Hoe kies jij een studie?

Daar zijn wij benieuwd naar. Vul onze vragenlijst in en bepaal zelf wat voor beloning je daarvoor wilt krijgen! Meedoen duurt ongeveer 7 minuten.

Meedoen

Kinderjaren door Jona Oberski

Beoordeling 6.7
Foto van een scholier
Boekcover Kinderjaren
Shadow
  • Boekverslag door een scholier
  • 5e klas vwo | 1627 woorden
  • 24 juli 2001
  • 320 keer beoordeeld
Cijfer 6.7
320 keer beoordeeld

Boekcover Kinderjaren
Shadow

De novelle Kinderjaren is het debuut van Jona Oberski.

Het boek geeft een indringend beeld van de belevingswereld van een joods jongetje tijdens de tweede wereldoorlog en de periode direct na de bevrijding. Oberski is erin geslaagd van het begin tot het eind een wereld te beschrijven zoals een kind die zou zien. Daarmee heeft hij voor een vorm gekozen, waaraan het …

De novelle Kinderjaren is het debuut van Jona Oberski.

Het boek geeft een indringend beeld van de belevingswereld van een joods jongetje tijdens de tweede wereldoorlog en de per…

De novelle Kinderjaren is het debuut van Jona Oberski.

Het boek geeft een indringend beeld van de belevingswereld van een joods jongetje tijdens de tweede wereldoorlog en de periode direct na de bevrijding. Oberski is erin geslaagd van het begin tot het eind een wereld te beschrijven zoals een kind die zou zien. Daarmee heeft hij voor een vorm gekozen, waaraan het boek een grote kracht ontleent.

Kinderjaren door Jona Oberski
Shadow
ADVERTENTIE
Overweeg jij om Politicologie te gaan studeren? Meld je nu aan vóór 1 mei!

Misschien is de studie Politicologie wel wat voor jou! Tijdens deze bachelor ga je aan de slag met grote en kleine vraagstukken en bestudeer je politieke machtsverhoudingen. Wil jij erachter komen of deze studie bij je past? Stel al je vragen aan student Wouter. 

Meer informatie
Thema Het boek gaat over de gevoelens en ervaringen van een joodse jongen, die tijdens de Tweede Wereldoorlog met zijn ouders enkele jaren in een concentratiekamp doorbrengt. Vertelwijze Het boek is opgebouwd uit allemaal kort verhalen, die samen in chronologische volgorde het leven van het jongetje vertellen. Het wordt in de verleden tijd verteld. Titel en ondertitel De titel kinderjaren hangt samen met de tijd van het leven die van het jongetje wordt verteld, zijn kinderjaren. Maar ook dat deze kinderjaren aan het eind van het boek door de oorlog juist voorbij zijn gegaan. Daarnaast denkt men bij kinderjaren ook aan warmte, geborgenheid en zorgeloosheid, wat de kenmerken zijn van de kindertijd. Deze kenmerken komen daarentegen alleen in het eerste deel van het verhaal voor. Daarna wordt dit veranderd door de oorlog en wordt het kind gedwongen om snel volwassen te worden. Het is niet zo zorgeloos meer. De ondertitel van kinderjaren is: ‘Een novelle’ De vraag is hierbij wat een novelle is en waarom juist dit boek een novelle is. Een aantal kenmerken van een novelle zijn: 1. Hoofdpersoon wordt op een kritiek moment van zijn leven getoond. à In ‘Kinderjaren’ zijn dit de jaren tussen het vierde en achtste levensjaar van de hoofdpersoon
2. Er is sprake van een conflict. à In ‘Kinderjaren’ is het conflict de oorlog

3. Hoofdpersoon niet teveel karakter vertoont. Het zwaartepunt ligt vooral bij het beschreven conflict. à Het hoofdthema in dit boek is de oorlog. Omdat ‘Kinderjaren aan al deze kenmerken voldoet kan je ervan uit gaan dat dit boek een novelle is. Motto gras, in een blauwe theepot, apart, tussen het groeiend
uitbloeiend, doorlevend gras gezet. Judith Herzberg
Uit: ‘Beemdgras en zachte dravik’ Ik denk dat dit motto slaat op het jongetje, dat na de oorlog alleen overblijft tussen allemaal dode familieleden. Hij is het gras dat in een blauwe theepot is gezet en nu apart, alleen, is. Hij bloeit uit in eenzaamheid, maar op een plek waar zijn familieleden ook geleefd hebben. Opdracht Aan mijn pleegouders
die heel wat met me hadden
uit te staan. Amsterdam, 19 november 1977, 19.00 uur. De opdracht die achter in het boek staat vergroot het autobiografische karakter van het boek. De schrijver heeft, na eigen zeggen, de opdracht aan het eind van het boek gezet, omdat ‘De mensen die dit boek gelezen hebben, moeten met hun probleem blijven zitten – als ze er al een probleem mee hebben. Het is niet goed als ze op kunnen projecteren met de gedachte: het is niet zo erg, het is toch allemaal nog goed gekomen.’ (Abrahams 1982) Het boek is in de eerste plaats geschreven om duidelijk te maken wat het betekent een kind te zijn in een concentratiekamp van de Duitsers. Opbouw Het boek is in 21 korte hoofdstukken verdeeld. Tot aan ‘Muiderpoort’ is de samenhang tussen de hoofdstukken zo weinig, dat je kunt zeggen dat ze eigenlijk allemaal korte verhalen zijn. Daarna is de samenhang veel groter en ontstaat er een echt verhaal. Naast deze hoofdstukken is het boek ook onderverdeeld in vijf delen. De titels van de hoofdstukken per deel zijn: I. Vergissing

Harlekijn
Kruidenier
Glazenwasser
II. Pont
Meneer Paul
Muiderpoort
Blanke top
Verzamelplaats
III. Keuken
Taart
Lange neus
Schaduw
Ketelhuis
IV. Soep
Soldaten
Aardappels
Slachting
Ziekte
V. Mokum
Tante Lisa
Wat me opvalt is dat de titels op een kinderlijke manier onder woorden brengt wat in dat hoofdstuk verteld wordt. Bijvoorbeeld in het hoofdstuk ‘Lange neus’ trekt de Hp een lange neus naar een Duitser om met de grote kinderen mee te mogen spelen. Ook zou je naar aanleiding van de titels het boek na kunnen vertellen. Ze zijn eigenlijk op hun manier een korte samenvatting van het boek. Personages De verhaalfiguren van Oberski zijn niet zozeer ‘gewone’ mensen, maar typen. Ze hebben bijvoorbeeld geen naam en van hun achtergrond kom je niet veel te weten. De belangrijkste persoon in dit boek is het jongetje, hij krijgt in het hele boek geen naam. Aan het begin van het boek is de hoofdpersoon ongeveer vijf jaar en aan het eind, als de oorlog afgelopen is ongeveer acht jaar. Het is een kind dat in de oorlog opgroeit en op zijn manier het probeert te overleven. In het kamp vindt hij vriendjes erg belangrijk en daar heeft hij dan ook veel dingen voor over. Door het boek heen wordt steeds over de hoofdpersoon gezegd dat het geen klein kind meer is. Dit zegt hij eerst zelf, maar na verloop van tijd zeggen ook ander mensen het. Naast het jongetje zijn er nog twee andere personen die een belangrijke rol spelen in het verhaal. Dit zijn z’n vader en moeder. Omdat het jongetje in het kamp samen met zijn moeder is, kom je niet zoveel over zijn vader te weten. Wel kom je te weten dat de vader wel veel van hem houdt. Bijvoorbeeld op pag. 12: ‘Hij tilde mij met twee grote handen om mijn middel op en ik vloog lachend door de lucht. Hij zette mij op zijn schouders, bukte heel diep bij de deuren en liet mij op het grote bed van mijn ouders ploffen.’ De vader doet kleine, maar leuke dingen met hem. Van de moeder kom je daarentegen iets meer te weten. Zij is bijna het hele boek door bij het jongetje in de buurt. In het kamp probeert ze hem zo goed mogelijk te beschermen en wanneer hij bijvoorbeeld een lange neus heeft gemaakt tegen een Duitser (pag. 51-54), wordt zij boos. Maar daarna legt zij uit hoe het kamp in elkaar zit. Nadat de vader is doodgegaan heeft de moeder alleen nog maar hem, ze wil voor hem nog blijven zorgen. Dat is waarschijnlijk ook de reden geweest dat zij na de bevrijding krankzinnig is geworden, omdat ze toen niet meer hoefde te blijven leven om voor hem te zorgen. Toen drongen pas alle spanningen van het kampleven tot haar door en dit kon ze waarschijnlijk niet meer aan.
Historische tijd Het verhaal speelt zich af in de Tweede Wereldoorlog. Dit is wel van belang voor het verhaal, omdat anders de hoofdpersonen niet in een kamp zouden kunnen komen. In het verhaal komen ook de beperkingen in het begin van de oorlog (pag. 15) en verschrikkingen van de oorlog naar voren. Hieruit kun je concluderen dat de historische tijd van belang is voor het verhaal. Plaats en ruimte Het boek ‘Kinderjaren’ speelt zich af in Amsterdam, Westerbork, Bergen-Belsen en Tröbitz. De eerste plaats, Amsterdam, had ook een andere plaats kunnen zijn maar de rest van de plaatsen niet. In deze plaatsen hebben in de Tweede Wereldoorlog de verschrikkingen plaatsgevonden die in dit boek, op een kinderlijke manier, verteld worden. Tijdsduur De vertellende tijd laat zich alleen bij benadering vaststellen. Je weet alleen dat het hoofdstuk ‘Meneer Paul’ zich eind april, begin mei 1942 moet afspelen, omdat de joden toen verplicht waren om een jodenster te dragen. Het loopt tot eind 1944 - begin 1945, omdat toen de Joden Bergen-Belsen mochten verlaten. Dat betekent dat het boek ongeveer 5 jaar van het leven van het jongetje vertelt. Omdat het boek verdeeld is in hoofdstukken die afzonderlijk eigenlijk korte verhalen zijn, komen er wel versnellingen in het verhaal voor. Deze versnellingen komen doordat het verhaal alleen wordt verteld door de ogen van de jongen. De dingen waar de jongen niet bij is, kunnen niet verteld worden. Zo kom je sommige dingen pas indirect te weten. Tijdsvolgorde Het boek wordt verteld in chronologische volgorde. Opvallend bij dit boek is wel dat er geen flashbacks voorkomen, dit komt volgens mij vooral omdat het wordt verteld door een kind. Een kind leeft in het heden en kijkt nog niet terug naar zijn verleden. Dit is een eigenschap van mensen die met de leeftijd komt. Perspectief Het wordt verteld door de ogen van het jongetje. De schrijver kruipt in de huid van dat jongetje, het is dus een personaal perspectief. Hier wijkt de schrijver niet van af. Motieven Een motief dat mij opviel in het boek en wat ik daarom graag even wil vertellen is het motief van kussen of zoenen. In het verhaal komt deze op verschillende manieren terug. Dit motief kan je vooral goed opmerken aan het slot van het derde hoofdstuk, dat eindigt met een beeld van drie hoofden die elkaar een kus kunnen geven. (pag. 15) Een ander ding dat steeds terug komt is de harlekijn. Ik merkte dit pas op na het lezen van het boek, toen ik over het boek na ging denken. De harlekijn krijgt hij cadeau voor zijn verjaardag, maar op bepaalde momenten verderop in het boek komt deze steeds weer voor. Een voorbeeld hiervan is als ze na het kamp gaan en hij hem niet in zijn koffer had gedaan. Hij mag hem dan van zijn vader gewoon meenemen. (pag. 27)
Idee Het boek is een verhaal over de Tweede Wereldoorlog, waar al meer boeken over zijn geschreven. Dit boek is wel origineel, omdat het uit het oogpunt van een kind is geschreven. Door de opdracht die aan het eind van het boek staat krijgt het boek een sterk autobiografische context. In ‘Kinderjaren’ zien we een wereldbeeld van iemand die veel vreselijke dingen heeft meegemaakt, en die daar alleen over kan praten, als hij allerlei moeilijke gevoelsuitingen achterwege mag laten. Bij deze bespreking heb ik gebruikt gemaakt van û Jona Oberski, ‘Kinderjaren’, 23e druk û Recensies: ‘Debuut van Jona Oberski; kinderjaren in het kamp’, Tom van Deel ‘Herinneringen van een klein kind en een jonge vrouw: het concentratiekamp dertig jaar later’, Marits Mok ‘Op kinderhoogte’, Frans de Rover ‘Beheersing van verdriet’, Reinjan Mulder û Peene, Bert: Kinderjaren. Een novelle. In: lexicon van literaire werken, augustus 1993 Beoordeling Ik vond dit boek heel bijzonder om te lezen. ……… Het is een aangrijpend boek dat dan misschien literair niet helemaal juist in elkaar zit, maar wel goed de ervaringen van een kind in de tweede wereldoorlog laat zien.

REACTIES

M.

M.

Je bent geweldig ik had een 8.4!!!!!!!!!!

groetjes michel

22 jaar geleden

E.

E.


goed verslag trouwens, ik heb er veel aan gehad

22 jaar geleden

K.

K.

hoezo jou zin kinderjaren

dat literair misschien niet helemaal goed in elkaar zit

21 jaar geleden

E.

E.

thanx!!
had ik effe nodig!
kuziessssssss

20 jaar geleden

L.

L.

Woww Dat boek verslag is erg goed.. zonder dit had ik alles op nieuw moeten make..

haha

19 jaar geleden

I.

I.

tnx man

11 jaar geleden

Log in om een reactie te plaatsen of maak een profiel aan.

Andere verslagen van "Kinderjaren door Jona Oberski"