Willem Elsschot, Kaas, Wolters-Noordhoff 1995 Groningen (Uit de Grote Lijsters 1995/3)
Informatie over de Auteur:
Willem Elsschot, pseudoniem van Alphonsus Josephus de Ridder, geboren in 1882 en overleden in 1960. Hij was een Belgisch (Vlaams) schrijver. Had na de 1e wereldoorlog een reclamebureau. Elsschot neemt in de Nederlandstalige literatuur een eigen plaats in door zijn laconieke, geconcentreerde stijl, waarachter grote bewogenheid schuilgaat. Zijn eerste roman was 'Villa des roses' (1913), in 1921 gevolgd door 'Een ontgoocheling' en 'De verlossing'. Toen Elsschot zijn eerste boek publiceerde rond 1913 werd deze niet geaccepteerd door de literaire mensen in die tijd. Hij kreeg veel commentaar op zijn schrijfwijze. Zijn stijl paste niet in zijn tijd. Tot op een gegeven moment Jan Gressof, een van de redacteurs van het blad Forum, zijn werk las en dacht dat hij wel aardig kon schrijven. Dit gebeurde omstreeks 1932. Toen heeft hij het boek Kaas geschreven op aandringen van Gressof. In 1924 verscheen 'Lijmen', de eerste van een serie “ik-romans”. De in wezen fatsoenlijke ik-figuur Frans Laarmans treedt eerst in de voetsporen van de doorgewinterde zakenman Boorman, maar in het vervolg 'Het been' (1938) keert hij terug tot zijn eigen fatsoensnormen. Laarmans treedt in een aantal romans op, te weten 'Kaas' (1933), 'Tsjip' (1934), 'De leeuwentemmer' (1940), 'Het tankschip' (1940) en 'Het dwaallicht' (1946), Elsschot's laatste werk. Daarnaast verschenen nog de novelle 'Het pensioen' (1937) en de dichtbundel 'Verzen van vroeger' (1934). Bekroond met onder andere de Belgische Driejaarlijkse Staatsprijs voor het Proza (1948) en de Nederlandse Constantijn-Huygensprijs (1951).
Samenvatting:
Laarmans' moeder sterft. Op de begrafenis maakt hij kennis met Van Schoonbeke, die hem uitnodigt voor een bezoek. Wekelijks is er bij deze rijkaard een bijeenkomst van rijke, invloedrijke, gewichtige lieden; althans zij doen zich zo voor. Laarmans, die een pennenlikker is, voelt zich in dit milieu misplaatst. Van Schoonbeke biedt hem nu aan, vertegenwoordiger van een Hollandse kaasfirma te worden. Laarmans stemt toe. Hij gaat naar Amsterdam en krijgt daar bij de firma Hornstra een contract. In van Schoonbeke's vriendenkring kan hij nu doorgaan voor groothandelaar in voedingswaren! Frans krijgt van zijn broer, de dokter, een schriftelijke verklaring, dat hij een maand niet kan werken. Hij krijgt die maand ziekteverlof, maar zonder behoud van salaris. Hij richt zijn kantoor in en bestelt briefpapier. De 10.000 kazen arriveren en worden in een veem opgeslagen. Laarmans gaat op zoek naar een bureau en een schrijfmachine. Op de club van van Schoonbeke verkoopt hij aan ieder der aanwezigen één bol… voor de prijs van de groothandel. In een advertentie vraagt hij om agenten en krijgt 164 brieven, die hij alle beantwoordt. Mensen van het kantoor komen hun 'zieke' collega een geschenk aan bieden. Van de 30 agenten die hij aanstelt, hoort hij voorlopig niets. Hij wordt tot plaatsvervangend voorzitter gekozen van de Vakbond van Belgische kaashandelaren en moet met enkele andere kaas-prominenten naar het Departement van Handel om vermindering van invoerrechten te bepleiten. Van het onderhoud met de directeur-generaal begrijpt hij niets, maar als hij in wanhoop uitroept dat hij er genoeg van heeft, raakt de directeur-generaal, die zijn woorden verkeerd opvat, zo onder de indruk dat de verlaging wordt toegestaan. Ten- einde raad – er is praktisch nog geen kaas verkocht – gaat Laarmans advies vragen bij Boorman, adviseur voor kooplieden, wonend in Villa des Roses te Brasschaet. Diens goede raad helpt niet. Als Laarmans eindelijk een winkel durft te betreden om zijn kaas te slijten, blijkt de winkelier de vorige agent van Hornstra te zijn. Laarmans geeft het op. Als Hornstra komt , durft hij zelfs de deur niet te openen. Hij wordt weer klerk. En dan ontvangt hij van een agent uit Brugge een bestelling van 4200 kilo, te laat.
Ervaringsverslag:
Thema:
Je kunt nooit verwachten wat er zal komen, je kan hopen op een mooie baan. En als je die baan krijgt, is het dan wel zo mooi?? En misschien gaat alles wel mis en krijg je je oude baan weer terug.
Wie is de hoofdpersoon?
Frans Laarmans.
Wat houdt hem/haar bezig?
Hij wil graag een beter baan, die krijgt hij ook.
Noem de belangrijkste bijpersonen en beschrijf hun relatie met de hoofdpersoon.
-Mevrouw laarmans.
De moeder van Frans Laarmans, die in het begin van het verhaal
overlijdt.
-Karel Laarmans.
De broer van Frans, hij is dokter en voelt zich verantwoordelijk voor zijn jongere broer.
-Van Schoonbeke.
Hij is de vriend van Karel Laarmans, hij nam Frans op in zijn vriendenkring. Hij zorgde
ervoor dat Frans Laarmans een baan kreeg.
-Jan en Ida.
De kinderen van Frans.
Hoofdpersoon + belangrijkste personen: wat voor mensen zijn volgens jou? Hoe is naar jou mening hun karakter/persoonlijkheid?
De meeste mensen uit het boek zijn normale mensen, maar een paar steken er boven uit door hun gedrag. Frans is een gewone man die graag hogerop wil komen, hij doet dit door met Van Schoonbeke om te gaan. Van Schoonbeke is een rijke man en wil dit ook graag laten merken. Zijn vriendenkring bestaat uit allemaal mensen die zich gewichtig voordoen.
Hoe ervaar je de dingen, die hen bezighouden en hoe ze daarmee omgaan? Herken je er iets van jezelf in? Zou jij bepaalde dingen anders aanpakken?
Ik vind dat ze niet altijd alles goed doen. Ik zou als ik Frans was niet meteen alles aannemen, je kunt in dit boek lezen dat daar niet veel goeds van kan komen.
Wie vind je het meest sympathiek?
Frans, omdat hij probeert zijn dromen te volgen en omdat je snel medelijden met hem krijgt.
Wie vind je het minst sympathiek?
De vrienden Van Schoonbeke, zij gedragen zich verkeerd. Ze gedragen zich alsof ze de rijkste mensen op de wereld zijn.
Vanuit wiens perspectief is dit boek geschreven? Ben jij het eens met de manier waarop de personages beschreven worden? Noem je argumenten. Vanuit het Ik-perspectief, je weet alleen wat de hoofdpersoon weet. Soms is het in een brief-vorm, dan wordt er iets aan de lezer verteld. Ik vind dit een goede keuze van de schrijver, het houdt het boek persoonlijk en je leeft met de hoofdpersoon mee.
Wanneer is dit boek geschreven?
In 1933.
In welke tijd speelt dit boek zich af?
Ook rond die tijd. (1933)
Is dat volgens jou belangrijk voor het verhaal? Hoezo?
Ja, toen keek men nog veel meer op tegen mensen met hoge functies. Nu kijkt men niet meer zo op als iemand een hoge functie heeft.
Speelt het verhaal zich af tegen de achtergrond van bepaalde historische gebeurtenissen? Noteer wat
je van deze gebeurtenissen weet. Zoek eventueel dingen op.
Nee, het verhaal speelt zich niet af tegen een historische gebeurtenis.
Is het verhaal chronologisch verteld? Zo nee, waarom zou de auteur voor deze andere volgorde gekozen hebben?
Het is, afgezien van de Flashback in het begin, allemaal chronologisch verteld.
Hoe verhouden verteltijd en vertelde tijd zich tot elkaar?
De vertelde tijd is ruim 2 maanden, en de verteltijd is een paar dagen.
Op welke plek(ken) speelt het boek zich af? .
Het grootste gedeelte van het verhaal speelt zich af in Antwerpen, Frans Laarmans maakt ook nog een reis naar Amsterdam.
Geven deze plaats(en) van handeling het boek een extra betekenis of bepalen ze (mede) de sfeer?
Het zijn 2 belangrijke handelssteden, dit geeft dus aan dat Laarmans aan het handelen is.
Wat voor een maatschappij wordt in het boek beschreven ? Bijvoorbeeld: de Gouden Eeuw in
Nederland, de tijd van Napoleon in Frankrijk, de dictatuur van de Nazitijd in .Duitsland enz. Noteer
dingen/voorbeelden uit het boek, die je in dit verband opvallen.
De tijd vlak voor de 2e wereldoorlog, er vallen geen dingen op uit het boek die naar deze tijd wijzen.
Deze tijd is alleen gebaseerd op het jaartal waarin het boek zich afspeelt.
Heb je het idee, dat de schrijver met het boek een boodschap, een moraal of een idee wil uitdragen? Beargumenteer je antwoord. Heb je hierover ook iets in de biografie gevonden?-
Ik denk dat de schrijver met dit boek wil zeggen dat niet alles zo is als dat het lijkt. Frans wil heel graag een goede baan, deze krijgt hij ook Van Schoonbeke maar deze baan verliest hij al snel.
Hoe ervaar je deze houding van de schrijver persoonlijk?
Ik vind dat dit een goede houding is, je kan namelijk nooit verwachten wat er gaat gebeuren.
Verklaar de titel + eventueel ondertitel van het boek.
De titel “kaas” slaat op de baan in de Kaashandel.
Verwijst deze titel op enige wijze naar het thema van het boek?
Nee,dat niet.
Zoek op wanneer dit werk voor het eerst verscheen.
1933
Zoek in een literatuurgeschiedenis op welke literaire stroming er in deze tijd domineerde.
Modernisme
Geef daarvan kenmerken en ga na in hoeverre deze kenmerken ook voor het doorjou gelezen werk opgaan.
- experimentele fase
- twijfel aan traditionele waarden
Het is bekend dat het boek vreemd voor zijn tijd is, omdat Elsschot op een hele andere manier schreef dan zijn tijdgenoten.
Noem andere kunstuitingen (ander boek, film, popsong, schilderij enz.), die je te binnen schoten,
terwijl je dit boek las. Beschrijf eventueel de overeenkomst(en)/verschil(len).
Het liedje van Alanis Morisette, Ironic, dit liedje gaat over de ironie van het leven het boek gaat ook hierover.
Formuleer je mening over het gelezen werk. Verwerk hierin het plot, de vormkenmerken en ga ook in op de vraag of de biografische gegevens invloed gehad hebben op je oordeel. Dit , is een zeer wezenlijk onderdeel van je verslag. Besteed hieraan minsten 350 woorden.
Ik heb het boek “Kaas” met veel plezier gelezen, dat komt waarschijnlijk door de wijze waarop de schrijver het boek geschreven heeft. Het hele boek is geschreven in de “ik-vorm”, maar soms wordt er iets direct tegen de lezer verteld alsof je een brief leest. In het begin is dit nogal vreemd omdat je het niet gewend bent, maar het went al snel en je merkt dan ook dat het eigenlijk best wel grappig is.
Wel een grappig feit is dat Laarmans in feite de schrijver voorstelt, Willen Elsschot was eigenlijk een mislukt schrijver. Hij probeert door te breken als schrijver maar dit wil niet lukken, zijn boeken zijn zijn uitlaatklep.
Ik heb dit boek gekozen omdat de titel mij erg aansprak, je weet als je de titel leest nog niet waar het boek over gaat. Je zou eerder verkeerde verwachtingen krijgen, ik had namelijk nooit gedacht dat het boek over de carrière ging van een arme man.
Het plot sprak mij ook erg aan, het verhaal gaat over een man die geen goede baan heeft en weinig geld verdient die droomt van een goede baan en een hoog salaris. Het duurt niet lang tot hij de kans van zijn leven krijgt, een goed betaalde baan in de kaashandel. Hij wordt hoofdvertegenwoordiger voor België en Luxemburg van de Nederlandse kaasfirma Hornstra. Alles lijkt heel goed te gaan, maar als hij de kazen krijgt kan hij ze eigenlijk niet verkopen. Het gevolg hiervan is dus dat hij zijn baan verliest en dat hij weer opnieuw een baan zou moeten zoeken. Aan het einde van het verhaal werkt hij weer op de werf waar hij eerder ook al werkte.
Ironie speelt een grote rol in dit verhaal, hij wil veel bereiken maar komt uiteindelijk in dezelfde situatie terecht waarin hij begonnen is. Maar nog een beter voorbeeld van de ironie in dit boek is toch de order die Laarmans krijgt als hij geen baan meer heeft, deze order krijgt hij vlak nadat Hornstra hem heeft ontslagen.
Kortom het is een mooi boek met een mooi verhaal en het is zeker de moeite waard om het te lezen.
REACTIES
:name
:name
:comment
1 seconde geleden