concrete woorden.
Een voorbeeld van zo’n lange zin is van blz. 62-62: “Door de traagheid leek de buitenwereld aanraakbaar dichtbij; in een feeëriek dorpje dat de spoorlijn niet goed had kunnen ontwijken was een jaarmarkt aan de gang met harlekijnachtige volksdansers en uitbundig klokgelui dat gerafeld door de ramen drong; op een zonnige straathoek met vakwerkhuizen knipoogde een knalrode Doctor Who-telefooncel met zijn spiegelende ruitjes, op al die oude daken prijkte een komische wirwar van schoorstenen en takken van een alleenstaande eik vlak langs het spoor hielden een roze ballon gevangen – terwijl de trein verder sjokte en een feestelijk rinkelende overweg passeerde en het dorp bleef achter, maakte plaats voor een tarweveld dat in de wind rilde als een paardevacht* en daar kronkelde een smal riviertje vol felzilveren schubben, een opklimmende heuvel begon het zicht weg te duwen en dwong Pauls blik omhoog, naar een straalvliegtuig dat de hemel met een krijtlijn in tweeën deelde en hij dacht weer aan de bom, en dat al die gebeurtenissen (want het gold voor de val van de Muur, het gold voor 9/11, voor maanlandingen, voor internet, olympische spelen, wereldkampioenschappen) werden uitgeroepen tot wat je leven van jongsafaan, het leven van jouw generatie en jouw tijd, bepaalde maar het klopte niet – hij voelde dit als groeiende zekerheid: dat je in je laatste gedachten geen plek zou zijn voor die gebeurtenissen en voor alles wat kranten en televisiejournaals* belangrijk vonden, en niet voor persoonlijk overwinningen, inzichten, ingenieuze plannen en carrières of zelfs maar voor een geloof; het allerlaatste waaraan je je, in bed, blind, happend naar lucht zou vastklampen was – de herinnering aan de lach van een geliefde, het uitzicht in een ver land op een plek waar je eens vijf minuten had gestaan, de geur in een huis waar je je welkom wist.”
*Stephan Enter gebruikte geen tussen-N, het zou paardenvacht moeten zijn, ook zijn meervoud-s gebruikte hij waar er eigenlijk een -en zou moeten zijn. Het zou televisiejournalen moeten zijn.
Beoordeling
Grip is een leuk boek om te lezen. Erg interessant met de gedachte aan het thema onsterfelijk en ook het feit dat de handeling deels in Noorwegen afspeelt. Lekker diepzinnig qua thema en manier van schrijven en zeer lange zinnen. Persoonlijk vind ik het vervelend wanneer het perspectief veranderd, maar dat is in dit boek goed gelukt. Het is een van de weinige boeken die ik hoewel ze een verschillende perspectief inhouden leuk vindt om te lezen. Een ontroerend thema dat je aan het denken zet over het leven, je vrienden en de geheimen die je genoodzaakt bent om te houden. Goed taalgebruik, niet te ingewikkeld, creatief en levend. Het boek is om aan te raden voor andere. Heel leuk om te lezen als je er de tijd voor kan nemen. Het is aan te bevelen om er goed de tijd mee te nemen, er zijn lange zinnen die je niet snel kunt lezen, zoals het voorbeeld bij onderdeel ‘Schrijfstijl’, aandacht is echt nodig.
REACTIES
1 seconde geleden