Titel: Giph
Auteur: Ronald Giphart
Plaats van uitgave: Amsterdam
Jaar van uitgave: 1997
Druk: Zevende druk
Uitgeverij: Nijgh & Van Ditmar,
Jaar van eerste uitgave: 1993
Aantal bladzijden: 279 bladzijden
Een jonge schrijver vindt zijn weg in de liefde en in het literaire wereldje en neemt afstand van zijn grote voorbeeld Jeroen Brouwers
Blok 1
Wie: Giph en Asja
Wat: Het verhaal begint met nieuwjaar, waar Gipg samen met Monk & Thijm naar de
Wingerd gaan om het te vieren. Daar ontmoette ze drie scholieren, een ervan was Ajsa. Asja is het gynasiummeisje van Giph, die bij hem blijft slapen die nacht. Als hij later nog voor de tweede met haar naar bed gaat vind Asja een beha in zijn boekenkast die niet van haar is. Een tijdje hoor je niks van Asja totdat Giph een brief krijgt. Daarin vertelt ze dat ze een ander heeft.
Waar: Nieuwjaarsavond in de Wingerd en Giph’s woning. (Utrecht)
Wanneer: in het verhaal heden (31 december 1990 en de dagen erna,
10 maart 1991 de brief)
Blok 2
Wie: Giph, Freanne
Wat: Tijdens een feest gaan Giph en zijn vrienden truth or dare- spel spelen. Daarin worden vele erotische vragen gevraagd, waardoor ze in de mood raken. Dan zoent Freanne hem in het donker, terwijl hij dacht dat het Debby was. Giph begin haar hierdoor meer te zien dan alleen de moeder van Noëlle, een wetenschapster en een uitgever. Dan schrijft Freanne een brief naar Giph, met de intentie om hem te verleiden. Bij de brief heeft ze een uitnodinging voor het boekenbal bijgedaan, met de vraag of hij har chaperon wil zijn. Vanaf hier wordt hun relatie heftiger.
Waar: Thuis bij Giph en het boekenbal
Wanneer: rond jaarwisseling, 10 maart 1991 en 14 juli boekenbal (loopt dwars door het boek heen)
Blok 3
Wie: Giph, Simone en de Knijper
Wat: Giph en zijn vrienden gaan op wintersport. Dit is de vierde Chrismas Tour die ze houden. De groep bestaat uit twaalf mensen die weer verdeeld zijn in Buckels en de Baby’s. Buckels zijn de getrainde skiërs, vroege vogels en lange tochten maken naar Verbier en Mont Fort. De Baby’s doen daarentegen rustiger aan. Op een van die winteravonden ontmoet hij het meisje Simone, die bij hem komt staan om een ander te ontwijken. Ze vertelt hem dat een jongen in haar tepel heeft geknepen. Als Simone weg is, loopt Giph naar ‘Knijpje’om hem te laten boeten. Bijna wordt dit een vechtpartij. Later ziet hij Simone met Knijper in een hoekje te vrijen.
Waar: Veysonnaz , Les Quatre Valleés(disco), Vreetschuur(+het terras)
Wanneer: kertsmis tot aan begin maart (1991)
Blok 4
Wie: Giph, Andrea, verkoper.
Wat: Andrea vertelt al gauw in het boek tegen Giph dat ze hem een leuke sympatieke jongen vindt. Andrea wil graag iets met Giph en het gevoel is wederzijds, maar worden toch geen koppel. Later komt Giph Andrea tegen bij de Wingerd. Daar besloten ze dat ze die avond samen naar bed moesten. Eerst gaan ze naar de V&D naar de pornoafdeling om condooms te kopen. Hij vertelt aan Andrea dat hij al een aan had en Andrea antwoordde daarop door uit te kleden in een pashokje. Ze wordt boos wanneer hij vertelt dat de condoom niet veilig is(niet voor seksuele gebruik). Andrea zoekt een verkoper van de V&D en doet het met hem.
Waar: Wingerd, Giph’s huis en V&D
Wanneer: 31 december 1990, 29 april 1991 in de avonden
Blok 5
Wie: Giph, Noëlle, Soldaat (en Thijm)
Wat: Giph krijgt pas echt iets met Noëlle te maken als ze een soldaat aanspreekt die aan de bar zit te huilen. Ze raadt hem aan om naar huis te gaan, maar hij lijkt niet aanspreekbaar. Als de soldaat opvliegt, grijpt Thijm hem vast. Noëlle raakt van streek als ze ziet dat de soldaat zelfmoord was aan het plegen met een aardappelmesje en het bloed langs zijn lichaam loopt. Giph maakt gebruik van deze siuatie en knuffelt haar. Hier begint de liefde voor Noëlle.
Waar: Bar
Wanneer: Mei, 1991 (loopt met relatie Freanne parallel)
Blok 6
Wie: Giph Freanne en Noëlle
Wat: Freanne houdt een groot tuinfeest wanneer ze terug is van Hongarije.
Ook Noëlle is net terug van vakantie(Parijs). Ondertussen wist Freanne en Noëlle van wel van elkaar, dat ze beide een ‘relatie’ hebben met Giph. Freanne stelt Giph voor aan vriendinnen(ze hoopte zo dat hij zou gedragen), Noëlle was er namelijk natuurlijk ook. Freanne vertelt Giph dat hij niet meer zomaar een speeltje is, maar hij blijvend is.
Noëlle was op het feest boos op hem. Ze probeert hem jaloers te maken door met een oudere man te flirten. Dit lukte, en Noëlle is niet meer boos. Ze wil met hem doen, als Freanne de hele scene heeft gezien. Freanne raakt furieus en loopt weg, net als Noëlle. Later die avond maken de twee vrouwen het goed en besluiten dat ze met z’n drieën naar bed gaan. De volgende dag heeft Noëlle er spijt van, waar Giph aan ergert en Freanne van moet huilen.
Waar: Tuinfeest, Noëlle en Freanne’s thuis
Wanneer: augustus 1991
Blok 7
Wie: Giph, Monk & Thijm, Jeroen Brouwers en Coco
Wat: Giph was gefasicneerd en geïnspireerd door Jeroen Brouwens. Als hij hoort dat Brouwers laatste tijd vaak was gezien in de straat van de uitgeverij gaat hij met Monk & Thijm naar de Sub Rosa te gaan, in hoop hem tegen te komen. Brouwers is vergezelt met Coco. Eerst durft Giph niet om met Brouwers te praten, maar eenmaal gesproken te hebben, wordt Giph de beste vriend van Jeroen. Ze gaan naar het huis van Coco om verder te praten. Jeroen wordt naarmate het later wordt steeds meer dronken. Giph wordt er helemaal kapot van als hij zijn vroegere idool als een idioot onzin uitkraamt. Jeroen Brouwers had hij niet zo voorgesteld.
Waar: Sub Rosa, Grieks restaurant, Coco’s huis
Wanneer: begin van de nazomer 1991
Motieven
Seks: Seks was het meest duidelijke motief in het gehele boek. Giph vertelt in het boek dat hij van alle vrouwen houdt, waar je uit mag concluderen dat hij elke kans zou pakken om met een vrouw naar bed te gaan. Hij is er ook niet vies van.
Vriendschap: In het boek was wel te zien dat vriendschap erg belangrijk voor hem
was. Hij vertelt over de vrienden bij de Wingerd en de (gedwongen)vriendaschap met zijn held, maar het belangrijkste was de vriendschap van hem en Monk & Thijm. Hij kent ze al vanaf zijn studeertijd. Als dan zijn vrienden niet meer met hem te maken willen hebben, wordt hij ook pissig (en droevig).
Literatuur: Door het boek heen worden verschillende citaten opgenoemd, vooral van
Jeroen Brouwers. Ook wordt er vertelt dat de drie vrienden (Giph, Monk en Thijm) dol zijn op literatuur. Giph is dan ook een schrijver. Verder gaan ze nog door boeken heen en naar de boekenbal waar vele schrijvers komen.
Zelfmoord: Een paar keer wordt zelfmoord aan de orde gesteld. Hij vertelt bijvoorbeeld het verhaal ‘blije mensen’ waar uiteindelijk de meeste mensen vermoord zullen worden. In een van de hoofdstukken begon hij al gelijk hierover. Giph zou gelijk een pilletje hebben geslikt als hij die bij zijn geboorte had gekregen. En ook dacht hij na welke naam hij met zijn laatste adem zou fluisteren als hij doodgaat.
Personages
Giph: eigenlijk wordt alleen hij goed uitgewerkt. Dit komt omdat dit een autobiografisch boek is. Tenminste, zo moet het lijken. Giph is zeer kritisch, bijvoorbeeld wat betreft de Nederlandse literatuur of andere mensen. Hij is tegelijkertijd ook zeer open. Dit zien we wanneer hij vrijelijk over 'zijn lul' praat met zeven meisjes (en hoe hij over meisjes denkt is ook wel duidelijk) of aan het feit dat hij altijd zijn mening meteen geeft over alle beschreven zaken. Hij is dus eigenlijk de enige round-charakter.
De rest van de personen, inclusief Monk en Thijm, zijn types. Monk en Thijm worden afgeschildert als Giph's goede (beste?) vrienden terwijl de rest van de groep geschetst wordt als studentikoze, op impuls reagerende jongeren. Giph ziet ze als aardige en leuke mensen om mee samen te zijn, terwijl Monk en Thijm zijn echte vrienden zijn.
Korte biografie
Ronald Giphart is geboren in Dordrecht op 17 decenmber 1965.
Hij komt uit een ‘heel links milieu’. Zijn moeder was namelijk Wijnie Jabaai († 1995) die een kamerlid was geweest van de PvdA. Op zijn elfjarige leeftijd gaan zijn ouders uit elkaar, hij verhuist mee met zijn vader. Voor een enige tijd studeert Ronald Nederlands in Utrecht, waarmee hij drie jaar later mee stopte omdat hij schrijver wilde worden. Naast schrijver werkte hij ook in de Utrechtse ziekenhuis Overvecht als nachtportier. Als nachtportier had Giphart alle tijd om een roman te schrijven. In 1992 debuteerde hij met de roman 'Ik ook van jou' die werd bekroond met het Gouden Ezelsoor. Hij schreef ook 'Het feest der liefde' en 'Phileine zegt sorry'. Hij is tevens de samensteller van verschillende bundels die handelen over de Nederlandse literatuur. Ronald Giphart is een schrijver die niet volgens de literatuur voorgeschreven wetten schrijft. Dat maakt hem een bijzondere schrijver.
‘Nieuw iemand, ben jij blij?’ en die nieuwe iemand zegt: ‘Blij? Ik? Rot op! Ik heb kanker,’en er heerst meteen onsteltenis, er is iemand niet blij, en de groep wacht gelaten af, en weer iemand anders roept; ‘Maak hem af!’ en de blije menigte juicht: ‘Ja, maak hem af!’ en de menigte maakt hem af, en weer iemand anders roept; ‘De stad in! En iedereen die ze tegenkkomen vragen ze: ‘Ben jij blij?’en zegt iemand: ‘Ja, ik ben blij,’ dan mag hij bij de club, maar zegt iemand: ‘Nee ik ben niet blij,’ dan is het tjakka! hoofd eraf, en jullie vragen aan heel veel mensen, en er blijken heel veel mensen niet blij te zijn, en jullie gaan kampen inrichten om al die niet blije mensen gezamelijk af te maken, en jullie brengen ze bij bosjes om het leven rakkatakkarakkatakka klinkt het in de stad, onophoudelijk, en de lijken stapelen zich op, en sommigen van jullie vragen: ‘Kan dit wel? Is dit niet wat overdreven?’en dan zeggen anderen: ‘Dit moet, dit is de harde lijn,’ en dan krijgenjullie onenigheid over deze twee zienswijzen, en dan ontstaan er twee groepen rivaliserendeblije mensen, en gaan jullie elkaar bevechten, en dan komen er nog meer afsplitsingen, en nog meer groepen, en groepen blije mensen uit andere steden, en dan gaan jullie elkaar uitmoorden, en komen hongersnoden, en uitgemergde kinderen, en brandende gebouwen en bommen en verderf en dood. En als je ’s avonds zo’n beetje half en half naar de wolken boven de stad staat te staren, te luisteren naar de avondgeluiden, en je ziet de mensen op straat, en de rottende met maden krioelende lijken en de afgekloven ledematen, en je ruikt de stinkende geur van verbrand vlees, dan denk je: Dat komt er nou van, blij zijn.
Uit het hoofdstuk ‘blije mensen’
Biografie
Jeroen Brouwers
Jeroen Brouwers is het grote voorbeeld van Giph. Sterker nog; hij was geobsedeerd. Daarom is er gekozen voor Jeroen Brouwers als verdiepingsopdracht. Jeroen Brouwers is geboren in Djakarta(Indonesië). Toendertijd heette het nog Batavia, de hoofdstad van het voormalige Nederlands-Indië. Jeroen is geboren op 30 april in 1940. Hij heeft twee oudere broers en een zus, dat maakt hem het vierde kind van Jacques Theodorus Maria Brouwers (1903-1964), boekhouder bij een architectenbureau, en Henriëtte Elisabeth Maria van Maaren (1908-1981), dochter van de musicus Leo van Maaren (1885-1945).
Na de Japanse Invasie besloot de famailie Brouwers naar Nederland te komen. In Den Bosch kwam hij terecht op diverse rommskatolieken kostscholen. Toen hij ouder werd, heeft hij verschillende soorten werk gedaan. Eerst kwam Jeroen bij de militaire dienst.
Al snel werd hij bevoderd van dienstplichtige matroos van de derde klasse tot kwartiemeeste der Speciale diensten: Marine Inlichtingen Dienst(MARID). Daarna ging hij in Nijnmegen wonenen en was werkzaam als een journalist. Eerst als leerlin-jounaliste, dan in dienst bij de Amsterdamse Geïllusteerde Pers, als uitgever van onder andere Romance en later zelfs als redacteur. Pas jaren later wanneer hij verhuist naar Warnsveld wordt hij een full-time schrijver. Ondertussen heeft hij al twee zoons gekregen; Daan Leonard en Pepijn. Dan verhuist hij weer en krijgt nog een kind, de dochter Anne.
Literaire prijzen
1967: Vijverbergprijs voor Joris Ockeloen en het wachten
1980: Multatuliprijs voor Het verzonkene
1981: Dr Wijnaendts Franckenprijs voor Kladboek
1982: Geuzenprijs
1989: F. Bordewijkprijs voor De zondvloed
1993: Constantijn Huygensprijs
1995: Gouden Uil non-fictie voor Vlaamse leeuwen
Prix Fémina Etranger voor Rouge décanté (Bezonken rood)
2001: Gouden Uil voor Geheime kamers
Multatuliprijs voor Geheime kamers
Humo's Gouden Bladwijzer voor Geheime kamers
Ako Literatuurprijs voor Geheime kamers
Tekstbeleving
Ik had al eerder Giphart-boeken gelezen, dus wist ik wel waar het ongeveer over zal gaan. Veel uitwerking heeft het niet op mij gehad. Het nieuwe voor mij was dat Giph een Jeroen Brouwers-fan was. Hij was zeer geobesedeerd door hem. De structuur van het verhaal vond ik ook niet echt fijn. De schrijver laat blokken door elkaar lopen die allemaal wel weer met elkaar te maken hebben. Giphart sluit wel de boek af door de belangrijkste vragen te beantwoord te hebben. Door onnozele gedachtes in te verwerken dat verder niet veel met de thema’s te maken hebben, maakt het juist zo interessant.
Ik vind het dus best een chaotische boek, dat gewoon op een of andere manier klopt.
Het laatste stuk dat over Jeroen Brouwers vond ik het meest leuke stuk. De personage ziet zijn held van een heel andere kant, die hij liever niet had willen zien. En er was ook een stuk waar zijn vrienden hem de rug toe keren en iedereen weet over zijn overspel.
Zulke stukken zijn realitisch, die jezelf hoopt nooit mee te maken. Maar dat Giph dat meemaakt, vind ik hilarisch. Wat ik ook goed vind is dat de schrijver in al zijn boeken dezelfde personges terug laat komen. De personages zijn erg realistisch, wat je aan het denken zet of Giphart deze gebeurtenissen ook echt zelf beleefd heeft.
Auteur: Ronald Giphart
Plaats van uitgave: Amsterdam
Jaar van uitgave: 1997
Druk: Zevende druk
Uitgeverij: Nijgh & Van Ditmar,
Jaar van eerste uitgave: 1993
Aantal bladzijden: 279 bladzijden
Een jonge schrijver vindt zijn weg in de liefde en in het literaire wereldje en neemt afstand van zijn grote voorbeeld Jeroen Brouwers
Blok 1
Wie: Giph en Asja
Wat: Het verhaal begint met nieuwjaar, waar Gipg samen met Monk & Thijm naar de
Wingerd gaan om het te vieren. Daar ontmoette ze drie scholieren, een ervan was Ajsa. Asja is het gynasiummeisje van Giph, die bij hem blijft slapen die nacht. Als hij later nog voor de tweede met haar naar bed gaat vind Asja een beha in zijn boekenkast die niet van haar is. Een tijdje hoor je niks van Asja totdat Giph een brief krijgt. Daarin vertelt ze dat ze een ander heeft.
Wanneer: in het verhaal heden (31 december 1990 en de dagen erna,
10 maart 1991 de brief)
Blok 2
Wie: Giph, Freanne
Wat: Tijdens een feest gaan Giph en zijn vrienden truth or dare- spel spelen. Daarin worden vele erotische vragen gevraagd, waardoor ze in de mood raken. Dan zoent Freanne hem in het donker, terwijl hij dacht dat het Debby was. Giph begin haar hierdoor meer te zien dan alleen de moeder van Noëlle, een wetenschapster en een uitgever. Dan schrijft Freanne een brief naar Giph, met de intentie om hem te verleiden. Bij de brief heeft ze een uitnodinging voor het boekenbal bijgedaan, met de vraag of hij har chaperon wil zijn. Vanaf hier wordt hun relatie heftiger.
Waar: Thuis bij Giph en het boekenbal
Wanneer: rond jaarwisseling, 10 maart 1991 en 14 juli boekenbal (loopt dwars door het boek heen)
Blok 3
Wie: Giph, Simone en de Knijper
Wat: Giph en zijn vrienden gaan op wintersport. Dit is de vierde Chrismas Tour die ze houden. De groep bestaat uit twaalf mensen die weer verdeeld zijn in Buckels en de Baby’s. Buckels zijn de getrainde skiërs, vroege vogels en lange tochten maken naar Verbier en Mont Fort. De Baby’s doen daarentegen rustiger aan. Op een van die winteravonden ontmoet hij het meisje Simone, die bij hem komt staan om een ander te ontwijken. Ze vertelt hem dat een jongen in haar tepel heeft geknepen. Als Simone weg is, loopt Giph naar ‘Knijpje’om hem te laten boeten. Bijna wordt dit een vechtpartij. Later ziet hij Simone met Knijper in een hoekje te vrijen.
Waar: Veysonnaz , Les Quatre Valleés(disco), Vreetschuur(+het terras)
Blok 4
Wie: Giph, Andrea, verkoper.
Wat: Andrea vertelt al gauw in het boek tegen Giph dat ze hem een leuke sympatieke jongen vindt. Andrea wil graag iets met Giph en het gevoel is wederzijds, maar worden toch geen koppel. Later komt Giph Andrea tegen bij de Wingerd. Daar besloten ze dat ze die avond samen naar bed moesten. Eerst gaan ze naar de V&D naar de pornoafdeling om condooms te kopen. Hij vertelt aan Andrea dat hij al een aan had en Andrea antwoordde daarop door uit te kleden in een pashokje. Ze wordt boos wanneer hij vertelt dat de condoom niet veilig is(niet voor seksuele gebruik). Andrea zoekt een verkoper van de V&D en doet het met hem.
Waar: Wingerd, Giph’s huis en V&D
Wanneer: 31 december 1990, 29 april 1991 in de avonden
Blok 5
Wie: Giph, Noëlle, Soldaat (en Thijm)
Wat: Giph krijgt pas echt iets met Noëlle te maken als ze een soldaat aanspreekt die aan de bar zit te huilen. Ze raadt hem aan om naar huis te gaan, maar hij lijkt niet aanspreekbaar. Als de soldaat opvliegt, grijpt Thijm hem vast. Noëlle raakt van streek als ze ziet dat de soldaat zelfmoord was aan het plegen met een aardappelmesje en het bloed langs zijn lichaam loopt. Giph maakt gebruik van deze siuatie en knuffelt haar. Hier begint de liefde voor Noëlle.
Waar: Bar
Blok 6
Wie: Giph Freanne en Noëlle
Wat: Freanne houdt een groot tuinfeest wanneer ze terug is van Hongarije.
Ook Noëlle is net terug van vakantie(Parijs). Ondertussen wist Freanne en Noëlle van wel van elkaar, dat ze beide een ‘relatie’ hebben met Giph. Freanne stelt Giph voor aan vriendinnen(ze hoopte zo dat hij zou gedragen), Noëlle was er namelijk natuurlijk ook. Freanne vertelt Giph dat hij niet meer zomaar een speeltje is, maar hij blijvend is.
Noëlle was op het feest boos op hem. Ze probeert hem jaloers te maken door met een oudere man te flirten. Dit lukte, en Noëlle is niet meer boos. Ze wil met hem doen, als Freanne de hele scene heeft gezien. Freanne raakt furieus en loopt weg, net als Noëlle. Later die avond maken de twee vrouwen het goed en besluiten dat ze met z’n drieën naar bed gaan. De volgende dag heeft Noëlle er spijt van, waar Giph aan ergert en Freanne van moet huilen.
Waar: Tuinfeest, Noëlle en Freanne’s thuis
Wanneer: augustus 1991
Blok 7
Wie: Giph, Monk & Thijm, Jeroen Brouwers en Coco
Wat: Giph was gefasicneerd en geïnspireerd door Jeroen Brouwens. Als hij hoort dat Brouwers laatste tijd vaak was gezien in de straat van de uitgeverij gaat hij met Monk & Thijm naar de Sub Rosa te gaan, in hoop hem tegen te komen. Brouwers is vergezelt met Coco. Eerst durft Giph niet om met Brouwers te praten, maar eenmaal gesproken te hebben, wordt Giph de beste vriend van Jeroen. Ze gaan naar het huis van Coco om verder te praten. Jeroen wordt naarmate het later wordt steeds meer dronken. Giph wordt er helemaal kapot van als hij zijn vroegere idool als een idioot onzin uitkraamt. Jeroen Brouwers had hij niet zo voorgesteld.
Waar: Sub Rosa, Grieks restaurant, Coco’s huis
Motieven
Seks: Seks was het meest duidelijke motief in het gehele boek. Giph vertelt in het boek dat hij van alle vrouwen houdt, waar je uit mag concluderen dat hij elke kans zou pakken om met een vrouw naar bed te gaan. Hij is er ook niet vies van.
Vriendschap: In het boek was wel te zien dat vriendschap erg belangrijk voor hem
was. Hij vertelt over de vrienden bij de Wingerd en de (gedwongen)vriendaschap met zijn held, maar het belangrijkste was de vriendschap van hem en Monk & Thijm. Hij kent ze al vanaf zijn studeertijd. Als dan zijn vrienden niet meer met hem te maken willen hebben, wordt hij ook pissig (en droevig).
Literatuur: Door het boek heen worden verschillende citaten opgenoemd, vooral van
Jeroen Brouwers. Ook wordt er vertelt dat de drie vrienden (Giph, Monk en Thijm) dol zijn op literatuur. Giph is dan ook een schrijver. Verder gaan ze nog door boeken heen en naar de boekenbal waar vele schrijvers komen.
Zelfmoord: Een paar keer wordt zelfmoord aan de orde gesteld. Hij vertelt bijvoorbeeld het verhaal ‘blije mensen’ waar uiteindelijk de meeste mensen vermoord zullen worden. In een van de hoofdstukken begon hij al gelijk hierover. Giph zou gelijk een pilletje hebben geslikt als hij die bij zijn geboorte had gekregen. En ook dacht hij na welke naam hij met zijn laatste adem zou fluisteren als hij doodgaat.
Personages
Giph: eigenlijk wordt alleen hij goed uitgewerkt. Dit komt omdat dit een autobiografisch boek is. Tenminste, zo moet het lijken. Giph is zeer kritisch, bijvoorbeeld wat betreft de Nederlandse literatuur of andere mensen. Hij is tegelijkertijd ook zeer open. Dit zien we wanneer hij vrijelijk over 'zijn lul' praat met zeven meisjes (en hoe hij over meisjes denkt is ook wel duidelijk) of aan het feit dat hij altijd zijn mening meteen geeft over alle beschreven zaken. Hij is dus eigenlijk de enige round-charakter.
Korte biografie
Ronald Giphart is geboren in Dordrecht op 17 decenmber 1965.
Hij komt uit een ‘heel links milieu’. Zijn moeder was namelijk Wijnie Jabaai († 1995) die een kamerlid was geweest van de PvdA. Op zijn elfjarige leeftijd gaan zijn ouders uit elkaar, hij verhuist mee met zijn vader. Voor een enige tijd studeert Ronald Nederlands in Utrecht, waarmee hij drie jaar later mee stopte omdat hij schrijver wilde worden. Naast schrijver werkte hij ook in de Utrechtse ziekenhuis Overvecht als nachtportier. Als nachtportier had Giphart alle tijd om een roman te schrijven. In 1992 debuteerde hij met de roman 'Ik ook van jou' die werd bekroond met het Gouden Ezelsoor. Hij schreef ook 'Het feest der liefde' en 'Phileine zegt sorry'. Hij is tevens de samensteller van verschillende bundels die handelen over de Nederlandse literatuur. Ronald Giphart is een schrijver die niet volgens de literatuur voorgeschreven wetten schrijft. Dat maakt hem een bijzondere schrijver.
‘Nieuw iemand, ben jij blij?’ en die nieuwe iemand zegt: ‘Blij? Ik? Rot op! Ik heb kanker,’en er heerst meteen onsteltenis, er is iemand niet blij, en de groep wacht gelaten af, en weer iemand anders roept; ‘Maak hem af!’ en de blije menigte juicht: ‘Ja, maak hem af!’ en de menigte maakt hem af, en weer iemand anders roept; ‘De stad in! En iedereen die ze tegenkkomen vragen ze: ‘Ben jij blij?’en zegt iemand: ‘Ja, ik ben blij,’ dan mag hij bij de club, maar zegt iemand: ‘Nee ik ben niet blij,’ dan is het tjakka! hoofd eraf, en jullie vragen aan heel veel mensen, en er blijken heel veel mensen niet blij te zijn, en jullie gaan kampen inrichten om al die niet blije mensen gezamelijk af te maken, en jullie brengen ze bij bosjes om het leven rakkatakkarakkatakka klinkt het in de stad, onophoudelijk, en de lijken stapelen zich op, en sommigen van jullie vragen: ‘Kan dit wel? Is dit niet wat overdreven?’en dan zeggen anderen: ‘Dit moet, dit is de harde lijn,’ en dan krijgenjullie onenigheid over deze twee zienswijzen, en dan ontstaan er twee groepen rivaliserendeblije mensen, en gaan jullie elkaar bevechten, en dan komen er nog meer afsplitsingen, en nog meer groepen, en groepen blije mensen uit andere steden, en dan gaan jullie elkaar uitmoorden, en komen hongersnoden, en uitgemergde kinderen, en brandende gebouwen en bommen en verderf en dood. En als je ’s avonds zo’n beetje half en half naar de wolken boven de stad staat te staren, te luisteren naar de avondgeluiden, en je ziet de mensen op straat, en de rottende met maden krioelende lijken en de afgekloven ledematen, en je ruikt de stinkende geur van verbrand vlees, dan denk je: Dat komt er nou van, blij zijn.
Uit het hoofdstuk ‘blije mensen’
Biografie
Jeroen Brouwers
Jeroen Brouwers is het grote voorbeeld van Giph. Sterker nog; hij was geobsedeerd. Daarom is er gekozen voor Jeroen Brouwers als verdiepingsopdracht. Jeroen Brouwers is geboren in Djakarta(Indonesië). Toendertijd heette het nog Batavia, de hoofdstad van het voormalige Nederlands-Indië. Jeroen is geboren op 30 april in 1940. Hij heeft twee oudere broers en een zus, dat maakt hem het vierde kind van Jacques Theodorus Maria Brouwers (1903-1964), boekhouder bij een architectenbureau, en Henriëtte Elisabeth Maria van Maaren (1908-1981), dochter van de musicus Leo van Maaren (1885-1945).
Na de Japanse Invasie besloot de famailie Brouwers naar Nederland te komen. In Den Bosch kwam hij terecht op diverse rommskatolieken kostscholen. Toen hij ouder werd, heeft hij verschillende soorten werk gedaan. Eerst kwam Jeroen bij de militaire dienst.
Literaire prijzen
1967: Vijverbergprijs voor Joris Ockeloen en het wachten
1980: Multatuliprijs voor Het verzonkene
1981: Dr Wijnaendts Franckenprijs voor Kladboek
1982: Geuzenprijs
1989: F. Bordewijkprijs voor De zondvloed
1993: Constantijn Huygensprijs
1995: Gouden Uil non-fictie voor Vlaamse leeuwen
Prix Fémina Etranger voor Rouge décanté (Bezonken rood)
2001: Gouden Uil voor Geheime kamers
Multatuliprijs voor Geheime kamers
Humo's Gouden Bladwijzer voor Geheime kamers
Ako Literatuurprijs voor Geheime kamers
Tekstbeleving
Ik had al eerder Giphart-boeken gelezen, dus wist ik wel waar het ongeveer over zal gaan. Veel uitwerking heeft het niet op mij gehad. Het nieuwe voor mij was dat Giph een Jeroen Brouwers-fan was. Hij was zeer geobesedeerd door hem. De structuur van het verhaal vond ik ook niet echt fijn. De schrijver laat blokken door elkaar lopen die allemaal wel weer met elkaar te maken hebben. Giphart sluit wel de boek af door de belangrijkste vragen te beantwoord te hebben. Door onnozele gedachtes in te verwerken dat verder niet veel met de thema’s te maken hebben, maakt het juist zo interessant.
Ik vind het dus best een chaotische boek, dat gewoon op een of andere manier klopt.
Zulke stukken zijn realitisch, die jezelf hoopt nooit mee te maken. Maar dat Giph dat meemaakt, vind ik hilarisch. Wat ik ook goed vind is dat de schrijver in al zijn boeken dezelfde personges terug laat komen. De personages zijn erg realistisch, wat je aan het denken zet of Giphart deze gebeurtenissen ook echt zelf beleefd heeft.
REACTIES
:name
:name
:comment
1 seconde geleden