Keerkringen door Wim Gijsen

Samenvatting Deidre keerkringen gaat over iemand die van jongs af aan in het tempel wou gaan wonen. Zij komt daar al als kind en wanneer zij bericht krijgt dat haar vader gaat sterven wil zij naar hem toe. Omdat weggaan uit een tempel echt niet mag vlucht zij. Aangekomen bij haar vader en 2 broers blijkt haar vader al gestorven te zijn. Haar vader stond erop voor zijn dood dat er een erfenis naar Deidre zou gaan, alsof de Godin het zo heeft uitgekiemd. Zij kan daar niet blijven omdat zij uit het klooster is weggevlucht. Zij komt aan in Chelle. Daar ontmoet zij op vreemde wijze het meisje Veerle. Veerle is dief van beroep en kan heel onopgemerkt stelen. Omdat Deidre het gevoel heeft dat het vele geld dat zij heeft meegekregen als erfenis, bewaard moet worden voor iets geeft zij het niet uit. Ze trekt bij Veerle in en leeft op wat zij steelt. Ze krijgen een verhouding, maar Deidre heeft weer het gevoel dat ze weg moet. Ze wil niet op Veerle's inkomsten leven. Ze gaat in de havens werken waar ze een klein bedrijfje start. Ze wil proberen dat iedereen hier meer verdiend. Iedereen die meedoet investeert al het beetje geld dat zij kunnen missen. Beetje bij beetje word het meer en ze ontwerpen boten met wielen. Het bedrijfje blijft groeien en Deidre geeft haar erfenis uit aan een boomgaard. Daar verbouwen ze een nieuw soort fruit. Dat fruit vervoeren ze per boot en wanneer er niks te vervoeren valt worden de boten voor mensen gebruikt. Zo kunnen de mensen luxe en tegen betaling meereizen. Het idee brengt veel winst op en uiteindelijk wordt haar idee nagemaakt door een rijke man. Uiteindelijk ontstaat er oproer onder het volk. Er wordt van alleen vernield en van alles in brand gestoken. Deidre krijgt de schuld maar weigert , zo koppig al ze is, om weg te vluchten. Uiteindelijk doet ze het maar het is al te laat. Ze wordt opgepakt en moet haar schuld aflossen in een ander tempel waar de vrouwen die er werken (Vrijwillig of ook gedwongen) de mannen die er komen moeten vermaken. Onderwerp. Het onderwerp is sciencefiction&fantasy. Het onderwerp vind ik heel interessant. Vooral fantasy heeft me altijd geboeid. Ik heb ook altijd fantasyboeken verslonden. Ik heb altijd de voorkeur aan dikke boeken hoewel dit boek niet dik is. Dat maakt niet uit omdat dit boek niet zo lekker leest. Bij dikke boeken heb ik namelijk ondanks mijn snelle leestempo nog veel tijd om r lekker in te lezen. Dunne boekjes zijn vaak al uit voordat ik er echt in zat. Dat vind ik nooit leuk. Vandaar dikke boeken. Helaas zijn de meeste fantasyboeken uit het engels vertaald. Dat vind ik erg jammer. Dan kan ik ze niet voor mijn leeslijst gebruiken. Als dat wel had gekund had ik alleen nog maar verslagen hoeven maken van de vele boeken die ik al heb gelezen.
Gebeurtenissen. Het draaide allemaal om .. euhm dat weet ik niet. Er zijn ook geen verslagen van dit boek op internet om me te helpen dus dit weet ik niet. Het is wat oppervlakkig. De intieme momenten worden heel vlug beschreven. Het gaat het meeste om het verhaal denk ik. En de gebeurtenissen ook wel. De gevoelens vind ik niet zo naar voren komen dus ik besluit maar dat die er niet veel toedoen. Tja het ging allemaal wat te snel en het las wat te traag om goed te kunnen oordelen vind ik. Ik vond het heel raar toen Deidre bij Veerle in bed elkaar gingen bevredigen. Het duurde een tijdje voor ik doorhad wat er gebeurde en toen wat het alweer voorbij. Wat het bij me opriep was dus niet echt veel, vooral vaagheid. Het speelt zich allemaal vooral af in de haven. Daar gebeurt er van alles. Daar speelt het zich vooral af. De branden en rellen vond ik wel wat schokken. Dat was niet te voorspellen, wat ik erg goed vind. Dan gebeurde er nog iets spannends en dat kon het verhaal wel gebruiken vind ik. Personen. De hoofdpersoon is deidre. Zij wordt de ijzeren heilige genoemd. Dat kwam zo omdat ze de naam van de godin steeds gebruikte en omdat ze zo ontzettend haar zin altijd doordreef. Ze is ook ontzettend eigenwijs en laat zich echt niet commanderen door iemand , door wie dan ook. Ze is een krachtig personage dat ook in het verhaal heel erg op de voorgrond speelt. Ze trekt veel aandacht in het boek en is ook altijd aanwezig. Ik kon me niet goed in haar inleven juist omdat ze zo haar zin doordreef. Dat kan ik echt niet en ik vind het ook niet zo leuke eigenschap. Bovendien wil ik niet op de voorgrond komen en zij staat er altijd. Ook is zij een zakenvrouw en ik niet. Ik kan dat niet zo goed ik ben heel slecht in onderhandelen. Ik zou ook niet van plaats willen ruilen met dr. Ik zou daar niet in de haven de leiding willen nemen over al die (onbetrouwbare) mensen. Er zijn er een paar goede vriendinnen van haar maar het zijn zoveel mensen die meedoen in dat investerings idee dat er heus wel onbetrouwbare mensen tussen. Bovendien is zij vreselijk naïef. Zij vertrouwd er zomaar op dat die mensen doen wat ze moeten doen en dat er geen opstand zal komen. Ik daarentegen ben wantrouwiger en zou dat nooit zomaar aannemen. En ik luister ook naar anderen, Deidre is zo met haar zin bezig dat ze niet meer naar anderen luistert. Ik zou het ontzettend moeilijk vinden om een boek over zo iemand te schrijven. Juist omdat ik me totaal niet in haar kan inleven. Als ik wel zo'n boek zou schrijven dat zou dat boek er heel onwaarschijnlijk uit komen te zien denk ik. Je moet je er natuurlijk in kunnen inleven , in je hoofdpersoon, zo worden de beste boeken geschreven. Veerle speelt ook een tijdje een rol in het boek. Zij is een dief , maar wel een hele lieve en een heel jonge. In het boek zegt ze ook tegen Deidre: " 'Ik mag jou,'zei ze eenvoudig, 'en als Veerle iemand mag kun je veel van haar gedaan krijgen" blz 63
Toen ze deidre ontmoette zag ze Deidre een mango stelen en vond dat ze dat zo onhandig deed dat ze besloot om Deidre eens te gaan bestelen. Als ze dat probeert terwijl Deidre slaapt wordt ze gesnapt door Deidre. Deidre heeft in de tempel geleerd om tijdens de slaap gewoon alert te blijven. Veele wil dat ook leren maar ze heeft er niet genoeg gedult voor. Ze krijgt een verhouding met Deidre en is jaloers als Deidre met amnnen in bed duikt. Ze is dus heel bezitterig. Ze vindt het niet erg om haar bezittingen te delen met Deidre. Zij laat Deidre ook de stad zien en laat haar ook zien hoe je handig iemand berooft. Ze heeft geen ouders meer en moet zichzelf onderhouden. Ze woont in dievenstad of tenminste zo noemen de bewoners van het buurtje het. Ze weet genoeg te stelen om 2 mensen te onderhouden wat wel heel knap is vind ik voor zo'n meisje. " 'let op die man daar. hij vraagt erom' Ze gleed met snelle passen door de mensen door, leek de aangewezen man even per vergissen aan te stoten en te verontschuldigen en kwam na een paar minuten uit een ander straatje tevoorschijn te komen. Op een rustigere plaats liet ze haar buit zien" blz 62 De opbouw Die is chronologisch verteld. Het is maar goed ook vind ik want het leest al traag genoeg. Ik kon geen flashbacks ontdekken. Verder heb ik geen idee waarom het zo traag leest. Meestal verslind ik alle boeken met gemak. Zonder er veel tijd aan te besteden maar in de tijd dat ik dit boek las heb ik wel minstens 2 dikke, leuke boeken kunnen lezen. Wat jammer is want dan had ik liever die 2 dikke gelezen. Maar verder zijn er geen moeilijk woorden gebuikt , geen onbegrijpelijkheden alles werd op een moment wel duidelijk. Het verhaal is verteld door een verteller die voor Deidre het verhaal verteld. Het is geen alwetende verteller maar ook niet Deidre zelf. Bovendien vond ik niet dat er nou zoveel gevoelens werden verteld. Ik vond het een wat oppervlakkig verhaal. Het boek heeft een open einde. Wie de bezoeker op het einde is zullen we pas in het volgende deel weten vrees ik. Motieven. De motieven in het boek zijn: behoefte aan geld en zekerheid, eerzucht en ambitie. Als Deidre bij Veerle woont wil ze weg omdat zij niet wil dat Veerle voor al het geld zorgt. Ze wil zelf werken voor haar geld. Daarom vertrek ze naar de havens. Iedereen in de haven is arm en de zwaksten krijgen geen geld. Het leven daar is heel onzeker en daar wil zij verandering in brengen met haar plannen. Ze start een bedrijfje op dat steeds groter word en groter en zo is iedereen verzekert van loon. Bovendien wil zij gezag uitoefenen op anderen, eervol behandeld worden. Dat lukt haar. Maar zo kom ik erop dat dit de motieven van het boek zijn. Het taalgebruik Het taalgebruik was voor mij leesbaar. Blijkbaar was de zinsopbouw niet zo goed gekozen omdat ik het moeilijk vond om dit boek snel te lezen. Er kwamen wel dialogen in voor hoewel het vaak allemaal in vogelvlucht werd verteld. Er was geen symboliek in het boek, alles werd gewoon neerzet zoals het was. De manier van vertellen was op zich wel duidelijk maar had wel wat uitgebreider gemogen van mij. Alles flitste zo snel voorbij en daarom was het vak moeilijk voor mij om te begrijpen wat er nou gebeurde. Als het uitgebreider was verteld had ik de tijd gehad om te kunnen weten wat er nou gebeurde en hoe. En dan zou ik me ook beter kunnen inleven. Het flitste gewoon te snel voorbij. Dat was wel jammer. Verder heb ik geen moeilijke woorden kunnen ontdekken en ondanks de vage en snelle manier van vertellen was het verhaal wel te volgen.