Kinderen van moeder aarde door Thea Beckman

Samenvatting Als na de Derde Wereldoorlog, een kernoorlog, de aarde helemaal op zijn kop is gezet en de polen en evenaar verplaatst zijn ontstaat er in het huidige Groenland een nieuw land met een totaal ander klimaat, Thule. In plaats van een wit landschap en ijzige kou heerst er nu een heerlijk klimaat en is er een prachtig landschap ontstaan. De mensen die er nu leven zijn zich bewust van de schoonheid van de natuur en leven in harmonie met elkaar en Moeder aarde. Het volk dat er nu leeft bestaat uit een soort gemengd ras van volkeren die de Grote ramp hebben overleefd en ook vooral de eerste zeer moeilijke jaren erna. De mensen die er nu nog leven zijn ervan overtuigd dat de Grote ramp er nooit zou zijn geweest als de mannen niet aan de macht waren geweest. Mannen kunnen niet omgaan met macht, ze worden hebzuchtig. Daarom zijn in deze nieuwe gemeenschap de vrouwen aan de macht. De 'hoogste' vrouw is Armina-Dottir, de Konega, zij neemt alle belangrijke beslissingen en is op de hoogte van alle gebeurtenissen in het land. Echter in het huidige Midden-Europa hebben ook enige mensen weten te overleven en hebben een nieuwe samenleving opgebouwd, het Badense Rijk. Zij zijn al een stuk verder met hun technologie en op het gebied van wapens dan de Thulenen door gevonden tekeningen en documenten uit de periode voor de Grote ramp. Dit nieuwe rijk stuurt ongeveer zes eeuwen na de Grote Ramp een expeditieschip naar Thule om te ontdekken of er nog wat te veroveren valt. De grote, lompe stoomboot vaart na zes dagen de haven van Julianhab, de hoofdstad van Thule binnen. De mensen van de totaal verschillende culturen kunnen een beetje communiceren door de taal die de Thulenen Kanadeens en de
Badeners Brits noemen. Professor Kunz neemt contact op met de Konega en die vraagt hem een zolang in haar paleis te verblijven. De Badeners en Thulenen begrijpen in het begin niets van elkaar, zo begrijpt professor Kunz niet dat de vrouwen het voor het zeggen hebben en begrijpt de Konega niet dat de Badeners wapens dragen. Bij een van de jaarlijkse bezoeken aan Vastman (een klein vissersdorpje), nog voor de Badeners er waren, ontmoet Christian (de Konegazoon) Thura. Een aantrekkelijk meisje met een sterk karakter, hij wordt verliefd maar weet tegelijkertijd dat hij haar nooit zal kunnen trouwen omdat hij een Dottir- meisje moet trouwen om het goede ras voort te zetten. Als vele jaren later de Badeners komen hebben Thura en Christian al samen gestudeerd en zijn ze goede vrienden geworden. Thura heeft scheepsvaart gestudeerd en Christian voor sjamana, een soort geneeskunde. Christian vindt de komst van de Badeners alleen maar spannend en legt contact met professor Kunz. Ze vertellen elkaar van alles over 'hun wereld' en professor Kunz krijgt ook te horen van het vele goud dat Thule bezit. Dit maakt hem nieuwsgierig en hij informeert de kapitein op het schip. De kapitein stuurt luitenant Kolbe met drie matrozen en professor Kunz op weg naar het goud. Als gids ontvoeren ze Christian die ze dwars door het oerwoud stuurt en ze daar pas echt leert kennen. Ze schieten dieren dood en eten ze op, iets wat in Thule absoluut verboden is voordat de dieren minstens 10 jaar oud zijn. Christians vader die al 6 jaar doodgewaand is en Christians tante halen hem weg bij de Badeners en ze varen met Thura's schip terug naar Julianhab waar de Konega nu definitief heeft besloten dat de Badeners niet mogen terugkeren naar waar ze vandaan komen en door middel van een beetje slim denkwerk en veel kracht lukt het ze het schip te laten stranden en worden de Badeners opgenomen in de Thuleense beschaving. Thura en Christian vechten ervoor om toch te kunnen trouwen en dat mannen toch iets te zeggen hebben bij het maken van de beslissingen. Na veel overleg besluiten ze dat het in de toekomst voordelig zal zijn ook mannen te hebben die mee zullen beslissen.