Hoe kies jij een studie?

Daar zijn wij benieuwd naar. Vul onze vragenlijst in en bepaal zelf wat voor beloning je daarvoor wilt krijgen! Meedoen duurt ongeveer 7 minuten.

Meedoen

Geweten door René Appel

Beoordeling 6.6
Foto van een scholier
Boekcover Geweten
Shadow
  • Boekverslag door een scholier
  • 3e klas vwo | 2867 woorden
  • 22 april 2005
  • 41 keer beoordeeld
Cijfer 6.6
41 keer beoordeeld

Boekcover Geweten
Shadow
Geweten door René Appel
Shadow
ADVERTENTIE
Overweeg jij om Politicologie te gaan studeren? Meld je nu aan vóór 1 mei!

Misschien is de studie Politicologie wel wat voor jou! Tijdens deze bachelor ga je aan de slag met grote en kleine vraagstukken en bestudeer je politieke machtsverhoudingen. Wil jij erachter komen of deze studie bij je past? Stel al je vragen aan student Wouter. 

Meer informatie
Auteur: René Appel
Titel: Geweten
Uitgeverij: Ooievaar, Amsterdam, 1998-VI, Aantal Blz: 302
Genre: Roman Eerste persoonlijke reactie/mening: Ik vond: Ingewikkeld, omdat de schrijver vaak dingen terug haalt uit het verleden die dan niet tot de orde zijn geweest in het boek. Vreemd, want nadat Peter terug keert er steeds vreemde dingen gebeuren. Overbekend, want in veel boeken wordt je mee terug genomen naar het verleden. Geloofwaardig, omdat de situaties die meegemaakt worden soms net zo gecompliceerd zijn als in het echt. Niet interessant, omdat mij literaire misdaadromans niet zo liggen, en ik heb dit boek ook niet in één keer uit gelezen omdat ik het niet een zo’n leuk boek vond. Wat zijn de belangrijkste gebeurtenissen: Er zijn een hoop aparte situaties in het boek: - De beginsituatie van het boek is dat Peter thuis de krant aan het lezen is, waarin artikelen staan over de bevrijding. - De belangrijkste situaties doen zich toch wel voor in de bunker en op de zolder van de papierfabriek. Uiteindelijk komen daar alle plannen vandaan en gebeurt het ook uiteindelijk. - De situatie van de zelfmoord is triest. Ze besluiten met z’n zessen dat ze zelfmoord gaan plegen. Eerst moeten Sytze en Trudy, terwijl de rest de bunker verlaat. - De slotsituatie is dat Peter met Ineke naar onbekende stemming vertrekt met de trein.
Wie is de hoofdpersoon, en met welk probleem kampt hij/zij? Peter is de hoofdpersoon van het verhaal. In de stukjes over het heden is hij de ik-persoon. Hij heeft ontzettende last van zijn geweten en wil in het boek graag te weten komen wat er vroeger is gebeurd en hij was de zwijgzaamste van het vriendengroepje. Wat beleeft de hoofdpersoon? In het verleden van Peter was er iets gebeurd waardoor de 6 vrienden uit elkaar gingen. In het heden probeert hij hier achter te komen door terug te gaan naar zijn geboorteplaats en 3 vrienden opzoekt om meer informatie te krijgen. Verandert de hoofdpersoon door de gebeurtenissen? Peter komt erachter dat hij zelf niet zo onschuldig was als hij dacht. Hij komt er achter dat toen het idee van gezamenlijk zelfmoord plegen ter sprake kwam, hij degene was die doordramde. Wie zijn de andere belangrijkste personen? Er zijn zes andere verhaalfiguren, Henk, Ineke, Johan, Astrid, Sytze en Trudy. - Henk is een beetje de leider. Henk is de oudste en de verstandigste, hij heeft altijd wel zijn woordje klaar. Het is een vriendelijke jongen die ook goed met Ineke kan opschieten. Soms verteld hij de dingen wel eens mooier dan ze in werkelijkheid zijn, maar hij brengt voor de rest altijd alles goed. - Ineke is dus hartsvriendin met Trudy. Zij is verliefd op Peter en hij op haar, maar dat weten ze niet van elkaar. Ineke is verder zo’n beetje hetzelfde als Trudy, alleen ze is soms wat serieuzer, en denkt soms wat beter na. Ze is de zus van Henk. - Johan is degene die altijd maar spannende dingen wil doen. Hij neemt flessen drank mee en hij kwam met het pistool aanzetten. Hij houdt van het gevoel van macht. Vandaar dat pistool. Dan voelt hij zich machtig. Hij is ook vrij druk en je kan hem altijd wel mee vragen om iets gewaagdst te doen. Johan is verliefd op Trudy. - Astrid is in het begin van de boek Peter zijn vrouw. Zoals in de samenvatting vermeld staat wil Peter halverwege het boek scheidden. Zij is een stille vrouw, die ondanks het slechte huwelijk met Peter, er toch van baalt dat Peter wil scheidden. - Sytze is degene die altijd op de zolder ( hun geheime plekje) interessante verhalen vertelde. Hij is erg slim en weet altijd wel ergens een antwoord op. Meestal haalt hij de verhalen uit de krant en leest ze voor. Af en toe is hij een beetje dromerig. - Trudy is een beetje een giechel samen met Ineke. Ze is een gewoon meisje, dat ook altijd wel in is voor iets spannends of gezelligs. Ze is niet zo’n kaktrutje, maar gewoon een normale meid die van spannende dingen houdt. Zij en Ineke zijn niet te scheiden. Hoe is de relatie tussen de hoofdpersoon en de andere personen (bijv: vrienden, ouders, kinderen of geliefden)? Zie: Wie zijn de andere belangrijkste personen?
Waar spelen de gebeurtenissen zich af (land, stad)? De gebeurtenissen spelen zich af in Nederland, net na de oorlog en bijna 50 jaar later. Wanner spelen de gebeurtenissen zich af in tijd? Het verhaal speelt zich af in twee verschillende tijden. In het jaar 1945/1946 (het jaar na de bevrijding) en in het heden. Elk hoofdstuk wordt er weer van tijd gewisseld. Twee ruimtes zijn erg belangrijk voor het verhaal. Allereerst de zolder van de papierfabriek, daar komen ze elke avond samen en praten ze over hun toekomst, en besluiten ze om allemaal expres te gaan zakken dat jaar. Daarnaast is er natuurlijk de bunker. Daar worden de plannen gesmeden over de zelfmoord en gebeurt het uiteindelijk ook. Samenvatting: Het boek gaat over een man, Peter die vroeger 5 vrienden had waarmee hij altijd omging. Ze waren vrienden voor het leven. Er was toen iets gebeurd, waardoor ze allemaal uit elkaar gingen. In het heden probeert Peter de waarheid te ontdekken. Hij gaat terug naar zijn geboorteplaats, waar hij ook is opgegroeid. Hij zoekt 3 van zijn oude vrienden op, Henk, Ineke en Johan. Ze zijn alledrie verbaasd en Henk en Ineke vonden het ook leuk dat hij kwam. Uit Henk kreeg Peter niet zoveel los en uit Johan al helemaal niet. Dan gaat hij naar Ineke en blijft daar slapen. Ze krijgen wat en Peter belt zijn vrouw, Astrid, die nog in Amsterdam is, (waar ze wonen) op om met haar af te spreken. Hij vertelt haar dat hij wil scheiden. Dat gebeurt dus ook en hij probeert alles uit Ineke te krijgen. Dat lukt hem stukje bij beetje, en ook door zelf conclusies te trekken. Ondertussen pleegt Johan zelfmoord. Peter ontdekt dat Trudy’s dood in het verleden kwam doordat ze met zijn zessen het allemaal niet meer zagen zitten en de afspraak hadden gemaakt om allemaal zelfmoord te plegen in de bunker, met het pistool dat Johan van zijn vader gestolen had. Allereerst gingen Trudy en Sytze naar binnen en Sytze zou Trudy doodschieten en daarna zichzelf. Hij schoot alleen Trudy neer en toen was hij zo overstuur dat hij zichzelf niet meer door zijn hoofd kon schieten. Hij kwam uit de bunker en geen van allen deed het meer. Ineke was Trudy’s beste vriendin ze verweet Sytze de dood van haar vriendin. Ze nam het mee naar de vuurtoren en duwde hem eraf. Maar de politie en de rest dacht aan zelfmoord en Ineke had het nooit verteld. Zelfs niet aan haar broer Henk. Daar komt Peter dus allemaal achter en ook dat hij zelf niet zo onschuldig was als hij dacht. Hij komt er achter dat toen het idee van gezamenlijk zelfmoord plegen ter sprake kwam, hij degene was die doordramde. Ze wisten niet van wie precies het idee kwam, maar dat het er gewoon ineens was. Maar een paar sputterde tegen en Peter dramde dus erg door. Terwijl hij juist degene was die nooit zijn bek opentrok. Dat vertelde Ineke hem. Het verhaal eindigt dat Peter in een trein stapt om weg te gaan nu hij alles weet en Ineke ineens naast hem komt te zitten en met hem mee gaat, beide niet wetend waarheen. Beschrijf de open plekken in het verhaal. De open plekken die ik tegen kwam om het verhaal spannender te maken zijn: - vertraging - terugblik/herinnering - vooruitwijzing
Voor al de open plekken vertraging en terugblik/herinnering kwamen het meest voor in het verhaal. De vertraging als het erom ging dat Peter bijna het antwoord had, maar nog langer moest wachten omdat hij weer een ander verhaal kreeg te horen. De terugblik/herinnering als hij in het heden via de verhalen van zijn vrienden er achter kwam via een terugblik/herinnering hoe het precies was gegaan toen ze nog allen vrienden waren Beschrijf de trucs die de schrijver gebruikt om het verhaal spannend te maken. De trucs die de schrijver gebruikt om het verhaal spannender te maken zijn het wekken van vermoedens en het aanbrengen van dwaalsporen. De vermoedens komen als er vragen onbeantwoord blijven en je steeds de neiging hebt om hem zelf te beantwoorden. De dwaalsporen komen via de verhalen van de groep waar Peter toen destijds mee omging. Je komt er dan een tijdje achter dat die persoon het helemaal niet was maar iemand heel anders die niet eens in beeld was gekomen.
Verwerkingsopdracht: 15. Ga na of dit verhaal goed past bij het andere werk van de schrijver. Gaat het over een onderwerp waar hij vaker over schrijft? Dit verhaal past goed bij het andere werk van René Appel. Ook zijn andere boeken (oa: De derde persoon, Spijt!, Tegenliggers en Zinloos geweld) het vaak met een literair misdaadroman te maken. Dit boek Geweten schetst een indringend beeld van de naoorlogse periode en de manier waarop een groepje jongeren zich afwendt van het alledaagse bestaan om een eigen, huiveringwekkende werkelijkheid te scheppen. Werkwijzer leeservaring grondig beschrijven. A - Onderwerp * Spreekt het onderwerp je aan? Is het een onderwerp waar je al eens over nagedacht hebt? Heeft het boek je nieuwe kanten van het onderwerp laten zien? Waar het over gaat in Geweten is dat Peter van Galen na bijna vijftig jaar (na de oorlog) terugkeert naar de plaats waar het drama zich had afgespeeld. Hij is op zoek naar de waarheid over een duister verleden. * Heb je door het lezen van dit boek iets geleerd? Wat? Ik heb door het lezen van het boek geleerd wat er kan gebeuren met een vriendengroep als er wat fout gaat (bijv: na oneerlijkheden in de groep, aandringen op dingen) * Ben je door dit boek anders over het onderwerp gaan denken? Ik ben door het lezen niet anders over het onderwerp gaan denken, omdat mij het onderwerp niet zo lag. * Verwachtte je dat het onderwerp op deze manier uitgewerkt zou worden? Wat vond je verrassend of bijzonder aan de uitwerking? Ik had NIET verwacht dat het onderwerp zo zou zijn uitgewerkt. Het gaat meer om wat er gebeurd is en daar sluit het onderwerp zichzelf verder aan. * Ben jij het eens met de mening die uit het boek over het onderwerp blijkt? De mening uit het boek over het onderwerp heb ik niet kunnen vinden. * Welke kanten van het onderwerp hebben volgens jou te veel/weinig aandacht gekregen? Ik vond dat alle onderwerpen precies genoeg aandacht hebben gekregen in het boek. B - Gebeurtenissen * Bevat het verhaal voldoende gebeurtenissen om te blijven boeien? Het verhaal heeft genoeg gebeurtenissen zodat het leuk blijft om te lezen en niet dat je na 3 hoofdstukken al gaat stoppen. * Komen de gebeurtenissen logisch uit elkaar voort of is het verband moeilijk te verklaren? De gebeurtenissen komen wel logisch uit elkaar voort. Op het ene moment zit je in het verleden en van daaruit kom je steeds weer verder in het heden terecht. * Vind je de gebeurtenissen: spannend, herkenbaar, dramatisch, humoristisch, zwaarwichtig, geloofwaardig, verrassend, onaanvaardbaar, waarschijnlijk of schokkend? Leg je keuze uit met voorbeelden. Ik vond de gebeurtenissen meer dramatisch en verrassend. Het meer dramatische stuk als Peter stuk voor stuk meer informatie krijgt over het verleden en dat dan Trudy en Sytze vermoord worden. Het verrassend is wel dat Peter erachter komt dat hij meer de schuldige is dat Trudy dood is dan hij zelf dacht. Hij dacht dat hij zelf onschuldig was, maar hij was degene die het idee opbracht om elkaar te vermoorden. * Licht met voorbeelden uit tot welke keuze uit de beoordelingswoorden je bij je eerste persoonlijke reactie hebt gemaakt. Mijn eerste persoonlijke reactie was toch wel wat ik verwacht had wat er zou gebeuren. De beoordelingswoorden die ik heb gebruikt kunnen hier ook dan weer gebruikt worden. * Hebben de gebeurtenissen je aan het denken gezet? Waarover? De gebeurtenissen hebben mij NIET aan het denken gezet. * Beschrijf een gebeurtenis die de meeste indruk op je heeft gemaakt en waarom. De gebeurtenis die dan toch de meeste indruk heeft gemaakt is dat op een moment dat ze met elkaar beslissen om maar zelfmoord te plegen. C - Personages * Is de hoofdpersoon een held(in) op wie je zou willen lijken? Waarom (niet)? Ik zou niet op de hoofdpersoon willen lijken omdat hij toch veel antwoorden wilt hebben over het verleden en daar soms geen antwoord op krijgt terwijl ik het liever zou had gelaten en de onbeantwoorde vragen te hebben laten liggen. * Hebben de personages eigenschappen die je bewondert, gewoon vindt of verafschuwd? Henk is toch meer ene leider, wat ik zelf ook wel een beetje zou willen zijn. De spannende dingen die ik wil doen lijken dan wel niet op die van Johan, maar toch heeft hij het spannende wat ik ook zou willen hebben. * Welke personages gingen voor je leven en welke niet? Welke lijken op echte mensen? Ik vind dat alle personages zich meer mens voelen dan om meer mens te spelen. Iedereen komt meer over op mens en dat blijkt ook uit in de groep. * Reageren die personages voorspelbaar of juist helemaal niet? Wat vind je hiervan? De personages reageren niet-voorspelbaar om het toch meer spannender te houden dan dat het is. Het leuke hiervan is dat je WEL moet doorlezen om erachter te komen wat ze bedoelen. * Van welke personages kom je het meest te weten? Genoeg om hun gedrag te beschrijven? Je komt het meest te weten over het verleden van de HELE groep (wat er gebeurd is). Hun gedag staat min of meer ook beschreven bij: Wie zijn de andere belangrijkste personen? * Met welke beslissingen van de personages ben jij het eens? En met welke oneens? Wat zou jij anders gedaan hebben? Leg uit. Met de beslissing om zelfmoord te plegen ben ik het duidelijk me ONEENS. Je hoeft je zelf toch niet te vermoorden omdat er wat conclusies getrokken zijn. Ik had het gewoon opgelost door er met elkaar goed te hebben overlegd. * Wat vind jij van de manier waarop de hoofdpersoon zijn/har problemen probeert op te lossen? Zou jij het anders doen? De manier waarop de hoofdpersoon zijn problemen oplost vind ik wel een goede manier. Om er later (na 50 jaar) er alsnog met zijn vrienden over te hebben is ook een goede manier. Waar ze toen nooit achter kwamen probeert hij nu op te lossen door het te onderzoeken. Ik zou het niet anders gekund hebben. * Iedereen heeft leefregels: jij, de mensen in je omgeving, de personages in het verhaal. Leefregels zijn regels over dingen die je wel of niet goed vind, over dingen die je wel of niet zou doen. Ga na wat de verschillen zijn tussen de leefregels van de verhaalpersoon en jouw leefregels. Zijn er overeenkomsten? Beschrijf die dan. De verschillen zijn diegene waarmee je leeft (die je altijd hebt) en wanner je met die regels te maken hebt. Van de verhaalpersoon is het meer wanner hij/zij ze gebruikt en bij mij of ik ze wel gebruik als dat nodig is. Overeenkomsten zijn er niet. D - Opbouw * Hangt alles goed met elkaar samen of vind je dat juist niet? Ik vind dat alles goed met elkaar samenhangt. * Is het verhaal spannend? Het verhaal is spannend nadat Peter erachter komt wie en hoe de andere zijn vermoord. * Is het verhaal boeiend? Ik vond het verhaal niet zo boeiend, omdat het onderwerp mij niet zo lag. * Wat vind je van de bouw van het verhaal? Is die ingewikkeld of juist niet? Leg uit. Welk effect heeft de opbouw op jou: is het boek daardoor interessanter om te lezen of juist niet? Mij gaat het erom dat de bouw goed aan zichzelf sluit zodat met het makkelijker te lezen is. De opbouw zat goed in elkaar en was dus wat interessanter om te lezen. * Vind je dat de bouw van het verhaal goed past bij het onderwerp? Ik vind dat de bouw goed past bij het onderwerp, want het speelt zich in tijden die opeenvolgend goed in elkaar ‘gebouwd’ zijn. * Zitten er veel terugblikken/herinneringen in het verhaal? Wat vind je daarvan? Er zitten best veel terugblikken/herinneringen in het verhaal wat mij opzich niet heeft afgeleid omdat de terugblik/herinnering opzich goed in het stuk opsloot. * Wat vind je van het eind? Blijft er teveel onduidelijk? Ik vind het ene heel mooi eind omdat het eindigt waarmee Peter in het begin kwam, maar dan opgelost. Dat is vaak het beste om in een boek te stoppen om het goed te laten eindigen.
E - Taalgebruik * Vind je het verhaal lastig te lezen? Hoe komt dat? Het verhaald is niet lastig om te lezen, want het bouw heeft een snelle stijl waar je gemakkelijk doorheen leest. * Hoe vind je de verhouding tussen beschrijving, gesprekken en weergave van gedachten of gevoelens? Ik vind dat de verhouding goed was, omdat je dan de persoon beter gaat begrijpen en je er beter achter komt wat de hoofdpersoon meemaakt. * Vind je dat de taal past bij de personages en bij het onderwerp? Sommige personages praten wat onduidelijk, maar verder past het wel bij het onderwerp.

REACTIES

Log in om een reactie te plaatsen of maak een profiel aan.

Andere verslagen van "Geweten door René Appel"