OPDRACHT 1
-Geef een complete titelbeschrijving, een korte motivering van je boekkeuze en een korte zelfgeschreven samenvatting.
-Schrijf een eerste persoonlijke reactie Gebruik 3 relevante beoordelingswoorden. Geef telkens een duidelijke toelichting.
titelbeschrijving
De titel van het boek ‘Het gouden ei’ is zo genoemd, omdat de hoofdpersoon ‘Saskia’ een nachtmerrie had. Hier een citaat: “Toen ze klein was, had ze eens gedroomd dat ze opgesloten zat in een gouden ei dat door het heelal vloog. Alles was zwart, er waren niet eens sterren, ze zou er altijd in moeten zitten, en ze kon niet doodgaan. Er was maar één hoop. Er vloog nog zo’n gouden ei door de ruimte, als ze tegen elkaar botsten zouden ze allebei vernietigd zijn, dan was het afgelopen. Maar het heelal was zo groot.” (blz. 10 en 11). Hieruit blijkt dat ze claustrofobie heeft.
korte motivering
Ik heb dit boek gekozen, omdat de achterkant mij wel aansprak. Ik heb dit boek van een vriendin van mij geleend die hem thuis hadden liggen en haar moeder vertelde mij dat zij het boek heel leuk vond. Ik had ergens gelezen dat er ook een film van was gemaakt en toen ik het boek uit had heb ik die film ook bekeken. Ik vond zelf de film leuker dan het boek, want in het boek werd alles zo beschreven dat je al wist wat er met Saskia gebeurd was en in de film wist je helemaal niet wat er met Saskia gebeurd was. Dat kreeg je op het laatst te zien in een flashback.
korte zelfgeschreven samenvatting
Rex en Saskia zijn op weg naar hun vakantiehuisje in Frankrijk. Onderweg wil Saskia nog een keer tanken, omdat ze bang is dat ze zonder benzine aankomen.
Op het tankstation wordt Saskia ontvoerd door Raymond Lemorne die al 4 jaar rondliep met een plan om iemand te ontvoeren en daarna te vermoorden.
Rex doet er alles aan om Saskia te vinden en plaatst verschillende berichten in verschillende kranten. Lemorne reageert hierop en vertelt aan Rex dat hij weet wat er is gebeurd. Maar om hierachter te komen moest Rex hetzelfde ondergaan.
Rex wordt verdoofd en als hij wakker wordt zit hij in een donkere kist onder de grond.
Hij is levend begraven. Van Saskia en Rex heeft niemand ooit nog wat vernomen.
-
OPDRACHT 2
-Welke verwachtingen had je voor je het boek ging lezen?
-Waardoor werden die verwachtingen gewekt?
-Welke verwachtingen zijn uitgekomen en welke niet?
-Vind je het slot bevredigend? Motiveer je antwoord.
-Had je dit einde verwacht? Motiveer je antwoord.
Welke verwachtingen had je voor je het boek ging lezen?
Voordat ik het boek ging lezen had ik verwacht dat het boek heel lastig zou zijn, omdat het boek niet heel dik was en omdat ik Tim Krabbé niet echt een fijne schrijver vond.
Daardoor verwachtte ik ook dat ik het niet leuk zou vinden om dit boek te lezen.
Waardoor werden die verwachtingen gewekt?
Die verwachtingen werden verwekt doordat ik al van verschillende mensen hoorde dat Tim Krabbé heel anders schrijft dan vele schrijvers waarvan ik boeken lees. Dat komt doordat hij beeldspraak gebruikt in zijn verhaal.
Welke verwachtingen zijn uitgekomen en welke niet?
De verwachting dat het boek niet leuk zou zijn is zeker niet uitgekomen. Ik vond het boek erg leuk om te lezen. En de verwachting dat er veel beeldspraak zou zijn en dat dat lastig zou zijn is ook niet uitgekomen, er was wel wat beeldspraak maar dat was zeker niet lastig om te lezen.
Vind je het slot bevredigend? Motiveer je antwoord.
Ik vind het slot bevredigend, want het verhaal is daar ook echt afgelopen. De hoofdpersonen leven beide niet meer en van mij hoeven ze ook niet te vertellen wat er nog meer met Lemorne gebeurd. Persoonlijk vind ik dat als de hoofdpersonen uit het verhaal zijn, dat het verhaal dat ook echt afgelopen is. Net zo al hier.
Ik had dit einde niet zo verwacht. Ik had niet verwacht dat Rex hetzelfde zou ondergaan, maar ik had wel een beetje verwacht dat Rex niet meer zou blijven leven aan het einde van het boek. Ik zat nog even te twijfelen of Saskia misschien terug zou komen. Maar dat vond ik heel onwaarschijnlijk, omdat Lemorne iemand wou vermoorden en Lemorne vond Saskia een hele geschikte kandidaat.
OPDRACHT 3
-Bespreek de hoofdpersoon, doel, tegenstanders, helpers en normen en waarden.
Onderbouw je beweringen en keuzes weer met gegevens uit de roman.
Hoofdpersoon
De hoofdpersoon is toch wel Rex, maar Saskia en Lemorne zijn ook hele belangrijke en grote rollen in het boek. Ik vind hun ook wel een soort hoofdpersonen.
1 hoofdstuk wordt vanuit Lemorne’s perspectief verteld en de rest wordt vanuit Rex’s perspectief verteld. Daardoor krijg je een goed beeld van Rex en ook van Lemorne. Rex vertelt vanuit zijn perspectief veel gevoelens van Saskia en natuurlijk ook van zichzelf. Rex is rustig en vrij serieus.
Saskia is ijdel en heeft last van claustrofobie, zij is ook wel een zachtaardig type.
En Lemorne is een Fransman en scheikunde leraar. Hij heeft vreemde ideeën zoals mensen vermoorden, dat doet hij zonder enige schuldgevoelens.
Doel
Het doel van Rex is erachter komen waar Saskia is, haar vinden, willen weten wat er met haar is gebeurd en weten of ze nog leeft.
Het doel van Lemorne is een geschikt persoon vinden die hij zover krijg om in zijn auto te laten stappen, zodat hij die persoon kan vermoorden.
Saskia heeft niet echt een doel, dat komt doordat zij zo vroeg uit het verhaal is gegaan.
Ze wou wel gelukkig worden met Rex en samen oud worden.
Tegenstander en helper
De tegenstander en de helper van Rex is dus Lemorne. Hij houdt Rex niet tegen met zoeken, hij helpt hem juist. Lemorne wist waar Saskia was en wou Rex laten zien wat er met Saskia is gebeurd. Maar Lemorne was ook degene die Saskia heeft vermoord.
Normen en waarden
De normen en waarden van Lemorne vind ik heel overdreven, hij denkt dat het normaal is om van het balkon af te springen om te kijken wat er dan gebeurd. En even later vindt hij het normaal om iemand te vermoorden om weer te kijken hoe dat is.
De normen en waarden van Rex zijn normaal. Zijn normen en waarden zijn dezelfde normen en waarden als hier in het echte leven.
OPDRACHT 4
- Lees het betreffende hoofdstuk en maak er een samenvatting van.
- Bespreek het perspectief en de (on)betrouwbaarheid van het perspectief.
Onderbouw je beweringen steeds met gegevens uit je boek.
De auteur is de schrijver, maar niet de verteller. Een verteller van het verhaal is een instantie of het personage in de tekst. De verteller bepaalt het perspectief (point of view) van het verhaal. Het perspectief is het standpunt van waaruit de verteller de gebeurtenissen aan de lezer presenteert. Een lezer vraagt zich hierbij af of het wel betrouwbaar is of onbetrouwbaar.
Er zijn ook verschillende vertelsituaties zoals: alwetende vertelsituatie, ikvertelsituatie of de personale vertelsituatie.
De alwetende vertelsituatie staat boven het verhaal en ziet alles. Hij weet van alle personages wat ze denken, zeggen en voelen. Hij weet ook alles over alle gebeurtenissen. Deze vertelsituatie hoeft niet waarheidsgetrouw te zijn. De alwetende verteller kan heel goed manipuleren, door bijvoorbeeld informatie achter te houden.
De ikvertelsituatie is een personage (ikfiguur) uit het verhaal. Je krijgt alle gebeurtenissen te zien door zijn/haar ogen. Zijn/haar gedachten krijg je ook heel goed mee en gedachten van andere personages niet. Je leert de andere personages kennen door wat de zeggen en doen, gedachten etc. krijg je van die personages niet mee. Deze vertelsituatie is dus heel onbetrouwbaar, omdat je alleen informatie van de ikpersoon krijgt en niet van de andere personages. Zo kan de ikpersoon heel makkelijk liegen.
De personale vertelsituatie is een personage (hij/zijfiguur) uit het boek. Het verhaal staat niet in de hij- of zijvorm. Het perspectief is hier altijd subjectief, omdat de lezer weer alleen de gevoelens en gedachten van de verteller leert kennen. De gedachten van de andere personages leer je weer niet kennen. Dus deze vertelsituatie is ook onbetrouwbaar.
Er is ook een meervoudige vertelsituatie, dan wisselt het perspectief per hoofdstuk. Dan ligt het perspectief bij h1 bij Piet en bij h2 bij Jan etc.
Je hebt voor het manipuleren verschillende technieken/kunstgrepen, zoals informatie achterhouden. Als lezer moet je je dan afvragen hoe (on)betrouwbaar het perspectief is.
Bij een ikvertelsituatie leven de lezer zich sneller in, want dan krijgt de lezer gevoelens en gedachtes te zien. Je beleeft de gebeurtenissen dan ook door de ogen van de verteller. Bij een personale vertelsituatie is dan ook wel.
Bij het lezen van een boek moet je nagaan wat de functie van de vertelsituatie is. Ga ook na wat het effect van de vertelsituatie is.
Mijn boek heeft een meervoudige vertelsituatie. En al die vertelsituaties zijn in de ikvertelsituatie.
De hoofdpersoon vertel vanuit zijn perspectief en de tegenstander/helper vertelt vanuit zijn perspectief. De hoofdpersoon is het meest aan woord.
De ikvertelsituatie is niet betrouwbaar, dus het zou goed kunnen dat ze beide of dan 1 van de 2 loog en dat het heel anders is gebeurd.
OPDRACHT 5
- Lees het betreffende hoofdstuk door en maak er een samenvatting van.
-Bespreek nu van je boek de thematiek: verhaallaag, titelverklaring, motieven, motto en thematische laag.
Een interpretatie is een betekenistoekenning door een lezer aan een tekst. Bij interpretatie geef je beargumenteerd aan waarover jij denkt dat de tekst over gaat. Interpretaties staan niet vast en kunnen per lezer verschillen.
Individuele lezers: Lezers verschillen van elkaar (leeftijd interesse etc.).
Tijdgebonden: Bij herlezing kunnen andere elementen van de tekst opvallen.
Een interpretatie moet gebaseerd zijn op argumenten, je onderbouwt je argumentatie door te citeren van belangrijke en kenmerkende passages. Hierbij kun je gebruik maken van de analyse van de tekst.
Je interpretatie is volgens jou de thematiek van de tekst. Dan geef je aan waar jij denkt dat de tekst over gaat. Je geeft beargumenteerd aan wat volgens jou de betekenis van de literaire tekst is.
1e fase: Verzamelen van tekstmateriaal => je verzamelt elementen en passages die letterlijk in de tekst aanwezig zijn => verhaallaag vaststellen.
2e fase: Op basis van het tekstmateriaal wordt een betekenis aan de tekst toegekend => betekenislaag/thematische laag vaststellen.
Een literaire tekst heeft verschillende lagen:
1) Verhaallaag: concrete gebeurtenissen, passages en elementen uit de tekst.
2) Betekenislaag/thematische laag: expliciet in de tekst aanwezige elementen.
Het onderscheid tussen verhaallaag en betekenislaag kan het verschil in interpretaties van een tekst (mede) verklaren. Interpretaties kunnen verschillen omdat de ene lezer zich vooral richt op de verhaallaag, terwijl een andere lezer zich meer bewust is van de betekenislaag.
Algemene thema’s/literaire motieven komen veel in fictionele werken voor. Ze kunnen overeenkomsten aanwijzen tussen boeken.
Verhaalmotieven zijn motieven die je aantreft in één bepaalde literaire tekst aantreft. Een verhaalmotief is een steeds terugkerend betekenisvol element in een literaire tekst. Er is sprake van herhaling. In lange teksten zijn er meerdere verhaalmotieven, in korte teksten een beperkt aantal.
Een herhaling in de tekst van een concreet voorwerp noemen we een leidmotief.
Een overeenkomst tussen een verhaalmotief en een leidmotief is dat ze beide een structurerende functie hebben. Ook leiden ze beide naar de thematiek van de tekst.
Titels van literaire teksten kunnen dus naar de thematiek van het werk verwijzen. Je moet daarom nagaan of er een verband is tussen de titel en de thematiek van het boek, want niet alle titels verwijzen naar de
thematiek
Ondertitels kunnen ook naar de thematiek van een werk verwijzen.
Een motto kan ook naar de thematiek van een werk verwijzen. Sommige boeken
hebben meer dan één motto, andere geen. Een motto is een korte tekst/citaat uit een literair werk.
In veel verhalende teksten bestaat een samenhang tussen de lotgevallen van de personages en de thematiek van het boek.
In een aantal verhalende teksten bestaat een verband tussen de ruimte en de thematiek.
De filmmaker geeft zijn visie/interpretatie van het boek. Een filmmaker kan afwijken van de inhoud van het boek. Een verfilming mag hooguit 120 minuten duren, dus is filmmaker is daarom gedwongen om elementen uit het boek weg te laten. Bepaalde aspecten zijn moeilijk in beeld te brengen (bijv. gedachten).
De thematiek van een verfilming van een literair werk kan aanmerkelijk en op belangrijke punten afwijken van de thematiek van het boek.
Het verhaallaag van dit boek is dat Saskia en Rex op vakantie gaan, Saskia wordt ontvoerd en vermoordt. Rex gaat haar zoeken, Lemorne komt naar Rex en Rex ondergaat hetzelfde als Saskia.
De titel van het boek ‘Het gouden ei’ is zo genoemd, omdat de hoofdpersoon ‘Saskia’ een nachtmerrie had. In die nachtmerrie zat ze in een ei.
Er zijn meerdere motieven in dit boek:
- Het getal 8 (Saskia’s geluksgetal).
- Claustrofobie (Hier heeft Saskia last van).
- De droom over het gouden ei.
- De onvergetelijke liefde tussen Saskia en Rex.
- De dood van Saskia (het raadsel).
- De vakantie van Rex en Saskia.
- Het kwade van Lemorne om Saskia te ontvoeren en te vermoorden.
Dit boek heeft geen motto.
Ik denk dat de thematische laag van dit boek is dat je moet oppassen met wie je allemaal meegaat om diegene te helpen met ‘autoproblemen’, want het kan jou ook overkomen dat je wordt ontvoerd.
OPDRACHT 6
- Bespreek literatuur en het leven van de schrijver van je roman.
- Bespreek het mens- en wereldbeeld en de thematiek van je auteur.
Biografie en bibliografie auteur
Hans Maarten Timotheus (Tim) Krabbé (Amsterdam, 13 april 1943) is een Nederlands schrijver en schaker. Naast romans schreef hij verschillende boeken over zijn twee grootste passies: schaken en wielrennen.
Tim Krabbé is geboren in een creatieve familie. Zijn vader Maarten Krabbé en grootvader Hendrik Maarten Krabbé waren bekende kunstschilders. Zijn broer Jeroen Krabbé is acteur en regisseur, zijn halfbroer Mirko Krabbé een multimedia kunstenaar en ontwerper en zijn moeder, Margreet Reiss (1914-2002), was filmvertaalster en schrijfster.
Hij voltooide in 1960 de HBS-B aan het Spinoza Lyceum in Amsterdam en studeerde enige tijd psychologie aan de Universiteit van Amsterdam. Krabbé is getrouwd geweest met Liz Snoijink, met wie hij een zoon Esra heeft. Naast schrijver en schaker heeft hij wat geacteerd (onder andere in het satirische VARA-programma Hadimassa).
Krabbé was aanvankelijk vooral actief als journalist (onder andere voor Vrij Nederland). Na enige inspanningen werd Tim Krabbé redacteur van het studentenweekblad Propria Cures, waarvan hij ook al gastredacteur was geweest. Al snel werd hij schrijver van beroep. Sinds 1967 leeft hij van de pen. In dat jaar debuteerde hij met De werkelijke moord op Kitty Duisenberg. Het boek is nooit herdrukt.
Tim Krabbé liet zich voor zijn literaire werk inspireren door Willem Frederik Hermans. In meerdere boeken vinden we de semi-journalistieke stijl terug die we ook bij de nieuwsrealisten aantreffen. Anderzijds kan een deel van Krabbé's werk ook neoromantisch genoemd worden. Een voorbeeld hiervan is Kathy’s dochter. Zijn romans zijn in zestien talen vertaald. Vier boeken zijn verfilmd. Zijn grootste succes is Het Gouden Ei, dat handelt over de zoektocht van een man naar het lot van zijn vriendin die spoorloos verdwijnt bij een Frans benzinestation. Het boek werd verfilmd door George Sluizer. Spoorloos, naar Het gouden ei won het Gouden Kalf 1988 voor de beste Nederlandse film. De film wordt nog steeds vertoond in Amerika. In 1993 werd daar een remake gemaakt onder de titel The Vanishing.
De grot werd in 2001 verfilmd door Martin Koolhoven, die daarmee een Gouden Kalf won. Voor beide films schreef Tim Krabbé zelf het scenario. Met zijn roman Vertraging won hij in 1995 de Gouden Strop. Toch wil Krabbé niet als misdaadauteur worden beschouwd. Bij de aanvaarding van de prijs maakte de schrijver duidelijk dat hij niets met misdaadromans te maken heeft of wil hebben, dat Vertraging geen misdaadboek is en dat hij de prijs alleen aanvaardde vanwege de spanning die het boek oproept.
Krabbé's genres zijn: poëzie, roman, novelle, kort verhaal, column, essay en biografie. Tim Krabbé is de auteur van het 74ste Boekenweekgeschenk, dat in de Boekenweek van 2009 verschijnt.
Van 1967 tot 1972 behoorde hij tot de beste twintig schakers van Nederland.
Hij heeft een aantal schaakproblemen geanalyseerd en studies daarover gepubliceerd. Over deze denksport schreef hij vele boeken.
Zijn geschreven boeken:
• 1967 - De werkelijke moord op Kitty Duisenberg (roman)
• 1970 - Flanagan of het einde van een beest (roman)
• 1972 - Fischer schaak-biografie
• 1973 - Vijftien goede gedichten (poëzie)
• 1974 - Schaakkuriosa (schaakboek)
• 1975 - Red desert penitentiary (novelle)
• 1977 - Nieuwe schaakkuriosa (schaakboek)
• 1978 - De stad in het midden (verhalen)
• 1978 - De Renner (roman)
• 1980 - Vier wielerverhalen (verhalen)
• 1984 - 43 Wielerverhalen (verhalen)
• 1984 - Het Gouden Ei (roman)
• 1985 - Chess curiosities (schaakboek)
• 1986 - De man die de Babson task wilde maken (schaakessay)
• 1989 - De scherprechter van Korfoe (verhaal)
• 1991 - De matador en andere verhalen (verhalen)
• 1994 - Vertraging (roman)
• 1995 - De paardentekenaar (verhalen)
• 1996 - De verdwenen verdwijning en andere verhalen (verhalen)
• 1997 - De Grot (roman)
• 1998 - Mooi verhaal 1998 (verhalen)
• 2002 - Kathy's dochter (roman)
• 2004 - Drie Slechte Schaatsers (novelle)
• 2005 - Een Goede Dag voor de Ezel (roman)
• 2007 - Marte Jacobs (roman)
• 2009 - Een tafel vol vlinders
OPDRACHT 7
- Geef in één A4-tje een goed beargumenteerd eindoordeel over de roman. Maak daarbij
gebruik van onderdeel 1 t/m 7 van je boekverslag.
“Ik vond het boek heel leuk om te lezen en ik vond het boekverslag interessant om te maken, want zo kwam ik achter dingen die in het boek zaten zoals de motieven en daar kwam ik dus achter toen ik het boekverslag aan het maken was.
Op het begin van het boek vond ik de titel heel raar. Ik snapte toen niet waarom het boek ‘het gouden ei’ heette. Later kwam ik daar achter, maar ik vond wel dat het weinig in het boek voorkwam over de gouden eieren.
Ik vind dat de schrijver ‘Tim Krabbé’ het goed heeft gedaan om zo het boek te laten stoppen. Sommige schrijvers zouden dan nog over het leven van Lemorne en Lieneke (de vriendin van Rex, nadat Saskia is ontvoerd) praten, maar ik vond zelf ook dat het boek toen uit was en niet meer verder ging.
Ik vind zelf dat die motieven uit het boek irritant waren, omdat ik steeds hetzelfde las en ik wist onderhand wel dat Rex Saskia mistte en dat hij nog steeds van haar hield. Maar nou ik de hoofdstukken 6 en 7 uit Laagland (het informatieboek) had gelezen, snapte ik wel waarom schrijvers zoiets doen.
Ik vind de thematische laag goed, want ik vind dat iedereen goed moet opletten wat mensen wel en niet moeten doen. Mensen moeten dus niet zomaar bij iemand in de auto stappen, voordat je het weet wordt je ook ontvoerd en misschien ook vermoord.
Ik vind zelf dat de verhaallaag wel erg kort is. Ik zou zelf een langer verhaallaag maken, zodat het boek wat dikker zou zijn. Ik zou zelf ook wat meer van tevoren vertellen over Rex en Saskia. Bijvoorbeeld over Saskia en haar dromen en over haar claustrofobie ook een beetje. En dat Rex en Saskia al een tijdje bij elkaar zijn en heel erg verliefd zijn.
Ik vond het zelf ook wel irritant dat je ineens in het verhaal stapte dat ze al onderweg naar hun vakantiehuisje waren. Ik vond dat het leek dat je midden in een boek begon.
Ik heb ook de film gezien van dit boek en die vond ik beter. Daar hielden ze informatie achter, daar manipuleerde ze je wel. In het boek gaven ze gelijk alle informatie. Ik vond het ook leuker omdat ze daar niet heel erg op de relatie tussen Rex en Lieneke ingingen en meer over Rex praatte die Saskia zocht en over zijn liefdesverdriet.
Ik vind het heel irritant dat Tim Krabbé heel erg op de relatie van tussen Rex en Lieneke ingaat en dat vond ik niet echt in het boek passen.
Ik zou Lieneke zelf misschien niet in het boek zetten en als ze er wel inzat, dan zou ik niet zo op haar ingaan maar meer bij Rex’s zijn gedachtes en gevoelens blijven en niet dat Lieneke over zijn gevoelens praat en hoe zij daarmee omgaat.
Ik vind ook dat de schrijver meer kon schrijven over de keuze die Rex moest maken toen Lemorne aanbelde. Hij had toen mooi de gevoelens en gedachtes van Rex kunnen omschrijven die hij aan Lieneke uitte. Dat zou denk ik een best mooie tekst kunnen worden, omdat Rex van Lieneke houdt maar toch nog alles voor Saskia over heeft.
Ik vond het boek verder heel mooi om te lezen. Ik vond het verhaal ook best geloofwaardig terwijl als je even nadenkt is het absurd om iemand zomaar te vermoorden en om zomaar van het balkon te springen om te kijken wat er met je gebeurd. Wat ik ook mooi vond, is dat Krabbé ervoor gezorgd heeft dat Lemorne de helper en de tegenstander van Rex is, doordat Lemorne Saskia heeft vermoord en Rex helpt zodat Rex te weten komt wat er met Saskia is gebeurd.
-Geef een complete titelbeschrijving, een korte motivering van je boekkeuze en een korte zelfgeschreven samenvatting.
-Schrijf een eerste persoonlijke reactie Gebruik 3 relevante beoordelingswoorden. Geef telkens een duidelijke toelichting.
titelbeschrijving
De titel van het boek ‘Het gouden ei’ is zo genoemd, omdat de hoofdpersoon ‘Saskia’ een nachtmerrie had. Hier een citaat: “Toen ze klein was, had ze eens gedroomd dat ze opgesloten zat in een gouden ei dat door het heelal vloog. Alles was zwart, er waren niet eens sterren, ze zou er altijd in moeten zitten, en ze kon niet doodgaan. Er was maar één hoop. Er vloog nog zo’n gouden ei door de ruimte, als ze tegen elkaar botsten zouden ze allebei vernietigd zijn, dan was het afgelopen. Maar het heelal was zo groot.” (blz. 10 en 11). Hieruit blijkt dat ze claustrofobie heeft.
korte motivering
Ik heb dit boek gekozen, omdat de achterkant mij wel aansprak. Ik heb dit boek van een vriendin van mij geleend die hem thuis hadden liggen en haar moeder vertelde mij dat zij het boek heel leuk vond. Ik had ergens gelezen dat er ook een film van was gemaakt en toen ik het boek uit had heb ik die film ook bekeken. Ik vond zelf de film leuker dan het boek, want in het boek werd alles zo beschreven dat je al wist wat er met Saskia gebeurd was en in de film wist je helemaal niet wat er met Saskia gebeurd was. Dat kreeg je op het laatst te zien in een flashback.
Rex en Saskia zijn op weg naar hun vakantiehuisje in Frankrijk. Onderweg wil Saskia nog een keer tanken, omdat ze bang is dat ze zonder benzine aankomen.
Op het tankstation wordt Saskia ontvoerd door Raymond Lemorne die al 4 jaar rondliep met een plan om iemand te ontvoeren en daarna te vermoorden.
Rex doet er alles aan om Saskia te vinden en plaatst verschillende berichten in verschillende kranten. Lemorne reageert hierop en vertelt aan Rex dat hij weet wat er is gebeurd. Maar om hierachter te komen moest Rex hetzelfde ondergaan.
Rex wordt verdoofd en als hij wakker wordt zit hij in een donkere kist onder de grond.
Hij is levend begraven. Van Saskia en Rex heeft niemand ooit nog wat vernomen.
-
OPDRACHT 2
-Welke verwachtingen had je voor je het boek ging lezen?
-Waardoor werden die verwachtingen gewekt?
-Welke verwachtingen zijn uitgekomen en welke niet?
-Vind je het slot bevredigend? Motiveer je antwoord.
-Had je dit einde verwacht? Motiveer je antwoord.
Welke verwachtingen had je voor je het boek ging lezen?
Voordat ik het boek ging lezen had ik verwacht dat het boek heel lastig zou zijn, omdat het boek niet heel dik was en omdat ik Tim Krabbé niet echt een fijne schrijver vond.
Daardoor verwachtte ik ook dat ik het niet leuk zou vinden om dit boek te lezen.
Waardoor werden die verwachtingen gewekt?
Die verwachtingen werden verwekt doordat ik al van verschillende mensen hoorde dat Tim Krabbé heel anders schrijft dan vele schrijvers waarvan ik boeken lees. Dat komt doordat hij beeldspraak gebruikt in zijn verhaal.
Welke verwachtingen zijn uitgekomen en welke niet?
De verwachting dat het boek niet leuk zou zijn is zeker niet uitgekomen. Ik vond het boek erg leuk om te lezen. En de verwachting dat er veel beeldspraak zou zijn en dat dat lastig zou zijn is ook niet uitgekomen, er was wel wat beeldspraak maar dat was zeker niet lastig om te lezen.
Vind je het slot bevredigend? Motiveer je antwoord.
Ik vind het slot bevredigend, want het verhaal is daar ook echt afgelopen. De hoofdpersonen leven beide niet meer en van mij hoeven ze ook niet te vertellen wat er nog meer met Lemorne gebeurd. Persoonlijk vind ik dat als de hoofdpersonen uit het verhaal zijn, dat het verhaal dat ook echt afgelopen is. Net zo al hier.
Ik had dit einde niet zo verwacht. Ik had niet verwacht dat Rex hetzelfde zou ondergaan, maar ik had wel een beetje verwacht dat Rex niet meer zou blijven leven aan het einde van het boek. Ik zat nog even te twijfelen of Saskia misschien terug zou komen. Maar dat vond ik heel onwaarschijnlijk, omdat Lemorne iemand wou vermoorden en Lemorne vond Saskia een hele geschikte kandidaat.
OPDRACHT 3
-Bespreek de hoofdpersoon, doel, tegenstanders, helpers en normen en waarden.
Onderbouw je beweringen en keuzes weer met gegevens uit de roman.
Hoofdpersoon
De hoofdpersoon is toch wel Rex, maar Saskia en Lemorne zijn ook hele belangrijke en grote rollen in het boek. Ik vind hun ook wel een soort hoofdpersonen.
1 hoofdstuk wordt vanuit Lemorne’s perspectief verteld en de rest wordt vanuit Rex’s perspectief verteld. Daardoor krijg je een goed beeld van Rex en ook van Lemorne. Rex vertelt vanuit zijn perspectief veel gevoelens van Saskia en natuurlijk ook van zichzelf. Rex is rustig en vrij serieus.
Saskia is ijdel en heeft last van claustrofobie, zij is ook wel een zachtaardig type.
Doel
Het doel van Rex is erachter komen waar Saskia is, haar vinden, willen weten wat er met haar is gebeurd en weten of ze nog leeft.
Het doel van Lemorne is een geschikt persoon vinden die hij zover krijg om in zijn auto te laten stappen, zodat hij die persoon kan vermoorden.
Saskia heeft niet echt een doel, dat komt doordat zij zo vroeg uit het verhaal is gegaan.
Ze wou wel gelukkig worden met Rex en samen oud worden.
Tegenstander en helper
De tegenstander en de helper van Rex is dus Lemorne. Hij houdt Rex niet tegen met zoeken, hij helpt hem juist. Lemorne wist waar Saskia was en wou Rex laten zien wat er met Saskia is gebeurd. Maar Lemorne was ook degene die Saskia heeft vermoord.
Normen en waarden
De normen en waarden van Lemorne vind ik heel overdreven, hij denkt dat het normaal is om van het balkon af te springen om te kijken wat er dan gebeurd. En even later vindt hij het normaal om iemand te vermoorden om weer te kijken hoe dat is.
De normen en waarden van Rex zijn normaal. Zijn normen en waarden zijn dezelfde normen en waarden als hier in het echte leven.
- Lees het betreffende hoofdstuk en maak er een samenvatting van.
- Bespreek het perspectief en de (on)betrouwbaarheid van het perspectief.
Onderbouw je beweringen steeds met gegevens uit je boek.
De auteur is de schrijver, maar niet de verteller. Een verteller van het verhaal is een instantie of het personage in de tekst. De verteller bepaalt het perspectief (point of view) van het verhaal. Het perspectief is het standpunt van waaruit de verteller de gebeurtenissen aan de lezer presenteert. Een lezer vraagt zich hierbij af of het wel betrouwbaar is of onbetrouwbaar.
Er zijn ook verschillende vertelsituaties zoals: alwetende vertelsituatie, ikvertelsituatie of de personale vertelsituatie.
De alwetende vertelsituatie staat boven het verhaal en ziet alles. Hij weet van alle personages wat ze denken, zeggen en voelen. Hij weet ook alles over alle gebeurtenissen. Deze vertelsituatie hoeft niet waarheidsgetrouw te zijn. De alwetende verteller kan heel goed manipuleren, door bijvoorbeeld informatie achter te houden.
De ikvertelsituatie is een personage (ikfiguur) uit het verhaal. Je krijgt alle gebeurtenissen te zien door zijn/haar ogen. Zijn/haar gedachten krijg je ook heel goed mee en gedachten van andere personages niet. Je leert de andere personages kennen door wat de zeggen en doen, gedachten etc. krijg je van die personages niet mee. Deze vertelsituatie is dus heel onbetrouwbaar, omdat je alleen informatie van de ikpersoon krijgt en niet van de andere personages. Zo kan de ikpersoon heel makkelijk liegen.
De personale vertelsituatie is een personage (hij/zijfiguur) uit het boek. Het verhaal staat niet in de hij- of zijvorm. Het perspectief is hier altijd subjectief, omdat de lezer weer alleen de gevoelens en gedachten van de verteller leert kennen. De gedachten van de andere personages leer je weer niet kennen. Dus deze vertelsituatie is ook onbetrouwbaar.
Er is ook een meervoudige vertelsituatie, dan wisselt het perspectief per hoofdstuk. Dan ligt het perspectief bij h1 bij Piet en bij h2 bij Jan etc.
Je hebt voor het manipuleren verschillende technieken/kunstgrepen, zoals informatie achterhouden. Als lezer moet je je dan afvragen hoe (on)betrouwbaar het perspectief is.
Bij een ikvertelsituatie leven de lezer zich sneller in, want dan krijgt de lezer gevoelens en gedachtes te zien. Je beleeft de gebeurtenissen dan ook door de ogen van de verteller. Bij een personale vertelsituatie is dan ook wel.
Bij het lezen van een boek moet je nagaan wat de functie van de vertelsituatie is. Ga ook na wat het effect van de vertelsituatie is.
De hoofdpersoon vertel vanuit zijn perspectief en de tegenstander/helper vertelt vanuit zijn perspectief. De hoofdpersoon is het meest aan woord.
De ikvertelsituatie is niet betrouwbaar, dus het zou goed kunnen dat ze beide of dan 1 van de 2 loog en dat het heel anders is gebeurd.
OPDRACHT 5
- Lees het betreffende hoofdstuk door en maak er een samenvatting van.
-Bespreek nu van je boek de thematiek: verhaallaag, titelverklaring, motieven, motto en thematische laag.
Een interpretatie is een betekenistoekenning door een lezer aan een tekst. Bij interpretatie geef je beargumenteerd aan waarover jij denkt dat de tekst over gaat. Interpretaties staan niet vast en kunnen per lezer verschillen.
Individuele lezers: Lezers verschillen van elkaar (leeftijd interesse etc.).
Tijdgebonden: Bij herlezing kunnen andere elementen van de tekst opvallen.
Een interpretatie moet gebaseerd zijn op argumenten, je onderbouwt je argumentatie door te citeren van belangrijke en kenmerkende passages. Hierbij kun je gebruik maken van de analyse van de tekst.
Je interpretatie is volgens jou de thematiek van de tekst. Dan geef je aan waar jij denkt dat de tekst over gaat. Je geeft beargumenteerd aan wat volgens jou de betekenis van de literaire tekst is.
1e fase: Verzamelen van tekstmateriaal => je verzamelt elementen en passages die letterlijk in de tekst aanwezig zijn => verhaallaag vaststellen.
Een literaire tekst heeft verschillende lagen:
1) Verhaallaag: concrete gebeurtenissen, passages en elementen uit de tekst.
2) Betekenislaag/thematische laag: expliciet in de tekst aanwezige elementen.
Het onderscheid tussen verhaallaag en betekenislaag kan het verschil in interpretaties van een tekst (mede) verklaren. Interpretaties kunnen verschillen omdat de ene lezer zich vooral richt op de verhaallaag, terwijl een andere lezer zich meer bewust is van de betekenislaag.
Algemene thema’s/literaire motieven komen veel in fictionele werken voor. Ze kunnen overeenkomsten aanwijzen tussen boeken.
Verhaalmotieven zijn motieven die je aantreft in één bepaalde literaire tekst aantreft. Een verhaalmotief is een steeds terugkerend betekenisvol element in een literaire tekst. Er is sprake van herhaling. In lange teksten zijn er meerdere verhaalmotieven, in korte teksten een beperkt aantal.
Een herhaling in de tekst van een concreet voorwerp noemen we een leidmotief.
Een overeenkomst tussen een verhaalmotief en een leidmotief is dat ze beide een structurerende functie hebben. Ook leiden ze beide naar de thematiek van de tekst.
Titels van literaire teksten kunnen dus naar de thematiek van het werk verwijzen. Je moet daarom nagaan of er een verband is tussen de titel en de thematiek van het boek, want niet alle titels verwijzen naar de
thematiek
Een motto kan ook naar de thematiek van een werk verwijzen. Sommige boeken
hebben meer dan één motto, andere geen. Een motto is een korte tekst/citaat uit een literair werk.
In veel verhalende teksten bestaat een samenhang tussen de lotgevallen van de personages en de thematiek van het boek.
In een aantal verhalende teksten bestaat een verband tussen de ruimte en de thematiek.
De filmmaker geeft zijn visie/interpretatie van het boek. Een filmmaker kan afwijken van de inhoud van het boek. Een verfilming mag hooguit 120 minuten duren, dus is filmmaker is daarom gedwongen om elementen uit het boek weg te laten. Bepaalde aspecten zijn moeilijk in beeld te brengen (bijv. gedachten).
De thematiek van een verfilming van een literair werk kan aanmerkelijk en op belangrijke punten afwijken van de thematiek van het boek.
Het verhaallaag van dit boek is dat Saskia en Rex op vakantie gaan, Saskia wordt ontvoerd en vermoordt. Rex gaat haar zoeken, Lemorne komt naar Rex en Rex ondergaat hetzelfde als Saskia.
De titel van het boek ‘Het gouden ei’ is zo genoemd, omdat de hoofdpersoon ‘Saskia’ een nachtmerrie had. In die nachtmerrie zat ze in een ei.
Er zijn meerdere motieven in dit boek:
- Het getal 8 (Saskia’s geluksgetal).
- Claustrofobie (Hier heeft Saskia last van).
- De onvergetelijke liefde tussen Saskia en Rex.
- De dood van Saskia (het raadsel).
- De vakantie van Rex en Saskia.
- Het kwade van Lemorne om Saskia te ontvoeren en te vermoorden.
Dit boek heeft geen motto.
Ik denk dat de thematische laag van dit boek is dat je moet oppassen met wie je allemaal meegaat om diegene te helpen met ‘autoproblemen’, want het kan jou ook overkomen dat je wordt ontvoerd.
OPDRACHT 6
- Bespreek literatuur en het leven van de schrijver van je roman.
- Bespreek het mens- en wereldbeeld en de thematiek van je auteur.
Biografie en bibliografie auteur
Hans Maarten Timotheus (Tim) Krabbé (Amsterdam, 13 april 1943) is een Nederlands schrijver en schaker. Naast romans schreef hij verschillende boeken over zijn twee grootste passies: schaken en wielrennen.
Tim Krabbé is geboren in een creatieve familie. Zijn vader Maarten Krabbé en grootvader Hendrik Maarten Krabbé waren bekende kunstschilders. Zijn broer Jeroen Krabbé is acteur en regisseur, zijn halfbroer Mirko Krabbé een multimedia kunstenaar en ontwerper en zijn moeder, Margreet Reiss (1914-2002), was filmvertaalster en schrijfster.
Hij voltooide in 1960 de HBS-B aan het Spinoza Lyceum in Amsterdam en studeerde enige tijd psychologie aan de Universiteit van Amsterdam. Krabbé is getrouwd geweest met Liz Snoijink, met wie hij een zoon Esra heeft. Naast schrijver en schaker heeft hij wat geacteerd (onder andere in het satirische VARA-programma Hadimassa).
Tim Krabbé liet zich voor zijn literaire werk inspireren door Willem Frederik Hermans. In meerdere boeken vinden we de semi-journalistieke stijl terug die we ook bij de nieuwsrealisten aantreffen. Anderzijds kan een deel van Krabbé's werk ook neoromantisch genoemd worden. Een voorbeeld hiervan is Kathy’s dochter. Zijn romans zijn in zestien talen vertaald. Vier boeken zijn verfilmd. Zijn grootste succes is Het Gouden Ei, dat handelt over de zoektocht van een man naar het lot van zijn vriendin die spoorloos verdwijnt bij een Frans benzinestation. Het boek werd verfilmd door George Sluizer. Spoorloos, naar Het gouden ei won het Gouden Kalf 1988 voor de beste Nederlandse film. De film wordt nog steeds vertoond in Amerika. In 1993 werd daar een remake gemaakt onder de titel The Vanishing.
De grot werd in 2001 verfilmd door Martin Koolhoven, die daarmee een Gouden Kalf won. Voor beide films schreef Tim Krabbé zelf het scenario. Met zijn roman Vertraging won hij in 1995 de Gouden Strop. Toch wil Krabbé niet als misdaadauteur worden beschouwd. Bij de aanvaarding van de prijs maakte de schrijver duidelijk dat hij niets met misdaadromans te maken heeft of wil hebben, dat Vertraging geen misdaadboek is en dat hij de prijs alleen aanvaardde vanwege de spanning die het boek oproept.
Krabbé's genres zijn: poëzie, roman, novelle, kort verhaal, column, essay en biografie. Tim Krabbé is de auteur van het 74ste Boekenweekgeschenk, dat in de Boekenweek van 2009 verschijnt.
Van 1967 tot 1972 behoorde hij tot de beste twintig schakers van Nederland.
Hij heeft een aantal schaakproblemen geanalyseerd en studies daarover gepubliceerd. Over deze denksport schreef hij vele boeken.
Zijn geschreven boeken:
• 1967 - De werkelijke moord op Kitty Duisenberg (roman)
• 1970 - Flanagan of het einde van een beest (roman)
• 1972 - Fischer schaak-biografie
• 1973 - Vijftien goede gedichten (poëzie)
• 1974 - Schaakkuriosa (schaakboek)
• 1975 - Red desert penitentiary (novelle)
• 1977 - Nieuwe schaakkuriosa (schaakboek)
• 1978 - De stad in het midden (verhalen)
• 1978 - De Renner (roman)
• 1980 - Vier wielerverhalen (verhalen)
• 1984 - 43 Wielerverhalen (verhalen)
• 1985 - Chess curiosities (schaakboek)
• 1986 - De man die de Babson task wilde maken (schaakessay)
• 1989 - De scherprechter van Korfoe (verhaal)
• 1991 - De matador en andere verhalen (verhalen)
• 1994 - Vertraging (roman)
• 1995 - De paardentekenaar (verhalen)
• 1996 - De verdwenen verdwijning en andere verhalen (verhalen)
• 1997 - De Grot (roman)
• 1998 - Mooi verhaal 1998 (verhalen)
• 2002 - Kathy's dochter (roman)
• 2004 - Drie Slechte Schaatsers (novelle)
• 2005 - Een Goede Dag voor de Ezel (roman)
• 2007 - Marte Jacobs (roman)
• 2009 - Een tafel vol vlinders
OPDRACHT 7
- Geef in één A4-tje een goed beargumenteerd eindoordeel over de roman. Maak daarbij
gebruik van onderdeel 1 t/m 7 van je boekverslag.
“Ik vond het boek heel leuk om te lezen en ik vond het boekverslag interessant om te maken, want zo kwam ik achter dingen die in het boek zaten zoals de motieven en daar kwam ik dus achter toen ik het boekverslag aan het maken was.
Ik vind dat de schrijver ‘Tim Krabbé’ het goed heeft gedaan om zo het boek te laten stoppen. Sommige schrijvers zouden dan nog over het leven van Lemorne en Lieneke (de vriendin van Rex, nadat Saskia is ontvoerd) praten, maar ik vond zelf ook dat het boek toen uit was en niet meer verder ging.
Ik vind zelf dat die motieven uit het boek irritant waren, omdat ik steeds hetzelfde las en ik wist onderhand wel dat Rex Saskia mistte en dat hij nog steeds van haar hield. Maar nou ik de hoofdstukken 6 en 7 uit Laagland (het informatieboek) had gelezen, snapte ik wel waarom schrijvers zoiets doen.
Ik vind de thematische laag goed, want ik vind dat iedereen goed moet opletten wat mensen wel en niet moeten doen. Mensen moeten dus niet zomaar bij iemand in de auto stappen, voordat je het weet wordt je ook ontvoerd en misschien ook vermoord.
Ik vind zelf dat de verhaallaag wel erg kort is. Ik zou zelf een langer verhaallaag maken, zodat het boek wat dikker zou zijn. Ik zou zelf ook wat meer van tevoren vertellen over Rex en Saskia. Bijvoorbeeld over Saskia en haar dromen en over haar claustrofobie ook een beetje. En dat Rex en Saskia al een tijdje bij elkaar zijn en heel erg verliefd zijn.
Ik vond het zelf ook wel irritant dat je ineens in het verhaal stapte dat ze al onderweg naar hun vakantiehuisje waren. Ik vond dat het leek dat je midden in een boek begon.
Ik heb ook de film gezien van dit boek en die vond ik beter. Daar hielden ze informatie achter, daar manipuleerde ze je wel. In het boek gaven ze gelijk alle informatie. Ik vond het ook leuker omdat ze daar niet heel erg op de relatie tussen Rex en Lieneke ingingen en meer over Rex praatte die Saskia zocht en over zijn liefdesverdriet.
Ik vind het heel irritant dat Tim Krabbé heel erg op de relatie van tussen Rex en Lieneke ingaat en dat vond ik niet echt in het boek passen.
Ik zou Lieneke zelf misschien niet in het boek zetten en als ze er wel inzat, dan zou ik niet zo op haar ingaan maar meer bij Rex’s zijn gedachtes en gevoelens blijven en niet dat Lieneke over zijn gevoelens praat en hoe zij daarmee omgaat.
Ik vind ook dat de schrijver meer kon schrijven over de keuze die Rex moest maken toen Lemorne aanbelde. Hij had toen mooi de gevoelens en gedachtes van Rex kunnen omschrijven die hij aan Lieneke uitte. Dat zou denk ik een best mooie tekst kunnen worden, omdat Rex van Lieneke houdt maar toch nog alles voor Saskia over heeft.
Ik vond het boek verder heel mooi om te lezen. Ik vond het verhaal ook best geloofwaardig terwijl als je even nadenkt is het absurd om iemand zomaar te vermoorden en om zomaar van het balkon te springen om te kijken wat er met je gebeurd. Wat ik ook mooi vond, is dat Krabbé ervoor gezorgd heeft dat Lemorne de helper en de tegenstander van Rex is, doordat Lemorne Saskia heeft vermoord en Rex helpt zodat Rex te weten komt wat er met Saskia is gebeurd.
REACTIES
:name
:name
:comment
1 seconde geleden