Auteur: Khalid Boudou
Titel: Het schnitzelparadijs
Uitgever: Vassaliucci
Plaats van uitgave: Amsterdam
Jaar van uitgave: 2001
Eerste reactie
Verantwoording keuze: De titel sprak mij wel aan. Met deze titel kan het verhaal nog alle kanten op.
Eerste persoonlijke reactie: leuk boek, beetje langdradig
Verdieping
Boekverslag: Het boek gaat over een Marokkaanse jongen genaamd Nordip Doenia. Hij wil zijn leven gaan beteren nadat hij twee jaar lang niets anders heeft gedaan dan een beetje slapen en niksen. Daarom gaat hij in het restaurant de Blauwe Gier werken. Nordip ziet het als een stage. Hij wordt aangenomen om pannen te schrobben. Hij mag de hele dag alleen maar pannen schrobben, daarom wordt hij sopkop genoemd. Zijn collega’s komen regelmatig even bij Nordip in de pannenhoek zitten om te kletsen en over hun problemen te praten. Er werken verschillende types in het restaurant. Zijn neef Krimo, een rijkeluisdochter Agnes, een uitslover Amimoen enz. Nordip komt al gauw iets over een spel te weten wat je tegen de baas kan spelen om hogerop te komen. Maar niemand wil Nordip vertellen wat voor spel het is. Nordip weet Krimo en Agnes aan elkaar te koppelen. Amimoen is hier nogal pissig over, zijn maten bedreigen Nordip. Nordip wil het spel ook een keer spelen, hierop antwoordt Amoemin dat hij de Blauwe Gier in brand zal steken als Nordip wint. Op een dag komt de FIOD het restaurant controleren. Meerman (de baas) blijkt schuldig te zijn aan belastingfraude en heeft zwartwerkers in dienst. Een aantal werknemers verlaat het restaurant, omdat het er een zooitje is. Nordip wordt verzocht het spel een keer te spelen, hij moet een potje dammen tegen Wilhelm (de chef-kok). Nordip heeft nog nooit gedamd, maar wint tegen de verwachting in toch het spelletje. Dit betekent dat hij het baantje van Krimo over mag nemen. Krimo heeft namelijk ontslag genomen en werkt als succesvol zanger. Als Nordip naar huis gaat hoort hij Brandweersirenes. De brandweer is op weg naar de Blauwe Gier die in de fik staat.
Vertelwijze: ik-perspectief
Alle andere personen zijn bijfiguren. Agnes is een rijkeluisdochter. Waarom ze in de Blauwe gier werkt is niemand duidelijk. Nordip noemt haar lieve Agnes hij praat graag met haar. Ze heeft een oogje op Krimo, de neef van Nordip. Hij is een jongen die niet veel zegt. Amimoen is de uitslover van het restaurant. Hij heeft altijd een grote bek tegen alles en iedereen. Hij heeft ook overal een mening over. Dan heb je nog de kok Bokma, hij heeft een obsessie met breed willen zijn. Hij pest de jongere werknemers regelmatig.
Ruimte (plaats en tijd): Het speelt zich af in het plaatje Opdeinen. Vooral in de Blauwe gier maar ook bij Nordip thuis en in zijn straat. Het vindt gewoon in deze tijd plaats. Soms krijg je flashbacks te lezen uit Marokko. Ik denk dat er ongeveer een jaar voorbij gaat. Het verhaal wordt wel in de chronologische volgorde vertelt
Situaties: Nordip heeft twee jaar massief geslapen, totdat hij zijn leven zat is. Hij gaat een baan zoeken. Hij komt te werken in het restaurant de Blauwe Gier. Hij ontmoet veel interessante mensen, Nordip wil toch hogerop komen in het bedrijf. Hij gaat het spel tegen Wilhelm spelen. Het gaat om een potje dammen. Nordip wint het spelletje. Hij wordt nu kok en neemt het baantje van Krimo over. Maar dan wordt de Blauwe Gier in de fik gestoken. Nordip gaat op zoek naar een nieuwe uitdaging.
Schrijfstijl: De schrijver gebruikt best veel beeldspraak. En hij beschrijft sommige dingen heel uitvoerig. Het viel mij op dat de hoofdpersoon vaak ‘o boy’ zegt. Je leest bijna het hele boek de gedachtes van Nordip. Het boek bevat ook een aantal Marokkaanse woorden.
Thema: het thema is de ontwikkeling van een Marokkaanse jongen in Nederland.
Motieven: Nordip is van Marokkaanse afkomst en is eerst een stereotype, hij doet namelijk niet veel met zijn leven. Werkt niet en hangt de hele dag rond. Hij is na twee jaar niet tevreden met zijn leven en besluit te gaan werken. Hij maakt dus een ontwikkeling door van nietsnut, tot uiteindelijk kok in een restaurant.
Verband titel en thema: Nordip noemt de Blauwe Gier een Schnitzelparadijs. Er worden veel schnitzels gegeten. En Nordip ziet zijn pannenhoekje als zijn ‘paradijs’. Hier ontmoet hij nieuwe mensen en betert hij zijn leven.
Datum eerste publicatie: 2001
Kennis van de schrijver: Khalid Boudou (1974) is geboren in Tamsamane, Marokko, en woont sinds jaar en dag in Tiel, dat door hem consequent wordt aangeduid als Tiel Aviv. Hij is hoofdredacteur van het Marokkaanse jongerentijdschrift ATARIK.NL, won in 1998 de El Hizjra Literatuur Prijs met het verhaal Stemmendans, en trad reeds op tijdens Crossing Border 2000. Hij werkt momenteel als columnist bij het Algemeen Dagblad.
Tijdvak en stroming: 1980-heden, misschien is het wel een nieuwe stroming de migrantenroman. Je kan het boek rekenen tot een betekenisroman. Het gaat over de gedachtes van de hoofdpersoon.
Typerend voor de tijd van ontstaan: Het thema integratie is wel actueel, daarom past het boek goed bij deze tijd.
Beoordeling
Positieve verhaalelementen: Nordip weet zijn leven toch te verbeteren. Hij wordt kok.
Sterkste passage: De passage waarin Nordip vertelt dat hij ooit op de hond van zijn buurvrouw paste. Hij wist niet goed hoe hij met een hond moest omgaan. Uiteindelijk vermoord hij de hond per ongeluk.
Negatieve verhaalelementen: Nordip zijn grote liefde Tsjoepita heeft hem verlaten. Zijn buurvrouw mevrouw Malade overlijdt. Hij heeft een soort haat-liefde relatie met haar. Nordip moest Marokko verlaten. Hij mist vooral zijn grootvader.
Vergelijking met boek / film: Er is naar mijn idee geen verfilming van dit boek.
Oordeel over het thema: Het thema is erg actueel. Er wordt veel over de migranten in Nederland gesproken. Het is daarom wel leuk om van een allochtoon te horen hoe hij over het migrant zijn denkt.
Oordeel over het taalgebruik: Ik vond dat de schrijver sommige dingen wel erg uitvoerig beschreef. Maar hij had wel een leuke manier van schrijven. De Marokkaanse woorden die af en toe werden gebruikt dat was ook wel leuk. Ze stonden achterin het boek vertaald. Hoe verder ik in het boek kwam, hoe meer ik mij aan het uitvoerige beschrijven ging ergeren.
Eindoordeel: Ik vond het een leuk boek. het was af en toe wel wat langdradig. Vooral aan het einde. Nordip was soms twee bladzijdes lang een vrij nutteloze gedachte aan het beschrijven. Het einde was wel verrassend. Ik had niet verwacht dat het om een spelletje dammen ging. Ik kon mijn niet echt in de hoofdpersoon inleven. Hij dacht soms veel te veel na over sommige dingen. En ik heb niet het idee dat ik mijn leven vergooi. En hij zei soms dingen waar ik mij niet echt in vinden kon.
Recensie van het werk
Gegevens recensie:
Trouw, 10 maart 2001
Zijn naam schijnt als een zon in mijn kamer
ERDAL BALCI
Veel allochtonen zijn gek op folklore. Vooral Turken en Marokkanen met een beetje opleiding voelen zich in hun sas als ze kunnen volksdansen en cursussen in volksmuziek kunnen volgen. En het is vooral pret als er een bekende volkszanger uit het moederland overkomt om over het boerenleven te zingen.
In de ogen van de goed opgeleide Turken en Marokkanen is het de taak van de Nederlandse overheid om dit soort folklore te subsidiëren, wat dan ook zonder morren gebeurt.
Een achtergebleven sazspeler uit Turkije komt om de maand naar Nederland, zingt dat het onterecht was dat Hasan en Huseyin duizend jaar geleden door hun vijanden in de woestijn zijn vermoord. De luisteraars raken geëmotioneerd, hoewel ze dit verhaal honderden keren eerder hebben gehoord, en gaan op het einde van de avond rondjes dansen. Een ceremonie die in de afgelopen twintig jaar in Nederland al duizenden keren is herhaald. Niemand die er genoeg van krijgt. Hoewel?
Ik heb altijd gehoopt dat er jonge, talentvolle allochtonen zouden opstaan die niet op sazcursussen gaan, maar zich bezig gingen houden met kunst en heuse literatuur. Als het mij gevraagd werd, zou ik de overheid adviseren: stop met geld geven aan al die honderden achterlijke zelforganisaties. Geen geld meer voor folklore! Geef een talentvolle schrijver of kunstenaar drie ton. Zodat hij of zij in de wereld kan rondreizen, nieuwe ideeën kan ontwikkelen en niet hoeft te werken voor zijn of haar brood.
In zijn debuut, de roman 'Het Schnitzelparadijs', schrijft Khalid Boudou over Nordip. Een bijdehante Marokkaanse twintiger, die twee jaar lang als een weerwolfman alleen maar heeft geslapen. Een pauze van twee jaar. Omdat hij niet wist wat hij wilde en wie hij was, heeft hij geslapen, geslapen en nog eens geslapen. Na twee jaar besluit hij te ontwaken. Hij verkoopt zijn pestende broertje de hoogstnoodzakelijke dagelijkse partij broederlijke schoppen en gaat naar zijn nieuwe bestemming.
Een jaar trekt hij er voor uit. De plek waar hij zijn toekomsteieren gaat uitbroeden, heeft hij van tevoren goed uitgezocht. Hij gaat stage lopen bij de Grote Vogel, de Verschrikkelijke Lelijke Vogel aan de westrand van het stadje Opdeinen aan het kronkelende water van de Maas. Hij wordt de nieuwe sopjongen, die geen geld wil voor het soppen van de pannen. Het enige dat hij wil is zichzelf ontdekken, het leven leren kennen en misschien volwassen worden. O ja, hij gaat tijdens dat werk, dat in zulke vochtige omstandigheden plaatsvindt dat hij zijn voeten met Wibra-zakken moet beschermen, wroeten in zijn herinneringen.
Soppend gaat hij in zijn hoofd terug naar zijn kindertijd in het Marokkaanse dorp, naar zijn opa, naar zijn geliefde die hem heeft verlaten vanwege zijn luiheid, zijn eenzame Nederlandse buurvrouw enzovoorts.
De keuze voor het restaurant als stageplaats blijkt een goede. Hij leert er inderdaad het leven kennen. Vooral de verschrikkelijke kant ervan. De onderdrukking, de haat en nijd tussen het personeel, de lieve Agnes (meisje van Marsepein, Agnes de pure Hollandia) die niet op hem valt, maar op zijn lyrische neef, en het 'grote' spel. Het spel om hogerop te komen wordt bij de Gier anders en directer gespeeld: in een kamer met twee spelers, die met damstenen tegenover elkaar staan.
In zijn eerste boek komt Khalid Boudou niet met een spectaculair thema. Hij weet de spanning er ook niet constant in te houden. Maar hij schrijft zinnen, ontsproten aan een fontein van talent en klaterend taal- en denkplezier. Hij zal niet lang wachten met een volgende, denderende roman.
Boudou bewandelt wat betreft het thema van het boek het pad van zijn allochtone voorgangers. Altijd hebben ze het over hun migrant-zijn. Wellicht een begrijpelijke keuze. Het leven als een migrant is op zich niet niks. Misschien moet dat eerst uit ieders 'systeem' worden geschreven. Daarna komen de minder autobiografische verhalen. De wereld bestaat namelijk niet alleen uit de migrantenwijken in Nederland. Om de horizon van een groot talent als Boudou te verbreden, zou het geen kwaad kunnen met wat geld over de brug te komen. Tweehonderd volksdanscursussen armer, maar een goede schrijver rijker. Een betere deal bestaat niet.
Samenvatting oordeel recensent: Hij vindt dat Boudou talent heeft, wat nu nog niet helemaal goed uit de verf komt. Maar het zal zich zeker gaan ontwikkelen. Zijn debuut is goed, hij weet de spanning er nog niet continu in te houden. Maar het begin is er.
Vergelijking met eigen oordeel: Ik ben het er mee eens dat het boek niet overal even spannend is, maar dat het zeker niet slecht is. De recensent is iets enthousiaster over het boek dan ik.
REACTIES
:name
:name
:comment
1 seconde geleden