Naam van de auteur: Thea Beckman
Naam uitgever: Lemniscaat Rotterdam
Jaar van verschijnen: 1983 B Samenvatting: Hasse is afkomstig uit een gezin die op de Veluwe woonde. Het viel meteen op bij haar geboorte dat ze glinsterde ogen en donkere haren had. Toen ze ouder werd kreeg ze steeds meer driftbuien. Iedereen dacht dat ze een elfenkind was. Er was toen een verhaal dat de elfen bij de geboorte de kinderen omruilde. Je kon je eigen kind terug krijgen door het wisselkind slecht te behandelen. Dit deden haar ouders dan ook. Hasse is geen binnenkind, zodra het maar even kan was ze buiten. Dit werd steeds meer, ze helpt haar ouders niet met werken maar gaat buiten “zwerven”. Dit deed ze vaak dagenlang zonder iets van haar te laten horen. Ze leert al snel hoe ze pijl en bogen moet maken, en hoe ze moet jagen. Ze maakt daar ook een hutje om te wonen. In het voorjaar van 1477 is ze weer op de rietvelden. Alleen is ze er nu niet alleen, er zijn 3 ruwe veedrijvers daar met hun vee. Omdat dat soort mensen niet bekend staan als netjes, en aardig, verstopt Hasse zich tussen het riet. Dan ontdekt een veedrijver haar, en hij pakt haar vast, en roept de anderen. Ze randen haar aan en Hasse schreeuwt. Een soldaat op een paard hoort haar. Hij redt haar, en steekt 1 van de veedrijvers dood om haar te redden. De andere 2 zijn inmiddels al weggerend. Ze raken aan de praat, en ze komt erachter dat hij Jan van Schaffelaar heet. Hij is voor de helft van adel en verdient als huurling de kost. Hij is heel aardig voor haar. Een week later hoort Hasse bij toeval dat Jan van Schaffelaar is opgepakt in Kampen en zal worden onthoofd. De 2 veedrijvers hadden hem aangegeven. Hasse besluit op de dag van de terechtstelling naar Kampen te gaan. Ze kruipt door de mensenmassa heen, en staat vooraan. Ze besluit Jan te redden, zoals hij haar gered had. Ze verbid hem, dat wil zeggen dat ze met hem trouwt en zo hem kan redden. Ze worden verbannen uit Kampen en moeten meteen vertrekken. Ze vertrekken naar Zutphen waar Jan verwacht word door zijn opdrachtgever genaamd heer Wijnand. Hij neemt de leiding over een groep huurlingen die hertog Adolf van Gelre zullen helpen met veroveren van Doornik op de Franse koning. Jan huurt een huisje voor haar voor de rest van de zomer. Maar Hasse haat een vieze, stinkende en drukke stad, en besluit de bossen in te trekken om te leven zoals ze al altijd gedaan had. Op weg naar de bossen, koopt ze een hond: Tieske. Tegen de tijd dat Jan terug zou komen, gaat Hasse terug naar de stad. Ze zoekt heer Wijnand op, en hoort tot haar verbazing dat de strijd bij Doornand slecht is afgelopen, en niks meer gehoord heeft van de groep soldaten. Hij zegt ook dat Jan waarschijnlijk gesneuveld is. Hasse verlaat diep bedroefd de stad en gaat de bossen in op zoek naar het huisje waar ze hun 1e nacht samen doorgebracht hadden. 2 dagen later komt Jan aan in Zutphen, en gaat naar heer Wijnand. Dan hoort hij van hem dat ze vertrokken is. Jan gaat onmiddellijk op zoek naar Hasse. Hij dacht dat ze naar het huisje zou gaan van de 1e nacht. Daar is ze dan ook, als Jan haar vindt. Jan krijgt dan een nieuwe opdracht om geldtransporten van belastinginners te overvallen. Jan en Hasse vertrekken met een groep huurlingen naar de Veluwe (ook wel De Graafschappers genoemd). Die groep bestaat uit een stuk of 20 man. Ze nemen hun intrek in een boerenhoeve en hebben veel succes met hun overvallen. Op een avond komen er bij de hoeve twee monniken aan: Tomas en Egidius. Ze krijgen onderdak, de mannen van Van Schaffelaar jagen de broeders tegen zich in het harnas. Vooral Egidius bijt flink van zich af en waarschuwt dat ze nog niet van hem af zijn. Hasse krijgt een onbehaaglijk gevoel. Enkele maanden later (rond 1481) veranderd de politieke situatie, en zijn ze genoodzaakt een nieuwe opdrachtgever te zoeken. Ze worden huurlingen van de bisschop van Utrecht en vestigen zich in het Achterveld, niet ver van Barneveld. Hasse blijkt ook zwanger te zijn. Ze krijgt een meisje, Lysken genoemd. In Amersfoort is de monnik Egidius druk bezig met de burgemeester overtuigen om een legermacht op te stellen om De Graafschappers uit te schakelen. Dit lukt hem, en De Graafschappers worden omsingeld. Een deel van de groep weet weg te komen en nemen Lysken en Tieske mee. De rest besluit zich terug te trekken in de kerk van Barneveld, dit was een christelijk gebouw, en zouden ze niet beschieten. Dit hadden ze fout ingezien, want er volgt een hevige strijd die niet stopt voor ze Jan hebben. Jan stelt voor om zichzelf over te geven om hun te redden en vooral Hasse. Ze gaan nog als groep bij elkaar zitten, en plotseling duwt Jan Hasse in de armen van Blauwpoeper en zegt: “hou haar stevig vast”. En voordat het tot iemand doordringt wat hij doet, stapt hij op borstwering, zette zijn handen in zij en riep: “Hier is jullie Jan van Schaffelaar”, en sprong. Hasse was zo verbaast dat hij haar achterliet, dat ze de kerk uit wilde lopen. De rest van de groep hield haar tegen, en liepen samen de kerk uit, en ze ontkwamen net aan het nippertje van Egidius. Hasse komt dan klein Butsken tegen die Lysken en Tieske bij zich heeft. Klein Butsken blijft bij hen om voor ze te zorgen. Hij rooft eten, maar dan wordt hij betrapt en opgepakt. Ze wil heb verbidden en hem redden, maar ze krijgt de woorden niet over haar lippen, en gaat weer weg. Ze besluit om terug naar Kampen te gaan. Daar bouwt ze een nieuw leven op als waarzegster. Hasse blijft bang voor Egidius want die nog steeds op zoek is naar haar. Na een paar jaar besluit Gerrit op bezoek te gaan bij de waarzegster. Daar komt hij erachter dat het Hasse is, en doet haar een huwelijksaanzoek. Ze weigert. C Verwerkingsopdracht De bedoeling kan zijn dat ze mensen probeert voor te lichten over hoe het vroeger ging als ouders dachten dat ze een elfenkind hadden, of dat ze probeert om meisje beter te laten oppassen voor mensen zoals de veedrijvers. De bedoeling wordt niet in het boek uitgesproken dus ik weet niet zeker of dit wel de bedoeling was, maar uit het verhaal blijken deze bedoelingen. Ik vind het goede bedoelingen omdat de mensen het recht hebben om te weten hoe het vroeger ging en dat meisjes wel moeten opletten voor mensen zoals die veedrijvers. Ik had het boek misschien wel iets anders geschreven, bijvoorbeeld aan het einde van het boek zou ik een beter einde verzinnen en daar nog een bedoeling bij geven. Het probleem van Hasse is dat ze weg moet gaan van huis en dat daarna Jan van Schaffelaar steeds weg moet voor zijn werk en dat hij dan ‘zogenaamd’ dood is, daar is ze ook heel verdrietig om.
REACTIES
:name
:name
:comment
1 seconde geleden