1. Titelbeschrijving
v Harry Mulisch
v Het theater, de brief en de waarheid
v Amsterdam
v 2000
v De Bezige Bij 2. Motivering van je keuze v Het leek me een leuk boek om te lezen. Het was niet zo dik en Harry Mulisch schrijft heel vaak goede boeken. Ik kon het boek meenemen als boekenweek geschenk. Ik zou het eerst vorig jaar lezen, maar toen heb ik “Het Achterhuis” gelezen. Het leek me toch wel een leuk boek, dus heb ik gevraagd of ik het mocht lezen voor mijn leesdossier. 3. Reactie v Ik vond het boek mooi, maar aan het begin van het tweede deel werd het wel wat verwarrend. In het eerste deel van het boek was Magda, de vrouw, overleden en vertelt Herbert, de man, zijn verhaal. In het tweede deel is Herbert overleden en vertelt Magda haar verhaal. In het laatste deel, de verwachting, vertelt Harry Mulisch hoe het boek in elkaar zit. Door dat verhaal krijg je toch een andere kijk op het verhaal.
4. Samenvatting
v (Het is best moeilijk dit boek samen te vatten omdat het uit allerlei fragmenten gaat maar ik zal doe mijn best het zo goed mogelijk te doen)
I Herbert:
het begint bij de ik-persoon die een schrijver is en gevraagd is een 'dramatische monoloog' te schrijven voor een theater gezelschap. Hij wil schrijven over Magda en Herbert en zo begint hij te kijken en denken aan de crematie van Magda.
Hertbert staat voor de katheder en wil een toespraak houden voor Magda (zijn vrouw) gecremeerd wordt. Hij begint te vertellen over hoe hij Magda leerde kennen en hoe alles in zijn leven met Magda is verlopen. Daarna vertelt hij dat hij iets moet bekennen en verteld over de dreigbrief die hij kreeg en hoe Magda daar van streek van raakte.
Om Magda meer rust te geven en geruster te stellen, verzint Herbert een nepontvoering. Hij 'ontvoert' zichzelf en zorgt ervoor dat de politie erachter komt dat hij het ook zelf heeft gedaan. Daarom kan hij ook zeggen dat hij de dreigbrief zelf heeft geschreven (terwijl dat niet zo is) zodat Magda weer normaal kon worden.
Na deze bekentenis is Herbert klaar met zijn toespraak en condoleert iedereen die aanwezig was hem, zo eindigt het eerste stuk.
Tussenspel:
In het tussenspel gaan de ik-persoon (die Felix genoemd wordt) samen met een collega Vera naar buiten. Ze bespreken samen de crematie en discussiëren over wat echt en niet echt is aan het verhaal, of het wel of niet echt zou kunnen zijn en waarom Herbert het gedaan heeft en al helemaal waarom hij het nu verteld.
II Magda:
Magda is het laatste deel. Vera (nu de Ik-persoon) moet nu een 'dramatisch monoloog' schrijven voor een theater gezelschap en verteld over de begrafenis van Herbert.
Ze weet niet meer precies hoe alles was en kan het alleen maar herinneren.
De Ik-persoon (Vera) die is op de begrafenis van Herbert, Magda is nu niet dood maar Herbert en Magda geeft ook de toespraak.
Magda begint nu haar toespraak te vertellen hoe zij en Herbert elkaar hebben leren kennen. Ze vertelt over hun Theatergeschiedenis en de rest van hun leven. Ze vertelt dat Herbert doordat zijn ouders joods waren en vergast hij er niet instortte toen de productie van een voorstelling over (tegen) de joden. Magda probeerde hem te helpen maar niets hielp. Tot op een avond ze Herbert hoorde zeggen dat hij het leven niet meer zag zitten en ze bedacht dat er nu echt iets moest gebeuren om hem nog te redden. Zo besloot Magda een dreigbrief te sturen naar haar man (natuurlijk niet van haarzelf). Maar zodra ze hem aan haar man gaf wist ze al dat ze er fout aan had gedaan.Ze wist niet meer wat ze moest doen. Aan de ene kant had de brief wel geholpen voor haar man, maar aan de andere kant had ze een muur gebouwd tussen haar en haar man die ze niet meer weg kon halen. Herbert zetten een 'nep'ontvoering van zichzelf inelkaar om Magda te helpen.
Dus uiteindelijk probeerde Magda Herbert te helpen en Herbert Magda maar daardoor hadden ze elkaar verloren. Ze hielden zoveel van elkaar dat ze elkaar daar aan hadden verloren. Maar Herbert kon daar niet tegen en had zelf een einde aan zijn leven gemaakt.
Aan het einde van het boek blijkt dus dat Magda nog wel leeft maar Herbert dood is, alleen wie nu wat heeft gedaan, wie nu de brief heeft geschreven blijft voor iedereen toch nog een beetje een raadsel
5.3 Verdiepingsopdracht
v Er zijn in dit boek 4 personen die veel in het beeld komen.
Herbert: Herbert vertelt het verhaal in het eerste deel van het boek.
Herbert is een toneelspeler en getrouwd met Magda. Samen hebben ze twee kinderen, Albert en Paula.
Herbert is een jood. Zijn ouders zijn overleden toen hij nog jong was. Hij kwam in een gezin dat het niet zo had op joden. Ze wisten niet dat Herbert een jood was.
Magda: Magda is het persoon dat het verhaal vertelt in het tweede deel van het boek.
Verder is er niet veel over haar bekend.
Felix: Felix is de ‘ik-persoon’ in het eerste deel van het boek. Hij moet een dramatische monoloog schrijven voor een toneelstuk. Hij doet dit over de crematie van Magda.
Vera: Vera is de ‘ik persoon’ in het tweede deel van het boek. Zij moet ook een dramatische monoloog schrijven. Zij kent Felix, want zij is een collega van hem. Zij wil schrijven over de begrafenis van Herbert.
6. Eindoordeel
v Ik vond het boek leuk om te lezen. Het was geen moeilijk tekst, maar de tekst was wel vreemd. In het eerste deel was Magda overleden en in het tweede deel was Herbert overleden. De opdrachten waren niet moeilijk te beantwoorden. 7. Achtergrondmateriaal v Recensie: Zie bijlage. v Schrijver: Harry Kurt Victor Mulisch werd op 29 juli 1927 geboren in Haarlem. Harry is de enige zoon van Karl Victor Kurt Mulisch (geboren in Oostenrijk – Hongarije) en Alice Schwarz (geboren in België). Wanneer zijn ouders in 1936 scheiden blijft Harry bij zijn vader in Haarlem wonen. Omdat Harry de enige thuis was die goed Nederlands spreekt heeft hij nog een vreemde verhouding tot de taal waarin hij schrijft: “voor mij is niets wat ik schrijf vanzelfsprekend”. Als in 1940 de Duitsers Nederland komen bezetten komen Harry en zijn moeder, die van Joodse komaf is in moeilijkheden. Harry en zijn moeder weten echter uit de handen van de Duitsers te blijven dankzij Harry’s vader. Harry’s vader slaagde hierin door zijn functie als directeur van Lipmann-Rosenthal, een bank die in bezit genomen Joodse bezittingen beheerd. Vanwege dit werk bij Lipmann-Rosenthal is de vader van Harry 3 jaar opgesloten in een interneringskamp. De tweede wereldoorlog en het interneringskamp hebben veel indruk gemaakt op Harry Mulisch. In veel van Mulisch’ boeken speelt de tweede wereldoorlog een belangrijke rol. Tijdens de jaren op de middelbare school raakte Harry in de ban van de wetenschap. Harry richtte een laboratorium in voor zijn experimenten, verzamelde fossielen en hield zich bezig met alchemie. Dit alles ging ten koste van zijn schoolprestaties en in 1944 ging Harry dan ook van school af. Vanaf 1949 gaat Harry Mulisch zich volledig richten op het schrijven. Na in 1955 al vertrokken te zijn uit het huis van zijn vader, vestigde hij zich in 1958 in Amsterdam waar hij toetrad tot de redactie van het blad “Podium”. Later werd hij nog redacteur van “Randstad” en van “De Gids”. Mulisch trouwde in 1971 met Sjoerdje Woudenberg met wie hij twee kinderen kreeg. In 1992 werd uit een verhouding met een nieuwe partner nog een zoon geboren. Bij zijn vijftigste verjaardag werd Mulisch benoemd tot ridder in de Orde van Oranje Nassau. In 1992 volgde een bevordering tot Officier in de Orde van Oranje-Nassau. Harry Mulisch heeft een groot aantal literaire prijzen ontvangen, o.a.: de Constantijjn Huygensprijs, de P.C. Hooft-prijs en de Nederlandse staatsprijs voor letterkunde. De magisch-mythische achtergrond / de filosofie van Harry Mulisch
Harry Mulisch heeft een bepaalde levensfilosofie, het magisch-mythische. Deze levensfilosofie speelt in vrijwel al zijn werken een rol. Bij het mythische van zijn filosofie speelt vooral de klassiek-Griekse mythe Oedipus een rol, waarin Oedipus zonder het te weten zijn vader Laios doodde en met zijn moeder Iokaste trouwde. De Oedipus mythe werd al eerder door de psycholoog Freud verwerkt. Volgens Freud toont de mythe de drang van een jongen om zijn vader opzij te schuiven en met zijn moeder te trouwen. Mulisch legt de mythe op een heel andere manier uit; hij bekijkt het teruggaan naar de moeder en het innemen van de plaats van de vader vanuit het gezichtspunt van de tijd. Oedipus overwint door dit teruggaan de voortschrijdende tijd. De kern van de thematiek van Harry Mulisch is dan ook het probleem van dood en tijd. Volgens Mulisch is het grootste probleem waar mensen zich mee bezig houden het overwinnen van de dood. Mensen proberen de dood te voorkomen. De Christenen geloven dat zij op de één of andere wijze na de dood zullen voortleven, zonder je stoffelijk lichaam. Mulisch kiest voor een andere weg: hij denkt dat je de dood kan overwinnen als je het kunt winnen van de tijd. Dit kan volgens Mulisch op twee manieren: - Het stil zetten van de tijd; verstening. - Het teruggaan in de tijd, naar de moeder, en het innemen van de plaats van de vader. Het magische element in Mulisch’ filosofie houdt o.a. verband met het schrijven. Behalve het stil zetten van de tijd en het teruggaan in de tijd denkt Mulisch dat je de dood kan overwinnen door God te worden. Dat is precies wat een schrijver doet: hij heerst als een god over de wereld van het verhaal. Hij schept de wereld, hij creëert de personages. Bovendien heeft het schrijven te maken met het stil zetten van de tijd. Een eenmaal gemaakt verhaal ligt vast, het verandert niet meer onder invloed van de tijd. Zo gezien is de schrijver eigenlijk een magiër, hij kan in zijn werk voort blijven leven, ook als hij zelf allang verdwenen is. Een andere reden waarom Mulisch vindt dat de schrijver een magiër is, is de magische kracht van ‘het woord’. De schrijver is in staat d.m.v. het woord een boodschap over te brengen. Mulisch gebruikt de magische kracht van het woord om zijn thematiek van dood en leven tot uitdrukking te brengen. Invloeden van literaire stromingen op de werken van Harry Mulisch.
v Het theater, de brief en de waarheid
v Amsterdam
v 2000
v De Bezige Bij 2. Motivering van je keuze v Het leek me een leuk boek om te lezen. Het was niet zo dik en Harry Mulisch schrijft heel vaak goede boeken. Ik kon het boek meenemen als boekenweek geschenk. Ik zou het eerst vorig jaar lezen, maar toen heb ik “Het Achterhuis” gelezen. Het leek me toch wel een leuk boek, dus heb ik gevraagd of ik het mocht lezen voor mijn leesdossier. 3. Reactie v Ik vond het boek mooi, maar aan het begin van het tweede deel werd het wel wat verwarrend. In het eerste deel van het boek was Magda, de vrouw, overleden en vertelt Herbert, de man, zijn verhaal. In het tweede deel is Herbert overleden en vertelt Magda haar verhaal. In het laatste deel, de verwachting, vertelt Harry Mulisch hoe het boek in elkaar zit. Door dat verhaal krijg je toch een andere kijk op het verhaal.
v Ik vond het boek leuk om te lezen. Het was geen moeilijk tekst, maar de tekst was wel vreemd. In het eerste deel was Magda overleden en in het tweede deel was Herbert overleden. De opdrachten waren niet moeilijk te beantwoorden. 7. Achtergrondmateriaal v Recensie: Zie bijlage. v Schrijver: Harry Kurt Victor Mulisch werd op 29 juli 1927 geboren in Haarlem. Harry is de enige zoon van Karl Victor Kurt Mulisch (geboren in Oostenrijk – Hongarije) en Alice Schwarz (geboren in België). Wanneer zijn ouders in 1936 scheiden blijft Harry bij zijn vader in Haarlem wonen. Omdat Harry de enige thuis was die goed Nederlands spreekt heeft hij nog een vreemde verhouding tot de taal waarin hij schrijft: “voor mij is niets wat ik schrijf vanzelfsprekend”. Als in 1940 de Duitsers Nederland komen bezetten komen Harry en zijn moeder, die van Joodse komaf is in moeilijkheden. Harry en zijn moeder weten echter uit de handen van de Duitsers te blijven dankzij Harry’s vader. Harry’s vader slaagde hierin door zijn functie als directeur van Lipmann-Rosenthal, een bank die in bezit genomen Joodse bezittingen beheerd. Vanwege dit werk bij Lipmann-Rosenthal is de vader van Harry 3 jaar opgesloten in een interneringskamp. De tweede wereldoorlog en het interneringskamp hebben veel indruk gemaakt op Harry Mulisch. In veel van Mulisch’ boeken speelt de tweede wereldoorlog een belangrijke rol. Tijdens de jaren op de middelbare school raakte Harry in de ban van de wetenschap. Harry richtte een laboratorium in voor zijn experimenten, verzamelde fossielen en hield zich bezig met alchemie. Dit alles ging ten koste van zijn schoolprestaties en in 1944 ging Harry dan ook van school af. Vanaf 1949 gaat Harry Mulisch zich volledig richten op het schrijven. Na in 1955 al vertrokken te zijn uit het huis van zijn vader, vestigde hij zich in 1958 in Amsterdam waar hij toetrad tot de redactie van het blad “Podium”. Later werd hij nog redacteur van “Randstad” en van “De Gids”. Mulisch trouwde in 1971 met Sjoerdje Woudenberg met wie hij twee kinderen kreeg. In 1992 werd uit een verhouding met een nieuwe partner nog een zoon geboren. Bij zijn vijftigste verjaardag werd Mulisch benoemd tot ridder in de Orde van Oranje Nassau. In 1992 volgde een bevordering tot Officier in de Orde van Oranje-Nassau. Harry Mulisch heeft een groot aantal literaire prijzen ontvangen, o.a.: de Constantijjn Huygensprijs, de P.C. Hooft-prijs en de Nederlandse staatsprijs voor letterkunde. De magisch-mythische achtergrond / de filosofie van Harry Mulisch
Harry Mulisch heeft een bepaalde levensfilosofie, het magisch-mythische. Deze levensfilosofie speelt in vrijwel al zijn werken een rol. Bij het mythische van zijn filosofie speelt vooral de klassiek-Griekse mythe Oedipus een rol, waarin Oedipus zonder het te weten zijn vader Laios doodde en met zijn moeder Iokaste trouwde. De Oedipus mythe werd al eerder door de psycholoog Freud verwerkt. Volgens Freud toont de mythe de drang van een jongen om zijn vader opzij te schuiven en met zijn moeder te trouwen. Mulisch legt de mythe op een heel andere manier uit; hij bekijkt het teruggaan naar de moeder en het innemen van de plaats van de vader vanuit het gezichtspunt van de tijd. Oedipus overwint door dit teruggaan de voortschrijdende tijd. De kern van de thematiek van Harry Mulisch is dan ook het probleem van dood en tijd. Volgens Mulisch is het grootste probleem waar mensen zich mee bezig houden het overwinnen van de dood. Mensen proberen de dood te voorkomen. De Christenen geloven dat zij op de één of andere wijze na de dood zullen voortleven, zonder je stoffelijk lichaam. Mulisch kiest voor een andere weg: hij denkt dat je de dood kan overwinnen als je het kunt winnen van de tijd. Dit kan volgens Mulisch op twee manieren: - Het stil zetten van de tijd; verstening. - Het teruggaan in de tijd, naar de moeder, en het innemen van de plaats van de vader. Het magische element in Mulisch’ filosofie houdt o.a. verband met het schrijven. Behalve het stil zetten van de tijd en het teruggaan in de tijd denkt Mulisch dat je de dood kan overwinnen door God te worden. Dat is precies wat een schrijver doet: hij heerst als een god over de wereld van het verhaal. Hij schept de wereld, hij creëert de personages. Bovendien heeft het schrijven te maken met het stil zetten van de tijd. Een eenmaal gemaakt verhaal ligt vast, het verandert niet meer onder invloed van de tijd. Zo gezien is de schrijver eigenlijk een magiër, hij kan in zijn werk voort blijven leven, ook als hij zelf allang verdwenen is. Een andere reden waarom Mulisch vindt dat de schrijver een magiër is, is de magische kracht van ‘het woord’. De schrijver is in staat d.m.v. het woord een boodschap over te brengen. Mulisch gebruikt de magische kracht van het woord om zijn thematiek van dood en leven tot uitdrukking te brengen. Invloeden van literaire stromingen op de werken van Harry Mulisch.
REACTIES
:name
:name
:comment
1 seconde geleden
T.
T.
Thanks
20 jaar geleden
Antwoorden