Holland onder het hakenkruis door Piet Prins

Algemene Gegevens: 1. Schrijver: Piet Prins
a) Geboortejaar: 1909
b) Geboorteplaats: Dantumadeel (Friesland) c) Geboorteland: Nederland
2. Titel: Holland Onder Het Hakenkruis
3. Titelverklaring: Nederland is bezet door Duitsland, die hebben een teken als hakenkruis, dus Nederland lijd onder Duitsland. Dus Holland Onder Het Hakenkruis. 4. Wat voor soort boek heb je gelezen (welke genre heb je gelezen)? Oorlogsverhalen
Het genre dat ik heb gelezen is omdat: Ik vind oorlogsboeken altijd erg spannend, maar ook erg boeiend. Je komt dan echt te weten hoe het toen is gegaan. 5. Hoe lang heb je erover gedaan om het boek te lezen? 3 weken

6. Hoeveel tijd verloopt er in het verhaal? + 2 jaar
7. Staan de gebeurtenissen in de logische tijdsvolgorde? Is het verhaal chronologisch geschreven? Ja, de tweede wereldoorlog stopte in 1945. Het boek begint + 1943, het einde is 1945 wanneer ze worden bevrijd. 8. Wat is het thema van dit boek in één woord? Oorlog. 9. Schrijf een zin over uit het boek waaruit duidelijk blijkt of er gebruik is gemaakt van de ik-vorm of de hij/zij-vorm of dat er sprake is van een verteller (en geef daarbij aan op welke bladzijde het staat). Na een korte wandeling laten ze het dorp achter zich. Ze lopen nu op een veldweg. Links voor hen strekken zich grote bossen zich uit. Blz. 22
10. In welke omgeving speelt het verhaal zich af? Omschrijf dit zo duidelijk mogelijk. In de hoge spoordijk, twintig meter bij de overweg vandaan, zit een duiker, een cementen koker, waar vroeger water door liep. Blz. 15
11. Kan het verhaal echt zijn gebeurd? Leg duidelijk uit waarom. Ja, het is ook echt gebeurd, want het speelt zich af in de Tweede Wereldoorlog. 12. Geef minstens 2 voorbeelden uit het boek waaraan je kunt zien in welke tijd (verleden, heden of toekomst) het verhaal speelt. Er is net een uitzending van Radio-Oranje, waarin nieuwe bijzonderheden over de strijd op de Normandische kust worden verteld. Blz. 115. Bovendien gaan er tegenwoordig met de gewapende chauffeur altijd minstens twee SS-ers mee, die machinepistolen bij zich hebben. Blz. 308. De Personen: 1. Wie is/zijn de hoofdpersonen? Jakob Rozeboom
2. Beschrijf de hoofdpersonen duidelijk (innerlijk en uiterlijk). Het is een Joodse jongen die onderduikt bij de familie Kooiman. Uiterlijk wordt er niks over hem verteld. Innerlijk is het een stille en zwijgende jongen, die al veel heeft meegemaakt. 3. Noem ook nog twee minder belangrijke personen (bijpersonen), en geef van hen een beschrijving. De bijpersonen zijn Chris en zijn vriend, Jan Blankers. Chris en Jan zijn twee jongens die wel van een avontuur houden. Ze vinden het dan ook maar wat spannend als er onderduikers komen. Eindbeoordeling: 1. Heeft het boek een open of een gesloten einde? Een gesloten eind. 2. Vind je dit een goed einde? Leg uit waarom. Ja, heel erg duidelijk. De oorlog is voorbij dus ook het einde van het boek. 3. Wat vond je goed aan het boek? Geef 2 redenen waarom je dat vindt. Ik vond het spannend, doordat ik me helemaal kon inleven in de personages, en ik vond het goed geschreven. Makkelijk en duidelijk. Daardoor kon ik een beeld vormen van wat er gebeurde. 4. Wat vond je niet goed aan het boek? Geef twee redenen waarom je dat vind. Ik vind er maar één ding slecht aan, en dat is dat de hoofdpersonages wel elke keer heel veel geluk hebben dat ze niks gebeurd. 5. Geef een eindbeoordeling in de vorm van een cijfer. Leg aan de hand van voorbeelden uit waarom je dat cijfer geeft. Ik geef het boek een 9. Omdat het heel duidelijk is geschreven, en het een goed verhaal heeft. Ook is het erg spannend en indrukwekkend, omdat de dingen die er gebeuren heel realistisch zijn.