Samenvatting
Het is 1944, de tweede wereldoorlog is bezig. Een Nederlandse soldaat vecht aan het oostfront samen met een groep partisanen uit verschillende landen. Hij doodt enkele mensen en toont daarbij geen enkel gevoel, door de oorlog is hij hard geworden. Hij komt een Spanjaard tegen met wie hij een beetje kan communiceren. Ze vertellen elkaar wat over vroeger en dan gaan ze ieder weer hun eigen weg, het was maar een korte ontmoeting. Dan wil de soldaat een café binnenlopen, maar een man houdt hem tegen en wijst een weg naar een verlaten dorp. De soldaat weet niet wat de man bedoelt, maar volgt de weg. Dat komt hij bij een huis aan en besluit naar binnen te gaan, vooral omdat hij al in geen vier jaar meer in een echt huis is geweest. Het huis ziet er netjes uit, het lijkt net of er pas nog iemand is geweest. Er ligt nog wat eten in de keuken en er ligt haast geen stof, dit betekent dat er pas nog iemand is geweest.
De soldaat haalt zich vanalles in zijn hoofd, hij denkt dat het zijn huis is. Omdat hij graag in zo'n huis zou wonen, gaat hij geloven dat het zijn huis is. Hij bekijkt het huis, alles ziet er netjes uit, er zijn veel vertrekken, waarvan er een gesloten is. De soldaat gaat op zoek naar een sleutel, maar die is nergens te vinden. Hij legt zich er bij neer en neemt een lang bad met warm water. Dat heeft hij lang niet gehad. Hij zoekt de slaapkamer en gaat slapen. De volgende dag komt er een kolonel langs die vraagt of de soldaat de eigenaar is van dit huis. De soldaat, die ondertussen wat kleren van de bewoner heeft aangetrokken, zegt dat hij de zoon des huizes is. De kolonel vraagt om onderdak voor een groep Duitse soldaten. De soldaat vindt het best, zolang ze hem maar met rust laten. Als de soldaat even in de bibliotheek van het huis komt, ziet hij heel veel boeken over vissen. De eigenaar moet dus heel veel van vissen houden. Als de groep soldaten even weg is komt de soldaat een man tegen die zegt dat hij de eigenaar is van het huis. Maar omdat de soldaat gehecht is geraakt aan het huis en er voor altijd wil blijven wonen vermoordt hij de man in de tuin. In de badkamer komt hij een vrouw tegen die zegt dat ze de eigenaresse is van het huis. Om van haar af te komen, wurgt de soldaat haar. Dan ziet de soldaat dat de deur van de kamer die altijd gesloten was, open staat. Hij gaat naar binnen en ziet een kamer vol aquaria. In het midden van de kamer zit een oude man. De man blijkt doof te zijn, want de soldaat roept een paar keer, maar de man hoort hem niet. De soldaat sluit de oude man op, zodat hij de soldaat niet kan verraden, maar de soldaat zorgt wel dat de oude man te eten en te drinken krijgt.
Als de soldaat op een dag terug komt van een wandeling door het dorp, ziet hij dat de partisanen het huis hebben overvallen. De oude man is dood, de partisanen hebben heb opgehongen. De soldaat loopt het huis binnen, het is helemaal vernield, de Duitsers zijn vermoord, ook de kolonel. De soldaat loopt naar de kamer met de aquaria. Die zijn allemaal vernield. Het jarenlange werk van de oude man met de vissen is allemaal vernietigd.
De soldaat is verdrietig vanwege het vernielde huis en sluit zich aan bij de partisanen, ondanks dat zij zijn huis hebben vernield.
Het huis is dus niet behouden gebleven.
REACTIES
:name
:name
:comment
1 seconde geleden