Over de schrijver

Yvonne Keuls is als Yvonne Bamberg op 17 december 1931 geboren in Indonesië, Batavia. Ze leeft in een gezin van 4 kinderen, ze heeft een Nederlandse vader en Javaanse moeder. Als ze zes is komt ze naar Nederland met haar familie, ze gaan wonen in Den Haag. Op jonge leeftijd begint ze al kleine verhaaltjes te schrijven. In 1952 krijgt ze een baan als lerares van een zesde klas. Er zijn niet genoeg schoolboekjes, dus begint ze zelf wat voor de kinderen te schrijven, meestal hebben de verhalen te maken met het leven van de kinderen. Ze laat een piano in het lokaal plaatsen en maakt een hele musical met de kinderen, ze maakt zelf alle kleren en de andere benodigdheden. Ze leert de kinderen zelfs de tafels op de piano. De inspectie is het niet eens met deze manier van lesgeven en geeft Yvonne een vierde klas met een stuk minder leerlingen. In 1954 trouwt ze met Rob Keuls, kort hierna wordt ze ontslagen op de school. Ze gaat als rekenaar op een kantoor van een verzekeringsmaatschappij werken. Met Rob Keuls krijgt Yvonne drie kinderen waar ze veel verhalen over schrijft. Yvonne is een van de eerste Nederlandse schrijvers die lezingen op scholen, in bibliotheken en boekhandels verzorgd. Hier groeit haar interesse in de problemen van jongeren, ze schrijft hier ook een paar succesvolle boeken over die in meer dan 14 talen zijn vertaald. Ook wil ze graag een boek over een psychiatrische instelling schrijven, hiervoor brengt ze een jaar lang veel tijd door in een psychiatrische instelling. Ze heeft enorm veel boeken geschreven en ze heeft ook een paar prijzen gewonnen.

Over het boek

Het boek is uitgegeven door de uitgeverij Amboboeken, de eerste druk was in 1982. Zelf heb ik de vijftiende druk gelezen. Het boek heet het verrotte leven van Floortje Bloem, omdat het gaat over een meisje Floortje dat letterlijk een verrot leven heeft. Je kan het boek ook opvatten als het verhaal wat ze aan haar konijn vertelt als ze samen weglopen. Ze zegt namelijk tegen haar Konijn dat ze hem een verhaal gaat vertellen dat heet “Het verrotte leven van Floortje Bloem.” Het boek heeft geen ondertitel en ook geen motto. Het boek wordt wel aan twee mensen opgedragen. Er staat: “Dit boek draag ik op aan Jan van der Wel en Gerard Stam van het Prostitutie Begeleiding Team van de Gemeentepolitie te Rotterdam. Ik heb een diepe bewondering voor de toewijding en de liefde waarmee zij hun bijna onmogelijke taak verrichten.” Ik denk dat ze het opdraagt aan deze twee mensen, omdat ze heel veel steun aan hun heeft gehad voor de informatie die ze nodig had voor haar boek. Het gaat namelijk een groot deel over het leven in de prostitutie.

Hoofdpersonen

Floortje is een brutaal meisje dat een erg moeilijk leven heeft. Ze is opgegroeid in een tehuis en in pleeggezinnen. Ze kan helemaal niet goed opschieten met de kinderen van haar leeftijd en ze is erg agressief. Ze houdt niet snel van mensen, dit komt omdat ze vaak teleurgesteld is. Floortje is wel een echte doorzetter, omdat ze steeds toch nog iets van haar leven probeert te maken.

Beppie is de oudere zus van Floortje, zij is wel gewoon opgegroeid in een gezin en wil haar zusje altijd al ontmoeten. Eerst is ze een aardig stadsmeisje, maar dan komt ze door haar vriendje in contact met drugs en wordt ze een heroïnehoertje. Hier sleept ze Floortje ook in mee. Ze kunnen allebei niet meer afkicken.

Gerben is een veel oudere jongen die heel lief is voor Floortje en haar vriendin Karin. Hij leest hun voor en knuffelt hun heel veel. Hij geeft Floortje het gevoel dat hij echt van haar houdt en Floortje kan niet meer zonder hem, maar het is niet zo een goede jongen.

Samenvatting

Floortje woont in een tehuis, ze heeft nare herinneringen aan de pleeggezinnen waar ze in heeft gezeten. Ze krijgt contact met haar familie en mag sommige weekenden er heen, dan doet ze leuke dingen met Beppie. Floortje moet naar de huishoudschool, hier krijgt ze een vriendin Karin waarmee ze vaak spijbelt. Ze gaan dan naar Gerben die heel lief voor hun is, maar hij wordt opgepakt wegens pedofilie. Floortje wordt weer in een tehuis gezet, als ze jarig is krijgt ze een wit konijn over de post van Gerben. Ze vlucht weg naar Beppie, samen verstoppen ze zich in een huis waar ze allerlei soorten drugs uitproberen. Dan wordt Floortje in een soort jeugdgevangenis gezet en Beppie gaat naar een afkickkliniek, maar ze lopen allebei weg. Floortje moet weer naar de huishoudschool, maar hier loopt ze weer weg en  ze gaat opzoek naar Beppie. Dan komt ze terecht in de prostitutie en krijgt ze heel erg ruzie met Beppie.

 Structuur

Het boek begint met dat Floortje geboren is en eindigt dat ze vijftien jaar oud is, dus het is geschreven over een hele lange tijd, maar er worden grote stukken van haar leven overgeslagen. Het grootste deel is vanaf dat ze dertien is. Elk hoofdstuk wordt het verhaal vertelt uit een ander personage, dit is in het begin van het verhaal erg verwarrend, maar opgeven moment ben je er aan gewent en snap je meteen uit wie het wordt vertelt. Het is steeds het ik-perspectief. Er zitten erg veel flashbacks in, maar het is wel chronologisch vertelt.

Thema's

De thema’s van het boek zijn:

- Eenzaamheid, want het gaat over hoe eenzaam Floortje eigenlijk is, want ze heeft nooit echt iemand die er voor haar is. Ze krijgt wel een goede band met Beppie, maar die gaat ook stuk door de drugs.

-Verslaving, want Floortje en Beppie zijn allebei heel erg verslaafd, ze willen wel stoppen maar het lukt hun echt niet.

-Prostitutie, want het gaat ook over de prostitutie, Floortje en Beppie zitten allebei in de prostitutie, hier betalen ze hun drugs van.