Kruistocht in spijkerbroek door Thea Beckman

Beoordeling 8.4
Foto van een scholier
Boekcover Kruistocht in spijkerbroek
Shadow
  • Boekverslag door een scholier
  • 2e klas havo/vwo | 1460 woorden
  • 11 november 2019
  • 17 keer beoordeeld
Cijfer 8.4
17 keer beoordeeld

Boekcover Kruistocht in spijkerbroek
Shadow

De zestienjarige Dolf uit Amstelveen geeft zich op als proefkonijn: hij zal door een materietransmitter teruggeflitst worden naar de Middeleeuwen om daar één middag een kijkje te nemen. Maar door een foute berekening komt hij in het jaar 1212 terecht in een Kinderkruistocht die net uit Keulen is vertrokken en niet op het riddertoernooi in Montgivray in M…

De zestienjarige Dolf uit Amstelveen geeft zich op als proefkonijn: hij zal door een materietransmitter teruggeflitst worden naar de Middeleeuwen om daar één middag e…

De zestienjarige Dolf uit Amstelveen geeft zich op als proefkonijn: hij zal door een materietransmitter teruggeflitst worden naar de Middeleeuwen om daar één middag een kijkje te nemen. Maar door een foute berekening komt hij in het jaar 1212 terecht in een Kinderkruistocht die net uit Keulen is vertrokken en niet op het riddertoernooi in Montgivray in Midden-Frankrijk dat hij zo graag wilde bijwonen. Verbijsterd ziet hij duizenden gelovige - en vooral goedgelovige - kinderen, aan wie wonderen zijn beroofd, zingend aan hem voorbijtrekken. Zij zijn van plan met hun blote landen het Heilige Land van de Saracenen te bevrijden. Om vijf uur diezelfde middag moet Dolf weer op de afgesproken plek staan om teruggeflitst te worden naar de twintigste eeuw - tenminste, als er niets fout gaat...

Kruistocht in spijkerbroek door Thea Beckman
Shadow

Oefenen voor je mondelingen?

Komen je mondelingen er aan en wil je oefenen? Probeer onze Boekenquiz. We stellen je open vragen over de gelezen boeken.

ADVERTENTIE
Overweeg jij om Politicologie te gaan studeren? Meld je nu aan vóór 1 mei!

Misschien is de studie Politicologie wel wat voor jou! Tijdens deze bachelor ga je aan de slag met grote en kleine vraagstukken en bestudeer je politieke machtsverhoudingen. Wil jij erachter komen of deze studie bij je past? Stel al je vragen aan student Wouter. 

Meer informatie

Kruistocht in spijkerbroek  

Inhoud

Waarom dit boek 2

Hoofdpersonen en bijpersonen 3

Schrijfster 4

Samenvatting 5

Mijn mening 

Waarom dit boek?

Ik lees graag en was al bezig in dit boek, omdat dit boek

een beetje over geschiedenis gaat en de kruistochten en dat vind ik wel interessant.

Hoofdpersonen en bijpersonen

Dolf Wega:

Hij is erg avontuurlijk, want hij gaat terug in de tijd. Ook is hij een echte leider. Dit blijkt onder andere uit dat hij de leiding voor een deel op zich neemt en dat de meeste kinderen naar hem luisteren. Verantwoordelijk is hij ook. Als hij met de kruistocht meegaat voelt hij zich gedwongen om de kinderen veilig naar Jeruzalem te brengen.

Hij draagt een spijkerbroek (vandaar ook de titel).

Leonardo:

Dolf's rechter hand, een slimme student uit Pizza. Hij is sluw, sarcastisch en behulpzaam. 

Hij is een grote steun voor Dolf en hij is er altijd als ze hem nodig hebben. En ook zijn trouw ezeltje was er altijd bij.

Nicolaas:

Een simpele, goedgelovige, domme, jongen. Zijn opdracht was de kinderen naar het heilige land te leiden. Nicolaas was zo gelovig dat hij zich niet bekommerde over de kinderen. Nikolaas en Dolf konden absoluut niet met elkaar opschieten.

Dom Anselmus:

Hij is niet aardig voor de kinderen, hij wil alleen maar dat de kinderen snel in Genua komen zodat hij veel geld kan verdienen als de kinderen als slaven worden weggevoerd naar Afrika. 

Mariecke:

Lieve kleine Mariecke zoals Dolf haar noemde. Een meisje van een jaar of acht negen. Een weesje dat haar in Keulen had aangesloten bij de kinderkruistocht in de hoop om het heilige land te bevrijden. Dolf hield van haar. Zij hield ook erg veel van Dolf ze zou hem nooit in de steek laten. 

Dom Thaddeus Peter:

De monnik die voor Dolf is. Hij vindt Dolf wel een ketter maar hij vindt ook dat Dolf moet blijven, want als hij er niet was zou het allemaal veel slechter gegaan zijn. 

Schrijfster

Ze werd in 1923 geboren en was enig kind. Haar vader was kantoorbediende, maar werd in de crisisjaren ontslagen en was werkloos. Studeren was kon Thea Beckman ook niet, er was geen geld voor. Maar het was ook omdat Thea een meisje was en haar ouders vonden dat ze thuis mee zou moeten helpen in de huishouding.

In het begin leek Thea zich daarbij neer te leggen; ze deed de afwas, werkte op kantoor en zorgde voor haar man en kinderen. Maar toen de kinderen eenmaal wat groter waren en ze meer tijd kreeg om te schrijven, was ze niet meer te stoppen.

Ze schreef meer dan dertig boeken en ging alsnog studeren. Met haar boeken won ze veel prijzen.

In 2003 overleed ze.

Samenvatting 

Het verhaal begint in het laboratorium van dr. Simiak, Dolf is uitgenodigd om een kijkje te komen nemen bij een soort tijdmachine, de materie-transmitter. Dr. Simiak verteld Dolf dat hij ermee probeert voorwerpen uit het verleden te transporteren. Dolf raakt super enthousiast en stelt voor om zichzelf naar het verleden te sturen. Dr. Simiak wijst zijn voorstel meteen af, maar na een hoop gezeur gebeurt het alsnog, Dolf reist met de materie-transmitter naar de 13e eeuw. Hij moet om vijf uur terug zijn op precies dezelfde plek als waar hij heen geflitst is. Als dat lukt is alles goed, maar als dit niet lukt kan hij pas na een paar maanden terug komen. Dolf is terecht gekomen in de 13e eeuw, hij staat op een grote steen, deze markeert hij met de meegekregen vetkrijtjes. De wereld om Dolf heen is prachtig, vogels vliegen over het rotsige landschap. Dolf staat op en begint te lopen, al snel komt Dolf terecht bij een overval. Twee rovers proberen een jongen met zijn ezel te bestelen. Dolf grijpt vrijwel meteen in en bevrijd de jongen. Van af dat moment zijn ze beste vrienden. De jongen blijkt Leonardo te heten, Dolf en Leonardo hebben een lang en interessant gesprek. Als Dolf op zijn horloge kijkt ziet hij dat het al bijna 5 uur is, zo snel als hij kon haastte Dolf zich terug naar de steen. In de verte ziet Dolf iets vreemds, een rij kinderen lopen langs hem, honderden, Duizenden kinderen. Ineens wordt Dolf van de steen afgeduwd, achter hem lopen kinderen over de steen, Dolf probeert zich door de menigte terug naar de steen te vechten. Maar dan ziet Dolf een flits, een van de kinderen is weggeflitst. Dolfs enige manier om terug te keren naar de 20e eeuw is vergaan. Dolf besluit om samen met Leonardo met de kinderen mee te reizen. Als hij aan Leonardo vraagt wat dit eigenlijk moet voorstellen krijgt hij als antwoord: Deze kinderen lopen een kinderkruistocht, hen is belooft dat ze naar het heilige land zouden reizen waar ze de Saracenen zouden verjagen. De heilige Nicolaas zou de kinderen naar de zee leiden, deze zou voor hem opgaan zodat ze ter voet naar Jeruzalem konden lopen. Dolf liep met de kruistocht mee en zag vreselijke dingen, uitgehongerde gezichtjes en doden langs de weg. In de avond besloot Dolf zich te gaan bemoeien met de leiding. Dolf stelde zich voor als Rudolf van Amstelveen. De huidige leider was Dom Johanis. Rudolf hielp hier en daar wat met de organisatie van de kruistocht. Al snel was te zien dat het stukken beter ging met de kinderen. De kinderen gingen beter samenwerken om hun voedsel te verdienen. Er kwamen bewakingsploegen, jagersploegen, vissersploegen en natuurlijk ook ziekenploegen. Rudolf maakte in de loop der tijd van alles mee. Zoals overvallen. Vele kinderen gingen verloren in de lange, moeilijke reis. Maar uiteindelijk kwam toch meer dan de helft van de kinderen aan in Genua. De kinderen wisten niet beter dan dat de zee die hier lag de juiste was, maar Rudolf bekommerde zich erom omdat hij veel meer verstand had van Aardrijkskunde. Op het kamp in Genua was dagen lang achter elkaar nergens te bekennen, bij het kamp was Dom Johanis er niet. Rudolf besloot naar hem opzoek te gaan.Na enige tijd vond hij hem snikkend onder een boom. Toen Rudolf vroeg wat er aan de hand was begon Johanis zich over te geven, hij wilde niet meer liegen. Hij zei vooral:

Het boekverslag gaat verder na deze boodschap.

Verder lezen
Gids Leraar worden

Alles wat je moet weten over leraar worden

Het verhaal begint in het laboratorium van dr. Simiak, Dolf is uitgenodigd om een kijkje te komen nemen bij een soort tijdmachine, de materie-transmitter. Dr. Simiak verteld Dolf dat hij ermee probeert voorwerpen uit het verleden te transporteren. Dolf raakt super enthousiast en stelt voor om zichzelf naar het verleden te sturen. Dr. Simiak wijst zijn voorstel meteen af, maar na een hoop gezeur gebeurt het alsnog, Dolf reist met de materie-transmitter naar de 13e eeuw. Hij moet om vijf uur terug zijn op precies dezelfde plek als waar hij heen geflitst is. Als dat lukt is alles goed, maar als dit niet lukt kan hij pas na een paar maanden terug komen. Dolf is terecht gekomen in de 13e eeuw, hij staat op een grote steen, deze markeert hij met de meegekregen vetkrijtjes. De wereld om Dolf heen is prachtig, vogels vliegen over het rotsige landschap. Dolf staat op en begint te lopen, al snel komt Dolf terecht bij een overval. Twee rovers proberen een jongen met zijn ezel te bestelen. Dolf grijpt vrijwel meteen in en bevrijd de jongen. Van af dat moment zijn ze beste vrienden. De jongen blijkt Leonardo te heten, Dolf en Leonardo hebben een lang en interessant gesprek. Als Dolf op zijn horloge kijkt ziet hij dat het al bijna 5 uur is, zo snel als hij kon haastte Dolf zich terug naar de steen. In de verte ziet Dolf iets vreemds, een rij kinderen lopen langs hem, honderden, Duizenden kinderen. Ineens wordt Dolf van de steen afgeduwd, achter hem lopen kinderen over de steen, Dolf probeert zich door de menigte terug naar de steen te vechten. Maar dan ziet Dolf een flits, een van de kinderen is weggeflitst. Dolfs enige manier om terug te keren naar de 20e eeuw is vergaan. Dolf besluit om samen met Leonardo met de kinderen mee te reizen. Als hij aan Leonardo vraagt wat dit eigenlijk moet voorstellen krijgt hij als antwoord: Deze kinderen lopen een kinderkruistocht, hen is belooft dat ze naar het heilige land zouden reizen waar ze de Saracenen zouden verjagen. De heilige Nicolaas zou de kinderen naar de zee leiden, deze zou voor hem opgaan zodat ze ter voet naar Jeruzalem konden lopen. Dolf liep met de kruistocht mee en zag vreselijke dingen, uitgehongerde gezichtjes en doden langs de weg. In de avond besloot Dolf zich te gaan bemoeien met de leiding. Dolf stelde zich voor als Rudolf van Amstelveen. De huidige leider was Dom Johanis. Rudolf hielp hier en daar wat met de organisatie van de kruistocht. Al snel was te zien dat het stukken beter ging met de kinderen. De kinderen gingen beter samenwerken om hun voedsel te verdienen. Er kwamen bewakingsploegen, jagersploegen, vissersploegen en natuurlijk ook ziekenploegen. Rudolf maakte in de loop der tijd van alles mee. Zoals overvallen. Vele kinderen gingen verloren in de lange, moeilijke reis. Maar uiteindelijk kwam toch meer dan de helft van de kinderen aan in Genua. De kinderen wisten niet beter dan dat de zee die hier lag de juiste was, maar Rudolf bekommerde zich erom omdat hij veel meer verstand had van Aardrijkskunde. Op het kamp in Genua was dagen lang achter elkaar nergens te bekennen, bij het kamp was Dom Johanis er niet. Rudolf besloot naar hem opzoek te gaan.Na enige tijd vond hij hem snikkend onder een boom. Toen Rudolf vroeg wat er aan de hand was begon Johanis zich over te geven, hij wilde niet meer liegen. Hij zei vooral:

Nicolaas was geen heilige, Dom Anselmus en Dom Johanis bleken bedriegers te zijn en Nicolaas ingefluisterd te hebben dat hij een heilige zending van god had gekregen.

De kinderen waren in gevaar, het echte plan was om de kinderen met een smoes naar Genua te voeren, en ze daar in slaven schepen naar Afrika te laden.

Het kwam er dus op neer dat de kinderen als slaaf verkocht zouden worden, hier konden Anselmus en Johanis groot geld aan verdienen.

Rudolf moest hem helpen, Johanis was niet zo’n schurk als Anselmus, hij was van de kinderen gaan houden en wilde niet meer dat ze als slaven moesten gaan werken.

Na dit nieuws gehoord te hebben ging alles vrij snel. Rudolf waarschuwde samen met Leonardo de onderofficieren van het kamp.

Toen Nicolaas de volgende dag probeerde de zee opzij te laten gaan faalde hij, wat Rudolf beweerde was dus waar. Op dat moment kwam Anselmus op hen afgestormd, hij vertelde de kinderen dat god hen schepen had gestuurd, de kinderen wisten wel beter en sloegen Anselmus tegen de grond. Toen duidelijk was dat de leiders hen bedrogen ging alles eigenlijk zonder doel. Een deel van de kinderen reisde terug naar huis, een ander deel bleef in Genua en weer een ander deel trok verder. Deze kinderen zouden zich dan uiteindelijk wel ergens bijvoegen, bijvoorbeeld in een naastgelegen stad. Sommigen begonnen zelfs een eigen kamp, in de wouden van Italië. Rudolf vestigde zich tussen de kinderen die verder trokken. Op een dag zag Rudolf een doosje liggen, dit was niet zomaar een doosje, dit was een doosje van aluminium. Het doosje bevatte een brief uit de toekomst. Dr. Simiak had geprobeerd Rudolf te bereiken met het versturen van aluminium doosjes. Overal langs de wegen waar Rudolf was gegaan had hij bij steden doosjes laten verschijnen, en nu had Rudolf er een gevonden. Helaas was dit doosje over datum, maar al snel vond Rudolf een tweede doosje. Rudolf bleek precies genoeg tijd te hebben om teruggeflitst te worden. Rudolf haastte zich naar de plek waar hij het doosje had gevonden. Hij was uren te vroeg, maar hij moest perse op tijd op de plek staan waar hij weggeflitst zou worden. Na uren lange tijd, trad de laatste minuut in werking. En daar was die flits weer, Dolf was terug in de 20e eeuw.

Mijn mening

Ik vind dit boek ontzettend leuk, avontuurlijk en ook leerzaam. 

Ik raad u aan om dit boek ook te lezen!

Als ik een cijfer moest geven zou het een 9,7 zijn

REACTIES

Log in om een reactie te plaatsen of maak een profiel aan.

Andere verslagen van "Kruistocht in spijkerbroek door Thea Beckman"