Zakelijke gegevens: Titel: Kees de jongen Auteur: Theo Thijssen Uitgever: Van Dishoeck Jaar van de uitgave: 1923 Informatie over Theo Thijssen: De Nederlandse schrijver Theodorus Johannes Thijssen werd geboren op 16 juni 1879 in de Jordaan in Amsterdam, waar zijn vader een schoenmakerij had. Theo is overleden op 23 december 1943. Op elfjarige leeftijd stierf zijn vader aan tbc en zijn moeder bleef achter met zes kinderen. Ondanks de armoede werd Theo in staat gesteld een opleiding tot onderwijzer te volgen. Tijdens zijn studie begon zijn literaire loopbaan bij het schoolblad. Na zijn examen werd Theo Thijssen onderwijzer in Amsterdam. In 1906 trouwde hij met Johanna Zeegerman, die twee jaar later overleed aan tuberculose. Thijssen bleef achter met een zoon. In 1909 trouwde Theo Thijsen opnieuw. Uit het huwelijk met Geertje Dade werden twee zoons en een dochter geboren. In 1908 verscheen het eerste boek "Barend Wels". Door zijn werk voor de Bond voor Nederlandse Onderwijzers kwam Thijssen lange tijd niet aan schrijven toe. Vanaf 1921 werd hij fulltime vakbondsbestuurder en bleef er weer tijd over om te schrijven. De hoofdpersoon, Kees Bakels, gebruikt in deze roman zijn fantasie tegen de harde realiteit. Tijdens zijn leven werden de boeken van Theo Thijssen door de literatuurcritici, hoewel ze wel veel werden gelezen, niet erg gewaardeerd. De belangrijkste thema's in zijn werk waren school en gezin. In 1933 werd hij voor de Tweede Kamer gekozen voor de SDAP en in 1935 werd hij lid van de Amsterdamse gemeenteraad. Na de februaristaking werd hij door de Duitsers opgepakt en enige maanden gevangen gezet. Theo schrijft vooral novellen en romans over het school- en kinderleven. Het poëtische element en zijn inlevingsvermogen worden pas na zijn dood echt erkend. Kees de jongen is het meest bekende werk van Theo Thijssen en wordt in 1971 met veel succes door Gerben Hellinga voor het toneel bewerkt. Andere belangrijke werken van Theo Thijssen zijn: School-land (1925) De Gelukkige klas (1926) Het grijze kind (1927) Egeltje (1929) Het taaie ongerief (1932) Een bonte bundel (1935) In de ochtend van het leven (1941) Over het boek: Het boek ‘Kees de jongen’ is een novelle. Dit boek is een autobiografische roman. Het is ook een realistisch boek, omdat er dingen in voorkomen die in het echte leven ook zouden kunnen gebeuren. In het boek komt ook veel fantasie voor; de fantasie van Kees Bakels. Het Boek wordt verteld in het hij-perspectief. Bijvoorbeeld: ‘Kees voelde zich ongelukkig, hij ging…..’.
De hoofdgedachte: Het boek heeft een aantal hoofdgedachtes. Het gaat over verschillende dingen, zoals: dood, liefde en armoede. Ook gaat het over familieruzies. Titelverklaring: Het boek gaat over Kees Bakels, die in het verhaal een deel van zijn jeugd beleeft. Kees is een jongen, en daarom heet het boek ‘Kees de jongen’. Hoofdpersonen ( en hoe zij met elkaar omgaan): De hoofdpersonen in dit boek zijn : Kees, Rosa, en de vader en moeder van Kees. Kees is een jongen van ongeveer 12 jaar. Hij is erg slim, en ook een bijzonder kind. Hij wil altijd anders zijn dan de anderen. Later in het boek ontmoet Kees Rosa. Zij komt bij hem in de klas. Rosa vind Kees wel een leuke jongen. Rosa is ook, volgens Kees, een bijzonder kind. Kees heeft ook een vader en een moeder, zijn vader overlijd helaas op jonge leeftijd. Zijn ouders zijn niet zo rijk, maar zorgen goed voor Kees. Ze kunnen goed met elkaar omgaan. Samenvatting: Het verhaal speelt zich af in de 19e eeuw. Rond het leven van de arme burgers. Dit kan je merken aan dat de mensen niet zo rijk zijn, en omdat ze niet zoveel hebben, geen auto’s bijvoorbeeld. Het gaat over Kees Bakels, een dromerige jongen met veel fantasie, woont samen met zijn ouders, zijn jongere zusje Truus en zijn jongere broertje Tom in Amsterdam. Hij kan goed met zijn ouders en zusje opschieten. Zijn ouders hebben een schoenenwinkel, maar verdienen er niet zo veel mee. Kees zit in de zesde en laatste klas van de lagere school. Kees doet het erg goed op school. Hij wordt benoemd tot 'jongen-van-de-bel', omdat hij de deur open moet doen voorkinderen die te laat komen en voor ouders. Kees wil anders zijn dan de anderen. Als de kinderen op school prijzen mogen kiezen, na een wedstrijd, kiezen de meisjes voor een naaidoos en de jongens voor een figuurzaag, atlas of een postzegelalbum. Maar Kees niet. Want hij kiest een schaakspel. Een prijs die nog nooit iemand heeft gekozen. Een tijdje later komt Rosa Overbeek bij Kees in de klas. Ze komt van een rijk instituut en ze vindt Kees al vanaf het eerste moment bijzonder, en aardig. Hij vindt dat zij het bijzonderste kind uit de klas is. Thuis gaat het niet zo goed met Kees. Zijn vader is ernstig ziek en ze zijn niet zo rijk, eerder een beetje aan de arme kant. Kees, en ook zijn vader, accepteren de armoede en de ziekte niet echt. Ondanks dat ze arm zijn geeft zijn vader Kees een nieuwe atlas en een mooi pak in plaats van een vermaakte oude mantel. De cadeaus zijn een erg luxe voor het gezin. Zijn vader sterft als Kees met zijn broertje en zusje bij een oom en tante is. Op school past Rosa een beetje op Kees, ze helpt hem veel na de dood van Kees zijn vader. De leraar wil gaan zingen met de hele klas, maar Rosa ziet dat niet zo zitten. Ze denkt: ’Zingen in een klas waarin een jongen zit die net zijn vader heeft begraven, dat gaat toch niet?’. Kort daarna geeft ze Kees een pen. Kees vind de pen bijzonder, en schrijft er veel fantasie verhalen mee. Thuis gaat het na de dood van zijn vader steeds slechter. Ze verhuizen en er komt iemand bij hen wonen, Juffrouw Dubois. De moeder van Kees begint samen met haar een koffie- en theehandeltje om aan geld te komen. Kees helpt hen door de nieuwe voorraden op te halen. Als de koude winter komt,worden ze al armer, omdat ze het warm moeten houden in huis. Hij besluit werk te gaan zoeken en wil van school af gaan, om geld te verdienen. Zijn moeder gelooft hem eerst niet, maar is hem later, als Kees geld heeft verdient, erg dankbaar. In het laatste stuk van het boek gaan Rosa en Kees iets meer met elkaar om. Rosa ziet Kees huilen op de brug, en vraagt wat er aan de hand is. Hij vertelt dat hij is gaan werken. Rosa kust hem op zijn wang en vlucht dan weg. Kees voelt zich dan zielsgelukkig, omdat hij een kus van haar heeft gekregen. Kees verdient genoeg geld,om met het gezin rond te komen. En zo is het leven van Kees en zijn moeder, weer een beetje beter geworden. Mijn mening: Ik vond het een leuk boek, maar het was af en toe een beetje ingewikkeld verteld. Het boek was wel spannend, vooral het stuk dat de vader van Kees dood ging. Het boek was ook erg zielig en sprak me aan, omdat er iemand in overlijd,en dat vond ik wel zielig voor Kees. Ik lees namelijk graag probleemboeken. Ik heb wel lang over het boek gedaan, omdat het soms best ingewikkeld is, en daarom heb ik af en toe een paar stukken nog een keer gelezen.