Zakelijke gegevens
Titel: komplot op volle zee
Schrijver: henk van kerkwijk
Druk: 4e uit 1993 en uitgegeven door leopold, amsterdam
De 1e druk is van 1968 en die is uitgegeven door Ploegsma. Amsterdam
De omslag illustratie is gemaakt door Fiel van der Veen
De schrijver heeft met dit boek 1 prijs gewonnen :in het jaar 1969 werd het gekroond voor het beste kinderboek.
Waarom heb ik dit boek gekozen?
Ik had eerst een ander boek gekozen (Vechten voor overmorgen) maar iemand anders had die al gebruikt dus die kon niet meer. Toen heb ik maar even snel een boek uitgekozen. Deze titel sprak me wel aan maar het bleek toch niet zo’n leuk boek te zijn.
Samenvatting:
In dit boek staat een reis met een schip centraal. Het boek begint met het vertellen hoe Derck, Isaac, Harmen Rochus en Joris op het schip komen. In het boek lopen de verhalen over deze personen door elkaar heen maar ik vertel het apart. Ik begin met Isaac.
In Amsterdam is zijn vader een goed koopman en erg rijk geworden. Hij heeft een aantal schepen waaronder de silvere dolfijn. Ook is Isaac hier geboren samen met 2 zusjes en een broertje.
Zijn vader heeft nu een brief gekregen waarin staat dat zijn oom Jakob ook naar Nederland komt. Hij roept Isaac bij zich en vertelt dat hij zijn oom moet gaan ophalen. Hij moet met de silvere dolfijn naar de beruchte haven Cork in Zuid Ierland en daar zal een brief liggen waarin zal staan waar hij zijn oom zal ontmoeten. Als schipper zal Claaszoon meegaan.
Hoe komt Derck op het schip? Hij werkt voor een lakenreder in Leiden die hem voor 1 dukaat van zijn vader heeft gekocht. Op een dag valt hij in slaap tijdens het werken. Hij droomt weer van die koeien. Zijn baas is zo boos dat hij begint te slaan en te schelden. Derck vlucht net zolang totdat hij in Amsterdam is. Hier wil hij geld gaan verdienen zodat hij 2 koeien voor zijn vader kan kopen. Eerst probeert hij wat te bedelen, maar omdat dat niet werkt en hij zelfs een keer een cafe wordt uitgezet door 3 mannen stopt hij daarmee. Daarna vindt hij werk bij een visser waar hij 1 dag werkt. Tijdens die dag hoort hij dat een schip dat uitvaart nog helpers nodig heeft. Dat lijkt hem wel wat en hij gaat naar de schipper. Hij vraagt of ze hem kunnen gebruiken en dat kan. Hij krijgt zelfs nog wat kleren mee ook.
Nu Joris Harmen en Rochus. Hun doel is dus om op het schip te gaan muiten. De avond voordat ze met het schip meegaan willen ze nog een overval plegen. Dat doen ze bij bij schipper Claaszoon zelf. Die net een aantal zilveren lepels 4 zilveren schalen en een dure portomonee had gekocht. Ze kunnen binnen komen en halen de spullen uit de kast. Op dat moment de koopman naar beneden om s’nacht wat te eten. Als hij terug loopt ziet hij de mannen maar voordat hij iets kan doen krijgt hij een slag op zijn hoofd. De mannen pakken de spullen en lopen weg. De volgende dag vertrekken ze met het schip.
De eerste dag op het schip proberen de drie mannen de kleren te stelen van Derck. Dat mislukt omdat Isaac het ziet en naar hem moeten de mannen wel luisteren. Er is verder afgesproken dat samen met de silveren dolfijn er nog 2 andere schepen meevaren om zo sterk te staan tegen mogelijke vijanden. Die schepen heten de Kleen Adelaar en de Witte Vrouw. Ze varen naar eerst naar Texel. Daar moeten ze nog wat graan inslaan want ze zijn maar half geladen. Isaac gaat samen met de schipper onderhandelen met de graan verkoper en uiteindelijk krijgen ze het graan.
Dezelfde dag ziet Isaac Derck weer en probeert met hem te praten. Ondertussen morst Derck wat pek. Een week later bespreken de 3 mannen hoe ze het schip in hun bezit willen krijgen. Er zijn al aardig wat mannen op het schip die hun willen helpen. Ze willen vannacht hun slag slaan. Ze besluiten dat Harmen Derck die op dat moment wacht houd, van achter zal grijpen hen hem dan bewusteloos zal slaan. Hij sluipt midden in de nacht naar hem toe. Hij moet nog 2 stappen maar glijdt dan uit over het gemorste pek van een week geleden. Derck draait zich snel om en begint te schreeuwen. Het plan is mislukt want nu is er alarm geslagen. De schipper denkt later dat het gewoon een vechtpartij was en straft hem met 50 slagen. Maar nog voordat Harmen gestraft kan worden wordt er geschreeuwd. Het blijkt een Duinkerker te zijn. Die willen altijd vechten. Iedereen wordt op zijn post gezet maar het schip draait vlak voordat er gechoten zou worden, weg. Tot vechten komt het dus niet. Harmen wordt nu toch gestraft. Een poosje later zeggen de 2 andere schepen dat ze liever niet doorvaren maar naar een haven willen omdat ze bang zijn dat de Duinkerkers alleen versterking zijn gaan halen. De schipper van de Silvere Dolfijn wil dat niet en zo gaat de boot vanaf nu alleen verder. Ze gaan naar Cork en een paar dagen later zijn ze daar. Hier zullen ze de brief van Isaac's oom krijgen. Ondertussen heeft een van de 3 mannen, Joris, ontdekt dat er in 1 van de dozen die in het schip staan geweren zitten. Die kunnen ze straks mooi gebruiken. Ze zijn alleen niet geladen. Ze moeten nog kruit hebben. Die avond gaan Isaac, de schipper en Derck, die voor page speelt naar de gouverneur van Cork om de brief van de oom van Isaac in ontvangst te nemen. Als ze door Cork lopen zien ze dat er veel vechtpartijen zijn. Gelukkig komen zij zonder kleerscheuren bij de gouverneur. Daar wil de gouverneur niet gelijk de brief geven, hij zegt dat ze morgen maar terug moeten komen. Dat wil de schipper niet en hij geeft de gouverneur wat goud. Per ongeluk komt het goud tegen een doosje en daaronder ligt de brief die ze nu wel krijgen. Ondertussen tijdens het uitladen in Cork vraagt Harmen aan een Ier die daarbij helpt of hij ervoor kan zorgen dat hij kruit krijgt. Daar kan hij voor zorgen in ruil voor 5 vaten bier. Op hetzelfde moment als de schipper Isaac en Derck het schip afgaan om de brief te halen gaan ook Harmen, Rochus en Heinrich dat is een van de mensen die hun willen helpen met het krijgen van het schip naar Cork. Ze moeten het kruit gaan halen bij de Ier. Op de terug weg wil Heinrich elk café in om te zuipen. Hij is op het laatst straal bezopen.
Isaac Derck en de schipper komen. Tijdens de terug weg midden in een vechtpartij terecht. Isaac en Derck raken de schipper kwijt en verdwalen. Uiteindelijk komen ze terecht in een oud verbrand huis. Daar zien ze Heinrich Rochus en Harmen voorbij lopen samen met een vat. Ze horen Heinrich pulver zeggen op dat moment weten ze niet wat dat betekent. In dat oude huis horen ze een andere man. Hij is gewond en blijkt een chirurgijn te zijn. Hij kent de weg in Cork en kan hun de volgende morgen naar de silveren dolfijn brengen. Daar wordt hij de dokter op het schip. Nu Isaac en de schipper de brief hebben gehad weten ze waar ze Isaac's oom zullen ontmoeten. Ergens in open zee tussen Tetuan en Algiers. Daar gaan ze nu naartoe. Onderweg daar naartoe krijgen ze slecht weer. Iedereen moet helpen alleen Isaac natuurlijk niet. Hij moet op zijn kamer blijven. Dat doet hij niet en de man die alles regelt denkt dat hij Derck is. Hij geeft Isaac een opdracht die dat ook doet. Daardoor komt hij op de plaats waar de matrozen slapen. Ondertussen is Derck voor Isaac aangezien en zit hij nu in de kamer van Isaac. Isaac vind bij 1 van de hangmatten de dure portemonnee die de avond voordat het schip wegging gestolen is. Hij brengt hem naar de schipper maar nu weten ze nog niet wie hem gestolen heeft. Ze moeten dus afwachten. Die nacht droomt Derck weer onrustig. Hij droomt dat iemand pulver roept wat kruit betekent. Nu weet hij ook wat er in het vat zat die hij zag in Cork. Hij gaat daarmee naar Isaac. Ze gaan dus toch weer proberen het schip in handen te krijgen. Zelf wil Derck meteen naar de schipper maar Isaac vind dat ze te weinig bewijs hebben. Ze besluiten om op Joris Rochus en Harmen te gaan letten. Ze lopen achter hun aan en zien dat ze naar de slaapplaatsen gaan. Ze gaan luisteren naar wat ze zeggen en horen weer het woord pulver. Verder horen ze dat iedereen die in het komplot zit naar het ruim zal worden geroepen waar ze kruit pistolen en kogels. Vannacht zal er een teken worden gegeven een fluitsignaal. Nu weten Isaac en Derck het zeker. Ze gaan vannacht het schip proberen in handen te krijgen. Op dat moment horen ze iets en proberen weg te komen maar de mannen zien hun en pakken ze. Op dat moment komt de bootsman eraan en ziet de mannen met het vat. Hij wil vragen waar ze dat vat voor nodig hebben, maar voordat hij klaar is met die zin wordt hij neer geslagen. Derck en Isaac worden opgesloten in een ander ruim. Ze moeten de schipper waarschuwen. Ze moeten proberen te ontsnappen. De mannen wachten nu niet langer en nadat de wapens zullen zijn uitgedeeld zullen ze aanvallen. Ze hebben dus nog ongeveer een kwartier. Deck heeft de oplossing want hij weet een losse plank. Zo komen ze in de bergplaats. Via de bergplaats komen ze in een ruimte onderin het schip. Daar kunnen ze door een luik op het dek komen. Ondertussen zijn de wapens bijna uitgedeeld. De mannen zien nu dat ze ontsnapt zijn maar ze zijn net te laat. Isaac en Derck kunnen de mensen die niet meededen in het komplot net op tijd waarschuwen. Ze gaan met z’n allen naar de hut van de schipper. Vandaar kunnen ze alles goed overzien. De aanvallers hebben 12 mensen en de verdedigers 6. De aanvallers overleggen een plan om aan te vallen nadat ze eerst een aantal mokken bier hebben gedronken. Net op het moment dat ze willen aanvallen komt er een schip in zicht. Het blijkt het schip de felle hondt van Isaacs oom te zijn. Nu hebben de aanvallers geen kans meer en ze geven zich over. Ze worden overgebracht naar het schip van Isaac's oom en Isaac's oom komt op het schip van Isaac. Hij praat nog wat met z’n oom en varen weer terug naar Nederland.
Fictie en werkelijkheid:
Dit boek is fictie maar voor die tijd is het heel realistisch. in die tijd gebeurde dat muiten enzovoort veel.
Spanning en open plekken.
Het is wel een spannend boek. Bijvoorbeeld als Joris Rochus en Harmen gaan inbreken, als Derck en Isaac worden opgesloten.
Open plekken zitten er niet in.
Opbouw
Het is in chronologische volgorde geschreven alleen in het begin niet helemaal.
Tijd
Is in de tijd van de 80-jarige oorlog dus tussen 1568 en 1648.
Thema en motieven
Het is een zeeverhaal dus hoe het er aan toe gaat op zee en dan gaat het in dit boek vooral over zeemuiterij
Vertelsituatie
Het is een alwetende vertelsituatie want je komt te weten wat een aantal persoenen meemaken.
Ruimte
In het begin op het land later,vooral op zee.
Mening:
Ik denk dat sommige mensen het wel een spannend boek zullen vinden maar ik vind het saai. Dat komt ook doordat ik het niet altijd kon volgen omdat er van die scheepstermen gebruikt werden en ik die niet kende het is wel interessant boek, je komt zo te weten hoe het in die tijd er aan toe ging.
Maar ik had wel echt moeite om het boek door te komen. Ik was liever na een tijdje gestopt.
REACTIES
1 seconde geleden
J.
J.
Ik heb dit boek ook moeten lezen, na de eerste 3 bladzijden kon ik mezelf niet meer beheersen om gewoon het boek verslag op internet te lezen!
13 jaar geleden
Antwoorden