Ben jij 16 jaar of ouder? Doe dan mee aan dit leuke testje voor het CBR. In een paar minuten moet je steeds kiezen tussen 2 personen.

Meedoen

Het gouden ei door Tim Krabbé

Beoordeling 7.2
Foto van een scholier
Boekcover Het gouden ei
Shadow
  • Boekverslag door een scholier
  • 5e klas havo | 3346 woorden
  • 6 januari 2002
  • 649 keer beoordeeld
Cijfer 7.2
649 keer beoordeeld

Boekcover Het gouden ei
Shadow

Rex pakte het polaroid-toestel uit Saskia’s mand en maakte een foto van het benzinestation. Een grapje voor zometeen, maar hij zag ook de blikken al voor zich die kennissen, Saskia en hijzelf elkaar nog jaren later zouden toewerpen als ze het onderschrift in het album zagen: TOTAL-tankstation met daarin Saskia, enkele minuten voordat zij voor het eerst op de Aut…

Rex pakte het polaroid-toestel uit Saskia’s mand en maakte een foto van het benzinestation. Een grapje voor zometeen, maar hij zag ook de blikken al voor zich die kennissen, …

Rex pakte het polaroid-toestel uit Saskia’s mand en maakte een foto van het benzinestation. Een grapje voor zometeen, maar hij zag ook de blikken al voor zich die kennissen, Saskia en hijzelf elkaar nog jaren later zouden toewerpen als ze het onderschrift in het album zagen: TOTAL-tankstation met daarin Saskia, enkele minuten voordat zij voor het eerst op de Autoroute zal chauffeuren. De foto aan een punt houdend keek hij hoe het TOTAL station en de geparkeerde auto’s, haast of ze even leefden, uit de chemicaliën opdoemden.

Het gouden ei door Tim Krabbé
Shadow

Oefenen voor je mondelingen?

Komen je mondelingen er aan en wil je oefenen? Probeer onze Boekenquiz. We stellen je open vragen over de gelezen boeken.

ADVERTENTIE
Overweeg jij om Politicologie te gaan studeren? Meld je nu aan vóór 1 mei!

Misschien is de studie Politicologie wel wat voor jou! Tijdens deze bachelor ga je aan de slag met grote en kleine vraagstukken en bestudeer je politieke machtsverhoudingen. Wil jij erachter komen of deze studie bij je past? Stel al je vragen aan student Wouter. 

Meer informatie
Samenvatting: Rex Hofman en Saskia Ehlvest, rijden op 1 augustus richting Frankrijk om daar bij de Middellandse Zee hun vakantie van hun leven te hebben, Rex plaagt Saskia wat en ze stoppen bij een (Total) Benzinestation om te tanken. Wanneer Saskia naar binnengaat om een blikje cola en een blikje pils te halen blijft ze lang weg. Rex wordt ongerust en gaat kijken waar ze blijft, hij komt tot de ontdekking dat ze verdwenen is en een zoektocht brengt geen oplossing. Ramond Lemorne was altijd al een wat vreemde jongen. Reeds in zijn jeugd was hij ervan overtuigd dat een gedachte eigenlijk onvermijdelijk de daad inhield en dat een daad onvermijdelijk is, eens je er aan gedacht hebt. Als man van middelbare leeftijd, gelukkig getrouwd met twee kinderen en de perfecte middenklasser, heeft hij plotseling de gedachte of hij in staat zou zijn een misdaad te plegen. Hij kwam op die gedachte op het moment dat hij een kind van de verdrinkings dood redde en bij zichzelf dacht: zou ik ook een misdaad kunnen plegen. Hij verbouwt zijn vakantiehuisje en vanuit die basis gaat hij experimenteren en repeteren. Elk onderdeel van de moord op een voor hem nog onbekende slachtoffer, elk detail van zijn idee, werk hij precies uit. Hij moest op een autoroute bij een tankstation met een mitella proberen een vrouw naar zijn auto te lokken en bewusteloos te maken door een middel van een chloroform zakdoek.(zakdoek met een soort gas waarvan je down wordt) Als hij klaar is ontmoet hij Saskia. Ook toen hij twee kampeerders dood schoot: "Lemorne pakte het pistool uit het dashboardkastje en stapte uit. Hij koos een van de jongens als eerste en schoot hem dood. Hij had de ander ook onmiddellijk dood willen schieten, maar de langzame manier waarop de onderlip van die jongen van zijn snorretje vandaan zakte sloeg hem met stomheid en het duurde een paar seconden voor hij weer schoot. Acht jaar later tijdens een vakantie in Marina di Camerota in Italië vraagt Rex Lieneke ten huwelijk. Dat werd beslist door een spelletje badminton tegen 2 Fransen. Later kwam het onderwerp Saskia naar boven en Rex zei dat als Saskia et nu bij was, hij bij Lieneke zou blijven, maar als hij terugkon naar het benzinestation, zou hij dat doen. 's Nachts merkte Lieneke dat Rex een nachtmerrie had over het gouden ei. Na die vakantie houd Rex nogmaals een advertentiecampagne in de Franse kranten. Lemorne komt er op af, hij doet Rex het voorstel om het mysterie op te lossen door hem hetzelfde te laten ondergaan, en een gewisse dood als gevolg. Rex stemt toe en na het drinken van een slaapmiddel bij het bewuste benzinestation, wordt hij wakker, opgesloten in een doodskist, hij is levend begraven. Later zocht Lieneke Rex, maar hij was weg en werd nooit meer gevonden. Van Saskia en Rex werd nooit meer iets vernomen. Titelverklaring: Toen Rex en Saskia elkaar een tijdje kenden, vertelde Saskia aan Rex over een droom die ze als kind gehad had. Ze zat opgesloten in een gouden ei en zweefde door het heelal. Ze kon niet sterven voordat ze tegen een ander ei aan zou botsen dat ook in het heelal zeefde. Aangezien het heelal onvoorstelbaar groot is was de kans daarop erg klein en was ze gedoemd om opgesloten te blijven zitten. Toen had Rex om haar met die droom geplaagd, maar lang na Saskia's verdwijning krijgt hij diezelfde droom die hij opvat als een teken van Saskia. Levend begraven zijn lijkt ook op opgesloten zitten in een gouden ei, net als het eindeloos wachten op Saskia zonder te weten waar ze is en wat er gebeurd is.
Genre: Avonturenroman. Griezelroman. Personages: Rex Hofman: Rex is een rustige man. Hij vindt het erg leuk om spelletjes te spelen. Vooral gedachten- en woordspelletjes vindt hij erg leuk. “ Ook vindt hij het erg leuk om Saskia te plagen, waar hij erg veel van houdt. Sommige dingen van Saskia ergert hij zich geweldig aan, en niet altijd kan hij zich beheersen. Later heeft hij daar altijd spijt van, en neemt hij zich voor om niet weer zo’n arrogante opmerking te maken. Hij beseft dat hij een hele leuke vriendin heeft. “Wat hou ik toch van haar,’ dacht hij terwijl ze met haar rieten mand door de deuren in de servicewinkel verdween. Er kwam een glimlach op zijn gezicht die hij vlug in de achteruitkijkspiegel bekeek, alsof het een cadeautje van haar was. Hij kon het naar vier jaar nog altijd niet geloven dat hij haar echt had.” Hij heeft het er dan ook erg moeilijk mee dat Saskia opeens verdwenen is. Zelfs als hij een nieuwe vriendin heeft denkt hij nog bijna elke dag aan Saskia. Op het eind van het boek gaat hij in op het krankzinnige voorstel van Lemorne, alleen maar om te weten te komen wat er met Saskia gebeurd is. “Wat is er met haar gebeurd?’ ‘Ik ben hier gekomen om u dat te vertellen. Maar er is maar een manie waarop ik dat kan doen. Door u hetzelfde te laten ondergaan.’ (…) ‘Dan ga ik dood,’ zei Rex. ‘Ja.’ ‘U bent gek.’ ‘Dat is niet relevant,’ zei Lemorne.” Rex verandert niet zoveel in het verhaal. Hij wordt hoogstens wat serieuzer. Wat uiterlijk betreft weten wij eigenlijk niets. We weten wel dat Rex negen jaar ouder was dan zijn vriendin Saskia. Saskia Ehlvest: Saskia is negen jaar jonger dan Rex. Ze heeft last van claustrofobie en droomde als kind al dat ze gevangen zat in een Gouden Ei. Daar kon ze dan alleen uitkomen door tegen een ander ei te botsen. “Er was toen op de landweg in Italië meer aan de hand geweest. Toen hij met zijn jerrycan terugkwam had hij Saskia volkomen overstuur aangetroffen. Als een vechtend dier had zij zich aan hem vastgeklampt, snikkend dat hij haar nooit meer zo alleen mocht laten. De beklemming in het kleine zwarte hok van de auto had haar bijna gek van angst gemaakt; het was even eenzaam geweest als in haar nachtmerrie van het Gouden Ei. Toen ze klein was had ze eens gedroomd dat ze opgesloten zat in een gouden ei dat door het heelal vloog. Alles was zwart, er waren niet eens sterren, ze zou er altijd moeten zitten, en ze kon niet doodgaan. Er was maar n hoop. Er vloog nog zo’n Gouden Ei door de ruimte, als ze tegen elkaar zouden komen, zouden ze allebei vernietigd zijn, dan was het afgelopen. Maar het heelal was zo groot.” Ze is een beetje apart, en wil altijd een beetje vreemde dingen doen, zoals bij het tankstation, waar ze muntjes wil verstoppen en dergelijke. Van haar weten we dat ze ‘roodgespoeld wriemelhaar’ heeft en dat ze ‘ongegeneerd ijdel’ is. “En daar, net toen Rex klaar was met afrekenen, was achter het glas alweer het roodgespoelde wriemelhaar van Saskia.”. “Wie wil chaufferen moet mooi zijn’, hij hoorde het haar al zeggen. Waarschijnlijk stond zij zich uitgebreid op te tutten in het toilet. Ze was ongegeneerd ijdel. (...) Maar hoe ijdel ze ook was, dat bedierf niets aan de baldadige, tragische schoonheid van haar gezicht.” Zij wordt al vroeg in het verhaal ontvoerd, dus al te veel weten we niet van haar. Raymond Lemorne: Lemorne (zo wordt hij steeds in het boek genoemd) is een Franse scheikundeleraar. Als we voor het eerst over hem lezen is hij 16 jaar oud en vraagt hij zich af hoe het is om van het balkon af te vallen. Hij is dus naar beneden gesprongen om dat te weten te komen. Daarna lag hij 6 weken in het ziekenhuis. “Hij vroeg zich af wat er zou gebeuren als hij sprong. Hij bedacht voors en tegens, met op de achtergrond het duistere gevoel dat het al vast stond dat hij zou springen. Dat vond hij vreemd: hoe kon het vast staan als springen bij hem opgekomen, zo duidelijk gekkenwerk was? En hoe kon hij te weten komen of het waar was dat hij die mogelijkheid had – anders dan door te springen?” Later redt hij een kind van de verdrinkingsdood, maar terwijl hij dat doet vraagt hij zich af of hij ook een misdaad kan plegen. “Maar zou ik nu ook in staat zijn om een misdaad te plegen?’ Hij stelde zich de gruwelijkste daad voor die hij zo gauw kon verzinnen. (…) Was het dan niet zo dat het krijgen van de gedachte hem op zijn minst verplichtte tot het doen van de eerste stap?” Hij besluit dus om het te proberen. Als scheikundeleraar kon hij makkelijk aan grondstoffen voor chloroform komen. “Vanonder de schuimkraag die zich onder de verhitting vormde kwam druppel voor g druppel de chloroform uit het aftapkraantje, een weëe zoete geur verspreidend. In een oud vakantiehuisje van zijn vrouw bereidt hij alles voor. Hij wil een vrouw ontvoeren. Hij oefent een paar keer en dan lukt het met Saskia. “ Het ging niet altijd goed. Hij kreeg het water niet op tijd in de zakdoek of hij had het flesje nog in zijn hand als hij aan instappen toe was. Een kwestie van oefenen.” Later geeft hij Rex de kans hetzelfde te ondergaan als Saskia om zo te weten te komen wat er Saskia gebeurd is. Dan is hij 49 jaar, en getrouwd. Ook heeft hij dan twee kinderen. Van zijn uiterlijk zijn we niets te weten gekomen. Wij vinden hem alleen wel een beetje psychisch gestoord, om zo met mensen om te gaan. Ook is het vreemd dat zijn vrouw en kinderen hem niet doorhadden. Met de smoes dat hij het huisje wat wilde opknappen lukte het hem steeds om weg te gaan, naar het huisje toe. Lieneke: Lieneke is de vriendin van Rex. Hij vraagt haar ten huwelijk, maar naar Rex nachtmerrie over het Gouden Ei blijkt wel dat Saskia altijd tussen hen zal staan. We weten iet veel over Lieneke, maar wel dat ze respecteert dat Rex nog steeds aan Saskia denkt. Lieneke is eigenlijk alleen belangrijk omdat ze een relatie heeft met Rex, verder speelt ze geen grote rol in het verhaal. Tijd: Het 'heden' van het verhaal is ongeveer 1984. De tijd die het verhaal bestrijkt is vanaf het jaar waarin Raymond 16 is (1950) tot aan het moment dat Rex in de kist ligt (1984), dit is dus 34 jaar. Het verhaal wordt niet in chronologische volgorde verteld. Eerst vertelt het verhaal het moment waarop Rex en Saskia op vakantie gaan en Saskia vermist wordt. Het is voor de lezer dan nog niet duidelijk wat er met Saskia is gebeurd. Dan gaat het verhaal 8 jaar later verder bij Rex en Lieneke en besluit Rex om opnieuw naar Saskia te gaan zoeken. Vervolgens wordt de geschiedenis van Raymond verteld totaan het moment dat hij Saskia in de auto bewusteloos maakt. In het volgende hoofdstuk gaat Raymond naar Rex toe en maakt hem duidelijk wat er met Saskia is gebeurd door met hem hetzelfde te doen. Nadat Rex door het slaapmiddel in slaap is gevallen wordt zijn droom beschreven en het volgende moment wordt hij wakker in de kist. Het laatste hoofdstuk gaat over de reacties van de omgeving op Rex' verdwijning. Deze volgorde is aangehouden om de lezer tot aan het einde van het boek in het ongewisse te laten over wat er is gebeurd met Saskia. Pas aan het einde van het derde hoofdstuk lopen de twee verhaallijnen, de verdwijning van Saskia en de geschiedenis van Raymond, in elkaar. En dan nog weet je niet wat Raymond dan precies van plan is met Saskia. Door de verschillende delen van het verhaal niet in chronologische volgorde te zetten is de schok des te groter als de lezer er achter komt wat er werkelijk gebeurd is. Perspectief: De verteller is de auteur. Er wordt verteld over de verschillende personen, zonder dat er sprake is van een ik-figuur. Je ziet de gebeurtenissen wel als het ware vanuit Rex Hofman in de eerste 2 hoofdstukken. In het derde hoofdstuk wordt het verhaal vanuit het perspectief van Raymond Lemorne verteld, in het vierde hoofdstuk ligt het perspectief weer bij Rex en in het laatste hoofdstuk kun je de situatie lezen door de ogen van de mensen bij Rex in de buurt en de politie die niets afweten van wat er gebeurd is. Ruimte: Het verhaal speelt zich op drie verschillende plaatsen af: Het boek begint bij het benzinestation Total in Frankrijk. Het is een benzinestation met een veldje in de buurt waar Rex en Saskia uitrusten. Verder wordt er weinig over geschreven. Een andere plaats die in het boek genoemd wordt is het meertje Marina di Camerota in Italië waar Rex en Lieneke op vakantie zijn. Ze beschouwen het strandje van het eilandje dat in het meer ligt als hun strand. Bij de beschrijving van de geschiedenis van Raymond worden een aantal plaatsen in Frankrijk genoemd waarover niets verder verteld wordt. Wel wordt het tweede huisje van Raymond beschreven, wat hij helemaal opknapt: "Het huisje, afkomstig uit een tegenvallende erfenis van zijn vrouw, lag zesentwintig kilometer van Autun aan de rand van een gehucht dat Effours heette en direct aan de departementale weg, maar toch verscholen en alleen. Het bevatte drie kamers en een keuken en voor de deur bevond zich de trots: een oneffen grasveld ter grootte van een half voetbalveld, met aan de rand een akelig gat dat ooit had moeten veranderen in een zwembad." Tot slot wordt ook nog Rex' huis kort beschreven; "Hij woonde in een flatgebouw aan de rand van Buitenveldert, even aan de overkant van een kanaal dat bij zijn geboorte nog de grens van Amsterdam was geweest." De ruimten zijn niet echt belangrijk voor het verhaal, omdat het thema van het boek weinig te maken heeft met die ruimten. Als je de kist en het gouden ei ook zou opvatten als ruimten in het verhaal, dan zijn die zeker wel belangrijk, omdat die zorgen voor het gevoel van opgesloten zitten, wat een belangrijk punt uit het boek is. Het benzinestation, het meertje in Italië, het huisje van Raymond, de flat van Rex en de kist zijn beleefde ruimten, maar het gouden ei is een symbolische ruimte uit de droom van Saskia en Rex die de angst weergeeft voor het opgesloten zitten in kleine ruimten (claustrofobie).
Onderwerp / thema: Het belangrijkste probleem in het boek is de verdwijning van Saskia en de invloed daarvan op het leven van Rex. Onzekerheid en eenzaamheid zijn twee belangrijke gevoelens. Ook het gevoel van opgesloten zitten en ergens nooit meer uit kunnen is een thema van het boek. Ik denk dat dit de belangrijkste thema's zijn omdat de titel daar ook mee samenhangt en die gevoelens veel aan de orde worden gesteld in het boek. Het volgende citaat uit het einde van het boek geeft dit goed weer; " Hij lag in een kist, levend begraven. Dat dit Saskia was aangedaan! Dat zij hier zo had gelegen, smekend dat hij haar zou komen redden, tegelijk zeker wetend dat hij niet kòn komen... De eenzaamheid hiervan! Kalm blijven, dacht hij, en een tomeloze paniek plantte zich voort in zijn bloedvaten, sneller dan zijn bloed. Kalm blijven, iets doen om te bedaren. Maar de gedachte dat wat kalm zou zijn hier jammerlijk opgesloten zou zitten maakte hem gek van angst. De wanden klemden hem vast, zonder hoop." Bedoeling van de schrijver: De schrijver wil laten zien dat het geweten van Lemorne en Lex, dat op een bepaalde manier toch op elkaar lijken. Het geweten van Lemorne is alleen wat uitgeschakeld. Hij kan namelijk niet meer op een menselijke manier denken. Je kunt eigenlijk ook zeggen dat hij geen geweten heeft. Taal / stijl: Het boek is niet moeilijk geschreven; de woordkeuze is vrij gemakkelijk en de zinnen zijn kort en bevatten weinig bijzinnen. Er is wel sprake van veel symboliek in het boek, een voorbeeld hiervan is natuurlijk de droom over het gouden ei. Er zijn heel weinig dialogen in het boek aanwezig, het boek besteed meer aandacht aan de gevoelens van de hoofdpersonen en de redenen voor hun gedrag. Door middel van beschrijvingen wordt de sfeer, en daarmee het gevoel van de hoofdpersonen, duidelijk. Mening: Onderwerp: Deze korte roman heeft een onorigineel onderwerp, maar dat maakt hem nog niet oninteressant om te lezen. Het gaat over een jongeman die op zoek gaat naar zijn raadselachtig verdwenen levensgezellin, waarbij claustrofobie een grote rol speelt. Het onderwerp heeft me niet aan het denken gezet, maar ik zou me wel zeker voor kunnen stellen dat dit mensen aan het denken gezet heeft. Dit werk heeft me ook niet van mening over het onderwerp veranderd, maar dat komt omdat het best wel oppervlakkig behandeld wordt. Gebeurtenissen: Centraal in het verhaal staat de verdwijning van Saskia, daarnaast wordt veel aandacht geschonken aan de gedachten en gevoelens van Rex. De gebeurtenissen zijn heel logisch met elkaar verbonden. De sfeer in dit boek is heel spannend, omdat je tot de laatste pagina toe niet weet wat er met Saskia gebeurd is. De drang om door te lezen is daarom ook heel groot, je bent de hele tijd nieuwsgierig. De gebeurtenissen hebben een hele echte indruk op me gemaakt, vandaar dat het einde zo schokkend overkwam. Dan weet je wat er toen gebeurd is. Dat zet je toch wel even aan het denken, al heb ik dat niet op de eerste plaats gezegd bij ‘onderwerp’. Het einde is heel mooi, totaal onverwacht.
Personen: Dat vond ik wel jammer, ik heb me de hele tijd geen goed beeld kunnen vormen van de personages, zelfs van Rex niet. Ik heb het moeten doen met de innerlijke kant die wel goed naar voren werden gebracht. De personen waren wel levensecht, behalve Lemorne. Ik kan me nog steeds niet voorstellen dat iemand zoiets zou doen om gewoon te experimenteren, maar dat is in werkelijkheid natuurlijk ook. Opbouw: De opbouw zorgde er gedeeltelijk voor dat het zo spannend was. Het verhaal is heel simpel opgebouwd uit 5 delen, die een beetje door elkaar gehusseld zijn (hoofdstuk 3 vindt plaats vóór hoofdstuk 1 en 2). Daardoor moest ik wel even alles op een rijtje zetten, maar eigenlijk is het heel logisch. De schrijver wil de hele tijd wat informatie achter de hand houden om de lezer geïnteresseerd te houden, zodat het lezen boeiender wordt. Taalgebruik: De zinnen in dit boek zijn niet ingewikkeld, eerder kort en duidelijk. Het woordgebruik is normaal en niet moeilijk. Er wordt veel stilgestaan bij de gedachten en gevoelens van Rex. Dialogen komen af en toe voor, de gesprekken die gevoerd worden zijn natuurlijk. Achtergronden van de schrijver: Tim Krabbé geboren 13 april 1943 in Amsterdam, waar ik nog woon. Eindexamen 1960 HBS-B aan het Spinoza Lyceum. Leef sinds 1967 van de pen. Ik ben getrouwd geweest met Liz Snoijink, en heb een zoon Esra. Mijn vader en grootvader waren en zijn bekende schilders, evenals mijn broer Jeroen, die ook acteur is. Mijn moeder is filmvertaalster en schrijfster. Ik heb ook wat geacteerd, en een tijdje psychologie gestudeerd aan de GU in Amsterdam, maar van beroep ben ik altijd schrijver geweest. Mijn debuten als schrijver en als journalist vielen samen in 1967. Mijn romans zijn in 12 talen vertaald, en vier ervan zijn verfilmd. 'Spoorloos', naar Het Gouden Ei, waar ik zelf het scenario voor schreef, won het Gouden Kalf 1988 voor de beste Nederlandse film. Hij wordt nog steeds gedraaid in Amerika, en in 1993 werd er daar een remake van gemaakt onder de titel 'The Vanishing.' Niet zo goed als het origineel. In maart 1998 zijn er drie films naar werk van mij in voorproductie; twee naar romans, de derde naar een oorspronkelijk scenario. Naast mijn romans, verhalen en journalistieke werk heb ik vele artikelen en een paar boeken over schaken geschreven. Van 1967-1972 hoorde ik bij de beste twintig schakers van Nederland, maar nooit bij de beste tien. Bibliografie 1967 De werkelijke moord op Kitty Duisenberg, roman. 1970 Flanagan of het einde van een beest, roman. 1972 Fischer, schaakbiografie. 1973 Vijftien goede gedichten, poëzie. 1975 Red desert penitentiary novelle. 1978 De stad in het midden, verhalen. 1978 De renner, roman. 1984 43 Wielerverhalen, verhalen. 1984 Het gouden ei, roman. 1986 De man die de Babson task wilde maken schaakessay. 1991 De matador en andere verhalen. 1994 Vertraging, roman. 1995 De paardentekenaar, verhalen. 1997 De grot, roman.

REACTIES

F.

F.

ik begruip het verhaal niet

en wil u aub een verslag over het gouden eimaken voor mij thx bij voorbaad.

18 jaar geleden

A.

A.

hoi anoniem,
sorry voor de beschuldiging, ik had niet goed gelezen!
je hebt helemaal gelijk!!
sorry!!!!!!!
groetjes, amanda

18 jaar geleden

A.

A.

Hoi anoniem
Ik vind je verslag heel goed, en goed bruikbaar en ik heb er heel veel aan gehad voor mijn eigen boekverslag,maar ik heb 1 opmerking over het perspectief.
Jij zegt dat het in de ik-vorm is geschreven, maar dat is niet zo. Het verhaal is in het hij/zij-perspectief geschreven. De auteur vertelt over de hoofdpersonen.
ik vond dat wel een grote fout, maar verder vond ik je verslag echt heel goed!!!
groetjes, amanda

18 jaar geleden

J.

J.

Dankjewel voor dit verslag, ik heb hem hard nodig gehad ;)

9 jaar geleden

Log in om een reactie te plaatsen of maak een profiel aan.

Andere verslagen van "Het gouden ei door Tim Krabbé"