Hoe kies jij een studie?

Daar zijn wij benieuwd naar. Vul onze vragenlijst in en bepaal zelf wat voor beloning je daarvoor wilt krijgen! Meedoen duurt ongeveer 7 minuten.

Meedoen

Kartonnen dozen door Tom Lanoye

Beoordeling 6.7
Foto van een scholier
Boekcover Kartonnen dozen
Shadow
  • Boekverslag door een scholier
  • Klas onbekend | 3445 woorden
  • 5 april 2002
  • 63 keer beoordeeld
Cijfer 6.7
63 keer beoordeeld

Boekcover Kartonnen dozen
Shadow
Kartonnen dozen door Tom Lanoye
Shadow
I. Vertelperspectief In het boek wordt duidelijk gebruik gemaakt van een auctoriële verteller. (pg. 7: “Ik ontmoette hem voor het eerst op de leeftijd van 10 jaar…”) Het is namelijk een autobiografisch boek. Het boek handelt uit een bepaalde levensperiode uit het leven van Tom Lanoye, dit verteld hij zelf. Hij vertelt het verhaal vaak afstandelijk en ironisch, maar toch met voldoende details. Hij geeft ook dikwijls commentaar op zichzelf, zonder zichzelf al te belachelijk te maken. (pg. 51: “Dat opdondertje met zijn ziekenfondsbril en zijn grote mond.”) De schrijver betrekt zijn lezers ook in het verhaal. Het is dat, dat de lezers van het boek wel aanspreken. (pg. 50: En herinnert u zich, lezer,..”) Het verhaal wordt enkel uit Toms standpunt verteld. Hij probeert de lezer zoveel mogelijk te betrekken in het verhaal, door zijn lezers uit te nodigen in zijn verleden en mee te denken aan vroeger. (pg. 147: “En u, lezer, wat gaat u doen met mijn vierde doos?” Soms maakt hij ook gebruik van dialoogvorm (pg.120: Z: “Weet je wat we zouden moeten doen?” Ik: “Wat dan,”) of van cameratechniek. (pg. 15: “Beeld: een eerste schooldag van het jaar, ik ben niet veel ouder dan twee.”) Er zijn eigenlijk twee vertellers. Er is een jonge Tom en een oude Tom, die het boek aan het schrijven is en terugblikt op zijn jeugd. De oude Tom geeft vaak commentaar op de dingen die jonge Tom meemaakt. II. Tijdsordening Overzicht tussen vertelde tijd en het aantal bladzijden: 10 j 0j-20j 10j 12j 13j 14j 15j 16j 18j 14 dagen in Griekenland humaniora 32j

Pg. 7-13 Pg. 14-30 Pg. 31-40 Pg. 41-51 Pg. 52-61 Pg. 62-83 Pg. 84-86 Pg. 87-91 Pg. 92-111 Pg. 112-133 Pg. 134-140 Pg. 141- 148
Het verhaal wordt chronologisch verteld, met uitzondering van pg. 14-31. Het boek begint wanner het hoofdpersonage 10j (pg.7: “Ik ontmoette hem voor het eerst op de leeftijd van 10jaar”) is en eindigt wanneer hij 32 is. (pg. 141: “Ik ben nu 32, net als jij.”) Er wordt wel regelmatig gebruik gemaakt van flash backs. Deze worden dan gebruikt om het verhaal te verduidelijken, zodat het volgbaar is voor de lezer. Eigenlijk is heel het boek een flash back, omdat het een autobiografisch boek is. Hij vertelt over zijn jeugd, wat dus al voorbij is. We vinden er ook flash forwards in terug (pg. 9: toerisme: “Van Scandinavië tot aan de Côte d’Azur zou geen landschap meer gespaard blijven voor verminking door snelwegen en hotels.”) Het verhaal wordt eigenlijk verteld via fragmenten en loopt niet continu door. We krijgen allemaal korte fragmentjes te lezen, die dan leiden tot één groot geheel. (pg. 14-25: wanneer hij verteld over de vier vrouwen in zijn leven: “Daar was om te beginnen mijn zus”-“Naar leeftijd de tweede vrouw op rij was Louise Penneman,…” Er zijn geen duidelijke tijdsaanduidingen in het boek. (pg.7: “Begin jaren ’70.”) Waarom er enkel vage tijdsaanduidingen zijn is niet duidelijk ofwel vind de auteur dit niet belangrijk óf hij wil het boek niet helemaal autobiografisch maken. Er wordt gebruik gemaakt van een vertraging namelijk wanneer hij naar Griekenland gaat. Daar wordt uitgebreid over gesproken. III. Personages Er zijn niet zo heel veel personages in het boek. Over de personages die er wel zijn komen we wel wat te weten. De auteur beschrijft ze uitvoerig en ook door de beelden die hij oproept komen we heel wat te weten. Ik (=Tom Lanoye) Tom is het hoofdpersonage in het boek. Er wordt een beeld geschetst van een Toms jeugd. Waarschijnlijk is niet alles waar, maar we komen toch wel veel te weten over Tom. Hij is het vijfde en jongste kind in ten huize Lanoye. Hij is een nakomertje. Als kind heeft hij enorm veel fantasie en vanaf hij kon lezen, las hij graag en veel. Dankzij zijn moeder krijgt Tom ook interesse in toneel. Maar zoals bij iedereen schuilt er ook bij Tom een onzekere kant. Hij schept op om zijn onzekerheid te verbergen. Zo zegt hij bijvoorbeeld tegen Z. dat hij al gevreeën heeft terwijl dit helemaal niet zo is. (pg. 120:Z: “Heb jij al eens gevreeën?” Ik: “Natuurlijk”) In zijn middelbare carrière is hij helemaal niet zo’n opvallend persoon, hij is meer een uitslovertje. Maar dit vindt hij niet erg. Als je het boek leest, dan merk je dat je nergens enige ergernis of verwarring vind over hoe Tom zijn homoseksualiteit aanvaard. Dit is toch wel vreemd. Pg.14: “Geschreven door de vier vrouwen die mij hebben opgevoed en in deze wereld ingeleid” -> Wijst op de vier belangrijkst vrouwen in zijn leven: zus, moeder, Wieske en Pit Germaine. Pg. 49-52: Hij beschouwt zichzelf als een ettertje. Pg. 92: Hij vertelt tegen Z. zijn gevoelens voor hem. Z. In het begin verteld Tom dat Z. erg op hem lijkt, maar al snel blijkt dat er toch wel wat verschillen zijn. Z. is een vrij kleine jonge met zwart haar dat een beetje krult. Hij is spontaan, maakt gemakkelijk vrienden en wordt door iedereen aanvaard en sympathiek gevonden. Hij turnt in de gymnastiekvereniging Samen Sterk en valt daarom op met zijn kunstjes (pg. 36: “…toen liet hij zich voorover vallen en begon aan een krachtige aanloop.”) In de loop van het boek zie je de vriendschap groeien tussen Tom en Z. en worden ze beste vrienden. Ook toen Tom zijn gevoelens voor Z. uitte, liet hij Tom niet vallen. Pg.33: “Hij van wie ik later schrijven zou: ‘Nooit zag ik roder lippen, nooit een mooier lijf.’”) Pg. 34: “…keek ik verdoofd naar zijn pyjama.” Pg. 71: “Twee lippen op mijn wang. Ik sprong verontwaardigd op. Vloekte.”) -> de kus die hij kreeg van Z. in een spelletje waar hij heimelijk van genoot. Zus (naam niet bekend) Zus is vijf jaar ouder dan Tom. Zij gedraagt zich heel moederlijk en bezorgd tegenover Tom. Wat eigenlijk wel typisch is voor een oudere zus. Tom vind de aandacht van zijn oudere zus wel leuk, maar langs de andere kant wil hij liever met zijn broers op trekken. En als het er op aan komt trekt hij partij voor zijn broers, waarna hij later altijd zijn excuses aan zijn zus gaat aanbieden en haar opnieuw probeert op te vrolijken. Pg. 11: “…dit alles in de hoop dat ik toch maar niet zou vergeten veelvuldig te schrijven…” Pg.14: “Maar zodra één van mijn broers in de buurt kwam, dus precies wanneer ze het meest op mij rekende, liet ik haar in de steek.” Wieske
Wieske noemt in werkelijkheid Louise Penneman. Ze is een vriendin aan huis. Ze is bijna altijd bij de familie Lanoye. Alleen slapen en werken, dan is ze er niet. Wieske neemt Tom ook mee naar de film en met haar voert Tom zijn eerste politiek discussie. Wieske trouwt pas op haar vijftigste en niet lang daarna sterft ze. Pg.16: “Met haar zal ik later mijn eerste politieke discussies voeren.” Pg. 18: “Ik ben al ver over de twintig. Zij is een tijd geleden getrouwd, op vijftigjarige leeftijd.” Pg. 19: “Het is mijn zus. Ze heet Penneman. Maar het is mijn zus.” Moeder
De moede van Tom heeft ook een grote invloed op hem. Ze is een echte huismoeder met een aantal principes. (bv. elke dag proper ondergoed) Ze hecht ook veel belang aan de katholieke waarden in het leven. De moeder van Tom speelt ook toneel in een amateur-theater en Tom oefent met haar, haar rol. Zo krijgt ook Tom de smaak van toneel te pakken. Tom leert ook koken van zijn moeder. Van kleins af aan hielp hij zijn moeder in de keuken. Pg.21: “Het vanbuiten leren van haar rol in een toneelstuk is een kwestie van organisatie.” -> Tom helpt zijn moeder ook met het vanbuiten leren van de teksten. Pg. 21-22: “Ik kan nog niet goed lopen of ik mag al op het tafeltje zitten dat naast haar fornuis staat.” Pg.24:”Buitengekomen gooit ze de frituurketel als een emmer water leeg op de straatstenen.” Pit Germaine
Pit Germaine is de oudste zus van zijn moeder. Na de dood van zijn moeder haar moeder, nam Pit Germain de huishoudelijke taken op zich. Daardoor is ze duurde het lang voor ze trouwde, want op haar zeventigste trouwde ze dan toch. Zij was een inwonend dienstbode bij een rijke familie. Ze kwam regelmatig op bezoek bij de familie Lanoye en wist dan allerlei verhalen en roddels te vertellen. Tussen Pit Germain was geen speld tussen te krijgen. Volgens Tom was ze de uitvindsters van ‘la racontage automatique’. Op haar tweeëntachtigste sterft ze aan kanker. Zijn moeder verliest voor de tweedemaal een moeder. Pg.25: “De oudste zuster van mijn moeder, Germaine, doopmoeder van mijn oudste broer en door deze Pit Germaine genoemd.” Pg. 26: “Van de ene op de andere dag werd Pit Germaine moeder van een klein dozijn, en echtgenote zonder bruidegom…” Pg. 27: “ Zij is de uitvindster van le racontage automatique. Een associatief kadaster dat duizenden levens omvat die nooit geboekstaafd worden dan in haar vluchtige parlando.” Pg.31: “Op 4 januari sterft ze. Mijn moeder: ‘Nu heb ik in mijn leven twee keer mijn moeder verloren.’” Guy
Hij is de negen jaar oudere broer van Tom. Tom kijkt erg hard op naar zijn broer. Guy echter heeft weinig interesse voor zijn kleinere broertje en gebruikt hem alleen als oppasexcuus of om meisjes te verleiden. Guy sterft jong in een auto-ongeluk, in zijn Honda Civic. Hij rijdt zich te pletter tegen een boom. Pg. 32: “Beste en liefste Guyken,…” -> de brief die hij schrijft naar zijn broer vanuit A******** . Pg. 33: “Ik las dat mijn broer niet de moeite had genomen om te schrijven” En waarop hij geen antwoord kreeg. De Mof
De mof was Tom zijn klastitularis in het vierde jaar en gaf Latijn, Grieks, godsdienst, geschiedenis en esthetica. De mof was één van de drie priester-leraren die een grote indruk maakte op Tom. Zijn bijnaam was zonneklaar, hij was een lange, knokige man met een wreed gezicht. Hoog voorhoofd, bolle ogen, een mond zonder lippen. Hij was een autoritair man die zijn leerlingen blijkbaar geregeld aan het huilen kreeg en daarvan genoot. Hij leidde ook het koor van de school met een ijzeren hand.(pg. 85: “De mof drilde koorleden met nog hardere hand dan leerlingen.”) pg. 85: “ Als hij je wild uitkafferen, ging hij eerst met zijn rug naar je toe staan, zijn handen losjes over elkaar op het zitvlak. Met gesloten ogen blafte hij je naam voor zich uit, wachtte een seconde, draaide zich elegant om en keek op je neer. Zijn grijns had weinig menselijks.” De Jap

In het vijfde jaar was De Jap Toms klastitularis. Hij gaf Nederlands, Duits, geschiedenis en esthetica. Hij was een kettingroker en stonk ontzettend. De Jap had blauwzwart haar en spleetogen, vandaar zijn bijnaam. De Jap had ook een ongelofelijke lijfgeur. Hij sprak over kameraadschap, maar splitste dan de klas op in de hopeloze gevallen en de beloftes. Z. en Tom behoorde tot de beloftes. Bij de Jap maakte Tom kennis met het gedicht “Dien Avond en die Rooze”. De Jap wond zich daar erg in op, over de “smeerlapperij die er achter gezocht werd”. Vijf jaar nadat Tom Het Kot had verlaten, kwam de Jap om het leven in zijn Deux Chevaux. Pg. 88: “Hij genoot veel respect. Geliefd was hij niet. De Jap had altijd de mond vol van kameraadschap en hoe essentieel die was in het leven, maar hij liet geen kans voorbij gaan om ons tegen elkaar op te zetten. Elke klas viel voor hem uiteen in twee groepen, de hopeloze gevallen en de beloftes. De eerste groep verwaarloosde hij, de tweede bracht gij in verlegenheid door bij ieder juist antwoord te kirren van voldoening.” Mussolini
Mussonlini was Toms klastitularis in het laatste jaar en gaf alleen Nederlands. Hij was een dichter en een fervent flamingant. Langs de ene kant koesterde Tom een zekere afkeer voor deze man, maar langs de andere kant is Mussolini de man die Tom literatuur weet bij te brengen. Als laatste taak moesten ze voor Mussolini een verhaal schrijven. Tom was er van overtuigd dat hij een groot schrijver was, maar het verhaal koste hem toch veel moeite. En toen Mussolini onder het verhaal schreef “Je kan schrijven” schreef, was toch wel heel bijzonder voor Tom. Dit zinnetje zal Tom altijd bij blijven, al staat het zinnetje onder de helft van de taken van zijn klasgenoten. Pg. 93: “Hij was één van de grootste nog levende dichters van het land, met evenveel gedichten op zijn naam als Guido Gezelle.” Pg. 103: “Op den duur wist ik niet meer wat ik van hem moest denken. In het openbare leven leek hij intolerant en eenzijdig en onverzettelijk, in de klas bleek hij het tegendeel. Ik kon mij er niet toe brengen hem te haten. Zodat ik uiteindelijk als enige argument voor mijn verwarde bewondering aanvaardde: het vuur van de literatuur. “ -> Mussolini was de enige die hem wat kon leren over het vuur van de literatuur. De Slome
De Slome is een lelijke zoon van een rijke boer. Hij was zo’n hopeloos geval dat zich niet in school interesseerde. Hij zorgde dat hij net genoeg punten behaalde zodat hij niet hoefde te blijven zitten. Hij is een klasgenoot van Z. en Tom. De vrienden van de Slome waren op één hand te tellen. Eén keer krijgt de Mof hem aan het huilen. De Slome duikt op in het verhaal als de bewaarengel, de hofnar en de joker op het moment dat Z. op het punt staat Tom af te wijzen. Later komt Tom te weten dat hij getrouwd is, drie kinderen heeft en werkt op Het Kot, de school die hij zo verfoeide. Pg. 78: “De Slome. Ik weet niet of hij mijn aanwezigheid opmerkte, ik lag op mijn bed, twee meter boven de grond…Hij haalde een magazine te voorschijn, bladerde erin, opende zijn gulp en begon zich af te trekken. Gekleed, staand, met gebruikmaking van kroonblad, en gebalde vuist.” Pg. 79: “Getrouwd en vader en leraar in ’t Kot.” Pg. 133: “Mijn bewaarengel, mijn hofnar, mijn joker. Mijn laatst bondgenoot op de puinen van het prinsdom.” IV. Spanningsopbouw Er is niet echt veel spanning in het boek. De spanning situeert zich vooral op het einde van de roman. Het hele boek bouwt wel op naar een aanloop tot het hoogtepunt. Wanneer Lanoye eindelijk schijnt te slagen in zijn verovering, weet je dat het niet goed zal aflopen door herhaaldelijke aanwijzingen. Toch schijnt het te lukken, wat een wel een zekere spanning opwekt. En dan is de spanning weg. Maar echt spannend zou ik het toch niet noemen. Het is niet zoals een thriller. Er is relatief weinig spanning in het boek. Er is een kennisvoorsprong, omdat Tom het boek schrijft vanuit het ik-vertelstandpunt en dus weet wat er gaat gebeuren en dus handelt met voorkennis. Hij weet wat er gaat gebeuren, maar de lezer niet. V. Intrige De schrijver vertelt in het boek zijn leven. Niet heel zijn leven, maar toch een groot stuk. Vooral zijn kindertijd en puberteit zijn heel belangrijk Het is een opgangsverhaal. De persoon wordt er niet echt beter van, maar zeker ook niet slechter van. Ook zijn homoseksualiteit vormde geen probleem in het boek. Wat toch wel opmerkelijk is. In het dagelijks leven legen mensen zich er niet zomaar bij neer dat ze homoseksueel zijn. Het gaat meestal wel gepaard met het gevoel dat je niet weet hoe je met jezelf moet omgaan, je ligt in de knoop met jezelf. In het boek kan je er niks van merken. Terwijl homoseksualiteit wel een belangrijk thema is in het boek. De invloeden zijn zowel intern als extern. Tom heeft zichzelf ontdekt in het boek en heeft daarbij hulp gekregen van verschillende personen: zijn moeder, zijn zus, verschillende leraren, vrienden, kennissen,… Die personen en hij zelf zorgen ervoor dat het verhaal een opgangsverhaal is. VI. Motieven In het boek spreekt men over vier kartonnen dozen. Dit is dus een belangrijk motief. De vier verschillende dozen zorgen voor de verschillende delen in het boek. Aan de hand van de dozen verteld Tom zijn levensverhaal. Een eerste doos is de kartonnen reiskoffer van de mutualiteiten. (pg. 9-10) Deze koffers werden gratis uitgedeeld om zo iedereen gelijk te behandelen. Anders zouden de rijkere met lederen koffers aankomen en zij zouden dan zo de ogen van ouders en andere reisgenootjes uitsteken. Met deze kartonnen doos vertrekt Tom op reis naar A******** en leerde hij Z. kennen. (pg.10: “Deze eerste was een naïeve, een nietsvermoedende. Een bruine, zelfgevouwen koffer met niet meer dan wat kinderkleren, toiletspullen en stripverhalen.”) De tweede doos is een schoendoos vol met herinneringen. (pg.74) In die kartonnen doos zitten foto’s, plattegrondjes, ansichtkaarten en de imitatie koeienbel van Zwitserland. Hij ging naar Zwitserland met de veertien jarigen van de mutualiteit. Hetgeen wat in de doos zit is voor Tom eigenlijk niet echt van belang, het zijn eerder de herinneringen aan Z. die hij het meest koestert. Hij noemt deze doos ook wel de “schizofrene doos” (pg. 76: “Deze tweede doos, lezer is de schizofrene, de tweespaltige; Een dubbele, in zichzelf geschoven kartonnen kluis waarin het zichtbare en het onzichtbare door elkaar liggen. Het valse sentiment zij aan zij met het waarachtige. Als ik het deksel van de doos licht, zie ik op ieder voddig plattegrondje direct de schaduwen van Z. en mij.”) De derde doos is een archiefdoos. (pg.81: “De derde doos is een verwaande, ze voelt zich verheven boven haar soortgenoten.”) Hij heeft er een heel aantal, waarin in zes dozen zijn middelbaar onderwijs rust en in de overige zijn universitair onderwijs. Aan de hand van die archiefdozen overloopt hij met ons zijn humaniora die hij samen met Z. beleefde. Hij vertelt ons over de leerkrachten die hem het meest zijn bijgebleven. Hij denkt ook met heimwee terug aan de droedels die hij maakte met Z. Het was een spel van Z. en Tom. En dan is er de vierde doos, die handelt over het boek “Kartonnen dozen” zelf. Hier vraagt Tom Lanoye aan zijn lezers om in deze doos zelf zijn/haar herinneringen in op te slagen. (pg. 147: “Ongetwijfeld bezit ook u duistere en geheime beelden die stammen uit uw jeugd. U hebt er geen bewijzen van, geen foto’s, geen tekeningen…Hebt u al gedacht aan een plaats om ze toch te bewaren? Nee? Bewaar ze dan in deze doos.”) De vierde doos kan van alles bevatten. (pg. 147: “De doos die alle andere dozen overbodig maakt. Zij kan alles bevatten, hoe omvangrijk of verdorven, ridicuul of smetteloos het ook is. Zij is sterker dan een reiskoffer, mooier dan een versleten schoenendoos, handiger dan een archiefbox.”) Ook de vier vrouwen spelen een belangrijke rol in Toms leven. Zij hebben een grote invloed op hem. Zij zijn dus ook belangrijke motieven in het boek. Zijn zus
Zij zorgt heel goed voor haar broertje en gedraagt zich heel moederlijk. Wieske

Tom ziet haar als een zus. Zij is heel veel bij hem thuis. Ze gaan samen naar de film en hebben een sterke band. Moeder
Zijn moeder is en zeer behulpzame vrouw. Tom zijn moeder speelde amateurtoneel en Tom hielp haar met de rollen in te oefenen. Tom groeide dus op in toneel en werd al heel jong een volwaardig performer. Pit Germaine
Pit Germaine leerde Tom de taal en de schoonheid van een verhaal te appreciëren. (pg.27: “Ze bezit de gave van het gesproken woord vermeerderd met de kracht van een feillos geheugen.” Ook taal en het schrijven zelf zijn belangrijke motieven in het boek. Al van in het begin kan de lezer merken dat Tom graag leest en schrijft. Ook het vertellen van Pit Germain en het toneelspelen van zijn moeder houden verband met dit taalmotief. VII. Stijl Tom Lanoye heeft duidelijk zijn eigen schrijfstijl. Hij schrijft vinnig en snel en met een uitgebreide woordenschat. De sfeer wisselt voortdurend: soms zijn er lange beschrijvingen en uitweidingen (pg.9: “Een bruine, zelfgevouwen koffer met niet meer dan wat kinderkleren,…” -> beschrijving van kartonnen doos) en anderzijds heel kort en zakelijk (pg. 66: de opsomming van de verschillende manieren van masturberen.) Zoals ik al eerder vermeld heb gebruikt hij ook een soort van cameratechnieken. Hij begint dan de alinea met “beeld” en dan volgt er een lange beschrijving over een beeld dat hem is bijgebleven. Deze lange beschrijvingen storen echter niet, omdat het boek vlot leest er een hoop humor, ironie en cynisme inzit. Ondanks zijn toch af en toe ruw taalgebruik, blijft het boek een tedere toon hebben. Tom wil zijn kindertijd niet belachelijk maken, hij koestert die tijd. Ondanks de lange uitweidingen blijft Tom de lezer toch boeien. Maar ik kan me perfect inbeelden dat iemand anders dit boek helemaal niet goed vind, juist omwille van de lange uitweidingen. Je moet er gewoon van houden.

REACTIES

Log in om een reactie te plaatsen of maak een profiel aan.

Andere verslagen van "Kartonnen dozen door Tom Lanoye"